ECLI:NL:RBLIM:2023:2629

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
19 april 2023
Publicatiedatum
20 april 2023
Zaaknummer
03/117413-22 en 03/301945-22 (ttz.gev.)
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor meerdere inbraken en diefstallen in vakantiehuizen

In deze strafzaak heeft de Rechtbank Limburg op 19 april 2023 uitspraak gedaan in de zaken met parketnummers 03/117413-22 en 03/301945-22. De verdachte is veroordeeld voor meerdere inbraken in vakantiehuizen in Valkenburg aan de Geul, Ouddorp en Den Haag, evenals voor diefstallen. De rechtbank achtte de feiten bewezen op basis van de modus operandi van de verdachte en historische verkeersgegevens van zijn telefoon. De verdachte heeft deels bekend, maar heeft ook verweer gevoerd tegen de betrouwbaarheid van het bewijs. De rechtbank verwierp dit verweer en legde een gevangenisstraf op van 36 maanden, waarvan 18 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaren en bijzondere voorwaarden. Dertien benadeelde partijen hebben zich gevoegd in het proces, en de rechtbank heeft verschillende vorderingen tot schadevergoeding behandeld, waarbij sommige vorderingen zijn toegewezen en andere zijn afgewezen wegens onvoldoende onderbouwing. De rechtbank heeft ook bijzondere voorwaarden opgelegd aan de verdachte, waaronder meldplicht bij de reclassering en behandeling voor verslavingsproblematiek.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Zittingsplaats Maastricht
Strafrecht
Parketnummers : 03/117413-22 en 03/301945-22 (ttz.gev.)
Tegenspraak
Vonnis van de meervoudige kamer d.d. 19 april 2023
in de strafzaak tegen
[verdachte 1] ,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1973,
wonende te [adres 1] ,
thans gedetineerd in [detentieplaats] .
De verdachte wordt bijgestaan door mr. D.C. Vlielander, advocaat kantoorhoudende te Utrecht.

1.Onderzoek van de zaak

De zaak is inhoudelijk behandeld op de terechtzitting van 5 april 2023. De verdachte en zijn raadsman zijn verschenen. De officier van justitie en de verdediging hebben hun standpunten kenbaar gemaakt.
[slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] , [slachtoffer 3] , [slachtoffer 4] , [slachtoffer 5] , [slachtoffer 6] , [slachtoffer 7] , [slachtoffer 8] , [slachtoffer 9] , [slachtoffer 10] , [slachtoffer 11] , [slachtoffer 12] en [slachtoffer 13] hebben zich als benadeelde partij gevoegd in het strafproces. Namens de benadeelde partijen [slachtoffer 5] en [slachtoffer 6] is op de zitting gehoord de heer [medewerker Slachtofferhulp 1] van Slachtofferhulp Nederland. Namens de benadeelde partijen [slachtoffer 12] en [slachtoffer 13] is op de zitting gehoord de heer [medewerker Slachtofferhulp 2] van Slachtofferhulp Nederland. De rechtbank heeft de vorderingen tot schadevergoeding behandeld.

2.De tenlastelegging

De tenlasteleggingen zijn als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat de verdachte:
in de zaak met parketnummer 03/117413-22:
feit 1: op 17 april 2022 in Valkenburg, al dan niet samen met anderen de auto van [slachtoffer 1] met de zich daarin bevindende goederen heeft gestolen door middel van een valse sleutel;
feit 2, feit 3, feit, 4, feit 5 en feit 6:op 17 april 2022 (feit 2), op 16 januari 2022 (feit 3), op 30 januari 2022 (feit 4) resp. op 19 februari 2022 (feit 5) en 7 maart 2022 (feit 6) (telkens) een inbraak heeft gepleegd in een vakantiewoning op het park Landal Greenparks Kasteeldomein de Cauberg in Valkenburg;
feit 7, feit 8 en feit 9:op 22 januari 2022 (feit 7), op 1 maart 2022 (feit 8) resp. op 26 maart 2022 (feit 9) (telkens) een inbraak heeft gepleegd in een vakantiewoning op het park Port Zélande in Ouddorp;
feit 10:op 26 maart 2022 een auto heeft gestolen door middel van een valse sleutel;
in de zaak met parketnummer 03/301945-22:
feit 1:op 5 februari 2022 een inbraak heeft gepleegd in een vakantiewoning op het park Roompot Kijkduin in Den Haag;
feit 2:op 5 februari 2022 in Den Haag een damesfiets heeft gestolen.

3.De beoordeling van het bewijs

3.1
Het standpunt van de officier van justitie
in de zaak met parketnummer 03/117413-22:
De officier van justitie acht alle tenlastegelegde feiten bewezen, met dien verstande dat feit 1 alleen is gepleegd. De verdachte heeft bekend dat hij de feiten 1, 2, 4 en 5 heeft gepleegd. De overige feiten acht de officier van justitie bewezen op basis van de historische verkeersgegevens van de telefoons van verdachte, waaruit blijkt dat deze telefoons op de datum en tijd van de inbraken aanstraalden met een zendmast nabij de plaatsen delict. De verdachte heeft geen verklaring gegeven voor de aanwezigheid van zijn telefoons op die plekken op die bewuste momenten. Een van deze telefoons, die bij de inbraak in een van de huisjes (feit 3) gestolen is, is gekocht door [naam 1] en zij is door de politie gehoord en heeft verklaard dat zij de telefoon heeft gekocht van de verdachte. De verdachte heeft verklaard dat hij de enige gebruiker was van de telefoon met nummer [telefoonnummer 1] .
De verdachte handelde bij de inbraken volgens een vaste
modus operandiwaarbij hij, kort samengevat, in een vakantiewoning op een vakantiepark een raam ontzette en vervolgens waardevolle spullen meenam en huis- en autosleutels en portemonnees met de zich daarin bevindende pasjes en waardepapieren. Alles overwegend acht de officier van justitie het bewezen dat het verdachte is geweest die op de datums en tijdstippen van de inbraken op de plaatsen delict is geweest en dus ook de feiten heeft gepleegd.
in de zaak met parketnummer 03/301945-22:
De officier van justitie acht deze feiten bewezen, gelet op de aangifte en de bekennende verklaring van de verdachte.
3.2
Het standpunt van de verdediging
in de zaak met parketnummer 03/117413-22:
De verdediging heeft zich voor wat betreft de bewezenverklaring van de feiten 1, 2, 4 en 5 gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank. Van de overige feiten heeft de raadsman vrijspraak bepleit. Voor het onder feit 3 ten laste gelegde kan de verklaring van [naam 1] niet tot het bewijs worden gebezigd. Hetgeen zij over de telefoon verklaart, is aantoonbaar onjuist. De verklaring is door de agenten die haar hebben verhoord bovendien zodanig gestuurd, dat [naam 1] uiteindelijk de naam van de verdachte heeft genoemd. Zij heeft deze naam niet uit zichzelf genoemd waardoor deze verklaring als onbetrouwbaar terzijde moet worden geschoven. Los van de verklaring van [naam 1] bevat het dossier geen bewijs dat de verdachte betrokken is geweest bij feit 3. Voor de overige feiten in het dossier (feiten 6 tot en met 10) bevat het dossier eveneens onvoldoende wettig bewijs. Dat de telefoon van de verdachte volgens de historische verkeersgegevens aanwezig was in de buurt van de inbraken, is onvoldoende om tot een bewezenverklaring van de inbraken te komen. De raadsman heeft verder betoogd dat de door de officier van justitie genoemde
modus operandiniet specifiek genoeg is voor een bewijsvoering omdat bezwaarlijk op een andere manier kan worden ingebroken in een vakantiehuisje dan door een raam.
in de zaak met parketnummer 03/301945-22:
De verdediging heeft zich voor wat betreft de bewezenverklaring gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
3.3
Het oordeel van de rechtbank [1]
Inleiding
De rechtbank zal hierna, waar mogelijk per feit, de bewijsmiddelen weergeven. De feiten 1, 2, 4 en 5 van de tenlastelegging met parketnummer 03/117413-22 heeft de verdachte op de terechtzitting bekend, en door of namens hem is voor deze feiten geen vrijspraak bepleit. Dat geldt ook voor beide feiten die ten laste zijn gelegd onder parketnummer 03/301945-22. De rechtbank zal bij die feiten volstaan met een opsomming van de bewijsmiddelen (artikel 359, derde lid, tweede volzin van het Wetboek van Strafvordering), te weten:
De zaak met parketnummer 03/117413-22
Feit 1:
- het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 1] ; [2]
- de bekennende verklaring van de verdachte; [3]
Feit 2:
- het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 2] ; [4]
- de bekennende verklaring van de verdachte; [5]
Feit 4:
- het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 3] namens Landal Greenparks Kasteeldomein de Cauberg; [6]
- de bekennende verklaring van de verdachte; [7]
Feit 5:
- het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 4] ; [8]
- het proces-verbaal van verhoor van [slachtoffer 4] ; [9]
- de bekennende verklaring van de verdachte. [10]
Tussenconclusie
Kenmerkend voor de bovengenoemde inbraken is volgens de rechtbank de door de verdachte gehanteerde
modus operandi. Alle inbraken voldeden aan de meeste van de volgende kenmerken:
- de dader begaf zich naar een vakantiepark;
- de dader zocht daar een vakantiewoning uit waar op dat moment niemand aanwezig was dan wel leek te zijn;
- de dader klom via een raam de vakantiewoning binnen;
- uit de vakantiewoning werden auto- en/of huissleutels, waardevolle goederen en portemonnees met de zich daarin bevindende pasjes en waardepapieren meegenomen.
Anders dan de raadsman is de rechtbank van oordeel dat de
modus operandivoldoende specifiek is om bij te kunnen dragen tot het bewijs. Alle feiten betreffen of hangen direct samen met inbraken of inklimmingen in een huisje op een vakantiepark. Het uitkiezen van een vakantiepark als ‘werkterrein’ maakt nadrukkelijk deel uit van de
modus operandivan de verdachte
.
De rechtbank acht ook de overige ten laste gelegde feiten bewezen op grond van de navolgende feiten en omstandigheden.
Bewijsmiddelen
Feit 3
Op 20 januari 2022 doet [aangever 1] aangifte van een woninginbraak in de vakantiewoning (nr. 79) gelegen op het vakantiepark Landal Greenparks Kasteeldomein de Cauberg in Valkenburg. Deze inbraak is gepleegd op 16 januari 2022 tussen 11:00 uur en 17:30 uur. Bij thuiskomst zag [aangever 1] dat er was ingebroken via een raamvleugel van het vakantiehuis dat was geforceerd. In de vakantiewoning werden onder andere de volgende goederen weggenomen:
- een mobiele telefoon met oplader (merk: Samsung A52),
- een MacBook pro 15",
- een MacBook pro 13",
- een laptop (merk: Dell)
- werktassen met inhoud (o.a. personeelspas, HDMI-kabels, toetsenbord, computermuis),
- een zonnebril (merk: Rayban)
- draadloze oordopjes (merk: Sasmung Airpods)
- een handtas met inhoud (waaronder meerdere cadeaubonnen, klantenkaarten, contant geld, en diverse kantoorbenodigdheden) en
- een portemonnee met inhoud (waaronder twee pinpassen). [11]
De weggenomen mobiele telefoon van het merk Samsung A52 is voorzien van twee verschillende IMEI-nummers, namelijk: [IMEI-nummer 1] en [IMEI-nummer 2] .
Er is onderzoek gedaan naar de verkeersgegevens van genoemde IMEI-nummers over de periode 27 januari 2022 tot en met 27 februari 2022. Hieruit werd bekend dat het IMEI-nummer [IMEI-nummer 1] , in de periode gelegen tussen 24 februari 2022 te 00:35 uur en 27 februari 2022 te 14:40 uur actief was en wel met het nummer: [telefoonnummer 2] . Middels een bevraging ex artikel 126na Wetboek van Strafvordering werden van het voornoemde nummer de volgende NAW-gegevens bekend: [naam 1] , [adres 2] . [12]
Op 14 juli 2022 begaven twee agenten zich naar de woning van [naam 1] . Zij werd ter plekke verhoord en verklaarde dat zij de telefoon met het telefoonnummer [telefoonnummer 3] had gekocht van [verdachte 1] . [13]
Bij ingesteld onderzoek aan de verkregen historische verkeersgegevens werd bekend dat in de periode gelegen tussen 10 januari 2022 te 06:04:35 uur en 26 maart 2022 16:46:16 uur meerdere contacten (95) plaatsvonden tussen de nummers [telefoonnummer 1] en [telefoonnummer 3] . [14]
Het telefoonnummer [telefoonnummer 1] blijkt in gebruik te zijn bij [verdachte 1] . [15] De verdachte heeft bij zijn verhoor op 31 mei 2022 verklaard dat hij de enige gebruiker van deze telefoon is. [16]
Van het telefoonnummer [telefoonnummer 1] werden eveneens de historische verkeersgegevens opgevraagd en daaruit werd bekend dat het telefoonnummer op 16 januari 2022 tussen 15:20:34 uur en 16:02:17 uur meerdere malen aanstraalde met een zendmast in de directe omgeving van Valkenburg. Om 15:57:38 uur straalde de telefoon aan met de zendmast gelegen nabij het terrein van het vakantiepark (de zendmast gelegen op het adres Cauberg 28). [17]
Feiten 9 en 10
Op 26 maart 2022 doet [naam 3] aangifte van een inbraak in een vakantiewoning, gelegen op het vakantiepark Port Zélande (huisje nr. 255) te Ouddorp. [naam 3] verbleef op dat moment met zijn vrienden [naam 2] en [slachtoffer 11] in de vakantiewoning. Op voornoemde datum hebben aangever en zijn vrienden het vakantiehuis tussen 13:00 uur en 15:00 uur verlaten en bij terugkomst ontdekte hij dat verschillende spullen niet meer op hun plek stonden. Bij controle van de vakantiewoning bleek dat de schuifpui aan de voorzijde van de woning niet op slot was en dat de volgende goederen uit de woning waren weggenomen:
- Apple Watch generatie 6;
- een portemonnee met daarin een pinpas (met IBAN-rekeningnummer [IBAN-rekeningnummer 1] ), paspoort (op naam van [slachtoffer 10] ), zorgpas, rijbewijs en
€ 250,- euro contant geld;
- een portemonnee met daarin een bankpas (met IBAN-rekeningnummer [IBAN-rekeningnummer 2] ), zorgpas, paspoort (op naam van [naam 2] ), rijbewijs en
€ 50,- euro contant geld;
- huissleutels;
- afstandsbediening van de toegangspoort van de woning van aangever;
- een portemonnee met daarin een bankpas van de Volksbank, gezondheidspas, paspoort (op naam van [naam 3] ) en een rijbewijs;
- een Tommy Hilfiger horloge met productnummer TH1791559.
Tevens werd een personenauto van het merk Volkswagen Amarok, met kenteken [kenteken 1] , toebehorende aan [naam 3] weggenomen. [18]
Op 21 april 2022 is onderzoek gedaan naar de telefoon die werd aangetroffen in het voertuig dat op 17 april 2022 is gestolen op het vakantiepark Landal Greenparks Kasteeldomein de Cauberg te Valkenburg. Dit betreft de inbraak onder feit 2 die door de verdachte is bekend en de rechtbank bewezen acht. Uit dit onderzoek blijkt dat de aangetroffen telefoon met telefoonnummer [telefoonnummer 1] gebruikt wordt door [verdachte 1] . [19]
De verdachte heeft in zijn verhoor op 31 mei 2022 verklaard dat hij de enige gebruiker van deze telefoon en dit telefoonnummer is. [20]
Er is onderzoek gedaan naar de historische verkeersgegevens van het telefoonnummer [telefoonnummer 1] . Hieruit blijkt dat dit telefoonnummer op 26 maart 2022 meerdere malen aanstraalde met een zendmast in Port Zélande te Ouddorp. De telefoon straalde aan met de zendmast gelegen op Port Zélande 2A tussen 13:21:59 uur en 14:50:13 uur. [21]
De Volkswagen Amarok met het kenteken [kenteken 1] is teruggevonden op een parkeerplaats in Hoogvliet nabij Rotterdam. [22]
Uit het hiervoor genoemde onderzoek naar de historische verkeersgegevens van het telefoonnummer [telefoonnummer 1] is gebleken dat het telefoonnummer verschillende zendmasten aanstraalde gelegen op de rijroute van vakantiepark Port Zélande en de vindplaats van de auto in Hoogvliet. De telefoon straalt om 14:50:13 uur voor het laatst de zendmast aan in Port Zélande en vervolgens om 16:06:16 uur de zendmast gelegen aan de Klencke 11 te Hoogvliet, nabij de vindplaats van het voertuig. [23]
Feit 6
[slachtoffer 5] heeft op 7 maart 2022 aangifte gedaan van inbraak in een vakantiewoning gelegen aan de Cauberg 29 in Valkenburg, gepleegd op 7 maart 2022 tussen 16:45 uur en 18:00 uur. Aangeefster heeft verklaard dat zij rond eerstgenoemd tijdstip in bad ging op de bovenste verdieping in de vakantiewoning. Het slaapkamerraam op de benedenverdieping stond op kiepstand. Toen aangeefster om 17:37 uur op de benedenverdieping kwam, zag ze dat het slaapkamerraam openstond. Haar handtas stond op het bed terwijl die eerder in de woonkamer op de middelste stoel bij de eettafel stond. Uit de handtas was een portemonnee weggenomen en uit de woonkamer waren autosleutels, autopapieren, een horloge en twee telefoons weggenomen. [24]
Ook met betrekking tot deze inbraak zijn de historische verkeersgegevens gevorderd van het telefoonnummer [telefoonnummer 1] en onderzocht over de periode gelegen tussen 1 december 2021 te 00:00 uur en 17 april 2022 te 18:15 uur. Uit onderzoek aan de verkregen verkeersgegevens werd bekend dat genoemd telefoonnummer op 7 maart 2022 om 17:28:05 uur aanstraalde met de zendmast gelegen aan de Cauberg 28 in Valkenburg. [25]
Feit 7
[slachtoffer 8] heeft op 23 januari 2022 aangifte gedaan van een inbraak in een vakantiewoning gelegen op het vakantiepark Port Zélande te Ouddorp, gepleegd op 22 januari 2022 tussen 09:30 uur en 12:00 uur. Op eerstgenoemd tijdstip heeft aangever de vakantiewoning in goede orde verlaten. Enkel het kiepraam van een slaapkamer is opengelaten. Bij terugkomst omstreeks 12:00 uur zag aangever dat de uitzetijzers van een kiepraam uit het hout getrokken waren. Uit de woonkamer waren een Playstation console met het spel Farming simulator, een laptop van het merk Acer, draadloze oordopjes en een verrekijker weggenomen. [26]
Ook met betrekking tot deze inbraak zijn de historische verkeersgegevens gevorderd van het telefoonnummer [telefoonnummer 1] en onderzocht over de periode gelegen tussen 1 december 2021 te 00:00 uur en 17 april 2022 te 18:15 uur. Hieruit werd bekend dat het telefoonnummer op 22 januari 2022 meerdere malen aanstraalde met de zendmast nabij het vakantiepark Port Zélande in Ouddorp. De telefoon straalde voor het eerst om 11:54:34 uur aan met de zendmast gelegen aan Port Zélande 2A en tot slot om 12:02:06 uur met de zendmast gelegen aan de Hofdijksweg 46a te Ouddorp. [27]
Feit 8
[slachtoffer 9] heeft op 4 maart 2022 aangifte gedaan van woninginbraak in een vakantiewoning gelegen op het vakantiepark Port Zélande in Ouddorp, gepleegd op 1 maart 2022 tussen 16:00 uur en 19:00 uur. Aangever heeft verklaard dat hij tussen voornoemde periode niet in de vakantiewoning aanwezig was en bij terugkomst zag hij dat het hefboompje van het klapraam op de eerste etage van het huis geforceerd was en gedeeltelijk openstond. Uit de vakantiewoning zijn weggenomen:
- een laptop van het merk Sony type Vavio, kleur zwart;
- een sleutel van aangevers auto van het merk/type Opel Zafira, voorzien van het kenteken [kenteken 5] , en;
- een autonavigatie.
De autonavigatie is met behulp van de autosleutel uit de auto weggenomen. [28]
Ook met betrekking tot deze inbraak zijn de historische verkeersgegevens gevorderd van het telefoonnummer [telefoonnummer 1] en onderzocht over de periode gelegen tussen 1 december 2021 te 00:00 uur en 17 april 2022 te 18:15 uur.
Uit onderzoek aan de verkregen verkeersgegevens is gebleken dat het telefoonnummer op 1 maart 2022 meerdere malen aanstraalde met de zendmast nabij het vakantiepark Port Zélande in Ouddorp. De telefoon straalde voor het eerst aan om 15:41:41 uur aan met de zendmast gelegen aan Port Zélande 2A en tot slot om 16:42:37 uur. [29]
Bewijsoverwegingen
De telefoon, die weggenomen is bij feit 3 blijkt na onderzoek in het bezit te zijn van mevrouw [naam 1] . Zij verklaart dat ze de telefoon heeft gekocht van [verdachte 1] . Uit haar contactenlijst blijkt dat in een korte periode 95 maal contact is geweest met het telefoonnummer van de verdachte. Vervolgens worden de historische telefoongegevens opgevraagd van het telefoonnummer van de verdachte en daaruit komt naar voren dat dit telefoonnummer, waarvan de verdachte volgens zijn eigen verklaring de enige gebruiker is, steeds als er wordt ingebroken in de vakantiewoningen, de zendmasten in de buurt van de plaatsen delict aanstraalt. Uit nader onderzoek naar de mogelijke rijroute van de gestolen Volkswagen Amarok (feit 5) tussen het vakantiepark en de vindplaats in Hoogvliet, blijkt dat het telefoonnummer van de verdachte meermaals aanstraalt met verschillende zendmasten gelegen op deze mogelijke rijroute. De verdachte heeft tijdens zijn verhoor en op de terechtzitting van 5 april 2023 hierover geen verklaring gegeven. Door de verdediging is aangevoerd dat de verklaring van [naam 1] onbetrouwbaar is en niet voor het bewijs kan worden gebezigd. De rechtbank ziet, anders dan de verdediging, geen reden om aan de betrouwbaarheid van de verklaringen van [naam 1] te twijfelen.
De verklaring lijk weliswaar op ondergeschikte onderdelen niet juist te zijn, maar dit maakt de inhoud van die verklaring als geheel naar het oordeel van de rechtbank nog niet onbetrouwbaar. Niet blijkt van oneigenlijke dwang bij de totstandkoming van de verklaring. Ook de stelling dat de naam van de verdachte door de verhoorders zou zijn ‘voorgezegd’, volgt de rechtbank niet. [naam 1] verklaarde uit zichzelf dat zij de telefoon van ’ [verdachte 1] ’ had gekocht, en uit de telefooncontacten blijkt dat zij een bekende is van de verdachte.
In het licht van de context van de strafzaak, de verklaring van [naam 1] en de overeenkomst in
modus operandimet de door de verdachte wel bekende feiten , in combinatie met de verklaring van de verdachte dat hij de enige gebruiker van zijn telefoon was, had het op de weg van de verdachte gelegen om ten aanzien van de door hem niet bekende feiten een verklaring te geven voor de aanwezigheid van zijn telefoon nabij de plaatsen delict rond het tijdstip van de inbraken Het achterwege blijven van een dergelijke – mogelijk ontlastende – verklaring sterkt de rechtbank in de overtuiging dat de verdachte ook deze feiten heeft begaan.
Gelet op het voorgaande komt de rechtbank tot een bewezenverklaring van alle ten laste gelegde feiten.
De zaak met parketnummer 03/301945-22
Nu de verdachte beide feiten heeft bekend en door of namens hem geen vrijspraak is bepleit, volstaat de rechtbank met een opgave van bewijsmiddelen als bedoeld in artikel 359, derde lid, van het Wetboek van Strafvordering, te weten:
Feit 1:
- het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 12] ; [30]
- de bekennende verklaring van de verdachte; [31]
Feit 2:
- het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 12] ; [32]
- de bekennende verklaring van de verdachte. [33]
3.4
De bewezenverklaring
De rechtbank acht bewezen dat de verdachte
in de zaak met parketnummer 03/117413-22
feit 1:
op 17 april 2022 te Valkenburg,
- een personenauto, merk Audi A6 Avant (kenteken [kenteken 3] ) en in deze personenauto:
- een portemonnee, merk Tommy Hilfiger (inhoudende o.a. een rijbewijs en meerdere bankkaarten),
- een zonnebril (merk Giorgio Armani),
- twee pakjes sigaretten (merk Marlboro),
- een bril (op sterkte) (merk Ted Baker), die aan [slachtoffer 1] toebehoorden, heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en die weg te nemen personenauto, inclusief de zich in deze personenauto bevindende goederen onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel, te weten een autosleutel tot welk gebruik hij, verdachte, onbevoegd en niet gerechtigd was;
feit 2:
op 17 april 2022 te Valkenburg, in een vakantiewoning (huisnummer 56) gelegen op het park van Landal Greenparks Kasteeldomein de Cauberg,
- een autosleutel behorende bij een Audi A6 Avant gekentekend [kenteken 3] ,
- een autosleutel behorende bij een Audi A3 gekentekend [kenteken 4] ,
- een tablet (merk Samsung A7),
- een blauwe trui (merk Adidas),
die aan [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 1] toebehoorden, heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en door middel van braak en inklimming;
feit 3:
op 16 januari 2022 te Valkenburg, in een vakantiewoning (huisnummer 79) gelegen op het park van Landal Greenparks Kasteeldomein de Cauberg,
- een mobiele telefoon + oplader (merk: Samsung A52),
- een MacBook pro 15",
- een MacBook pro 13",
- een laptop (merk: Dell),
- een of meer werktassen met inhoud (o.a. personeelspas, HDMI-kabels, toetsenbord, computermuis),
- een zonnebril (merk: Rayban),
- draadloze oordopjes (merk: Sasmung Airpods),
- een handtas met inhoud (o.a. een of meer cadeaubonnen, klantenkaarten, cashgeld, kantoorbenodigdheden) en
- een portemonnee met inhoud (twee pinpassen)
die aan [aangever 1] en [naam 4] toebehoorden, heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak en inklimming;
feit 4:
op 30 januari 2022 te Valkenburg, in een vakantiewoning (huisnummer 148) gelegen op het park van Landal Greenparks Kasteeldomein de Cauberg, een Nespresso koffieapparaat (kleur zwart, merk Krups) en een metalen traphekje (kleur zilver/zwart, merk KiddyGuard Avant), die aan Landal Greenparks te Valkenburg, toebehoorden heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak en inklimming;
feit 5:
op 19 februari 2022 te Valkenburg, in een vakantiewoning (huisnummer 12) gelegen op het park van Landal Greenparks Kasteeldomein de Cauberg,
- een (goudkleurig) horloge (merk Fossil),
- een Apple Ipad,
- een Apple Macbook pro computer en
- een hoeveelheid (contant) geld (EUR 450), die aan [slachtoffer 4] en haar dochters toebehoorden, heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak en inklimming;
feit 6:
op 7 maart 2022 te Valkenburg, in een vakantiewoning gelegen op het park van Landal Greenparks Kasteeldomein de Cauberg,
- twee mobiele telefoons (beiden van het merk: Sony, kleur: zwart),
- een horloge (kleur: zilver),
- een (bruine) portemonnee met inhoud (pinpassen, ID-kaart, rijbewijs en andere waardepapieren) en
- een (zwarte) portemonnee met inhoud (pinpassen, ID-kaart, rijbewijs en andere waardepapieren), die aan [slachtoffer 5] en [slachtoffer 6] , toebehoorden heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van inklimming;
feit 7:
op 22 januari 2022 te Ouddorp, in een vakantiewoning (nummer 299) gelegen op het park van Port Zélande,
- een Sony Playstation met daarin een computerspel (Farming Simulator),
- een laptop (merk: Acer),
- draadloze oordopjes (kleur: wit) en
- een verrekijker (kleur: zwart),
die aan [slachtoffer 8] en [slachtoffer 7] , toebehoorden heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de
plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak en inklimming;
feit 8:
op 1 maart 2022 te Ouddorp, in een vakantiewoning (nummer 706) gelegen op het park van Port Zélande,
- een Laptop (merk: Sony, type: Vavio, kleur: zwart),
- een autosleutel behorende bij Opel Zafira, grijs, gekentekend [kenteken 5] en uit deze personenauto:
- een autonavigatie,
die aan [slachtoffer 9] toebehoorden, heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak en inklimming en die weg te nemen autonavigatie onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel, te weten een autosleutel tot welk gebruik hij, verdachte, onbevoegd en niet gerechtigd was;
feit 9:
op 26 maart 2022 te Ouddorp, in een vakantiewoning (nummer 255) gelegen op het park van Port Zélande,
- een Apple watch (type: generation 6),
- een portemonnee met inhoud (pinpas met IBAN [IBAN-rekeningnummer 1] , paspoort, zorgpas, rijbewijs en een hoeveelheid geld (EUR 250,-)),
- een portemonnee met inhoud (pinpas met IBAN [IBAN-rekeningnummer 2] , zorgpasje, paspoort, rijbewijs en een hoeveelheid geld (EUR 50,-)),
- een portemonnee met inhoud (bankpas van de Volksbank, gezondheidspas, paspoort, rijbewijs),
- een autosleutel behorende bij een Volkswagen Amarok, grijs, gekentekend [kenteken 6] ,
- huissleutels
- een afstandsbediening van de (garage)poort en
- een horloge (merk: Tommy Hilfiger classic, kleur: Zilver/Goud),
die toebehorende aan [naam 3] , [slachtoffer 10] , [naam 2] en [slachtoffer 11] , heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van inklimming;
feit 10:
op 26 maart 2022 te Ouddorp,
- een personenauto, merk Volkswagen Amarok (kenteken [kenteken 6] ), die aan [naam 3] toebehoorde, heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte die weg te nemen personenauto onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel, te weten een autosleutel tot welk gebruik hij, verdachte, onbevoegd en niet gerechtigd was;
in de zaak met parketnummer 03/301945-22
feit 1:
op 5 februari 2022 te 's-Gravenhage, in een vakantiewoning (huisnummer 88) gelegen op het park van Roompot Kijkduin,
- een laptop (merk: Asus UX305 CA),
- een laptop (merk: Asus ZenBook) + cognacleren beschermhoes,
- een laptop (merk: Acer; dienstlaptop Politie 's-Gravenhage),
- een mobiele telefoon (merk: Samsung A20, diensttelefoon Politie 's-Gravenhage),
- een (zwarte) rugtas met inhoud (o.a. agenda en personeelspas),
- een portemonnee met inhoud (o.a. bankpassen, rijbewijs, identiteitskaart e.d.),
- een pager (politie 's-Gravenhage),
- autosleutels behorende bij een personenauto merk Kia voorzien van kenteken [kenteken 7] ,
- fietssleutels behorende bij een damesfiets merk Batavus (grijs),
die aan [slachtoffer 12] en/of [slachtoffer 13] en/of Politie 's-Gravenhage, toebehoorden heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak en inklimming;
feit 2:
op 5 februari 2022 te 's-Gravenhage, een damesfiets (merk: Batavus, kleur: grijs), die geheel aan [slachtoffer 12] en [slachtoffer 13] , toebehoorde heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen.
Kennelijke taal- en/of schrijffouten in de tenlastelegging zijn in de bewezenverklaring verbeterd.
De rechtbank acht niet bewezen hetgeen meer of anders is ten laste gelegd. De verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert de volgende strafbare feiten op:
t.a.v. feit 1 onder parketnummer 03/117413-22
diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel
t.a.v. feit 2, feit 3, feit 4, feit 5 en feit 7 onder parketnummer 03/117413-22 en feit 1 onder parketnummer 03/301945-22
diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak en inklimming
t.a.v. feit 6 en feit 9 onder parketnummer 03/117413-22
diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van inklimming
t.a.v. feit 8 onder parketnummer 03/117413-22
diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak en inklimming en het goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel
t.a.v. feit 10 onder parketnummer 03/117413-22
diefstal, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel
t.a.v. feit 2 onder parketnummer 03/301945-22
diefstal
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.

5.De strafbaarheid van de verdachte

De verdachte is strafbaar, omdat geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die zijn strafbaarheid uitsluiten.

6.De straf en/of de maatregel

6.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd aan de verdachte een gevangenisstraf op te leggen voor de duur van 36 maanden, waarvan 18 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaren, en met aftrek van de tijd dat verdachte in voorarrest heeft doorgebracht. Aan het voorwaardelijke deel dienen de bijzondere voorwaarden te worden verbonden overeenkomstig het advies van de reclassering.
6.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft bepleit om te volstaan met gevangenisstraf voor de duur van 360 dagen, waarvan 150 dagen voorwaardelijk. Aan het voorwaardelijke deel kunnen dan de bijzondere voorwaarden worden verbonden overeenkomstig het advies van de reclassering. De raadsman heeft zich op het standpunt gesteld dat voor de strafmaat aansluiting moet worden gezocht bij de oriëntatiepunten voor een bedrijfsinbraak, omdat personen maar kort in een vakantiewoning verblijven. Tot slot heeft de raadsman verzocht om rekening de houden met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, waaronder zijn gezondheid.
6.3
Het oordeel van de rechtbank
Bij de bepaling van de op te leggen straf is gelet op de aard en ernst van hetgeen bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder het bewezenverklaarde is begaan en op de persoon van de verdachte, zoals een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen.
De verdachte heeft zich bij herhaling schuldig gemaakt aan meerdere inbraken in vakantiewoningen. Feiten zoals deze hebben, net als een woninginbraak, een forse impact op de slachtoffers. De aantasting van hun privacy en het kwijtraken van bezittingen veroorzaken gevoelens van angst en onveiligheid. Een deel van de slachtoffers heeft hun vakantie door het handelen van de verdachte voortijdig moeten beëindigen. Ook waren er slachtoffers die tijdelijk woonachtig waren in een vakantiewoning, omdat zij niet in hun eigen woning konden verblijven. Twee slachtoffers hadden hun woning moeten verlaten vanwege de watersnood in Valkenburg in juli 2021, waardoor hun woning onbewoonbaar was geworden. Naast de gevolgen hiervan, kregen zij ook nog te maken met een brutale inbraak. Bij alle slachtoffers werden waardevolle goederen weggenomen. De ernst van de feiten en de impact die deze feiten hebben (gehad) op de slachtoffers maken al dat voor deze delicten een lange onvoorwaardelijke gevangenisstraf passend is.
Bij het bepalen van de straf heeft de rechtbank gekeken naar de landelijke oriëntatiepunten voor straftoemeting (de LOVS-oriëntatiepunten) en het soort straffen dat doorgaans wordt opgelegd voor de gepleegde feiten. Ook heeft de rechtbank gekeken naar het strafblad van de verdachte. Hieruit blijkt dat de verdachte eerder veelvuldig met politie en justitie in aanraking is gekomen, ook voor inbraken. In het voordeel van de verdachte heeft de rechtbank zijn proceshouding laten meewegen. Een deel van de feiten heeft de verdachte van begin af aan bekend en op de terechtzitting heeft hij ook de feiten van de gevoegde strafzaak bekend. De verdachte heeft verklaard spijt te hebben van zijn daden en is zich bewust geworden van de nadelige gevolgen voor de slachtoffers.
De reclassering heeft omtrent de persoon van de verdachte op 28 december 2022 een rapport uitgebracht. Hierin heeft zij geadviseerd om bij een bewezenverklaring een gedeelte van de straf voorwaardelijk op te leggen en hieraan bijzondere voorwaarden te verbinden om het recidiverisico in te perken. De rechtbank ziet ook de noodzaak van deze voorwaarden en zal het advies van de reclassering opvolgen.
Ter terechtzitting heeft de verdachte verklaard dat hij er meer wil zijn voor zijn vrouw en kind, en dat er veel op het spel staat. De verdachte bevond zich ten tijde van de feiten in een slechte periode van zijn leven, maar momenteel gaat het beter. Hij is bereid zich te houden aan de door de reclassering geadviseerde bijzondere voorwaarden.
Alles afwegend acht de rechtbank de eis van de officier van justitie passend. Zij zal aan de verdachte een gevangenisstraf opleggen voor de duur 36 maanden, waarvan 18 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaren. Door, naast een onvoorwaardelijke gevangenisstraf, een deels voorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen, wil de rechtbank enerzijds de ernst van de door de verdachte gepleegde strafbare feiten tot uitdrukking brengen, en anderzijds de verdachte ervan weerhouden om zich opnieuw schuldig te maken aan een strafbaar feit. Aan het voorwaardelijke gedeelte van de straf verbindt de rechtbank de voorwaarden die door de reclassering zijn geadviseerd. De proeftijd van 3 jaren acht de rechtbank noodzakelijk om de verdachte voor een langere periode te monitoren en zo het recidiverisico zo vele mogelijk te beperken.
Tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat de verdachte in aanmerking komt voor deelname aan een penitentiair programma, als bedoeld in artikel 4 Penitentiaire beginselenwet of tot het moment dat de regeling van voorwaardelijke invrijheidsstelling aan de orde is, als bedoeld in artikel 6:2:10 Wetboek van Strafvordering.

7.De benadeelde partijen en de schadevergoedingsmaatregelen

Dertien slachtoffers hebben zich als benadeelde partij in het strafproces gevoegd.
7.1
In de zaak met parketnummer 03/117413-22
7.1.1
De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1] (feit 1)
[slachtoffer 1] vordert een bedrag van € 679,- ter vergoeding van materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de benadeelde niet-ontvankelijk moet worden verklaard in de vordering, omdat de gevorderde schadeposten onvoldoende zijn onderbouwd.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft zich eveneens op het standpunt gesteld dat de benadeelde niet-ontvankelijk moet worden verklaard, omdat de gevorderde schadeposten niet zijn onderbouwd.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank is met de officier van justitie en de verdediging van oordeel dat de benadeelde niet-ontvankelijk moet worden verklaard, nu de gevorderde schadeposten onvoldoende zijn onderbouwd.
7.1.2
De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 2] (feit 2)
[slachtoffer 2] vordert een bedrag van € 264,- aan materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering voor wat betreft de iPad moet worden toegewezen en dat het gevorderde bedrag voor de trui moet worden afgewezen. De benadeelde heeft de trui namelijk teruggekregen.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft zich op het standpunt gesteld dat de benadeelde niet-ontvankelijk moet worden verklaard in de vordering, omdat de gevorderde schadeposten niet zijn onderbouwd. Onvoldoende duidelijk is geworden of de benadeelde van de verzekering niet reeds een uitkering heeft ontvangen. De benadeelde is ook niet ter terechtzitting verschenen om hierover duidelijkheid te verschaffen
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank overweegt dat het een benadeelde partij vrij staat om vergoeding van schade te vorderen in het strafproces of te claimen bij de verzekering, ongeacht of deze schade ook door de verzekering vergoed kan worden. De rechtbank is van oordeel dat het gevorderde bedrag voor de iPad deels moet worden toegewezen. Bij het vaststellen van het schadebedrag van de iPad zal de rechtbank gebruikmaken van haar schattingsbevoegdheid, omdat deze ouder was dan één jaar. De rechtbank schat de schade, geleden door het verlies van de iPad, op een bedrag van € 125,-, en zal dit bedrag aan materiële schade toewijzen. Het meergevorderde zal de rechtbank afwijzen. De trui is immers geretourneerd aan de benadeelde.
7.1.3
De vordering van de benadeelde partij Veenhuizen (feit 4)
[slachtoffer 3] vordert een bedrag van € 1.115,- aan materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de benadeelde niet-ontvankelijk moet worden verklaard in de vordering. Er ontbreekt een machtiging of een uittreksel van de Kamer van Koophandel van Landal Greenparks Kasteeldomein de Cauberg, waardoor niet kan worden vastgesteld dat de benadeelde die de vorderingen heeft ingediend, bevoegd was tot het indienen daarvan.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft bepleit de benadeelde niet-ontvankelijk te verklaren wegens het ontbreken van een machtiging of een uittreksel van de Kamer van Koophandel van Landal Greenparks Kasteeldomein de Cauberg.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank is met de officier van justitie en de verdediging van oordeel dat de benadeelde niet-ontvankelijk moet worden verklaard in de vordering, omdat de aangifte is gedaan namens Landal Greenparks, en een machtiging of een uittreksel van de Kamer van Koophandel van Landal Greenparks Kasteeldomein de Cauberg ontbreekt, waardoor niet is komen vast te staan dat de benadeelde die de vorderingen heeft ingediend, bevoegd was tot het indienen daarvan. De benadeelde in de gelegenheid stellen dit verzuim te herstellen en het onderzoek ter terechtzitting daarvoor te schorsen, zou een té grote belasting zijn voor het strafproces.
7.1.4
De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 4] (feit 5)
[slachtoffer 4] vordert een bedrag van € 3.576,06 aan materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente en oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering in zijn geheel kan worden toegewezen.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heef zich op het standpunt gesteld dat de benadeelde niet-ontvankelijk moet worden verklaard in de vordering. Het door de benadeelde gevorderde bedrag is niet te verklaren aan de hand van de stukken die aan de vordering ten grondslag liggen. Uit het voegingsformulier blijkt dat de benadeelde voor een aantal goederen op de tenlastelegging een schadevergoeding heeft ontvangen van de verzekering. Onvoldoende is duidelijk geworden waarom de MacBook en het verblijf op het vakantiepark niet door de verzekering zijn vergoed. De benadeelde is ook niet ter terechtzitting verschenen om hierover duidelijkheid te verschaffen.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank overweegt dat het een benadeelde partij vrij staat om vergoeding van schade te vorderen in het strafproces of te claimen bij de verzekering, ongeacht of deze schade ook door de verzekering vergoed kan worden. Het gevorderde bedrag voor het verlies van de MacBook kan worden toegewezen. Bij het vaststellen van het schadebedrag ten aanzien van het verblijf op het vakantiepark zal rechtbank gebruikmaken van haar schattingsbevoegdheid, omdat de inbraak op de tweede dag van het verblijf heeft plaatsgevonden. De rechtbank schat de schade op een bedrag van € 400,-. In het meergevorderde zal de benadeelde niet-ontvankelijk worden verklaard.
7.1.5
De benadeelde partijen [slachtoffer 5] en [slachtoffer 6] (feit 6)
De benadeelde [slachtoffer 5] vordert een bedrag van € 155,30 aan materiële schadevergoeding en
€ 250,- aan immateriële schadevergoeding, te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
[slachtoffer 6] vordert een bedrag van € 919,34 aan materiële schadevergoeding en € 250,- aan immateriële schadevergoeding, te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat beide vorderingen kunnen worden toegewezen. De schadeposten voor de materiële schade zijn voldoende onderbouwd. Met betrekking tot de gevorderde bedragen aan immateriële schade heeft de officier van justitie zich op het standpunt gesteld dat uit het dossier voldoende is gebleken dat beide benadeelde partijen op andere wijze in de persoon zijn aangetast. De benadeelde waren immers aanwezig in het vakantiehuis toen de verdachte de inbraak pleegde.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft vrijspraak bepleit van het onder 6 ten laste gelegde en heeft zich daarom primair op het standpunt gesteld dat de benadeelden niet-ontvankelijk moeten worden verklaard in de vorderingen. Subsidiair heeft de raadsman zich voor het gevorderde aan materiële en immateriële schadevergoeding gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank is van oordeel dat het gevorderde bedrag aan materiële schadevergoeding voor beide benadeelden kan worden toegewezen, nu de posten zijn onderbouwd en door of namens de verdediging hier geen verweer op is gevoerd.
Voor wat betreft de vergoeding van immateriële schade (smartengeld) als gevolg van het handelen van de verdachte heeft de rechtbank acht geslagen op het arrest van de Hoge Raad van 15 oktober 2019 (ECLI:NL:HR:2019:1465), waarin de Hoge Raad heeft overwogen dat niet is uitgesloten dat een inbraak in een woning en daarmee een inbreuk op het recht op eerbiediging van de privésfeer, voor de bewoner van die woning dermate ingrijpende gevolgen heeft dat zij grond kan bieden voor het aannemen van een aantasting in de persoon, ook als die gevolgen niet als geestelijk letsel zijn aan te merken.
De rechtbank is van oordeel dat een dergelijk geval zich hier voordoet. Beide benadeelden zijn op gevorderde leeftijd en waren aanwezig in de vakantiewoning ten tijde van de inbraak. [slachtoffer 5] zat op het moment van de inbraak op de bovenverdieping in bad en [slachtoffer 6] was eveneens op de bovenverdieping aanwezig. Uit de toelichting op de vordering blijkt dat zij beiden nog steeds last hebben van gevoelens van onveiligheid in hun eigen huis. Deze feiten en omstandigheden maken dat de benadeelden in aanmerking komen voor immateriële schadevergoeding.
7.1.6
De benadeelde partijen [slachtoffer 7] en [slachtoffer 8] (feit 7)
De benadeelde [slachtoffer 7] vordert een bedrag van € 304,65 aan materiële schadevergoeding, te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
De benadeelde [slachtoffer 8] vordert een bedrag van € 598,50 aan materiële schadevergoeding, te vermeerderen met de wettelijke rente en oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering van [slachtoffer 7] kan worden toegewezen met uitzondering van het gevorderde voor de PlayStation. Het gevorderde bedrag voor de PlayStation console wordt namelijk ook door de benadeelde [slachtoffer 8] gevorderd, terwijl maar één PlayStation console is weggenomen. [slachtoffer 8] moet niet-ontvankelijk worden verklaard in de vordering, omdat deze niet is ondertekend.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft vrijspraak bepleit van het onder 7 ten laste gelegde en heeft zich daarom primair op het standpunt gesteld dat de benadeelden niet-ontvankelijk zijn in de vorderingen. Subsidiair heeft de raadsman de niet-ontvankelijkheid van beide benadeelden bepleit omdat uit de onderbouwing van [slachtoffer 7] blijkt dat hij door de verzekering reeds schadeloos is gesteld voor het verlies van de weggenomen goederen, en de vordering van [slachtoffer 8] onvoldoende is onderbouwd. Bovendien is niet duidelijk geworden of de weggenomen PlayStation console en het PlayStationspel aan [slachtoffer 7] (die al schadeloos is gesteld door de verzekering) of [slachtoffer 8] toebehoorde. Beide benadeelden zijn ook niet ter terechtzitting verschenen om hier meer duidelijkheid in te verschaffen.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank is van oordeel dat beide benadeelden niet-ontvankelijk moeten worden verklaard in hun vorderingen. De benadeelde [slachtoffer 7] is ten aanzien van de nu opgevoerde posten reeds schadeloosgesteld door de verzekering en de vordering van [slachtoffer 8] is niet ondertekend, zodat hij reeds hierom hierin niet kan worden ontvangen.
7.1.7
De benadeelde partij [slachtoffer 9] (feit 8)
De benadeelde partij [slachtoffer 9] vordert een bedrag van € 278,- aan materiële schadevergoeding, te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot niet-ontvankelijkheid van de benadeelde aangezien de vordering niet met stukken is onderbouwd.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft vrijspraak bepleit van het onder 8 ten laste gelegde en heeft zich daarom primair op het standpunt gesteld dat de benadeelde niet-ontvankelijk is in de vordering. Subsidiair heeft de raadsman de niet-ontvankelijkheid van de benadeelde bepleit wegens het ontbreken van onderbouwende stukken.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank is met de officier van justitie en de verdediging van oordeel dat de benadeelde niet-ontvankelijk moet worden verklaard in de vordering, omdat de opgevoerde schadeposten niet zijn onderbouwd.
7.1.8
De benadeelde partij [slachtoffer 10] (feit 9)
De benadeelde [slachtoffer 10] vordert een bedrag van € 738,71 aan materiële schadevergoeding, te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel. Tevens vordert [slachtoffer 10] onder proceskosten een bedrag van € 77,- voor het aanvragen van een nieuw paspoort en rijbewijs.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering in zijn geheel kan worden toegewezen, met dien verstande dat de gevorderde bedragen voor het vervangend paspoort en rijbewijs als materiële schadevergoeding moeten worden toegewezen en niet als proceskosten.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft vrijspraak bepleit van het onder 9 ten laste gelegde en heeft zich daarom primair op het standpunt gesteld dat de benadeelde niet-ontvankelijk is in de vordering. Subsidiair heeft de raadsman de niet-ontvankelijkheid van de benadeelde bepleit omdat er meerdere bedragen worden gevorderd zonder een duidelijke onderbouwing. Evenmin is duidelijk waarom de schadeclaim niet bij de verzekering is neergelegd. De benadeelde is ook niet ter terechtzitting verschenen om hierover duidelijkheid te verschaffen.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank is van oordeel dat de vordering deels toewijsbaar is. Bij het vaststellen van het schadebedrag van de Apple Watch zal de rechtbank gebruikmaken van haar schattingsbevoegdheid. De Apple Watch was ten tijde van de inbraak meer dan een jaar oud. De rechtbank schat het schadebedrag ten aanzien van de Apple Watch op een bedrag van
€ 400,-, en zal de benadeelde in het meergevorderde niet-ontvankelijk verklaren. Ook in de vordering ten aanzien van de Apple Watch armband zal de rechtbank de benadeelde niet-ontvankelijk verklaren, omdat deze niet op de tenlastelegging staat en uit het dossier niet is gebleken dat deze is weggenomen. Het gevorderde aan proceskosten wordt toegewezen als materiële schadevergoeding, omdat de gestelde schadeposten geen proceskosten zijn.
7.1.9
De benadeelde partij [slachtoffer 11] (feit 9)
De benadeelde [slachtoffer 11] vordert een bedrag van € 152,06 aan materiële schadevergoeding, te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd de benadeelde niet-ontvankelijk te verklaren in de vordering aangezien de vordering niet met stukken is onderbouwd.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft vrijspraak bepleit van het onder 9 ten laste gelegde en heeft zich daarom primair op het standpunt gesteld dat de benadeelde niet-ontvankelijk is in de vordering. Subsidiair heeft de raadsman niet-ontvankelijkheid van de benadeelde bepleit omdat de vordering niet is onderbouwd met nadere stukken.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank is van oordeel dat de benadeelde niet-ontvankelijk moet worden verklaard in de vordering, omdat de gestelde schadeposten niet zijn onderbouwd.
7.2
In de zaak met parketnummer 03/301945-22
7.2.1
De benadeelde partijen [slachtoffer 12] en [slachtoffer 13] (feit 1 en feit 2)
De benadeelde [slachtoffer 12] vordert een bedrag van € 387,75 aan materiële schadevergoeding en € 700,- aan immateriële schadevergoeding, te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
De benadeelde [slachtoffer 13] vordert een bedrag van € 931,79 aan materiële schadevergoeding en € 700,- aan immateriële schadevergoeding, te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat het gevorderde aan materiële schadevergoeding van beide benadeelden geheel toewijsbaar is. Het gevorderde aan immateriële schadevergoeding dient te worden gematigd, omdat in vergelijkbare gevallen doorgaans een lagere schadevergoeding wordt toegekend. De officier van justitie sluit bij het toe te wijzen bedrag aan bij het gevorderde aan immateriële schadevergoeding van de benadeelden [slachtoffer 5] en [slachtoffer 6] (feit 6), te weten een bedrag van € 250,-.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft zich op het standpunt gesteld dat het gevorderde aan materiële schadevergoeding van [slachtoffer 12] moet worden afgewezen. Onvoldoende is duidelijk geworden of de benadeelde de schade niet kon neerleggen bij de verzekering. Tevens is onvoldoende onderbouwd waarom de benadeelde met het gezin heeft moeten verblijven in een hotel. De benadeelde is ook niet ter terechtzitting verschenen om hierover duidelijkheid te verschaffen. De verdediging heeft geen verweer gevoerd op het gevorderde aan materiële schadevergoeding van [slachtoffer 13] .
Het gevorderde aan immateriële schadevergoeding komt in beide gevallen voor toewijzing in aanmerking, maar dient te worden gematigd.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank is van oordeel dat het gevorderde aan materiële schadevergoeding van beide benadeelde partijen kan worden toegewezen. De vordering van [slachtoffer 12] is voldoende onderbouwd en door de gemachtigde is ter terechtzitting uitgelegd waarom het hele gezin in een hotel heeft moeten verblijven. Het staat een benadeelde vrij om de schade te vorderen via het strafproces en deze is niet verplicht de schade eerst bij de verzekering neer te leggen.
De rechtbank acht geen gronden aanwezig voor toewijzing van immateriële schadevergoeding. Onvoldoende is met stukken onderbouwd dat de benadeelde partijen geestelijk letsel hebben opgelopen, en er geen sprake van een normschending die naar aard en ernst meebrengt dat – ook zonder het bestaan van geestelijk letsel - een aantasting van de persoon moet worden aangenomen. Onder meer waren geen van beide benadeelden, anders dan in geval van [slachtoffer 5] en [slachtoffer 6] (feit 6), tijdens de inbraak aanwezig in de woning. Beide benadeelden zullen daarom niet-ontvankelijk worden verklaard in het gevorderde aan immateriële schadevergoeding.

8.Het beslag

In het dossier bevindt zich een beslaglijst met daarop twee portemonnees (goednummer G1513103 en G1513109). Beide portemonnees zullen aan de verdachte worden geretourneerd, nu het belang van strafvordering zich niet meer verzet tegen de teruggave van de inbeslaggenomen goederen.

9.De wettelijke voorschriften

De beslissing berust op de artikelen 14a, 14b, 14c, 36f, 57, 310 en 311 van het Wetboek van Strafrecht.

10.De beslissing

De rechtbank:
Bewezenverklaring
  • verklaart het tenlastegelegde bewezen zoals hierboven onder 3.4 is omschreven;
  • spreekt de verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
Strafbaarheid
  • verklaart dat het bewezenverklaarde de strafbare feiten oplevert zoals hierboven onder 4 is omschreven;
  • verklaart de verdachte strafbaar;
Gevangenisstraf
  • veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf van 36 maanden;
  • beveelt dat de tijd die door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van deze gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
  • bepaalt een gedeelte van de straf groot 18 maanden niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, omdat de veroordeelde voor het einde van een proeftijd van 3 jaren zich aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt dan wel de hierna te noemen bijzondere voorwaarden niet heeft nageleefd;
  • voorwaarden daarbij zijn dat de veroordeelde gedurende de proeftijd:
ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking zal verlenen aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
medewerking zal verlenen aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht, daaronder begrepen;
- stelt de volgende bijzondere voorwaarden, waaraan de veroordeelde gedurende de proeftijd heeft te voldoen:
a.
Meldplicht bij reclassering
Veroordeelde meldt zich binnen drie dagen na het ingaan van de proeftijd bij verslavingsreclassering Novadic-Kentron op het adres Dr. Poletlaan 74-76 te Eindhoven. Veroordeelde blijft zich melden op afspraken met de reclassering, zo vaak en zolang de reclassering dat nodig vindt;
Ambulante behandeling (met mogelijkheid tot kortdurende klinische opname)
Veroordeelde laat zich behandelen door GGzE De Omslag of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering. De behandeling start zo spoedig mogelijk. De behandeling duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. Veroordeelde houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling. Gelet op de problematiek kan hieronder ook het innemen van medicijnen vallen, als de zorgverlener dat nodig vindt. Bij een terugval in middelengebruik of verslechtering van het psychiatrische ziektebeeld kan de reclassering een indicatiestelling aanvragen voor een kortdurende opname voor bijvoorbeeld crisisbehandeling, detoxificatie, stabilisatie, observatie of diagnostiek. Als de voor indicatie verantwoordelijke instantie een kortdurende opname indiceert, zal veroordeelde zich, na goedkeuring door de rechter, laten opnemen in een zorginstelling voor zeven weken of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. De justitiële instantie die verantwoordelijk is voor plaatsing in forensische zorg, bepaalt in welke zorginstelling de opname plaatsvindt. Veroordeelde houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorginstelling geeft voor de behandeling. Gelet op de problematiek kan hieronder ook het innemen van medicijnen vallen, als de zorginstelling dat nodig vindt;
Drugsverbod
Veroordeelde gebruikt geen drugs en werkt mee aan controle op dit verbod. De controle gebeurt met urineonderzoek. De reclassering bepaalt hoe vaak veroordeelde wordt gecontroleerd;
Alcoholverbod
Veroordeelde gebruikt geen alcohol, en werkt mee aan urineonderzoek en ademonderzoek (blaastest) om dit alcoholverbod te controleren. De reclassering bepaalt met welke controlemiddelen en hoe vaak veroordeelde wordt gecontroleerd;
Meewerken aan schuldhulpverlening
Veroordeelde werkt mee aan het aflossen van zijn schulden en het treffen van afbetalingsregelingen, ook als dit inhoudt meewerken aan schuldhulpverlening in het kader van de Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen. Veroordeelde geeft de reclassering inzicht in zijn financiën en schulden;
- geeft aan voornoemde reclasseringsinstelling de opdracht als bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden;
Benadeelde partij [slachtoffer 1]
  • verklaart de benadeelde partij [slachtoffer 1] niet-ontvankelijk in haar vordering tot schadevergoeding;
  • veroordeelt de benadeelde partij [slachtoffer 1] in de kosten van de verdachte, ter verdediging tegen de vordering gemaakt, tot heden begroot op nihil;
Benadeelde partij [slachtoffer 2] en de schadevergoedingsmaatregel
  • wijst de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 2] gedeeltelijk toe en veroordeelt de verdachte om aan de benadeelde partij [slachtoffer 2] te betalen een bedrag van € 125,- aan materiële schadevergoeding, te vermeerderen met de wettelijke rente te berekenen over de periode van 17 april 2022 tot aan de dag van de volledige voldoening;
  • wijst af het meergevorderde aan materiële schadevergoeding;
  • veroordeelt de verdachte in de kosten door de benadeelde partij in het kader van deze procedure gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, begroot tot heden op nihil;
  • legt aan de verdachte de verplichting op tot betaling aan de Staat ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 2] van een bedrag van € 125,- te vermeerderen met de wettelijke rente te berekenen over de periode vanaf 17 april 2022 tot aan de dag van de volledige voldoening;
  • bepaalt dat, indien volledig verhaal niet mogelijk blijkt, gijzeling kan worden toegepast voor de duur van 2 dagen. De toepassing van gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
  • bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen;
Benadeelde partij [slachtoffer 3]
  • verklaart de benadeelde partij [slachtoffer 3] niet-ontvankelijk in zijn vordering tot schadevergoeding;
  • veroordeelt de benadeelde partij [slachtoffer 3] in de kosten van de verdachte, ter verdediging tegen de vordering gemaakt, tot heden begroot op nihil;
Benadeelde partij [slachtoffer 4] en de schadevergoedingsmaatregel
- wijst de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 4] gedeeltelijk toe en veroordeelt de verdachte om aan de benadeelde partij [slachtoffer 4] te betalen een bedrag van
€ 2.787,95 aan materiële schadevergoeding, te vermeerderen met de wettelijke rente te berekenen over de periode van 19 februari 2022 tot aan de dag van de volledige voldoening;
  • verklaart de benadeelde partij voor het meergevorderde aan materiële schadevergoeding niet-ontvankelijk;
  • veroordeelt de verdachte in de kosten door de benadeelde partij in het kader van deze procedure gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, begroot tot heden op nihil;
  • legt aan de verdachte de verplichting op tot betaling aan de Staat ten behoeve van de benadeelde Van Weerden van een bedrag van € 2.787,95 te vermeerderen met de wettelijke rente te berekenen over de periode vanaf 19 februari 2022 tot aan de dag van de volledige voldoening;
  • bepaalt dat, indien volledig verhaal niet mogelijk blijkt, gijzeling kan worden toegepast voor de duur van 37 dagen. De toepassing van gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
  • bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen;
Benadeelde partij [slachtoffer 5] en de schadevergoedingsmaatregel
  • wijst de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 5] volledig toe en veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 5] van een bedrag van € 405,30 te vermeerderen met de wettelijke rente over de periode van 7 maart 2022 tot aan de dag der gehele voldoening. Voornoemd bedrag bestaat uit € 155,30 aan materiële schadevergoeding en € 250,- aan immateriële schadevergoeding;
  • veroordeelt de verdachte tevens in de proceskosten door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en in de proceskosten die de benadeelde partij ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog moet maken;
  • legt aan de verdachte de verplichting op tot betaling aan de Staat ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 5] van een bedrag van € 405,30, bestaande uit € 155,30 aan materiële schadevergoeding en € 250,- aan immateriële schadevergoeding, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 7 maart 2022 tot aan de dag van de volledige voldoening;
  • bepaalt dat, indien volledig verhaal niet mogelijk blijkt, gijzeling kan worden toegepast voor de duur van 8 dagen. De toepassing van gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
  • bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen;
Benadeelde partij [slachtoffer 6] en de schadevergoedingsmaatregel
- wijst de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 6] volledig toe en veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 6] van een bedrag van
€ 1.169,34 te vermeerderen met de wettelijke rente over de periode van 7 maart 2022 tot aan de dag der gehele voldoening. Voornoemd bedrag bestaat uit € 919,34 aan materiële schadevergoeding en € 250,- aan immateriële schadevergoeding;
  • veroordeelt de verdachte tevens in de proceskosten door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en in de proceskosten die de benadeelde partij ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog moet maken;
  • legt aan de verdachte de verplichting op tot betaling aan de Staat ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 6] van een bedrag van € 1.169,34, bestaande uit € 919,34 aan materiële schadevergoeding en € 250,- aan immateriële schadevergoeding, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 7 maart 2022 tot aan de dag van de volledige voldoening
  • bepaalt dat, indien volledig verhaal niet mogelijk blijkt, gijzeling kan worden toegepast voor de duur van 21 dagen. De toepassing van gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;.;
  • bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen;
Benadeelde partij [slachtoffer 7]
  • verklaart de benadeelde partij [slachtoffer 7] niet-ontvankelijk in zijn vordering tot schadevergoeding;
  • veroordeelt de benadeelde partij [slachtoffer 7] in de kosten van de verdachte, ter verdediging tegen de vordering gemaakt, tot heden begroot op nihil;
Benadeelde partij [slachtoffer 8]
  • verklaart de benadeelde partij [slachtoffer 8] niet-ontvankelijk in zijn vordering tot schadevergoeding;
  • veroordeelt de benadeelde partij [slachtoffer 8] in de kosten van de verdachte, ter verdediging tegen de vordering gemaakt, tot heden begroot op nihil;
Benadeelde partij [slachtoffer 9]
  • verklaart de benadeelde partij [slachtoffer 9] niet-ontvankelijk in zijn vordering tot schadevergoeding;
  • veroordeelt de benadeelde partij [slachtoffer 9] in de kosten van de verdachte, ter verdediging tegen de vordering gemaakt, tot heden begroot op nihil;
Benadeelde partij [slachtoffer 10] en de schadevergoedingsmaatregel
  • wijst de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 10] gedeeltelijk toe en veroordeelt de verdachte om aan de benadeelde partij [slachtoffer 10] te betalen een bedrag van € 736,- aan materiële schadevergoeding, te vermeerderen met de wettelijke rente te berekenen over de periode van 26 maart 2022 tot aan de dag van de volledige voldoening;
  • verklaart de benadeelde partij voor het meergevorderde aan materiële schadevergoeding niet-ontvankelijk;
  • veroordeelt de verdachte in de kosten door de benadeelde partij in het kader van deze procedure gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, begroot tot heden op nihil;
  • legt aan de verdachte de verplichting op tot betaling aan de Staat ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 10] van een bedrag van € 736,- te vermeerderen met de wettelijke rente te berekenen over de periode vanaf 26 maart 2022 tot aan de dag van de volledige voldoening;
  • bepaalt dat, indien volledig verhaal niet mogelijk blijkt, gijzeling kan worden toegepast voor de duur van 14 dagen. De toepassing van gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
  • bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen;
Benadeelde partij [slachtoffer 11]
  • verklaart de benadeelde partij [slachtoffer 11] niet-ontvankelijk in zijn vordering tot schadevergoeding;
  • veroordeelt de benadeelde partij [slachtoffer 11] in de kosten van de verdachte, ter verdediging tegen de vordering gemaakt, tot heden begroot op nihil;
Benadeelde partij [slachtoffer 12] en de schadevergoedingsmaatregel
  • wijst de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 12] gedeeltelijk toe en veroordeelt de verdachte om aan de benadeelde partij [slachtoffer 12] te betalen een bedrag van € 387,75 aan materiële schadevergoeding, te vermeerderen met de wettelijke rente te berekenen over de periode van 5 februari 2022 tot aan de dag van de volledige voldoening;
  • verklaart de benadeelde partij voor het gevorderde aan immateriële schadevergoeding niet-ontvankelijk;
  • veroordeelt de verdachte in de kosten door de benadeelde partij in het kader van deze procedure gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, begroot tot heden op nihil;
  • legt aan de verdachte de verplichting op tot betaling aan de Staat ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 12] van een bedrag van € 387,75 te vermeerderen met de wettelijke rente te berekenen over de periode vanaf 5 februari 2022 tot aan de dag van de volledige voldoening;
  • bepaalt dat, indien volledig verhaal niet mogelijk blijkt, gijzeling kan worden toegepast voor de duur van 7 dagen. De toepassing van gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
  • bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen;
Benadeelde partij [slachtoffer 13] en de schadevergoedingsmaatregel
  • wijst de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 13] gedeeltelijk toe en veroordeelt de verdachte om aan de benadeelde partij [slachtoffer 13] te betalen een bedrag van € 931,79 aan materiële schadevergoeding, te vermeerderen met de wettelijke rente te berekenen over de periode van 5 februari 2022 tot aan de dag van de volledige voldoening;
  • verklaart de benadeelde partij voor het gevorderde aan immateriële schadevergoeding niet-ontvankelijk;
  • veroordeelt de verdachte in de kosten door de benadeelde partij in het kader van deze procedure gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, begroot tot heden op nihil;
  • legt aan de verdachte de verplichting op tot betaling aan de Staat ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 13] van een bedrag van € 931,79 te vermeerderen met de wettelijke rente te berekenen over de periode vanaf 5 februari 2022 tot aan de dag van de volledige voldoening;
  • bepaalt dat, indien volledig verhaal niet mogelijk blijkt, gijzeling kan worden toegepast voor de duur van 18 dagen. De toepassing van gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
  • bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen;
Beslag
- gelast de teruggave van de volgende in beslag genomen voorwerpen aan de veroordeelde:
  • 1 STK Portemonnee (met goednummer PL2300-2022056807-G1513103);
  • 1 STK Portemonnee (met goednummer PL2300-2022056807-G1513109);
Dit vonnis is gewezen door mr. K.G. Witteman, voorzitter, mr. G.P.C. Dijkshoorn-Sleebe en mr. J. van Berchum, rechters, in tegenwoordigheid van mr. C.W.P. Huntjens, griffier, en uitgesproken ter openbare zitting van 19 april 2023.
Buiten staat
Mr. Van Berchum is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.
BIJLAGE I: De tenlasteleggingen
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat
In de zaak met parketnummer 03/117413-22
1:
hij, op of omstreeks 17 april 2022 te Valkenburg, gemeente Valkenburg aan de Geul,
- een personenauto, merk Audi A6 Avant (kenteken [kenteken 3] ),
en/of in/uit deze personenauto:
- een portemonnee, merk Tommy Hilfiger (inhoudende o.a. een rijbewijs en/of meerdere bankkaarten),
- een zonnebril (merk Giorgio Armani),
- twee pakjes sigaretten (merk Marlboro),
- een bril (op sterkte) (merk Ted Baker), in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan [slachtoffer 1] , in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/of die weg te nemen personenauto, inclusief zich in deze personenauto bevindende goederen onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van (een) valse sleutel(s), te weten (een) autosleutel(s) tot welk gebruik hij verdachte onbevoegd en/of niet gerechtigd was;
2:
hij, op of omstreeks 17 april 2022 te Valkenburg, gemeente Valkenburg aan de Geul, in/uit een vakantiewoning (huisnummer 56) gelegen op het park van Landal Greenparks Kasteeldomein de Cauberg,
- een autosleutel behorende bij een Audi A6 Avant gekentekend [kenteken 3] ,
- een autosleutel behorende bij een Audi A3 gekentekend [kenteken 4] ,
- een tablet (merk Samsung A7),
- een blauwe trui (merk Adidas), in elk geval enig goed, die geheel of ten dele aan [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 1] , in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of die weg te nemen goederen onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
3:
hij, op of omstreeks 16 januari 2022 te Valkenburg, gemeente Valkenburg aan de Geul, in/uit een vakantiewoning (huisnummer 29) gelegen op het park van Landal Greenparks Kasteeldomein de Cauberg,
- een mobiele telefoon + oplader (merk: Samsung A52),
- een MacBook pro 15",
- een MacBook pro 13",
- een laptop (merk: Dell)
- een of meer werktassen met inhoud (o.a. personeelspas, HDMI-kabels, toetsenbord, computermuis),
- een zonnebril (merk: Rayban)
- draadloze oordopjes (merk: Sasmung Airpods)
- een handtas met inhoud (o.a. een of meer cadeaubonnen, klantenkaarten, cashgeld, kantoorbenodigheden) en/of
- een portemonnee met inhoud (twee pinpassen), in elk geval enig goed, die geheel of ten dele aan [aangever 1] en/of [naam 4] , in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of die weg te nemen goederen onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
4:
hij, op of omstreeks 30 januari 2022 te Valkenburg, gemeente Valkenburg aan de Geul, in/uit een vakantiewoning (huisnummer 148) gelegen op het park van Landal Greenparks Kasteeldomein de Cauberg,
een Nespresso koffieapparaat (kleur zwart, merk Krups) en/of een metalen traphekje (kleur zilver/zwart, merk KiddyGuard Avant), in elk geval enig goed, die geheel of ten dele aan Landal Greendparks te Valkenburg, in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of die weg te nemen goederen onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
5:
hij, op of omstreeks 19 februari 2022 te Valkenburg, gemeente Valkenburg aan de Geul, in/uit een vakantiewoning (huisnummer 12) gelegen op het park van Landal Greenparks Kasteeldomein de Cauberg,
- een (goudkleurig) horloge (merk Fossil)
- een Apple Ipad
- een Apple Macbook pro computer en/of
- een hoeveelheid (contant) geld (EUR 450), in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer 4] en/of haar dochter(s), in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of die weg te nemen goederen en/of geld onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
6:
hij, op of omstreeks 7 maart 2022 te Valkenburg, gemeente Valkenburg aan de Geul, in/uit een vakantiewoning gelegen op het park van Landal Greenparks Kasteeldomein de Cauberg,
- twee mobiele telefoons (beiden van het merk: Sony, kleur: zwart),
- een horloge (kleur: zilver),
- een (bruine) portemonnee met inhoud (pinpassen, ID-kaart, rijbewijs en andere waardepapieren) en/of
- een (zwarte) portemonnee met inhoud (pinpassen, ID-kaart, rijbewijs en andere waardepapieren), in elk geval enig goed, die geheel of ten dele aan [slachtoffer 5] en/ [slachtoffer 6] , in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of die weg te nemen goederen onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
7:
hij op of omstreeks 22 januari 2022 te Ouddorp, binnen de gemeente Goeree-Overflakkee, in/uit een vakantiewoning (nummer 299) gelegen op het park van Port Zélande,
- een Sony Playstation met daarin een computerspel (Farmsumilator),
- een laptop (merk: Acer),
- draadloze oordopjes (kleur: wit) en/of
- een verrekijker (kleur: zwart), in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer 8] en/of [slachtoffer 7] , in
elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het
zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de
plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of die weg te nemen
goederen onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
8:
hij op of omstreeks 1 maart 2022 te Ouddorp, binnen de gemeente Goeree-Overflakkee, in/uit een vakantiewoning (nummer 706) gelegen op het park van Port Zélande,
- een Laptop (merk: Sony, type: Vavio, kleur: zwart),
- een autosleutel behorende bij Opel Zafira, grijs, gekentekend [kenteken 5] en/of in/uit deze personenauto:
- een autonavigatie,
in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer 9] , in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de
plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of die weg te nemen laptop en/of autosleutel onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming en die weg te nemen autonavigatie onder zijn bereik heeft gebracht door middel van (een) valse sleutel(s), te weten (een) autosleutel(s) tot welk gebruik hij, verdachte, onbevoegd en/of niet gerechtigd was;
9:
hij op of omstreeks 26 maart 2022 te Ouddorp, binnen de gemeente Goeree-Overflakkee, in/uit een vakantiewoning (nummer 255) gelegen op het park van Port Zélande,
- een Apple watch (type: generation 6),
- een portemonnee met inhoud (pinpas met IBAN [IBAN-rekeningnummer 1] , paspoort, zorgpas, rijbewijs en een hoeveelheid geld (EUR 250,-)),
- een portemonnee met inhoud (pinpas met IBAN [IBAN-rekeningnummer 2] , zorgpasje, paspoort, rijbewijs en een hoeveelheid geld (EUR 50,-)),
- een portemonnee met inhoud (bankpas van de Volksbank, gezondheidspas, paspoort, rijbewijs),
- een autosleutel behorende bij een Volkswagen Amarok, grijs, gekentekend [kenteken 6] ,
- huissleutels
- een afstandsbediening van de (garage)poort en/of
- een horloge (merk: Tommy Hilfiger classic, kleur: Zilver/Goud), in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [naam 3] , [slachtoffer 10] , [naam 2] en/of [slachtoffer 11] , in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of die weg te nemen goederen onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
10:
hij, op of omstreeks 26 maart 2022 te Ouddorp, binnen de gemeente Goeree-Overflakkee,
- een personenauto, merk Volkswagen Amarok (kenteken [kenteken 6] ), in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan [naam 3] , in elk geval aan een ander dan aan verdachte toebehoorde heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of die weg te nemen personenauto onder zijn bereik heeft gebracht door middel van (een) valse sleutel, te weten (een) autosleutel tot welk gebruik hij, verdachte, onbevoegd en/of niet gerechtigd was;
In de zaak met parketnummer 03/301945-22
1:
hij, op of omstreeks 5 februari 2022 te 's-Gravenhage, gemeente 's-Gravenhage, in/uit een vakantiewoning (huisnummer 88) gelegen op het park van Roompot Kijkduin,
- een laptop (merk: Asus UX305 CA),
- een laptop (merk: Asus ZenBook) + cognacleren beschermhoes,
- een laptop (merk: Acer; dienstlaptop Politie 's-Gravenhage),
- een mobiele telefoon (merk: Samsung A20, diensttelefoon Politie 's-Gravenhage),
- een (zwarte) rugtas met inhoud (o.a. agenda en personeelspas),
- een portemonnee met inhoud (o.a. bankpassen, rijbewijs, identiteitskaart e.d.),
- een pager (politie 's-Gravenhage),
- autosleutels behorende bij een personenauto merk Kia voorzien van kenteken [kenteken 7] ,
- fietssleutels behorende bij een damesfiets merk Batavus (grijs),
die geheel of ten dele aan [slachtoffer 12] en/of [slachtoffer 13] en/of Politie 's-Gravenhage, in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of die weg te nemen goederen onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
2:
hij, op of omstreeks 5 februari 2022 te 's-Gravenhage, gemeente 's-Gravenhage, een damesfiets (merk: Batavus, kleur: grijs), in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer 12] en/of [slachtoffer 13] , in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen.

Voetnoten

1.Waar hierna wordt verwezen naar paginanummers, wordt - tenzij anders vermeld - gedoeld op paginanummers uit het proces-verbaal van politie Eenheid Limburg, proces-verbaalnummer LB3R022041-12, onderzoek Langsat, gesloten d.d. 25 juli 2022, doorgenummerd van pagina 1 tot en met pagina 352.
2.Proces-verbaal van aangifte d.d. 18 april 2022, pag. 39 en 40.
3.Verklaring van de verdachte afgelegd ter terechtzitting van 5 april 2023.
4.Proces-verbaal van aangifte d.d. 17 april 2022, pag. 35 tot en met 37.
5.Verklaring van de verdachte afgelegd ter terechtzitting van 5 april 2023.
6.Proces-verbaal van aangifte d.d. 31 januari 2022, pag. 126 en 127.
7.Verklaring van de verdachte afgelegd ter terechtzitting van 5 april 2023.
8.Proces-verbaal van aangifte d.d. 19 februari 2022, pag. 150 en 151.
9.Proces-verbaal van verhoor d.d. 3 maart 2022, pag. 155 en 156.
10.Verklaring van de verdachte afgelegd ter terechtzitting van 5 april 2023.
11.Proces-verbaal van aangifte d.d. 16 januari 2022, pag. 111 en 112 en de daarbij behorende bijlage op pag. 116.
12.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 11 juli 2022, pag. 117 en 118.
13.Proces-verbaal van verhoor van [naam 1] d.d. 14 juli 2022, pag. 121 tot en met 125.
14.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 11 juli 2022, pag. 119 en 120.
15.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 18 april 2022, pag. 26 en 27.
16.Proces-verbaal van verhoor d.d. 31 mei 2022, pag. 241 tot en met 245.
17.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 11 juli 2022, pag. 119 en 120.
18.Proces-verbaal van aangifte d.d. 26 maart 2022, pag. 181 tot en met 184.
19.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 27 april 2022, pag. 43 tot en met 49.
20.Proces-verbaal van verhoor d.d. 31 mei 2022, pag. 241 tot en met 245.
21.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 15 juli 2022, pag. 187 tot en met 190.
22.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 15 juni 2022, pag. 170a en 170b.
23.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 17 juli 2022, pag. 191 tot en met 197.
24.Proces-verbaal van aangifte d.d. 7 maart 2022, pag. 163 en 164.
25.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 1 juli 2022, pag. 169 en 170.
26.Proces-verbaal van aangifte d.d. 22 januari 2022, pag. 171 en 172.
27.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 13 juli 2022, pag. 174 en 175.
28.Proces-verbaal van aangifte d.d. 4 maart 2022, pag. 176 en 177.
29.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 13 juli 2022, pag. 179 en 180.
30.Proces-verbaal van aangifte d.d. 5 februari 2022, pag. 310 tot en met 314.
31.Verklaring van de verdachte afgelegd ter terechtzitting van 5 april 2023.
32.Proces-verbaal van aangifte d.d. 5 februari 2022, pag. 310 tot en met 314.
33.Verklaring van de verdachte afgelegd ter terechtzitting van 5 april 2023.