Uitspraak
RECHTBANK LIMBURg
[eiseres partij in conventie, verweerster in reconventie 1],
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
[eiser in conventie, verweerder in reconventie],
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie 2],
beiden wonend te [woonplaats 1] ,
1.De procedure
2.De feiten
De huurprijs € 1.250,00.(…)”
- De huurprijs € 615,00
- Het voorschot op de vergoeding voor de door of vanwege verhuurder ten behoeve van huurder te verzorgen leveringen en diensten € 175,00
met een moderne keuken evenals de winkelruimte welke netjes en verzorgd eruit ziet. Ik heb de gehele woning en winkel mogen bekijken in februari 2022. Ik verwijs u naar enige foto’s van destijds (…).”
3.Het geschil
- [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] veroordeelt tot herstel van de geconstateerde gebreken binnen één maand na datum van dit vonnis, althans een door uw rechtbank te bepalen termijn, conform advies van deskundige [naam 1] . Een en ander op straffe van een dwangsom van € 2.500,00 per maand met een maximum van € 100.000,00 althans een door uw rechtbank te bepalen dwangsom met maximum;
- [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] veroordeelt tot betaling van (een voorschot op) de extra energiekosten die [eisende partij in conventie, verweerder in reconventie] heeft geleden ter hoogte van € 1.409,76;
- [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] veroordeelt tot betaling van (een voorschot op) de kosten van deskundige [naam 1] ter hoogte van € 907,50;
- [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] veroordeelt tot betaling van (een voorschot op) de werkelijke advocaatkosten ter hoogte van € 5.042,00;
- [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] veroordeelt (eveneens voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad) in de kosten van dit geding, met inbegrip van de nakosten zoals genoemd in
- [eiseres partij in conventie, verweerster in reconventie 1] veroordeelt om het gehuurde winkelpand, gelegen aan de [adres 1] te [vestigingsplaats] , geheel ontruimd, schoon als ook in goede staat op te leveren onder afgifte van de sleutels bij [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] dan wel bij een door hem daartoe aan te wijzen derde, uiterlijk op een nader door de kantonrechter te bepalen datum, op straffe van een dwangsom ter hoogte van € 2.000,00 per dag dat [eiseres partij in conventie, verweerster in reconventie 1] hieraan geen uitvoering geeft met een maximum van € 50.000,00;
- [eiser in conventie, verweerder in reconventie] en de zijnen, in het bijzonder [eiseres in conventie, verweerster in reconventie 2] , te veroordelen om de gehuurde woonruimte, gelegen aan de [adres 2] te [vestigingsplaats] , geheel ontruimd, schoon alsook in goede staat op te leveren onder afgifte van de sleutels bij [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] dan wel bij een door hem daartoe aan te wijzen derde, uiterlijk op een nader door de kantonrechter te bepalen datum, op straffe van een dwangsom ter hoogte van € 2.000,00 per dag dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie 2] hieraan geen uitvoering geeft met een maximum van € 50.000,00;
- [eiseres partij in conventie, verweerster in reconventie 1] en [eiser in conventie, verweerder in reconventie] , alsook [eiseres in conventie, verweerster in reconventie 2] , hoofdelijk, des de één betaald hebbende de ander zal zijn bevrijd, veroordeelt om aan [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] te betalen de huurachterstand ter hoogte van € 38.012,52 (€ 30.137,52 + € 7.875,00) dan wel een voorschot daarop ter hoogte van minimaal € 20.000,00, te vermeerderen met de wettelijke (handels)rente over de periode vanaf de datum dat de huurbetaling is verschuldigd is, tot aan de dag der algehele voldoening;
- [eiseres partij in conventie, verweerster in reconventie 1] en [eiser in conventie, verweerder in reconventie] , alsook [eiseres in conventie, verweerster in reconventie 2] , hoofdelijk, des de één betaald hebbende de ander zal zijn bevrijd, veroordeelt om aan [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] te betalen een vergoeding ex artikel 7:225 BW gelijk te stellen met gederfde huurinkomsten ter hoogte van € 5.000,00 zijnde de huurpenningen over een periode van 5 maanden (ad € 1.000,00 per maand) welke zien op de periode na ontruiming van het gehuurde tot de datum dat de huurovereenkomst gerechtelijke is ontbonden, te vermeerderen met de wettelijke (handels)rente over de periode vanaf de datum ontruiming tot aan de dag der algehele voldoening;
- [eisende partij in conventie, verweerder in reconventie] veroordeelt, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, in de kosten van deze procedure daarbij inbegrepen de nakosten ex artikel 237 lid 4 Rv vermeerderd met de wettelijke (handels)rente vanaf datum dat [eisende partij in conventie, verweerder in reconventie] in verzuim zijn betreffende de betaling van voornoemde kosten.
4.De beoordeling
- € 8.595,00 openstaand uit de door partijen getroffen regeling zoals vastgelegd in het proces-verbaal van 21 oktober 2016,
- € 17.147,52 aan huur van de woning,
- € 4.395,00 aan huur van de winkelruimte.