ECLI:NL:RBLIM:2023:2026

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
8 maart 2023
Publicatiedatum
21 maart 2023
Zaaknummer
21/3105
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging van een omgevingsvergunning voor de aanleg van een terras en het verbinden van voorschriften op basis van akoestisch onderzoek

Op 8 maart 2023 heeft de Rechtbank Limburg uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke zaak betreffende de omgevingsvergunning voor de aanleg van een terras bij restaurant '[naam restaurant]' in [vestigingsplaats]. Eiser, die naast het restaurant woont, heeft beroep ingesteld tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Maasgouw, dat de omgevingsvergunning had verleend. Eiser stelde dat zijn woon- en leefklimaat wordt aangetast door de aanleg van het terras en dat de vergunning niet verleend had mogen worden. De rechtbank heeft het beroep gegrond verklaard en het bestreden besluit vernietigd. De rechtbank oordeelde dat de beperkingen uit het akoestisch onderzoeksrapport onvoldoende waren opgenomen als voorschriften in de omgevingsvergunning. De rechtbank heeft zelf in de zaak voorzien door de juiste voorschriften aan de omgevingsvergunning te verbinden, waaronder de openingstijden van het terras. De rechtbank heeft ook bepaald dat verweerder het griffierecht van € 181,- aan eiser moet vergoeden en verweerder is veroordeeld tot betaling van € 2.271,- aan proceskosten voor zowel de bezwaarfase als de beroepsfase aan eiser. De uitspraak is gedaan in aanwezigheid van de griffier, mr. A.E.M. Genders, en is op 21 maart 2023 aan de partijen verzonden.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Zittingsplaats Roermond
Bestuursrecht
zaaknummer: ROE 21/3105
Proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de enkelvoudige kamer van 8 maart 2023 in de zaak tussen

[eiser] , uit [woonplaats] , eiser

(gemachtigde: mr. M. Godderij),
en
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Maasgouw, verweerder
(gemachtigden: E. Calhan-Zeybek en S. Coban-Alsan).
Als derde-partijen hebben aan het geding deelgenomen: [naam vergunninghouder] (vergunninghouder), [naam eigenaar 1] en [naam eigenaar 2] (samen met vergunninghouder eigenaren) en [naam exploitant 1] en [naam exploitant 2] (exploitanten), allen uit [woonplaats]
(gemachtigde: mr. E.H.E.J. Wijnen).

Procesverloop

Bij besluit van 1 december 2020 (het primaire besluit) heeft verweerder aan vergunninghouder een omgevingsvergunning verleend voor het aanleggen van een terras behorende bij restaurant ‘ [naam restaurant] ’ aan de [adres 1] in [vestigingsplaats] .
Bij besluit van 28 oktober 2021 (het bestreden besluit) heeft verweerder het bezwaar van eiser ongegrond verklaard en het primaire besluit in stand gelaten onder aanvulling van de motivering.
Eiser heeft tegen het bestreden besluit op 19 november 2021 beroep ingesteld.
Verweerder heeft op 27 januari 2022 een verweerschrift ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 8 maart 2023. Eiser is verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigden. Vergunninghouder is verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde.
Na afloop van de zitting heeft de rechtbank onmiddellijk uitspraak gedaan.

Beslissing

De rechtbank:
  • verklaart het beroep gegrond;
  • vernietigt het bestreden besluit en voorziet zelf in de zaak zoals hierna onder ‘Conclusie en gevolgen’ weergegeven;
  • bepaalt dat verweerder het griffierecht van € 181,- aan eiser moet vergoeden;
  • veroordeelt verweerder tot betaling van € 2.271,- aan proceskosten voor zowel de bezwaarfase als de beroepsfase aan eiser.
De motivering voor deze beslissing wordt hierna weergegeven. Daarbij is ten behoeve van de leesbaarheid van dit proces-verbaal een inleiding opgenomen.

Beoordeling door de rechtbank

Inleiding
1. Op 7 juli 2020 heeft vergunninghouder een aanvraag gedaan voor een omgevingsvergunning voor een terras bij restaurant ‘ [naam restaurant] ’ aan de [adres 1] in [vestigingsplaats] . De aanvraag ziet op de activiteiten ‘het uitvoeren van een werk of werkzaamheden’ [1] en ‘het handelen in strijd met regels van ruimtelijke ordening’. [2] Het terras is in strijd met het bestemmingsplan “Oude Kern Thorn” dat aan de gronden een verkeersbestemming geeft.
2. Bij het primaire besluit heeft verweerder de aangevraagde omgevingsvergunning verleend aan vergunninghouder. Verweerder heeft aan de omgevingsvergunning een aantal voorschriften verbonden.
3. Eiser woont op het adres [adres 2] te [woonplaats] , naast het restaurant en is het niet eens met de realisatie van het terras.
Beoordeling van het beroep
4. Eiser stelt kort gezegd dat zijn woon- en leefklimaat wordt aangetast door het terras en dat de vergunning daarom niet verleend had mogen worden.
5. De rechtbank beoordeelt het bestreden besluit op basis van hetgeen eiser daartegen in beroep heeft aangevoerd.
Vertaling uitkomsten akoestisch rapport in de omgevingsvergunning
6. Eiser heeft aangevoerd dat de beperkingen die voortvloeien uit het akoestisch onderzoeksrapport [3] dat onderdeel uitmaakt van de aanvraag voor de omgevingsvergunning onvoldoende en onjuist zijn opgenomen als voorschriften behorende bij de omgevingsvergunning. Het gaat om de beperkingen in de openingstijden.
7. De rechtbank is van oordeel dat de beperkingen ten aanzien van de openingstijden die volgen uit het akoestisch onderzoek inderdaad onvoldoende zijn vertaald in de omgevingsvergunning. Deze beperkingen hadden als handhaafbare voorschriften verbonden moeten worden aan de omgevingsvergunning [4] en dat is slechts deels en bovendien onjuist gebeurd. Ter zitting is gebleken dat zowel eiser als vergunninghouder het hier ook over eens zijn. De rechtszekerheid van zowel eiser als vergunninghouder is ermee gediend als de (beperkingen in de) openingstijden als voorschriften worden verbonden aan de omgevingsvergunning, zeker nu deze openingstijden in het bestreden besluit niet juist zijn uitgelegd.
8. Het voorgaande betekent dat deze beroepsgrond slaagt. De rechtbank zal zelf in de zaak voorzien door de juiste voorschriften alsnog aan de omgevingsvergunning te verbinden.
Beoordeling door welstandscommissie
9. Eiser heeft verder aangevoerd dat de welstandscommissie akkoord heeft gegeven op een tekening die geen onderdeel is van de aanvraag voor de omgevingsvergunning. Volgens eiser betekent dit dat er geen daadwerkelijk akkoord is gegeven op de plannen door de welstandscommissie.
10. De rechtbank overweegt dat, zoals ook ter zitting is besproken, de tekening die behoort bij de omgevingsvergunning leidend is. Er kan dus geen twijfel over bestaan welke tekening de juiste is. De welstandscommissie heeft op de tekening waar meer op staat (namelijk ook terrasvlak 1 dat later vervallen is) dan uiteindelijk vergund is, goedkeuring gegeven. De rechtbank is van oordeel dat dit niet maakt dat het advies van de welstandscommissie niet aan het bestreden besluit ten grondslag gelegd mocht worden.
11. Deze beroepsgrond slaagt niet.

Conclusie en gevolgen

12. De rechtbank verklaart het beroep van eiser gegrond en vernietigt het bestreden besluit.
13. De rechtbank voorziet zelf in de zaak door het bezwaar van eiser alsnog gegrond te verklaren en het primaire besluit te herroepen voor zover daaraan niet de juiste voorschriften zijn verbonden en aan te vullen met de voorschriften zoals ter zitting met partijen besproken en waarover partijen het ook eens zijn. Dit zijn de gebruikstijden per terrasvlak conform de formulering in het akoestisch onderzoeksrapport. In de bijlage bij deze uitspraak zijn deze (wijziging en aanvullingen van de) voorschriften met bijbehorende, op zitting getoonde figuur opgenomen.
14. Dez
euitspraak komt daarmee in plaats van het bestreden besluit.
15. Omdat het beroep gegrond is, bepaalt de rechtbank dat verweerder het griffierecht aan eiser moet vergoeden. Ook veroordeelt de rechtbank verweerder tot betaling van de proceskosten voor zowel de bezwaarfase als de beroepsfase. Deze kosten bedragen € 2.271,00. Dit is gebaseerd op het Besluit proceskosten bestuursrecht (1 punt voor het bezwaarschrift met een waarde per punt van € 597,00, 1 punt voor het beroepschrift en het verschijnen ter zitting met een waarde per punt van € 837, wegingsfactor 1).

Mededeling rechtsmiddel

Bij de uitspraak heeft de rechtbank medegedeeld dat een partij die het niet eens is met deze uitspraak binnen zes weken na de dag van verzending van het proces-verbaal daarvan, hoger beroep kan instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, waarbij wordt uitgelegd waarom deze partij het niet eens is met deze uitspraak.
Deze uitspraak is gedaan op 8 maart 2023 door mr. A. Snijders, rechter, in aanwezigheid van mr. A.E.M. Genders, griffier.
Waarvan is opgemaakt dit proces-verbaal,
griffier rechter
Afschrift van dit proces-verbaal is verzonden aan partijen op: 21 maart 2023
Bijlage: wijziging en aanvulling voorschriften omgevingsvergunning (Z/20/1463124)
Voorschrift 4 (
“Het gebruik van de terrasvlakken 5 en 6 in de avond kan uitsluitend plaatsvinden tot 20.00 uur (en niet van 22.00 tot 23.00 uur)”) komt te vervallen.
Aan de omgevingsvergunning worden, in aanvulling op de daaraan reeds verbonden voorschriften, de volgende voorschriften verbonden:
Het gebruik van de terrasvlakken, zoals weergegeven en genummerd in onderstaande figuur, mag uitsluitend plaatsvinden overeenkomstig de hieronder weergegeven openingstijden:
A. Openingstijden terrasvlakken 2, 3 en 4:
­ Dagperiode: 07:00 uur tot 16:00 uur OF 10:00 uur tot 19:00 uur
­ Avondperiode: 19:00 uur tot 23:00 uur
­ Nachtperiode: 23:00 uur tot 01:00 uur
Openingstijden terrasvlakken 5 en 6:
­ Dagperiode: 07:00 uur tot 16:00 uur OF 10:00 uur tot 19:00 uur
­ Avondperiode: maximaal één uur tussen 19:00 uur en 23:00 uur
­ Nachtperiode: 23:00 uur tot 0:00 uur
Openingstijden terrasvlak 7:
­ Dagperiode: 07:00 uur tot 16:00 uur OF 10:00 uur tot 19:00 uur
­ Avondperiode: --
­ Nachtperiode: --
Openingstijden terrasvlak 8:
­ Dagperiode: 07:00 uur tot 16:00 uur OF 10:00 uur tot 19:00 uur
­ Avondperiode: 19:00 uur tot 23:00 uur
­ Nachtperiode: 23:00 uur tot 03:00 uur

Voetnoten

1.Artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder b van de Wet algemene bepaling omgevingsrecht (Wabo).
2.Artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wabo en artikel 2.12, aanhef en onder a, onder 2° van de Wabo, gelezen in samenhang met artikel 4, aanhef en negende lid in Bijlage II bij het Besluit omgevingsrecht.
3.‘Akoestisch Onderzoek industrielawaai [straatnaam] te [vestigingsplaats] ’ van 26 november 2020 van Econsultancy.
4.Artikel 2.22, tweede lid, van de Wabo.