ECLI:NL:RBLIM:2023:1490
Rechtbank Limburg
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Wraking van de meervoudige strafkamer in een zaak betreffende de productie van XTC en het gebruik van Encrochat-data
In deze zaak heeft de wrakingskamer van de Rechtbank Limburg op 9 februari 2023 een verzoek tot wraking van de meervoudige strafkamer afgewezen. Het verzoek was ingediend door de verdediging van een verdachte in een strafzaak die betrekking heeft op de productie van XTC, waarbij gebruik is gemaakt van gegevens verkregen via de gecodeerde chatdienst Encrochat. De verdediging stelde dat er een geobjectiveerde schijn van vooringenomenheid bestond bij de rechters, omdat zij een verzoek om de rechter-commissaris te horen hadden afgewezen. De wrakingskamer overwoog dat het niet aan haar was om de inhoudelijke beslissingen van de rechters te toetsen, en dat de motivering voor de afwijzing van het verzoek niet als blijk van vooringenomenheid kon worden opgevat. De rechters hadden bovendien aangegeven dat zij bij de eindbeoordeling van de zaak alsnog de mogelijkheid hadden om de rechter-commissaris te horen.
Daarnaast werd een tweede grond voor wraking aangevoerd, namelijk het afwijzen van het verzoek om medeverdachten als getuigen te horen. Ook deze beslissing werd door de wrakingskamer niet als vooringenomen beschouwd. De wrakingskamer concludeerde dat de vrees voor partijdigheid van de rechters niet objectief gerechtvaardigd was, en dat de beslissingen van de rechters niet getuigen van vooringenomenheid. De wrakingskamer verklaarde het verzoek tot wraking ongegrond, en benadrukte dat de rechters uit hoofde van hun aanstelling vermoed worden onpartijdig te zijn, tenzij er uitzonderlijke omstandigheden zijn die dit tegenspreken.