ECLI:NL:RBLIM:2023:1345

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
8 februari 2023
Publicatiedatum
21 februari 2023
Zaaknummer
C/03/302403 / HA ZA 22-97
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Reconstructie erfgrens en geschil over erfdienstbaarheid en privacy-inbreuk door beveiligingscamera

In deze civiele zaak, behandeld door de Rechtbank Limburg op 8 februari 2023, gaat het om een geschil tussen buren over de erfgrens en de aanwezigheid van een beveiligingscamera. De eisende partijen, die sinds april 2000 eigenaar zijn van een perceel, vorderen onder andere een verklaring voor recht over de erfgrens en de verwijdering van een camera die gericht is op hun perceel. De gedaagde partijen, die sinds juli 2021 eigenaar zijn van een aangrenzend perceel, hebben een erfgrensreconstructie uitgevoerd en stellen dat de erfgrens loopt zoals in het kadaster is vastgelegd. De rechtbank heeft vastgesteld dat er een geschil bestaat over de erfgrens en heeft een plaatsopneming en bezichtiging bevolen om de erfgrens te reconstrueren. Daarnaast is er een discussie over de rechtmatigheid van de camera die door de gedaagde partijen is geplaatst, die volgens de eisende partijen inbreuk maakt op hun privacy. De rechtbank heeft geoordeeld dat de camera onrechtmatig is en heeft de gedaagde partijen bevolen deze te verwijderen. De vordering tot vergoeding van immateriële schade is toegewezen, evenals de vordering tot betaling van een dwangsom voor het niet verwijderen van de camera. De rechtbank heeft de buitengerechtelijke kosten afgewezen, omdat deze niet voldoende waren onderbouwd.

Uitspraak

RECHTBANK Limburg

Civiel recht
Zittingsplaats Maastricht
Zaaknummer: C/03/302403 / HA ZA 22-97
Vonnis van 8 februari 2023
in de zaak van

1.[eiser in conventie, verweerder in reconventie] ,

2.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie],
beiden wonende te [woonplaats 1] ,
eisende partijen in conventie,
verwerende partijen in reconventie,
hierna samen te noemen: [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] ,
advocaat: mr. L. Isenborghs,
tegen

1.[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] ,

2.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie],
beiden wonende te [woonplaats 2] ,
gedaagde partijen in conventie,
eisende partijen in reconventie,
hierna samen te noemen: [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] ,
advocaat: mr. R.J. Ruiter.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding met producties 1 tot en met 32
- de conclusie van antwoord tevens eis in reconventie met producties 1 tot en met 12
- het tussenvonnis van 20 april 2022 waarbij datum mondelinge behandeling is bepaald
- de conclusie van antwoord in reconventie met productie 33
- het formulier B8 (inzending stukken) met producties 34 tot en met 39 van [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie]
- het formulier B8 (inzending stukken) met producties 13 tot en met 18 van [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie]
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 22 november 2022
- het formulier B16 (niet geregeld verzoek) met opmerkingen over het proces-verbaal van
22 november 2022 van [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] .
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
[eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] en [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] zijn buren. [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] is sinds april 2000 eigenaar van het perceel aan de [adres 1] te [plaats 1] (kadastraal bekend [kadastrale aanduiding 1] ). [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] is sinds juli 2021 eigenaar van het perceel aan de [adres 2] te [plaats 2] (kadastraal bekend [kadastrale aanduiding 2] ).
2.2.
De achtertuinen van beide percelen zijn deels begroeid met bomen en struiken en vormen het begin van het daarachter gelegen bos. Thans ontbreekt een fysieke afscheiding. [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] wil een erfafscheiding op eigen perceel plaatsen.
2.3.
Op 28 oktober 2021 heeft een door [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] ingeschakelde landmeter ( [naam landmeter] , werkzaam bij [naam bedrijf] te [vestigingsplaats] , productie 3 [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] ) een erfgrensreconstructie uitgevoerd en met piketpaaltjes aangegeven waar de kadastrale erfgrens loopt. [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] heeft vervolgens op de door de landmeter gemarkeerde erfgrens palen in de grond geslagen en daartussen rood-witte linten gespannen (productie 4 [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] ).
2.4.
Bij e-mail van 2 november 2021 heeft [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] - kort gezegd - gesommeerd de palen en linten te verwijderen (productie 14 bij dagvaarding).
2.5.
Op 8 november 2021 heeft [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] een melding gemaakt bij de politie van het feit dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] (meermaals) zonder zijn toestemming in de achtertuin van [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] liep (productie 5 [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] ). [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] heeft een camera aan de zijkant van zijn woning opgehangen en plaatst PMD-zakken op dat deel van zijn oprit, waar [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] overheen pleegt te rijden om zijn eigen oprit te bereiken.
2.6.
Bij e-mail van 22 november 2021 heeft [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] - kort gezegd, nogmaals - gesommeerd om (i) de palen en linten binnen 14 dagen te verwijderen, (ii) de camera zodanig te positioneren dat deze geen zicht meer geeft op de woning en/of het perceel van [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] en (iii) geen PMD zakken op de oprit te plaatsen (productie 15 bij dagvaarding). [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] heeft hierop bij brief van 9 december 2021 aan [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] laten weten de vorderingen van de hand te wijzen.
2.7.
Tot op heden is het partijen niet gelukt tot een minnelijke regeling met betrekking tot de erfgrens, de camera en de PMD zakken (recht van overpad?) te komen.

3.Het geschil

in conventie

3.1.
[eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] vordert dat de rechtbank bij vonnis, voor zo veel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
  • verklaart voor recht dat de (juridische) erfgrens tussen het perceel van [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] ( [kadastrale aanduiding 1] ) en [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] ( [kadastrale aanduiding 2] ) loopt zoals is omschreven onder nummer 2.6 van de dagvaarding, inhoudende dat als (juridische) erfgrens dient te worden aangehouden zoals in lichtblauw is gemarkeerd in de situatietekening die is overgelegd als productie 6 bij dagvaarding en dat [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] eigenaar is (geworden) van deze strook grond;
  • [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] veroordeelt tot medewerking aan alle handelingen die nodig zijn voor de inschrijving van de gewijzigde perceelsgrenzen in het kadaster binnen 4 weken na het in deze te wijzen vonnis en veroordeling van [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] tot betaling van de helft van de bijbehorende kosten, bij gebreke waarvan dit vonnis in de plaats komt van de door [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] te verrichten handelingen die nodig zijn voor de inschrijving van de gewijzigde perceelsgrenzen in het kadaster;
  • [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] veroordeelt om binnen zeven dagen na het in deze te wijzen vonnis al het materiaal c.q. palen alsmede de linten op het litigieuze strook grond van [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] te verwijderen en verwijderd te houden op straffe van een dwangsom van € 250,- per dag dat de overtreding voortduurt na het in deze te wijzen vonnis tot een maximum van
€ 25.000,- althans een door de rechtbank in goede justitie te bepalen dwangsom;
  • [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] gebiedt de camera die filmt c.q. kan filmen op het perceel van [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] binnen zeven dagen na het in dezen te wijzen vonnis te verwijderen en verwijderd te houden, alsook te verbieden een nieuwe camera te plaatsen die kan filmen op het perceel van [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] , op straffe van een dwangsom van € 50,- per dag of gedeelte daarvan dat [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] daaraan niet voldoet;
  • verklaart voor recht dat door verjaring een erfdienstbaarheid (recht van overpad) is ontstaan aan de voorzijde van beide percelen ter hoogte van de opritten zoals omschreven onder randnummers 3.28 tot en met 3.31 van de dagvaarding waarbij het perceel van [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] als dienend erf en het perceel van [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] als heersend erf heeft te gelden;
  • [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] verplicht zijn medewerking te verlenen aan het vastleggen van de erfdienstbaarheid (recht van overpad) in een notariële akte door een door [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] aan te wijzen notaris waarbij de kosten door beide partijen zullen worden gedeeld en, indien [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] niet op eerste verzoek van [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] zijn medewerking hieraan verleent het in deze te wijzen vonnis als vervangende toestemming heeft te gelden en in de plaats treedt van de vereiste wilsverklaring, medewerking en handtekening van [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] ter zake de door de notaris op te stellen akte met betrekking tot de gevestigde erfdienstbaarheid.
  • [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] verplicht de doorgang vrij te houden op straffe van een dwangsom van € 500,- voor iedere keer dat [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] de vrije doorgang naar de oprit van [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] blokkeert of op welke wijze dan ook belemmert en een bedrag van € 250,- per dag dat de belemmering/blokkade voortduurt althans een door de rechtbank in goede justitie te bepalen bedrag;
  • [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] veroordeelt tot betaling van een bedrag van € 1.000,- althans een door de rechtbank in goede justitie te bepalen bedrag, zijnde een vergoeding van de immateriële schade als gevolg van het plaatsen van en filmen met een camera gericht op de tuin van [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] ;
  • [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] veroordeelt in de kosten van dit geding, te vermeerderen met de nakosten en de wettelijke rente over de (na)kosten;
  • [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] veroordeelt tot betaling van de buitengerechtelijke kosten ad € 925,00, althans een zodanig bedrag aan buitengerechtelijke kosten toe te wijzen als de rechtbank in goede justitie juist en billijk acht;
althans een zodanige beslissing als de rechtbank, in goede justitie vermeent te behoren.
3.2.
[gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] voert verweer.
3.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover nodig, nader ingegaan.
in reconventie
3.4.
[gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] vordert dat de rechtbank
i. verklaart voor recht dat de kadastrale erfgrens tussen de percelen van [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] (kadastraal
bekend [kadastrale aanduiding 1] ) en [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] (kadastraal bekend [kadastrale aanduiding 2] ) heeft te
gelden als de rechtmatige erfgrens;
[eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] hoofdelijk veroordeelt in de kosten van dit geding, te vermeerderen met de nakosten en de wettelijke rente.
Subsidiair:
[eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] veroordeelt tot het overdragen aan [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] van het door verjaring verkregen stuk grond gelegen tussen de voorheen kadastrale erfgrens tussen de percelen van [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] (kadastraal bekend [kadastrale aanduiding 1] ) en [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] (kadastraal bekend [kadastrale aanduiding 2] ) en de door de rechtbank vastgestelde juridische erfgrens, aan [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] zodat daarmee de kadastrale erfgrens tussen de percelen van [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] (kadastraal bekend [kadastrale aanduiding 1] ) en [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] (kadastraal bekend [kadastrale aanduiding 2] ) weer geldt als de rechtmatige erfgrens;
[eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] hoofdelijk veroordeelt in de kosten van dit geding, te vermeerderen met de nakosten en de wettelijke rente.
3.5.
[eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] voert verweer.
3.6.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover nodig, nader ingegaan.

4.De beoordeling

In conventie en in reconventie

4.1.
Vanwege de samenhang tussen de vorderingen in conventie en in reconventie zal de rechtbank deze in het onderstaande in onderling verband beoordelen.
Erfgrens
4.2.
Tussen partijen bestaat een geschil over de loop van de erfgrens tussen beide percelen.
4.2.1.
Volgens [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] loopt de erfgrens “sinds jaar en dag”, althans meer dan 20 jaar en zelfs minstens 45 jaar, vanaf de ijzeren paal aan de achterzijde van zijn perceel in een rechte lijn naar de punt waar de beide opritten elkaar raken aan de voorzijde (straatkant) van beide percelen. [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] heeft de palen en linten op het eigendom van [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] geplaatst, hetgeen onrechtmatig is, aldus [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] .
4.2.2.
Volgens [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] , die een landmeting heeft laten uitvoeren, loopt de grens zoals deze in het kadaster vastligt.
4.2.3.
De bij dagvaarding als productie 6 overgelegde situatietekening geeft de standpunten van partijen schematisch weer in die zin dat de blauwe (rechter)lijn de erfgrens volgens [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] weergeeft en de rode (linker)lijn de erfgrens volgens [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] weergeeft (zie de afbeelding hieronder).
4.3.
Ter zitting heeft de rechter al als voorlopig oordeel aan partijen laten weten het zinvol te achten het kadaster te verzoeken de erfgrens te reconstrueren: als dan blijkt dat de kadastrale grens samenvalt met de blauwe lijn, is het geschil immers ten einde, terwijl als dan blijkt dat het samenvalt met de rode lijn, op dit punt verder zal (moeten) worden geprocedeerd.
4.4.
De rechtbank merkt overigens op dat tussen partijen geen geschil bestaat over de erfgrens aan de voorzijde (straatkant Krijgersberglaan) die het beginpunt van de vanaf daar naar achteren lopende erfgrens weergeeft. De rechtbank neemt dit dan ook als vaststaand aan.
4.5.
Ter verduidelijking plaatst de rechtbank hieronder de kadastrale kaart (productie 2 bij dagvaarding). Het geschil betreft de door de rechtbank geel gemarkeerde erfgrens tussen de percelen.
4.6.
De rechtbank acht het raadzaam een plaatsopneming en bezichtiging (descente) te bevelen, die gecombineerd zal worden met een mondelinge behandeling van partijen tot het geven van inlichtingen en tot het beproeven van een regeling, waarbij de rechtbank zich tijdens deze gerechtelijke plaatsopneming en bezichtiging wenst te laten vergezellen door een deskundige landmeter van het kadaster die de grens reconstrueert (dan wel heeft gereconstrueerd) en aldus zal duiden waar de grens volgens het kadaster loopt.
4.7.
Voordat daartoe wordt overgegaan, zal de rechtbank partijen in de gelegenheid stellen zich uit te laten over de wenselijkheid van een deskundigenbericht, over het aantal en het specialisme van de te benoemen deskundige(n) en over de aan de deskundige(n) voor te leggen vragen. Indien partijen zich wensen uit te laten over de persoon van de te benoemen deskundige(n), dienen zij daarbij aan te geven over welke deskundige(n) zij het eens zijn, dan wel tegen wie zij gemotiveerd bezwaar hebben. De rechtbank zal de zaak hiertoe naar de rol verwijzen.
4.8.
De rechtbank is voorlopig van oordeel dat kan worden volstaan met de benoeming van één deskundige, te weten een deskundige medewerker van de landmeetkundige dienst van het kadaster, die zal worden verzocht om een grensreconstructie uit te voeren tussen het perceel gelegen aan de [adres 1] te [plaats 1] (kadastraal bekend [kadastrale aanduiding 1] ) en het perceel gelegen aan de [adres 2] te [plaats 2] (kadastraal bekend [kadastrale aanduiding 2] ).
4.9.
Desgevraagd heeft het kadaster laten weten dat in beginsel op een termijn van vier weken een afspraak kan worden ingepland. Tevens heeft het kadaster desgevraagd een offerte voor de grensreconstructie aan de griffie van de rechtbank doen toekomen, waarbij het kadaster door haar gehanteerde algemene voorwaarden heeft meegestuurd. De rechtbank hecht beide stukken aan dit vonnis.
4.10.
De rechtbank stelt partijen in de gelegenheid bij akte te reageren op het voornemen tot een descente in het bijzijn van een medewerker van het kadaster en op het voorschot van het kadaster van € 460,00. Ook dienen partijen zich er over uit te laten of zij in kunnen stemmen met toepasselijkheid van de aangehechte algemene voorwaarden van het kadaster.
4.11.
De rechtbank ziet geen aanleiding om af te wijken van het uitgangspunt van de wet (art. 195 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, hierna: Rv) dat het voorschot op de kosten van de deskundige in beginsel door de eisende partij moet worden gedeponeerd. Dit voorschot van € 460,00 zal daarom door [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] moeten worden betaald.
4.12.
De rechtbank zal partijen tevens verzoeken om bij akte opgave verhinderdata voor de maanden april tot en met juli 2023 door te geven.
PMD zakken e.d. - erfdienstbaarheid door verjaring?
4.13.
[eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] heeft - kort gezegd - (onder verwijzing naar productie 30) gesteld dat [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] regelmatig de oprit van [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] blokkeert door PMD zakken op zodanige wijze te plaatsen dat [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] de openbare weg niet meer met zijn auto vanaf zijn perceel kan bereiken zonder de PMD zakken te verplaatsen. [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] en zijn rechtsvoorgangers maken als sinds 1974 gebruik van (een deel van) de oprit van [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] om van en naar de openbare weg te komen. Er is volgens [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] dan ook een erfdienstbaarheid (recht van overpad) ontstaan. Dit blijkt uit de uiterlijke kenmerken en de gebruikmaking: vanaf 1974 hebben de rechtsvoorgangers van [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] , en [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] vanaf 2000, “
aantoonbaar, zeer regelmatig en actief het perceel van (de rechtsvoorgangers van) [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] gebruikt om zijn eigen perceel te bereiken. [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] hoefde ook niet aan te nemen dat dit niet mocht en heeft aldus te goeder trouw gehandeld.” (dagvaarding sub 3.30). Er is volgens [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] sprake van een verworven recht, dat niet anders kan worden geïnterpreteerd als zijnde een recht van overpad. Primair is voldaan aan de eisen van art. 3:99 BW, subsidiair aan die van artt. 3:105 jo. 3:306 BW, waardoor er door verjaring een erfdienstbaarheid (recht van overpad) is ontstaan. Het is [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] niet toegestaan de erfdienstbaarheid te blokkeren door PMD zakken, oud papier, containers, kerstbomen of anderszins op zijn perceel te plaatsen waardoor [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] geen gebruik kan maken van het (deel van het) perceel van [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] , aldus [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] .
4.14.
[gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] heeft - kort gezegd - aangevoerd het verhaal van [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] vanaf randnummer 3.28 e.v. niet te (kunnen) volgen. Niet ter discussie staat dat de PMD zakken op het perceel van [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] staan. [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] begrijpt niet dat [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] niet langs de zakken op de oprit kan rijden, aangezien deze oprit 4,4 meter breed is. [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] verwijst hierbij naar een als productie 11 door hem overgelegde foto. Voor zover [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] zich beroept op afspraken met rechtsvoorgangers van [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] , wat [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] overigens betwist, dan heeft te gelden dat deze niet met hem zijn overeengekomen, aldus [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] .
4.15.
Voor het ontstaan van een recht van overpad door verkrijgende of bevrijdende verjaring is bezit van de erfdienstbaarheid gedurende de voor verjaring benodigde termijn nodig. Voor het aannemen van een erfdienstbaarheid moeten feiten en omstandigheden aanwezig zijn, waaruit een wilsuiting tot het uitoefenen als erfdienstbaarheid kan worden afgeleid. Zulke omstandigheden kunnen bijvoorbeeld zijn gedragingen of een bestendige toestand van een erf. Van het uitoefenen van het bezit van een erfdienstbaarheid dient te worden onderscheiden de situatie waarin de eigenaar van het andere erf een persoonlijk gebruiksrecht heeft verleend, of de inbreuk op zijn eigendomsrecht gedoogt. Het enkele (overigens bloot gestelde) “zeer regelmatig” gaan over een perceel van een ander is naar het oordeel van de rechtbank onvoldoende om een erfdienstbaarheid aan te nemen. Daarbij komt dat [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] ter zitting heeft erkend dat zijn oprit 4,4 meter breed is, dat - zo begrijpt de rechtbank - zou moeten volstaan om van en naar zijn perceel te kunnen komen en gaan. Dat zijn oprit lang en steil is en er via een z-bocht-constructie toegang tot die oprit verkregen moet worden als [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] goederen onder aan zijn oprit plaatst, is eveneens onvoldoende om daaruit een door verjaring ontstane erfdienstbaarheid af te kunnen leiden. Dat de oprit thans (te) steil is om zonder gebruikmaking van het perceel van [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] bij de woning van [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] te komen, is geen omstandigheid die [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] kan worden tegengeworpen. Het staat [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] vrij dit aan te passen naar eigen inzicht. Voor zover [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] een beroep heeft willen doen op een aan hem persoonlijk verleend gebruiksrecht door de rechtsvoorganger van [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] , bindt dit [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] niet. Dit deel van het gevorderde zal dan ook bij eindvonnis worden afgewezen.
Camera
4.16.
[eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] heeft - kort gezegd - gesteld dat [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] in de nacht van 4 op 5 november 2021 een camera heeft bevestigd aan diens woning, die gericht is op de woning en tuin van [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] , in het bijzonder op de werkkamer van [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] . Daarmee tast [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] de privacy van [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] aan. Op grond van art. 82 van de AVG stelt [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] in aanmerking voor schadevergoeding te komen, reden waarom hij aanspraak maakt op vergoeding van een immateriële schadevergoeding van € 1.000,00.
4.17.
[gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] heeft - kort gezegd - aangevoerd dat er geen sprake is van een inbreuk op de privacy van [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] , omdat de camera niet gericht is op de woning en tuin van [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] . Aanleiding voor het plaatsen van de camera was dat [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] herhaaldelijk in de achtertuin van [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] kwam, waarvan aangifte bij de politie is gedaan (productie 5 [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] ). Hierdoor ontstond een gevoel van onveiligheid, reden waarom [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] de camera heeft geplaatst. [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] betwist dat de camera in de werkkamer van [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] naar binnen kan kijken. Hij verwijst hierbij naar een screenshot (productie 12 [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] ), waarop te zien is dat een deel van het camerabereik met zwarte vlakken is “afgeblokt” en enkel de strook langs de erfgrens aan de zijkant van de woning van [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] zichtbaar is. Voor zover er sprake zou zijn van een inbreuk, dan is deze proportioneel en rechtmatig, aldus [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] .
4.18.
De rechtbank stelt voorop dat het [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] in beginsel is toegestaan om ter beveiliging van zijn woning camera’s te plaatsen. Dit recht is echter niet onbegrensd. Onder omstandigheden kan het plaatsen van camera’s onrechtmatig zijn jegens [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] . Daarvan kan sprake zijn als door de positie van (de) camera(’s) op ontoelaatbare wijze inbreuk wordt gemaakt op de privacy van [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] , zoals [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] stelt. In het algemeen geldt als norm dat iedereen recht heeft op privacy en het recht heeft om “onbespied” te zijn in eigen woning en tuin. Een inbreuk op dat recht is in beginsel een onrechtmatige daad. Een rechtvaardigingsgrond kan aan het onrechtmatige karakter in de weg staan. Of zich een rechtvaardigingsgrond voordoet wordt beoordeeld aan de hand van de omstandigheden van het geval en onder afweging van de ernst van de inbreuk enerzijds en de belangen die met de inbreukmakende handelingen redelijkerwijs kunnen worden gediend anderzijds. Het gaat dus om de vraag of [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] met het gebruik van de camera inbreuk maakt op het recht van [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] op bescherming van zijn privacy en daarmee onrechtmatig handelt jegens [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] .
4.19.
De rechtbank is van oordeel dat [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] onrechtmatig inbreuk maakt op de privacy van [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] door een camera op een deel van het perceel van [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] te richten. Dat een deel van de camera door [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] kan worden “afgeblokt” en op die manier aan zijn zicht kan worden onttrokken, doet hieraan niet af, nu de instellingen van het beeld dat (al dan niet) zichtbaar is, door [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] zelf kan worden gedaan, waarbij het voor [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] onzeker en onduidelijk is wélk zicht [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] op zijn woning en tuin heeft. [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] kan een camera ter beveiliging van zijn eigen tuin ook elders plaatsen, zodanig dat deze richting zijn woning (en van het perceel van [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] af) filmt. Het perceel is daartoe groot genoeg. De (voortdurende) inbreuk van [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] op de privacy van [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] weegt zwaarder dan de gestelde enkele keren dat [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] in de (beweerdelijke) tuin van [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] kwam, te meer nu partijen een geschil hebben waar de erfgrens exact loopt. Dit deel van het door [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] gevorderde (te weten het (i) verwijderen en (ii) verwijderd houden van de camera zoals te zien op productie 32 bij dagvaarding en (iii) verbieden tot het plaatsen van een nieuwe camera die kan filmen op het perceel van [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] ) zal om die reden bij eindvonnis worden toegewezen. Tegen de gevorderde dwangsom heeft [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] geen verweer gevoerd. Deze zal dan ook worden toegewezen bij eindvonnis zoals gevorderd, met dien verstande dat [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] een termijn van 5 dagen na betekening gegund zal worden om de camera te verwijderen. De rechtbank ziet aanleiding bij eindvonnis de gevorderde dwangsom maximeren tot een bedrag van € 25.000,00 per overtreding (i-iii).
4.20.
De door [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] gevorderde immateriële schadevergoeding van € 1.000,00 is door [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] niet weersproken en zal om die reden bij eindvonnis eveneens worden toegewezen.
Buitengerechtelijke kosten
4.21.
[eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] vordert een bedrag € 925,00 aan buitengerechtelijke kosten. [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] betwist deze kosten: de advocaat van [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] heeft één sommatiebrief gestuurd, er hebben geen onderhandelingen plaatsgevonden, [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] heeft een rechtsbijstandverzekering die voor de kosten garant staat en [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] betwist de redelijkheid en de hoogte van de gevorderde kosten.
4.22.
Als uitgangspunt geldt dat dergelijke kosten alleen voor vergoeding in aanmerking komen, indien zij betrekking hebben op verrichtingen die meer omvatten dan een enkele (eventueel herhaalde) aanmaning, het enkel doen van een (niet aanvaard) schikkingsvoorstel, het inwinnen van eenvoudige inlichtingen of het op gebruikelijke wijze samenstellen van het dossier (rapport Voor-Werk II). De rechtbank is van oordeel dat [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] , bezien in het licht van het door [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] gevoerde verweer, onvoldoende heeft gesteld dat de gemaakte kosten betrekking hebben op verrichtingen die meer omvatten dan een enkele (eventueel herhaalde) aanmaning, het enkel doen van een (niet aanvaard) schikkingsvoorstel, het inwinnen van eenvoudige inlichtingen of het op gebruikelijke wijze samenstellen van het dossier. Voorts heeft [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] verzuimd zijn stelling nader te onderbouwen door te specificeren of te omschrijven welke buitengerechtelijke werkzaamheden hij heeft verricht. Zijn stelling dat deze kosten zien op het voeren van correspondentie is, mede bezien in het licht van het verweer van [gedaagde partijen in conventie, eisende partijen in reconventie] , te algemeen om deze te kunnen toewijzen. Gelet hierop zal de rechtbank dit deel van het door [eisende partijen in conventie, verwerende partijen in reconventie] gevorderde bij eindvonnis afwijzen.
Overig
4.23.
In afwachting van de door partijen te nemen akte houdt de rechtbank iedere verdere beslissing aan.

5.De beslissing

in conventie en in reconventie

5.1.
bepaalt dat de zaak weer op de rol van
8 maart 2023zal komen voor het nemen van een akte door
beide partijenwaarin zij zich uitlaten over de aangekondigde deskundigenrapportage alsmede opgave verhinderdata april tot en met juli 2023,
5.2.
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. M. Driever en in het openbaar uitgesproken op 8 februari 2023.
JC