ECLI:NL:RBLIM:2022:8957

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
9 november 2022
Publicatiedatum
14 november 2022
Zaaknummer
C/03/308624 / HA ZA 22-379
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis in incident tot oproeping in vrijwaring in civiele zaak tussen advocaten

In deze civiele zaak, behandeld door de Rechtbank Limburg, is op 9 november 2022 een vonnis in incident uitgesproken. De zaak betreft een vordering van [gedaagde sub 2], die als eiser in het incident mr. [gedaagde sub 1] in vrijwaring wil oproepen. [gedaagde sub 2] stelt dat hij nooit de advocaat is geweest van [eiser in de hoofdzaak, verweerder in het incident], maar dat dit mr. [gedaagde sub 1] was. De rechtbank heeft vastgesteld dat er voldoende gronden zijn om de oproeping in vrijwaring toe te staan, omdat [gedaagde sub 2] mogelijk regres kan nemen op [gedaagde sub 1]. De rechtbank heeft geoordeeld dat de incidentele vordering moet worden toegewezen, en dat geen van de partijen als in het ongelijk gestelde partij kan worden beschouwd, waardoor de proceskosten worden gecompenseerd. De beslissing houdt in dat mr. [gedaagde sub 1] door [gedaagde sub 2] kan worden gedagvaard op de terechtzitting van 21 december 2022, en dat de zaak opnieuw op de rol komt voor verdere behandeling in de hoofdzaak.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Maastricht
zaaknummer / rolnummer: C/03/308624 / HA ZA 22-379
Vonnis in incident bij vervroeging van 9 november 2022
in de zaak van
[eiser in de hoofdzaak, verweerder in het incident],
wonend te [woonplaats 1] ,
eiser in de hoofdzaak,
verweerder in het incident,
advocaat mr. F.R. Hage,
tegen
1.
[gedaagde sub 1] , (mede) handelend onder de namen [handelsnaam 1],
woonplaats gekozen hebbend te [woonplaats 2] ,
gedaagde,
advocaat mr. A.M. Holmes,
2.
[gedaagde sub 2, eiser in het incident] (mede) handelend onder de naam [handelsnaam 2],
kantoorhoudend te Heerlen,
gedaagde,
eiser in het incident,
advocaat mr. M.W.E. Lohman.
Partijen zullen hierna [eiser in de hoofdzaak, verweerder in het incident] , [gedaagde sub 1] en [gedaagde sub 2, eiser in het incident] genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de exploten van dagvaarding met producties 1 t/m 22,
  • de conclusie van antwoord van [gedaagde sub 1] met producties 1 t/m 13,
  • de incidentele conclusie tot oproeping in vrijwaring van [gedaagde sub 2, eiser in het incident] met 1
  • de incidentele conclusie van antwoord aan de zijde van [eiser in de hoofdzaak, verweerder in het incident] .
1.2.
De rechtbank merkt op dat nadat de incidentele conclusie is ingediend, de zaak is verwezen naar de rol van 26 oktober 2022 om “mr. H.” in staat te stellen om te antwoorden in het incident. Kennelijk is hierdoor verwarring ontstaan, omdat zowel de advocaat van [eiser in de hoofdzaak, verweerder in het incident] als van [gedaagde sub 1] beginletter “H” heeft. Ook namens [gedaagde sub 1] is geantwoord in het incident. Dit antwoord zal evenwel buiten beschouwing worden gelaten, omdat het incident in de vrijwaring alleen gericht is tot eiser in de hoofdzaak.
1.3.
Ten slotte is vonnis bepaald in het incident.

2.Het geschil

in de hoofdzaak
2.1.
[eiser in de hoofdzaak, verweerder in het incident] stelt dat [gedaagde sub 1] en [gedaagde sub 2, eiser in het incident] te kort zijn geschoten in de nakoming van de overeenkomst tot juridische dienstverlening en of onrechtmatig jegens hem hebben gehandeld. [eiser in de hoofdzaak, verweerder in het incident] vordert uit dien hoofde dat de rechtbank bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, hoofdelijk des dat de een betalende de ander zal zijn bevrijd:
I. zal verklaren voor recht:
- dat Mr. [gedaagde sub 1] toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van haar verplichtingen jegens [eiser in de hoofdzaak, verweerder in het incident] en/of onrechtmatig jegens [eiser in de hoofdzaak, verweerder in het incident] heeft gehandeld vanwege de hiervoor opgesomde fouten I tot en met XI, althans een of meer fouten;
- dat Mr. [gedaagde sub 2, eiser in het incident] toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van diens verplichtingen jegens [eiser in de hoofdzaak, verweerder in het incident] en/of onrechtmatig jegens [eiser in de hoofdzaak, verweerder in het incident] heeft gehandeld vanwege het hiervoor opgesomde verwijt II, althans een of meer fouten;
- dat [gedaagde sub 1] en [gedaagde sub 2, eiser in het incident] hoofdelijk aansprakelijk zijn, althans voor gelijke delen, althans voor in goede justitie te bepalen delen, voor de daaruit voortvloeiende totale schade, althans dat elk van gedaagden aansprakelijk is voor de uit zijn of haar toerekenbare tekortkomingen en/of onrechtmatig handelen voortvloeiende schade;
- althans zal verklaren voor recht op een in goede justitie te bepalen wijze;
II. [gedaagde sub 1] en [gedaagde sub 2, eiser in het incident] , althans een van hen, zal veroordelen tot betaling aan [eiser in de hoofdzaak, verweerder in het incident] van de door hem geleden schade naar aanleiding van de toerekenbare tekortkomingen in de nakoming van hun of zijn of haar verbintenis(sen) uit hoofde van de tussen partijen vigerende overeenkomst(en) en/of onrechtmatig handelen, althans hetgeen in goede justitie zal worden bepaald, nader op te maken bij staat, te vermeerderen met de wettelijke interest vanaf het ontstaan van de schade, althans vanaf een in goede justitie vast te stellen datum of data, althans vanaf 26 februari 2021, althans vanaf de dag dezer dagvaarding, een en ander tot aan de dag der algehele voldoening;
III. [gedaagde sub 1] en [gedaagde sub 2, eiser in het incident] , althans een van hen, zal veroordelen om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan [eiser in de hoofdzaak, verweerder in het incident] te betalen een bedrag van € 925,00 (zegge negenhonderd vijfentwintig euro), althans een in goede justitie vast te stellen bedrag, te vermeerderen met de wettelijke interest vanaf de dag dezer dagvaarding, althans vanaf een in goede justitie vast te stellen datum, een en ander tot aan de dag der algehele voldoening;
IV. [gedaagde sub 1] en [gedaagde sub 2, eiser in het incident] , althans een van hen, zal veroordelen in de proces- en nakosten, onder bepaling dat [gedaagde sub 1] en [gedaagde sub 2, eiser in het incident] , althans een van hen, de wettelijke interest over de proces- en nakosten verschuldigd worden wanneer deze niet binnen veertien dagen na dagtekening van het in dezen te wijzen vonnis, althans na de dag van betekening van het in dezen te wijzen vonnis, zijn betaald.
in het incident
2.2.
[gedaagde sub 2, eiser in het incident] vordert dat hem wordt toegestaan mr. [gedaagde sub 1] in vrijwaring op te roepen. Hij stelt daartoe dat hij nooit de advocaat is geweest van [eiser in de hoofdzaak, verweerder in het incident] . Dat was [gedaagde sub 1] . [gedaagde sub 1] heeft enkel een kantoorruimte gehuurd bij [gedaagde sub 2, eiser in het incident] , van waaruit zij een zelfstandige advocatenpraktijk beoefende. In de huurovereenkomst tussen [gedaagde sub 2, eiser in het incident] en [gedaagde sub 1] is bepaald dat [gedaagde sub 1] [gedaagde sub 2, eiser in het incident] moet vrijwaren voor claims van derden uit welke hoofden dan ook.
2.3.
[eiser in de hoofdzaak, verweerder in het incident] refereert zich aan het oordeel van de rechtbank.

3.De beoordeling in het incident

3.1.
Gelet op de door [gedaagde sub 2, eiser in het incident] aangevoerde grond voor de oproeping in vrijwaring van [gedaagde sub 1] , valt naar het oordeel van de rechtbank op voorhand niet uit te sluiten dat [gedaagde sub 2, eiser in het incident] geheel of gedeeltelijk regres zal kunnen nemen op [gedaagde sub 1] . Dat is voor toewijzing van het verzoek voldoende.
3.2.
De rechtbank is van oordeel dat de incidentele vordering moet worden toegewezen, nu de aangevoerde en niet weersproken gronden die vordering kunnen dragen.
3.3.
Naar het oordeel van de rechtbank kan in het incident geen van partijen als de in het ongelijk gestelde partij worden beschouwd. Daarom zullen de proceskosten worden gecompenseerd in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt.

4.De beslissing

De rechtbank
in het incident
4.1.
staat toe dat mr. [gedaagde sub 1] door [gedaagde sub 2, eiser in het incident] wordt gedagvaard tegen de terechtzitting van 21 december 2022,
4.2.
compenseert de kosten van het incident tussen partijen, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt,
in de hoofdzaak
4.3.
bepaalt dat de zaak weer op de rol zal komen van
21 december 2022voor conclusie van antwoord aan de zijde van [gedaagde sub 2, eiser in het incident] alsmede voor opgave verhinderdata aan de zijde alle partijen voor een mondelinge behandeling in de periode 1 mei 2023 tot en met
31 december 2023;
4.4.
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. I.M. Etman en in het openbaar uitgesproken. [1]

Voetnoten

1.type: AH