Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 14 november 2022 in de zaak tussen
[eiser] , te [woonplaats] , eiser,
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
Wat ging aan deze procedure vooraf?
Standpunten van partijen
Oordeel van de rechtbank
“het op medische gronden naar objectieve maatstaven gemeten niet kunnen of mogen verrichten van de in aanmerking komende arbeid, resulterend in een relevant inkomensverlies”. Niet beslissend is dus de eigen opvatting van eiser dat hij zich niet meer in staat acht om te werken, maar of hij als rechtstreeks en objectief medisch vast te stellen gevolg van ziekte of gebreken daartoe niet in staat is.
“tussentijdse rapportage”van 13 februari 2022 maakt het oordeel van de rechtbank niet anders, omdat deze informatie van de fysio-manueel therapeut niet ziet op de datum in geding van 7 april 2021, waar het in deze procedure wel om gaat. Het door eiser op de zitting overgelegde artikel
“UWV: meeste cliënten met langdurige coronaklachten volledig arbeidsongeschikt”betreft algemene informatie van het Uwv en is geen informatie over de gezondheidstoestand van eiser zelf. De rechtbank heeft als gezegd geen aanleiding te veronderstellen dat de verzekeringsartsen de gezondheidstoestand van eiser zelf hebben onderschat.