In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Limburg op 22 september 2022, hebben verzoekers, [verzoeker sub 1] en [verzoekster sub 2], een verzoek ingediend voor een voorlopig deskundigenbericht. Dit verzoek is gedaan in het kader van een geschil met [belanghebbende] over de realisatie van een aanbouw aan hun woning, die mogelijk invloed heeft op de bezonning, daglichttoetreding en uitzicht van de woning van [belanghebbende]. De procedure begon met een verzoekschrift dat op 9 mei 2022 werd ingediend, gevolgd door een mondelinge behandeling op 30 augustus 2022. Tijdens deze behandeling hebben beide partijen hun standpunten toegelicht, waarbij verzoekers bijgestaan werden door hun advocaat, mr. K.A.M.J. Horsch, en [belanghebbende] door mr. P.P.M. Kerckhoffs.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de verzoekers eigenaar zijn van een woning aan [adres 1] en [belanghebbende] eigenaar is van een woning aan [adres 2]. De zaak draait om de aanbouw die verzoekers willen realiseren, welke afwijkt van de oorspronkelijke aanbouw. [belanghebbende] heeft een bezonningsonderzoek laten uitvoeren door [naam 2], waaruit bleek dat de aanbouw leidt tot een verslechtering van de bezonning en uitzicht. De rechtbank oordeelt dat het verzoek om een deskundigenbericht voldoende concreet is, ondanks de bezwaren van [belanghebbende]. De rechtbank wijst het verzoek toe en benoemt [naam 1] als deskundige om de impact van de aanbouw op de bezonning en uitzicht te onderzoeken. De kosten van het deskundigenonderzoek dienen door verzoekers te worden gedeponeerd, en partijen worden in de gelegenheid gesteld om hun mening over de offerte van de deskundige te geven.