Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.De procedure
- het tussenvonnis van 9 februari 2022
- de akte uitlating benoeming deskundige van BLM Wegenbouw
- de akte benoeming deskundige van de Gemeenten.
2.De verdere beoordeling
in de zaak C/03/280675 / HA ZA 20-387
afwijkingvan de oorspronkelijke in het bestek opgenomen hoeveelheid wordt verrekend. Uit diezelfde bepaling volgt ook dat de aanneemsom niet wordt gewijzigd. Het is niet de bedoeling dat achteraf de aanneemsom wordt gereconstrueerd; uitsluitend de afwijkingen worden verrekend op basis van gewijzigde prijzen. [1] Dit betekent dat de in het bestek opgenomen hoeveelheid voor bestekspost 143330 (4,90 ton) dient te worden afgerekend conform de daarvoor overeengekomen prijs, dat de wijziging van de verrekenprijzen slechts geldt voor de afwijking en dat die verrekening losstaat van andere posten in de aanneemsom. Voor zover BLM Wegenbouw heeft bedoeld het standpunt in te nemen dat zij bij inschrijving al rekening heeft gehouden met een forse overschrijding en dat dit invloed heeft gehad op de prijzen van andere besteksposten, geldt dat zij in dat geval al voor of bij de inschrijving had moeten waarschuwen voor fouten in het bestek (om dezelfde redenen en met dezelfde gevolgen als opgenomen in rechtsoverwegingen 4.8 tot en met 4.13 van het tussenvonnis van 9 februari 2022).
in dit gevalgeen recht bestaat op onverkorte toepassing van de overeengekomen verrekenprijs. Daarin ligt eveneens het oordeel besloten dat (wederom in dit geval) de onjuistheid in het bestek niet voor rekening en risico van de opsteller komt. Deze beslissingen in het tussenvonnis zijn bindende eindbeslissingen. Voor dergelijke beslissingen geldt de regel dat daarvan in dezelfde instantie in beginsel niet kan worden teruggekomen. Dit kan anders zijn als de beslissing berust op een onjuiste juridische of feitelijke grondslag, dan wel indien de eisen van een goede procesorde om een andere reden meebrengen dat het onaanvaardbaar is indien de rechter aan zijn eerdere beslissing is gebonden. Voor zover BLM Wegenbouw in haar akte (impliciet) heeft verzocht van de beslissing in het tussenvonnis terug te komen, wordt dat verzoek afgewezen. Immers, niet is gebleken van een juridische of feitelijke misslag of andere gronden voor heroverweging.
3.De beslissing
binnen twee wekenna de datum van de nota met betaalinstructies van het Landelijk Dienstencentrum voor de Rechtspraak,
- de deskundige voor aanvang van het onderzoek dient kennis te nemen van de Leidraad deskundigen in civiele zaken (te raadplegen op www.rechtspraak.nl of desgevraagd te verkrijgen bij de griffie),
- de deskundige het onderzoek pas na het bericht van de griffier omtrent betaling van het voorschot dient aan te vangen,
- de deskundige het onderzoek onmiddellijk dient te staken en contact dient op te nemen met de griffier, indien tijdens de uitvoering van de werkzaamheden het voorschot niet toereikend blijkt te zijn,
uiterlijk vier maanden na het schriftelijk bericht van de griffier omtrent de betaling van het voorschoteen schriftelijk en ondertekend bericht in drievoud ter griffie van de rechtbank in te leveren, onder bijvoeging van een gespecificeerde declaratie,
- uit het schriftelijk bericht moet blijken op welke stukken het oordeel van de deskundige is gebaseerd,
- de deskundige een concept van het rapport aan partijen moet toezenden, opdat partijen de gelegenheid krijgen binnen vier weken daarover bij de deskundige opmerkingen te maken en verzoeken te doen, en dat de deskundige in het definitieve rapport de door partijen gemaakte opmerkingen en verzoeken en de reactie van de deskundige daarop moet vermelden,
- als het voorschot niet binnen de daarvoor bepaalde (eventueel verlengde) termijn is ontvangen: voor akte uitlating voortprocederen aan beide zijden op een termijn van twee weken, of
- na ontvangst ter griffie van het deskundigenbericht: voor conclusie na deskundigenbericht aan de zijde van BLM Wegenbouw op een termijn van vier weken,
mr. I.M. Etman op 31 augustus 2022. [2]