Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.De procedure
- het exploot van dagvaarding van 26 april 2022 met producties 1 t/m 10,
- de schriftelijke weergave van het mondelinge antwoord tevens houdende eis in reconventie met bijlagen,
- de brief waarbij een mondelinge behandeling is gepland,
- de e-mail van [gedaagde] d.d. 20 juni 2022 met bijlagen,
- de schriftelijke weergave van het op 22 juni 2022 door [gedaagde] verklaarde,
- de brief van GIG houdende productie 11,
- het antwoord in reconventie met productie 12,
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling, gehouden op 20 juli 2022, en de spreekaantekeningen van GIG.
2.De feiten
3.Het geschil
- € 3.500,- voor de aankoop van de auto
- € 300,- voor de winterbanden
- twaalf maanden à € 95,41 per maand aan verzekering
- € 5.000,- aan benzine.
4.De beoordeling
- een parkeerboete d.d. 12 juni 2021, aanslagnummer [aanslagnummer 1] , voor een bedrag van € 138,20 (bestaande uit € 120,20 openstaand bedrag en € 18,00 explootkosten)
- een boete omdat de Landrover op 15 juni 2021 niet was verzekerd, aanslagnummer [aanslagnummer 2] , voor een bedrag van € 1.209,00 inclusief een eerste verhoging van € 200,- en een tweede verhoging van € 600,00
- een verkeersboete wegens te hard rijden op 7 december 2021, aanslagnummer [aanslagnummer 3] , voor een bedrag van € 67,50 inclusief een eerste verhoging van € 19,50.
6062 5422
1801 6913. Derhalve is niet vast komen te staan dat [gedaagde] met betrekking tot de boete van € 1.209,- met kenmerk [aanslagnummer 2] al een bedrag heeft betaald. Voor het overige heeft [gedaagde] niet betwist de boetes aan GIG verschuldigd te zijn, maar hij stelt wel dat hij enkel de oorspronkelijke boetebedragen moet betalen en niet ook de verhogingen. GIG heeft hem immers niet tijdig van de boetes op de hoogte gesteld, aldus [gedaagde] .
- explootkosten € 108,31
- griffierecht € 514,00
- salaris gemachtigde in conventie
hoofdelijkin de proceskosten veroordeeld dient te worden. De kantonrechter gaat er vanuit dat hier sprake is van een verschrijving.