ECLI:NL:RBLIM:2022:5221
Rechtbank Limburg
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening rijbewijs schorsing door CBR
In deze uitspraak van 11 juli 2022 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Limburg, zittingsplaats Maastricht, het verzoek van een man om een voorlopige voorziening te treffen tegen de schorsing van zijn rijbewijs afgewezen. De man, die als mantelzorger voor zijn hulpbehoevende vader zorgt, had verzocht om uitstel van de schorsing van zijn rijbewijs, dat was opgelegd door het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR) na een aanhouding wegens rijden onder invloed van alcohol. De voorzieningenrechter oordeelde dat de man onvoldoende aannemelijk had gemaakt dat er sprake was van onverwijlde spoed en dat hij niet kon wachten op de beslissing op zijn bezwaar tegen de schorsing. De voorzieningenrechter merkte op dat de man niet had onderbouwd waarom hij zijn rijbewijs dringend nodig had, aangezien hij met zijn bromfiets naar zijn vader kon gaan en de geplande ziekenhuisafspraak van zijn vader pas op 13 september was. Ook was er geen evidente onrechtmatigheid van het besluit van het CBR aangetoond. De uitspraak betekent dat de schorsing van het rijbewijs van de man in stand blijft en dat er geen aanleiding is voor vergoeding van griffierecht of proceskosten.