Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
[naam onderbewindgestelde],
1.De procedure
- de dagvaarding
- de conclusie van antwoord in conventie, tevens conclusie van eis in reconventie
- de brief waarbij een mondelinge behandeling is bepaald
- de conclusie van antwoord in reconventie
- de incidentele conclusie strekkende tot het verkrijgen van een voorlopige voorziening ex art. 223 Rv van de zijde van de bewindvoerder q.q.
- de conclusie van antwoord in incident en voorwaardelijke incidentele conclusie strekkende tot medewerking verlenen huurder
- de aanvullende producties 1 t/m 5 van de zijde van de de bewindvoerder q.q. in de hoofdzaak en het incident
- het proces-verbaal van mondelinge behandeling van 4 mei 2022.
2.De feiten
3.Het geschil
in conventiedat de kantonrechter bij vonnis, voor zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
in reconventiedat de kantonrechter bij vonnis, voor zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
- Woonpunt zal veroordelen tot renovatie van de keuken en tot herstel van de overige ruimtes in het gehuurde binnen een maand na betekening van het vonnis, dan wel een in goede justitie te bepalen termijn, beide op straffe van een dwangsom,
- de huurprijs zal verminderen tot nihil vanaf 12 november 2021
- Woonpunt zal veroordelen tot terugbetaling van de te veel betaalde huur en tot betaling van de proceskosten.
in incidentdat de kantonrechter bij vonnis, voor zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
- Woonpunt zal veroordelen tot renovatie van de keuken en tot herstel van de overige ruimtes in het gehuurde binnen een week na betekening van het vonnis, dan wel een in goede justitie te bepalen termijn, beide op straffe van een dwangsom,
- Woonpunt zal veroordelen tot betaling van de proceskosten.
in voorwaardelijk incident, voor het geval één of meerdere vorderingen (in incident) van de bewindvoerder q.q. voor toewijzing vatbaar zouden zijn, veroordeling van de bewindvoerder q.q. althans [naam onderbewindgestelde] , als huurder, tot het alsdan verlenen van medewerking aan het verwijderen en verwijderd houden van de – in de woning en tuin – aanwezige goederen van [naam onderbewindgestelde] , zodanig dat Woonpunt aan haar (eventuele) veroordeling(en) kan voldoen, met veroordeling van de bewindvoerder q.q. in de kosten van het incident, de eventuele nakosten daaronder begrepen.
4.De beoordeling in de hoofdzaak
‘U bent goed bezig geweest in de tuin, mr. [naam onderbewindgestelde] ! Mijn complimenten!
spontane ontbranding van een lithium-ion-batterij van een apparaat of iets dergelijks dat in de rotzooi achter de woning aanwezig is geweest.’ De bewindvoerder q.q. onderbouwt haar verweer, dat dit niet klopt, met niets dan een blote betwisting. Hoewel er wellicht niet de middelen waren om zelf een contra-expertise te laten uitvoeren naar de oorzaak van de brand, had zij bijvoorbeeld wel kunnen aantonen dat er geen apparaten met lithium-ion batterijen in de rommel lagen, wat niet is gebeurd. Aldus heeft [naam onderbewindgestelde] zich niet als goed huurder gedragen door rommel in zijn tuin op te slaan en staat – omdat de bewindvoerder q.q. de gemotiveerde stelling van Woonpunt slechts ongemotiveerd, en dus onvoldoende, heeft betwist – in rechte vast dat hij de brand heeft gesticht dan wel dat de brand is ontstaan als gevolg van zijn tekortkoming (het opslaan van rommel in de tuin ondanks hierop meerdere keren te zijn aangesproken). Dit betekent dat er voldoende grond is om de huurovereenkomst te ontbinden. De vordering in conventie zal worden toegewezen. De ontruimingstermijn zal zoals gevorderd worden gesteld op twee weken.
€ 374,00(2 punten x tarief € 187,00)