ECLI:NL:RBLIM:2022:3805

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
18 mei 2022
Publicatiedatum
17 mei 2022
Zaaknummer
9580478 cv expl 21-6162
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van een laadstation met erkenning van overeenkomst

In deze civiele procedure vordert de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid 50FIVE B.V. betaling van € 1.690,07 van de gedaagde partij, die in persoon procedeert. De vordering betreft een laadstation dat door 50FIVE is geleverd en geïnstalleerd. De gedaagde betwist de koopovereenkomst en stelt dat hij geen offerte heeft ontvangen en dat er geen laadstation is geplaatst. Hij verwijst naar e-mailcorrespondentie waarin hij de overeenkomst betwist. De kantonrechter oordeelt dat 50FIVE voldoende bewijs heeft geleverd van de overeenkomst, onder andere door een e-mail van de gedaagde waarin hij de levering van het laadstation erkent. De kantonrechter verwerpt het verweer van de gedaagde en wijst de vordering van 50FIVE toe, inclusief de nevenvorderingen. De gedaagde wordt veroordeeld in de proceskosten, die op € 983,15 worden begroot. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Roermond
Zaaknummer: 9580478 \ CV EXPL 21-6162
Vonnis van de kantonrechter van 18 mei 2022
in de zaak van:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid 50FIVE B.V.,
gevestigd te 's-Hertogenbosch,
eisende partij,
gemachtigde ACCS Gerechtsdeurwaarders,
tegen:
[gedaagde],
wonend [adres],
[postcode] [woonplaats],
gedaagde partij,
procederende in persoon.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding
  • de conclusie van antwoord
  • de conclusie van repliek
  • de conclusie van dupliek.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.Het geschil

2.1. 50
five vordert - samengevat - veroordeling van [gedaagde] tot betaling van € 1.690,07 (€ 1.453,15 aan hoofdsom, € 18,95 aan rente en € 217,97 aan buitengerechtelijke incassokosten), vermeerderd met rente en kosten.
2.2. 50
five stelt dat tussen partijen een koopovereenkomst tot stand is gekomen. [gedaagde] heeft een laadstation gekocht en 50five heeft dit geleverd en geïnstalleerd. Ter onderbouwing legt 50five de offerte, de getekende werkbon en foto’s over. Bij factuur van 19 maart 2021 is een bedrag van € 1.453,15 in rekening gebracht, maar [gedaagde] heeft niet betaald. Bij repliek legt 50five schriftelijke verklaringen over van een van de medewerksters van de financiële afdeling en van de uitvoerend monteur, alsmede foto’s die op 7 januari 2002 van de buitenzijde van de woning van [gedaagde] zijn gemaakt. Op die foto’s is het laadstation duidelijk te zien.
2.3.
[gedaagde] voert verweer en betwist met 50five een koopovereenkomst te hebben gesloten. Hij heeft geen offerte ontvangen, er is geen laadstation geplaatst, de werkbon is vaag en de handtekening die daarop staat is niet van hem. Verder verwijst [gedaagde] naar de gevoerde e-mailcorrespondentie waarin hij steeds de overeenkomst heeft betwist. Ook betwist [gedaagde] de schriftelijke verklaringen. De namen van de betreffende personen zijn hem niet bekend.
2.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

3.De beoordeling

3.1.
In deze procedure gaat het over de vraag of [gedaagde] bij 50five een laadstation heeft gekocht dat door 50five is geleverd en geïnstalleerd. Het is aan 50five om voldoende feitelijk te stellen en te onderbouwen, en bij gemotiveerde betwisting te bewijzen, zodat de gegrondheid van de vordering kan worden beoordeeld.
3.2.
Ter onderbouwing van haar vordering heeft eisende partij diverse producties overgelegd zoals hiervoor in 2.3. aangegeven. De kantonrechter is van oordeel dat 50five hiermee haar vordering in voldoende mate heeft onderbouwd. Het is vervolgens aan [gedaagde] om hiertegen gemotiveerd en onderbouwd verweer te voeren. Dit heeft hij niet gedaan. [gedaagde] poneert enkel betwistingen, maar hij onderbouwt deze niet althans onvoldoende. Zo had hij bijvoorbeeld niet alleen een foto van de voorgevel van zijn woning kunnen overleggen, maar ook foto’s van de zijgevels. Daarmee had [gedaagde] zijn verweer dat er geen laadstation is geplaatst, ook specifiek en concreet kunnen aantonen.
3.3.
Bij de dagvaarding heeft 50five een aantal e-mails overgelegd. [gedaagde] heeft niet betwist dat deze e-mailwisseling met hem heeft plaatsgevonden. In de e-mail van 11 maart om 13:11 schrijft dat [gedaagde] het volgende:
“Goedemorgen [naam contactpersoon],
Om misverstanden te voorkomen en de planning goed te laten verlopen onderstaand
De opgave zoals het laadstation wordt geleverd voor € 1.453,15”.
Dit kan niet anders worden gezien dan een erkenning van de gestelde overeenkomst.
3.4.
Gelet op het voorgaande verwerpt de kantonrechter het verweer van gedaagde partij. De vordering van 50five, wordt aan 50five toegewezen. Dit geldt ook voor de niet betwiste nevenvorderingen.
3.5.
De kantonrechter ziet geen aanleiding [gedaagde] toe te laten tot nadere bewijslevering.
3.6.
[gedaagde] wordt als de in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de kosten van deze procedure. De kosten aan de zijde van eisende partij worden begroot op:
  • dagvaarding € 102,15
  • griffierecht 507,00
  • salaris gemachtigde
totaal € 983,15
3.7.
De kantonrechter zal dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad verklaren.
4. De beslissing
De kantonrechter
4.1.
veroordeelt [gedaagde] om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan 50five te betalen een bedrag van € 1.690,07 vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 23 november 2021 tot de dag van volledige betaling,
4.2.
veroordeelt [gedaagde] in de proceskosten aan de zijde van 50five gevallen en tot op heden begroot op € 983,15,
4.3.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
4.4.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. G.M.P. Brouns en in het openbaar uitgesproken.
type: PLG
coll: