Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.Inleiding
- het aan de verdachte ten laste gelegde bewezen kan worden verklaard;
- een gedeeltelijk voorwaardelijke gevangenisstraf kan worden opgelegd, waarbij het onvoorwaardelijke deel van gelijke duur is als het voorarrest en aan het voorwaardelijke deel bijzondere voorwaarden kunnen worden gekoppeld zoals genoemd in het reclasseringsrapport van 15 maart 2022.
- de rechtbank niet gebonden is aan het afdoeningsvoorstel; het blijft een ‘voorstel’ aan de rechtbank dat de rechtbank na beraad kan volgen of niet kan volgen;
- de rechtbank de vragen als bedoeld in de artikelen 348 en 350 van het Wetboek van Strafvordering (hierna: Wetboek van Sv) onverkort hanteert bij haar beoordeling en op basis van de beantwoording van die vragen tot haar uitspraak komt;
- de rechtbank het onderzoek heropent indien niet wordt voldaan aan enig strafrechtelijk of strafvorderlijk belang en (waardoor) de belangen van enige betrokkene, de maatschappij of juridische waarborgen in het geding zijn;
- de rechtbank het onderzoek heropent indien zij van oordeel is dat er op basis van het dossier onvoldoende grond bestaat voor een vaststelling van schuld, de kwalificatie van het feit evident niet aansluit bij de inhoud van het dossier, de gekozen kwalificatie leidt tot miskenning van strafvorderlijke en maatschappelijke belangen, dan wel wanneer zij de voorgestelde straf niet passend acht.
efficiencyten koste gaat van de kwaliteit en de juridische waarborgen van het strafproces, waarbij ook de interne en externe openbaarheid van een concreet strafproces van grote betekenis is.
- indien procespartijen overeenstemming hebben over de beslispunten in een zaak;
- die beslissingen steun vinden in het recht, in het dossier en de concrete omstandigheden van de zaak;
- de belangen van alle partijen, maar ook van slachtoffers en maatschappij, gediend worden.
2.De beoordeling van het bewijs
- de bekennende verklaringen van de verdachte, zoals afgelegd ter terechtzitting van 18 januari 2022 en ter terechtzitting van 30 maart 2022;
- een proces-verbaal van bevindingen d.d. 21 maart 2019;
3.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde
4.De strafbaarheid van de verdachte
5.De straf
6.Het beslag
7.De wettelijke voorschriften
8.De beslissing
- verklaart het tenlastegelegde bewezen zoals hierboven onder 2.2 is omschreven;
- spreekt de verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
- verklaart dat het bewezenverklaarde het strafbare feit oplevert zoals hierboven onder 3 is omschreven;
- verklaart de verdachte strafbaar;
- veroordeelt de verdachte tot een
- beveelt dat de tijd die door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van deze gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
- bepaalt dat het voorwaardelijke gedeelte van de straf niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, omdat de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd schuldig heeft gemaakt aan een strafbaar feit dan wel de hierna te noemen bijzondere voorwaarden niet heeft nageleefd;
- stelt de volgende bijzondere voorwaarden, waaraan de veroordeelde gedurende de proeftijd heeft te voldoen:
- geeft aan de reclassering de opdracht als bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden;
- voorwaarden daarbij zijn dat de veroordeelde gedurende de proeftijd:
- computer incl. laadkabel (goednummer PL2300-2021160733-1453568);
- computer (server) (goednummer PL2300-2021160733-1453575);
- Samsung SM-G800f (goednummer PL2300-2021160733-1453491);
- Samsung G900f (goednummer PL2300-20211607331453492);
- Samsung Sgh-C270 (goednummer PL23QO2O2116O733-1433493);
- Samsung G930f (goednummer PL2300-2021160733-1453500);
- Samsung Sma505 (goednummer PL2300-2021160733-1453523);
- Samsung Sm-A315g (goednummer PL2300-2021160733-1453526);
- Samsung telefoon (goednummer PL2300-2021160733-1453796);