ECLI:NL:RBLIM:2022:2617

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
30 maart 2022
Publicatiedatum
4 april 2022
Zaaknummer
C/03/172749 / HA ZA 12-264
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verdeling van de nalatenschap tussen erfgenamen met inachtneming van eerdere vorderingen en schenkingen

In deze zaak heeft de Rechtbank Limburg op 30 maart 2022 een eindvonnis uitgesproken in een langlopende procedure over de verdeling van de nalatenschap van een overleden vader tussen zijn erfgenamen. De rechtbank heeft de verdeling vastgesteld, waarbij rekening is gehouden met eerdere vorderingen van de erfgenamen op de erflater in verband met de nalatenschap van hun eerder overleden moeder. De partijen in deze zaak zijn de erfgenamen, waaronder de eiseres in conventie, die tevens als executeur van de nalatenschap optreedt, en twee gedaagden, die zowel in conventie als in reconventie zijn betrokken. De rechtbank heeft in haar vonnis de verzoeken van de partijen om terug te komen op eerdere beslissingen beoordeeld en heeft deze verzoeken afgewezen, waarbij zij de argumenten van de partijen heeft gewogen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de nalatenschap bestaat uit verschillende activa, waaronder onroerend goed en banktegoeden, en heeft de waarde van deze activa vastgesteld. Tevens zijn de inbrengverplichtingen van de partijen in de verdeling meegenomen, evenals de schulden van de nalatenschap. De rechtbank heeft de verdeling van de nalatenschap vastgesteld en de partijen opgedragen om hun medewerking te verlenen aan de uitvoering van deze verdeling. Daarnaast zijn verschillende vorderingen van de partijen beoordeeld en toegewezen of afgewezen, waarbij de rechtbank heeft geoordeeld dat de proceskosten tussen de partijen worden gecompenseerd.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Maastricht
zaaknummer / rolnummer: C/03/172749 / HA ZA 12-264
Vonnis van 30 maart 2022
in de zaak van
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie] ,
voor zichzelf en in hoedanigheid van executeur in de nalatenschap van
[erflater] ,
wonende te [woonplaats 1] ,
eiseres in conventie,
verweerster in reconventie,
advocaat mr. G.J.J.A. van Zeijl te Maastricht,
tegen
[gedaagde in conventie en reconventie],
wonende te [woonplaats 2] volgens zijn als getuige afgelegde verklaring, opgenomen in het daarvan opgemaakte proces-verbaal van 8 juni 2017,
gedaagde in conventie en in reconventie,
advocaat mr. R.H.J.G. Borger te Maastricht,
en
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie],
wonende te [woonplaats 3] ,
gedaagde in conventie,
eiser in reconventie,
advocaat mr. M.H.C. Morshuis te 's-Gravenhage.
Partijen zullen hierna [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] , [gedaagde in conventie en reconventie] en [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] genoemd worden.

1.Het verdere verloop van de procedure

1.1.
Het verdere verloop van de procedure blijkt uit:
  • het tussenvonnis van 16 juni 2021,
  • de akte van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] van 11 augustus 2021 met twee producties,
  • de akte van [gedaagde in conventie en reconventie] van 6 oktober 2021 met producties 14 en 15,
  • de akte van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] van 6 oktober 2021 met producties 357 en 358.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De verdere beoordeling in conventie en in reconventie

Dit vonnis

2.1.
Hierna zal de rechtbank eerst ingaan op de verzoeken van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] en [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] om terug te komen op enkele beslissingen in het vonnis van 16 juni 2021. Daarna zal de verdeling van de nalatenschap van vader worden vastgesteld. Tot slot zal worden ingegaan op de vorderingen waarop nog niet is beslist.
Verzoeken om terug te komen op beslissingen
2.2.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie] verzoekt de rechtbank allereerst om terug te komen op het oordeel dat de schenking van CHF 35.000 [1] betrekking heeft op een andere gift dan de schenking van fl. 50.000,00 [2] . De rechtbank heeft dat echter niet (expliciet) geoordeeld, eenvoudigweg omdat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] pas voor het eerst in haar akte van 11 augustus 2021 heeft gesteld dat het dezelfde schenking zou betreffen. Het komt er derhalve op neer dat de rechtbank het standpunt van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] over (het verbeurd zijn van) de schenking van CHF 35.000,00 heeft verworpen en dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] daarna een andere onderbouwing geeft van haar standpunt. Daarbij voert zij geen feiten aan die zij tevoren niet had kunnen kennen. Alleen al om die reden zal de rechtbank haar oordeel over (het verbeurd zijn van) de schenking van CHF 35.000,00 niet aanpassen. Op de inhoudelijke reacties van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] en [gedaagde in conventie en reconventie] op het verzoek van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] , hoeft de rechtbank daarom niet in te gaan.
2.3.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie] verzoekt de rechtbank daarnaast om terug te komen op de beslissing die inhoudt dat in het kader van de verdeling van het pand aan de [adres 1] te [plaats] niet wordt bepaald dat dit onroerend goed wordt gesplitst in twee appartementen. [3] De rechtbank komt ook aan dat verzoek niet tegemoet. Het was en is de rechtbank duidelijk dat en waarom [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] , net als [gedaagde in conventie en reconventie] , een voorkeur heeft voor een dergelijke splitsing in het kader van de verdeling. Tegelijkertijd blijkt uit de door partijen gewisselde stukken dat partijen het over tal van kwesties rondom een eventuele splitsing niet eens zijn. Daarbij gaat het ook over essentiële punten, zoals de precieze feitelijke situatie, de te hanteren splitsingstekening en (daarmee) de wijze waarop het onroerend goed precies zou moeten worden gesplitst. Het zou uitvoerig nader onderzoek vergen om te kunnen beoordelen wiens standpunt zou moeten prevaleren, hetgeen gelet op de tijd die is verstreken vanaf de betekening van de inleidende dagvaarding inmiddels onacceptabel is. Ook gelet daarop achtte en acht de rechtbank het niet opportuun om met de beslissing over de verdeling ook te beslissen over een splitsing en de wijze waarop dat zou moeten plaatsvinden.
2.4.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie] stelt in haar akte van 11 augustus 2021 dat, anders dan eerder gesteld en door de rechtbank overgenomen, [gedaagde in conventie en reconventie] niet € 59.725,00 [4] aan voorschotten heeft ontvangen maar € 86.336,97. In zijn antwoordakte van 6 oktober 2021 heeft [gedaagde in conventie en reconventie] betwist dat hij meer voorschotten heeft ontvangen dan eerder aangenomen en stelt in dat kader onder meer dat hij vermoedt dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] kosten voor het pand in Waimes opvoert als aan [gedaagde in conventie en reconventie] uitgekeerde voorschotten. Dat is volgens [gedaagde in conventie en reconventie] niet terecht.
De rechtbank stelt vast dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] een opsomming geeft van de volgens haar verstrekte voorschotten, maar dat een toelichting door verwijzing naar stukken of anderszins ontbreekt. Zeker gelet op het stadium waarin deze procedure zich bevond toen [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] haar akte nam, acht de rechtbank die onderbouwing te summier. Gegeven de betwisting van [gedaagde in conventie en reconventie] wordt daarom aan het (nieuwe) standpunt van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] voorbijgegaan. De rechtbank gaat er bij de verdere beoordeling dus van uit dat aan [gedaagde in conventie en reconventie] in totaal € 59.725,00 aan voorschotten is verstrekt.
2.5.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] vraagt de rechtbank terug te komen op haar beslissing die inhoudt dat de vordering van de kinderen [familienaam] op hun vader uit hoofde van de nalatenschap van moeder wordt vermeerderd met een rentevergoeding van 5% [5] . Volgens [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] volgt uit het testament van moeder dat er geen aanspraak op rente bestaat. Hij wijst er daarbij op dat in het testament staat dat vader geacht wordt aan de kinderen een uitkering te hebben gedaan (vermeerderd met een rente van 5%), die zij geacht hebben onmiddellijk te hebben terug geleend ‘zonder
verdereaanspraak op rente’ (onderstreping door de rechtbank). De conclusie die [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] hieraan verbindt, is dat er over de vordering van de kinderen in het geheel geen rente verschuldigd is. Die conclusie, die zou betekenen dat de bepaling dat de vordering wordt vermeerderd met 5% zinledig is, berust op een andere uitleg van het testament dan die de rechtbank aanhoudt. De rechtbank is ervan uitgegaan dat in het testament is vastgelegd dat de rentevergoeding niet méér zou kunnen bedragen dan 5%. Van een beslissing die berust op een kennelijk onjuiste juridische of feitelijke grondslag is geen sprake, zodat de rechtbank niet zal terugkomen op haar eerdere beslissing.
2.6.
Daarnaast verzoekt [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] de rechtbank om terug te komen op haar oordeel dat het schilderij van Drummen aan hem tegen € 800,00 wordt toegedeeld, mede omdat hij het niet ter taxatie aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] ter beschikking heeft gesteld [6] . Hij stelt dat het niet aan hem te wijten is dat hij het schilderij niet heeft afgegeven omdat hij dat wenste te doen op het moment dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] de antieke kast in de woning te [woonplaats 2] zou afleveren, wat zij niet heeft gedaan [7] . Het is echter [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] zelf die er voor heeft gekozen om het nakomen van het aan hem gerichte bevel afhankelijk te maken van het nakomen door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] van het tegen haar gerichte bevel. Dat komt voor zijn risico. De rechtbank komt dan ook niet terug op haar oordeel.
2.7.
Tot slot verzoekt [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] de rechtbank om terug te komen op het oordeel dat de schenkingen van de ouders [familienaam] aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] van CHF 35.000,00 en CHF 33.806,00 tegen de wisselkoers van 1 juli 2011 zijn betrokken in de afwikkeling van de nalatenschap van moeder [8] . [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] stelt dat niet de door partijen gekozen peildatum van 1 juli 2011 gehanteerd moet worden maar - gelet op de artikelen 4:233 lid 1 BW en 4:66 BW - het moment dat de schenking is gedaan. De rechtbank volgt [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] daarin niet. Partijen hebben in dit geval immers afgesproken om de activa te waarderen tegen de peildatum van
1 juli 2011. De inbreng van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] is ook als actief te beschouwen en wordt in dit geval daarom ook gewaardeerd tegen de door partijen gekozen peildatum. Op deze beslissing komt de rechtbank dus ook niet terug.
De verdeling van de nalatenschap van vader
2.8.
Wat met name nog resteert is de beslissing over de wijze van verdeling van de nalatenschap van vader, met inachtneming van wat daarover in de tussenvonnissen al is geoordeeld.
2.9.
De omvang en samenstelling van het te verdelen actief - vóór aftrek van het passief en afgezien van de inbrengverplichtingen - kan als volgt worden samengevat:
- het pand aan de [adres 1] te [plaats] : € 635.000,00 [9]
- het pand aan de [adres 2] te [woonplaats 2] : € 350.000,00 [10]
- de banktegoeden per heden: P.M. (verder ‘banksaldo’)
- de roerende zaken, bestaande uit
* de Luikse antieke kast: € 15.000,00
* de schilderijen van Van Falens en Robie: € 13.806,00
* de huidige inboedel van het pand in [woonplaats 2] : nihil
* de door [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] uit het pand in [woonplaats 2]
meegenomen inboedel: nihil
* het schilderij van Drummen: € 800,00
--------------------
totaal € 1.014.606,00 + banksaldo
Ten aanzien van het banksaldo geldt dat slechts voor verdeling in aanmerking komt het saldo dat aanwezig is op de dag van verdeling, dus vandaag, de dag van deze uitspraak. Eventuele discussies over de mutaties van het saldo sinds de sterfdag van vader kunnen niet worden beslecht in de beslissing over de verdeling maar horen thuis bij (de discussie over) de rekening en verantwoording die [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] als executeur aflegt.
2.10.
In het kader van de vaststelling van de verdeling zal voormeld totaalactief moeten worden vermeerderd met de inbrengplichten van partijen. Ingevolge artikel 4:233 lid 1 BW wordt de waarde van de betreffende giften verhoogd met een rente van 6% per jaar vanaf de dag dat de nalatenschap is opengevallen (16 maart 2009) tot de dag van de verdeling
(30 maart 2022). De waardering van de verschillende reeds vastgestelde inbrengplichten leidt aldus tot het volgende overzicht:
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie] :
- € 27.913,00 ( de Zwitserse franken) wordt: € 59.683,23 [11]
- € 11.345,00 ( de helft van de schenking van fl. 50.000,00) wordt: € 24.257,74
- € 20.000,00 ( de helft van de schenking op 1 september 2005) wordt: € 42.763,75 [12]
- € 6.455,00 ( door vader geschonken zaken op notarislijst) wordt: € 13.802,00
- € 15.000,00 ( door vader geschonken Peugeot) wordt: € 32.072,81
[gedaagde in conventie en reconventie] :
- € 11.345,00 ( de helft van de schenking van fl. 50.000,00) wordt: € 24.257,74
- € 2.880,00 (‘ vaders’ helft opslagkosten) wordt: € 6.157,98
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] :
- € 11.345,00 ( de helft van de schenking van fl. 50.000,00) wordt: € 24.257,74
--------------------
totaal € 227.252,99
2.11.
Het passief van de nalatenschap kan als volgt worden samengevat:
- het salaris van de executeur: € 15.000,00
- de vorderingen in verband met de nalatenschap van moeder:
* [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] : € 160.958,58
* [gedaagde in conventie en reconventie] : € 200.659,87
* [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] : € 154.475,76
--------------------
totaal € 531.094,21
Hoewel de vereffening afgerond moet zijn voordat tot verdeling kan worden overgegaan, is het logisch dat voormelde schulden vanwege hun aard nog niet zijn voldaan. Partijen hebben ook het oordeel van de rechtbank gevraagd over de omvang van deze schulden. Bij de verdere beslissing gaat de rechtbank er van uit dat deze schulden worden voldaan uit de nalatenschap, waarna het te verdelen saldo resteert. De rechtbank neemt verder aan dat de schulden bestaande uit de legaten aan [naam 1] (het schilderij Bachanaal) en [naam 2] (het schilderij Paarden in de stal) in het kader van de vereffening zijn voldaan.
2.12.
De bepaling van ieders aandeel in de te verdelen waarde vindt plaats aan de hand van het saldo van de nalatenschap inclusief de in te brengen giften en de aan [gedaagde in conventie en reconventie] reeds uitgekeerde voorschotten. Dit saldo bedraagt:
- actief: € 1.014.606,00 + banksaldo
- inbreng: € 227.252,99 +
- voorschotten [gedaagde in conventie en reconventie] : € 59.725,00 +
- passief: € 531.094,21 -
----------------------------------
€ 770.489,78 + banksaldo
Van dit saldo maakt deel uit de door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] verbeurde inbreng van in totaal
€ 102.446,98 [13] . Daarop heeft [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] geen aanspraak, wat betekent dat het moet worden verdeeld tussen [gedaagde in conventie en reconventie] en [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] . Het aandeel van [gedaagde in conventie en reconventie] in de nalatenschap is 23/64e en die van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] 9/32e oftewel 18/64e. De onderlinge verhouding tussen [gedaagde in conventie en reconventie] en [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] is dus 23 : 18. In breuken is dat 23/41 en 18/41. De verbeurde inbreng dient daarmee als volgt over [gedaagde in conventie en reconventie] en [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] te worden verdeeld:
- [gedaagde in conventie en reconventie] 23/41 x € 102.446,98 = € 57.470,26,
- [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] 18/41 x € 102.446,98 = € 44.976,72.
Het resterende deel van het totale saldo van (€ 770.489,23 + banksaldo - € 102.446,98 =)
€ 668.042,80 + banksaldo dient tussen [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] , [gedaagde in conventie en reconventie] en [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] te worden verdeeld conform de breukdeelafspraak.
2.13.
Ieders aanspraak in de te verdelen waarde kan dan als volgt worden vastgesteld.
Het aandeel van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] bedraagt 23/64 x (€ 668.042,80 + waarde banksaldo =)
€ 240.077,88 + 23/64e waarde banksaldo, te verminderen met haar totale inbreng van
€ 172.579,53 [14] . Derhalve bedraagt het aandeel van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] in de nalatenschap van vader € 67.498,35 + 23/64e waarde banksaldo.
Het aandeel van [gedaagde in conventie en reconventie] bedraagt 23/64 x (€ 668.042,80 + waarde banksaldo =)
€ 240.077,88 + 23/64e banksaldo, te vermeerderen met zijn aandeel in de door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] verbeurde inbreng van € 57.470,26 en te verminderen met zijn inbreng van
€ 30.415,72 [15] . Derhalve bedraagt het aandeel van [gedaagde in conventie en reconventie] in de nalatenschap van vader € 267.132,42 + 23/64e waarde banksaldo.
Het aandeel van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] bedraagt 9/32 x (€ 668.042,80 + banksaldo =) € 187.887,04 + 9/32e waarde banksaldo, te vermeerderen met zijn aandeel in de door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] verbeurde inbreng van € 44.976,72 en te verminderen met zijn inbreng van
€ 24.257,74. Derhalve bedraagt het aandeel van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] in de nalatenschap van vader
€ 208.606,02 + 9/32e waarde banksaldo.
2.14.
Ten aanzien van verschillende activa is al beslist dat deze worden verdeeld door toedeling aan een van de deelgenoten [16] . De antieke kast en de schilderijen van Robie en Falens worden toegedeeld aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] . Het pand aan de [adres 2] te [woonplaats 2] wordt toegedeeld aan [gedaagde in conventie en reconventie] onder de voorwaarde dat hij deze toedeling kan financieren [17] . De inboedel die zich nog bevindt in het pand te Waimes wordt ook aan [gedaagde in conventie en reconventie] toegedeeld. Aan [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] wordt de door hem uit het pand in [woonplaats 2] meegenomen inboedel toegedeeld en het schilderij van Drummen. Ook wordt aan [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] toegedeeld het pand aan de [adres 1] (A+B) te [plaats] , onder de voorwaarde dat hij deze toedeling kan financieren [18] . Deze toedelingen en het feit dat aan [gedaagde in conventie en reconventie] reeds voorschotten zijn uitgekeerd, leiden in samenhang met het bovenstaande tot het volgende overzicht:
Aandeel [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] : € 67.498,35 + 23/64e waarde banksaldo
toedeling antieke kast: € 15.000,00 -
toedeling schilderijen Robie en Falens: € 13.806,00 -
--------------------
aanspraak na toedeling voormelde activa € 38.692,35 + 23/64e waarde banksaldo
Aandeel [gedaagde in conventie en reconventie] € 267.132,42 + 23/64e waarde banksaldo
reeds ontvangen voorschotten € 59.725,00 -
toedeling huidige inboedel pand [woonplaats 2] nihil
toedeling pand Waimes € 350.000,00 -
--------------------
aanspraak na toedeling voormelde activa -/- € 142.592,58 + 23/64e waarde banksaldo
Aandeel [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] € 208.606,02 + 9/32e waarde banksaldo
toedeling meegenomen inboedel [woonplaats 2] nihil
toedeling pand [plaats] € 635.000,00 -
toedeling schilderij Drummen € 800,00 -
--------------------
aanspraak na toedeling voormelde activa -/- € 427.193,98 + 9/32e waarde banksaldo
2.15.
Uit het vorenstaande volgt dat, als gevolg van de toedeling van de onder 2.14. genoemde activa op de daar vermelde wijze, vermoedelijk een overbedeling plaatsvindt van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] . In theorie zou ook [gedaagde in conventie en reconventie] overbedeeld kunnen zijn. Van overbedeling is sprake als het bedrag onderaan de berekening bij [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] en eventueel ook bij [gedaagde in conventie en reconventie] negatief is. Of dat zo is, hangt af van de omvang van het banksaldo per heden. Degene die overbedeeld is, zal de andere deelgeno(o)t(en) een uitkering in verband met overbedeling moeten betalen. De rechtbank licht dit toe met een voorbeeld.
2.15.1.
In het hypothetische geval dat het banksaldo per heden € 500.000,00 bedraagt, is ieders aanspraak na toedeling van de activa met uitzondering van het banksaldo de volgende:
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie] : € 38.692,35 + (23/64e x € 500.000,00) = € 218.379,85
[gedaagde in conventie en reconventie] : -/- € 142.592,58 + (23/64e x € 500.000,00) = € 37.094,92
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] : -/- € 427.193,98 + (9/32e x € 500.000,00) = -/- € 286.568,98
De schulden van de nalatenschap zijn dan (€ 531.094,21 - € 500.000,00 =) € 31.094,21 hoger dan het nog niet toegedeelde actief bestaande uit het banksaldo. Met de door [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] te betalen uitkering in verband met overbedeling van € 286.568,98 kan dat tekort worden aangevuld en kunnen de restant aanspraken van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] en [gedaagde in conventie en reconventie] worden voldaan (immers € 286.568,98 - € 31.094,21- € 218.379,85 - € 37.094,92 = 0).
2.15.2.
In de onder 2.15.1. gemaakte berekening wordt uitgegaan van de theoretische aanname dat de schulden van de nalatenschap, waaronder de vorderingen van de kinderen in verband met de nalatenschap van moeder, zijn voldaan alvorens wordt verdeeld. Degene die wordt overbedeeld kan dit echter ook (deels) compenseren door zijn vordering op de nalatenschap ‘in te zetten’. In het gegeven voorbeeld zou dit voor [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] betekenen dat hij afziet van zijn vordering op de nalatenschap van € 154.475,76, wat tot gevolg heeft dat de schulden van de nalatenschap (€ 531.094,21 - € 154.475,76 - € 500.000,00 =)
€ 123.381,55 lager zijn dan het nog niet toegedeelde actief. Anders gezegd: dat resteert dan nog van het banksaldo nadat het salaris van de executeur en de vorderingen van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] en [gedaagde in conventie en reconventie] in verband met de nalatenschap van moeder daaruit zijn betaald. Met een aanvullende bijdrage van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] van € 132.093,22 kunnen dan de restant aanspraken van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] en [gedaagde in conventie en reconventie] van in totaal (€ 218.379,85 + € 37.094,92 =) € 255.474,77 worden voldaan (immers € 123.381,55 + € 132.093,22 = € 255.474,77).
2.16.
Gelet op hetgeen bekend is over het banksaldo bij overlijden van vader (ongeveer
€ 700.000,00) en gezien de stellingen van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] over het saldo per juli 2021
(€ 584.000,00) kan worden aangenomen dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] bij een verdeling op de wijze zoals in 2.14. en 2.15. vermeld, wordt overbedeeld. Ten aanzien van [gedaagde in conventie en reconventie] kan dat niet worden uitgesloten. Dan moet door [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] en eventueel ook [gedaagde in conventie en reconventie] een uitkering in verband met overbedeling worden gedaan. Voor dat geval bepaalt de rechtbank thans dat de notariële levering ex artikel 3:186 BW van de panden in het kader van de toedeling slechts plaatsvindt als de desbetreffende deelgenoot ( [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] en eventueel ook [gedaagde in conventie en reconventie] ) de overbedelingsuitkering reeds aan de andere deelgeno(o)t(en) heeft betaald of daartoe genoegzaam zekerheid heeft gesteld. Onder dat laatste wordt verstaan dat het uit te keren bedrag onder de transporterende notaris is gestort en kan worden uitgekeerd bij de notariële levering of dat anderszins naar genoegen van de andere deelgeno(o)t(en) zekerheid is gesteld.
2.17.
In het tussenvonnis van 16 juni 2021 [19] is al beslist dat als [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] en/of [gedaagde in conventie en reconventie] de eventuele overbedeling niet binnen zes maanden kan of kunnen financieren, de desbetreffende woning(en) zal of zullen moet worden verkocht. De rechtbank werkt dit thans als volgt uit:
2.17.1.
Indien [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] , uitgaande van toedeling van het pand aan de [adres 1] te [plaats] aan hem, aan de andere deelgenoten een uitkering in verband met overbedeling verschuldigd is en hij deze uitkering niet uiterlijk op 30 september 2022 heeft voldaan of daartoe genoegzaam zekerheid heeft gesteld, wordt het pand niet aan hem toegedeeld, maar zal het worden verkocht aan een derde.
Indien [gedaagde in conventie en reconventie] , uitgaande van toedeling van het pand aan de [adres 2] te [woonplaats 2] aan hem, aan de andere deelgenoten een uitkering in verband met overbedeling verschuldigd is en hij deze uitkering niet uiterlijk op 30 september 2022 heeft voldaan of daartoe genoegzaam zekerheid heeft gesteld, wordt het pand niet aan hem toegedeeld, maar zal het worden verkocht aan een derde.
2.17.2.
Ingeval van verkoop van een pand geldt verder het volgende:
a. a) partijen schakelen een verkoopmakelaar in,
b) indien partijen het niet eens kunnen worden over de (rechts)persoon van de verkoopmakelaar, krijgt ieder de gelegenheid om één makelaar voor te stellen, waarna middels loting wordt bepaald welke makelaar wordt ingeschakeld,
c) partijen zijn gehouden om mee te werken aan het verlenen van de bemiddelingsopdracht aan de betreffende verkoopmakelaar,
d) ten aanzien van de minimaal te behalen verkoopprijs en realistische vraagprijs sluiten partijen zich aan bij het advies van de verkoopmakelaar, ook ten aanzien van de bijstelling daarvan als dat door de makelaar nodig wordt geacht,
e) partijen zijn jegens elkaar gehouden medewerking te verlenen aan verkoop en levering van de woning indien een potentiële koper bereid is ten minste de minimale verkoopprijs te betalen en een koopovereenkomst te sluiten onder gebruikelijke condities,
f) uit de verkoopopbrengst worden de verkoopkosten voldaan, waaronder de kosten van de verkoopmakelaar en notaris; wat resteert is de netto-opbrengst,
g) de netto-opbrengst wordt gestort op een van de bankrekeningen van voorheen vader en vervolgens tussen partijen verdeeld conform de tussen hen gemaakte breukdeelafspraak en met inachtneming van de beslissingen van de rechtbank ten aanzien van de verdeling van de nalatenschap van vader.
Punt g) betekent concreet het volgende. De netto-opbrengst van het desbetreffende pand komt in de plaats van de waarde die in rechtsoverweging 2.9. is vermeld bij het pand, waarmee ook de uitkomst van de daarin weergegeven berekening wijzigt. Deze uitkomst zal moeten worden verwerkt in de berekeningen zoals vermeld onder rechtsoverweging 2.12. en 2.13. In de berekening die staat onder rechtsoverweging 2.14. vervalt de toedeling van het desbetreffende pand aan [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] en/of [gedaagde in conventie en reconventie] en daarmee verandert de uitkomst van die berekening. Vervolgens zal het resterende actief, bestaande uit het resterende banksaldo vermeerderd met de netto-opbrengst van de/het pand(en), conform die uitkomst verdeeld kunnen worden zonder dat van overbedeling sprake is.
2.18.
Zoals ook volgt uit punt f van rechtsoverweging 2.17.2., is de rechtbank van oordeel dat de kosten die gemoeid zijn met de (afwikkeling van de) verdeling door partijen moeten worden gedragen conform hun aandeel in de nalatenschap, dat wil zeggen conform hun breukdeel. Dat betekent onder meer dat de kosten die gemoeid zijn met de eventuele toedeling van de panden aan [gedaagde in conventie en reconventie] en [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] ook in de verhouding 23:23:18 door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] , [gedaagde in conventie en reconventie] respectievelijk [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] moeten worden gedragen.
2.19.
Hiermee heeft de rechtbank de wijze van verdeling van de nalatenschap van vader vastgesteld.
De vorderingen
2.20.
Hierna zullen alle vorderingen van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] en [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] nog eens worden nagelopen en zal - eventueel onder verwijzing naar het hiervoor en in de andere vonnissen overwogene - worden gemeld hoe daarop is of wordt beslist. Voor een beschrijving van de vorderingen verwijst de rechtbank naar het tussenvonnis van 16 juni 2021, meer specifiek rechtsoverwegingen 8.5.1., 8.3.1. ( [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] ), 8.6.1. en 8.4.1. ( [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] ).
2.21.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie]
- 1 a: In de verdelingsbeslissing ligt de toewijzing van deze vordering besloten.
- 1 b: Deze vordering betreft de voldoening van een schuld van de nalatenschap. De rechtbank heeft al in het vonnis van 18 januari 2017 overwogen dat ervan uit wordt gegaan dat deze schuld is voldaan [20] . Daar is geen van partijen verder op teruggekomen, zodat dit thans als vaststaand wordt aangenomen. Onder die omstandigheden is er geen belang meer bij toewijzing van de vordering en zal deze worden afgewezen.
- 1 c: Deze vordering is toewijsbaar in het geval dat het pand te [woonplaats 2] (toch) wordt verkocht aan een derde. In dat geval is [gedaagde in conventie en reconventie] als deelgenoot immers gehouden om medewerking te verlenen aan de correcte overdracht van het pand en daar hoort bij dat het pand is ontruimd. Met inachtneming daarvan zal de vordering worden toegewezen.
- 2: In de verdelingsbeslissing ligt de toewijzing van deze vordering besloten.
- 3 a: Deze vordering wordt afgewezen ten aanzien van het schilderij ‘Bachanaal’ en toegewezen ten aanzien van de Peugeot [21] .
- 3 b: Op deze vordering hoeft niet te worden beslist. [22]
- 4. Deze vordering wordt toegewezen [23] .
- 5 t/m 8: Deze vorderingen hebben betrekking op de verdeling van de nalatenschap van vader en worden (daarmee) toegewezen voor zover ze overeenstemmen met het oordeel van de rechtbank daaromtrent in dit vonnis en voor het overige afgewezen. Daarmee vervalt de relevantie van de vraag of de wijziging van eis bij akte van 29 april 2020 in de plaats is gekomen van vordering 6 en 7, wat de rechtbank heeft aangenomen maar [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] vervolgens in haar akte van 11 augustus 2021 heeft ontkend.
- 9: Deze vordering wordt deels toegewezen, in die zin dat wordt bepaald dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] recht heeft op een executeurssalaris van € 15.000,00, het meer gevorderde wordt afgewezen.
- 10. Op basis van hetgeen in deze procedure is komen vast te staan over de aan [gedaagde in conventie en reconventie] uitgekeerde voorschotten, is daarmee rekening gehouden in de beslissing over de verdeling. In zoverre is deze vordering daarmee toegewezen. Voor het overige wordt deze afgewezen. In dat kader merkt de rechtbank nog op dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] niet heeft gesteld dat [gedaagde in conventie en reconventie] in verzuim kan zijn en is geraakt, zodat zij om die reden onvoldoende heeft gesteld ter onderbouwing van de gevorderde rentevergoeding.
- 11. Op deze vordering hoeft niet meer te worden beslist [24] .
- 12. De rechtbank zal in het algemeen bevelen dat partijen zo nodig dienen mee te werken aan de levering van in de verdeling betrokken goederen. Er is geen aanleiding een meer specifieke veroordeling ter zake uit te spreken en de vordering van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] geeft daarvoor ook geen handvatten. Voor het opleggen van dwangsommen ziet de rechtbank evenmin aanleiding. In zoverre zal deze vordering dus worden afgewezen.
- 13. In de verdelingsbeslissing ligt de toewijzing van deze vordering besloten.
- 14. In het feit dat partijen broers en zuster zijn ziet de rechtbank aanleiding om de proceskosten te compenseren, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt. Deze vordering wordt derhalve afgewezen.
- de wijziging van eis bij akte van 29 april 2020: Deze vorderingen zien op de splitsing van het pand aan de [adres 1] te Maastricht in het kader van de verdeling. Aangezien de verdeling geen splitsing van het pand behelst, zullen deze vorderingen worden afgewezen.
2.22.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie]
I: Deze vordering wordt toegewezen voor zover wordt gevorderd dat voor recht wordt verklaard dat op de vererving van de nalatenschap van vader het Belgisch recht van toepassing is en wordt voor het overige afgewezen. [25]
- II t/m V: Deze vorderingen worden afgewezen. [26]
- VI: Deze vordering wordt afgewezen. [27]
- VII: Deze vordering wordt afgewezen. [28]
- VIII: Deze vordering wordt afgewezen. [29]
- IX: Deze vordering wordt afgewezen. [30]
- X: Deze vordering wordt toegewezen voor zover gevorderd wordt voor recht te verklaren dat Nederlands erfrecht van toepassing is op de vererving en de afwikkeling van de nalatenschap van moeder en op de afwikkeling van de nalatenschap van vader. Voor het overige wordt de vordering afgewezen. [31]
- XI: Deze vordering wordt afgewezen. [32]
- XII: Deze vordering wordt afgewezen. [33]
- XIII en XIV: In de beslissingen rondom de verdeling van de nalatenschap van vader is de toewijzing van deze vorderingen besloten. Daarop hoeft niet apart meer te worden beslist. [34]
- XVII: Deze vordering wordt afgewezen. [35]
- XVIII, XIX en XX: Deze vorderingen worden afgewezen. [36]
- XXI: Deze vordering wordt afgewezen. [37]
- XXII: In de beslissingen rondom de verdeling van de nalatenschap van vader is de beslissing op deze vorderingen besloten. Daarop hoeft niet apart meer te worden beslist.
- XXIII: De rechtbank verwijst naar rechtsoverweging 2.51. van het vonnis van 18 januari 2017. Daarop is [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] niet meer ingegaan. Inmiddels heeft te gelden dat de vereffening van de nalatenschap is afgerond. Ontslag van de vereffenaar is daarmee een gepasseerd station. De vordering zal, bij gebrek aan belang, worden afgewezen.
- XXIV: Met het einde van de vereffening rust inderdaad op [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] de verplichting om rekening en verantwoording af te leggen. Zij heeft ook toegezegd daartoe over te gaan. Daarmee is deze vordering in zoverre niet weersproken en zal worden toegewezen, waarbij [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] een redelijke termijn van drie maanden wordt verschaft, die ingaat nadat dit vonnis onherroepelijk is geworden. Die rekening en verantwoording zal in dit geval moeten worden afgelegd aan de deelgenoten, dus [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] en [gedaagde in conventie en reconventie] , en niet aan of ten overstaan van de rechtbank. In zoverre wordt de vordering afgewezen. Verder ziet de rechtbank geen aanleiding om aan het afleggen van de rekening en verantwoording een dwangsom te verbinden.
- XXV: Deze vordering wordt afgewezen. [38]
- XXVI: In het feit dat partijen broers en zuster zijn ziet de rechtbank aanleiding om de proceskosten te compenseren, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt. Deze vordering wordt derhalve afgewezen.
- de wijziging van eis bij akte van 27 mei 2020:
1: Dit is geen vordering maar een stelling. Aan toe- of afwijzing daarvan wordt
dus niet toegekomen.
2: Voor zover deze vordering betrekking heeft op de bankrekeningen die behoren
tot de nalatenschap van vader, zal de rechtbank deze toewijzen. Het betreft immers
stukken die horen bij de verantwoording die [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] zal hebben af te leggen
over het door haar gevoerde beheer. Om die reden acht de rechtbank de stelling van
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie] dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] bezig is met een ‘fishing expedition’ niet relevant.
Voor zover deze vordering betrekking heeft op de bankrekeningen die behoren tot
de nalatenschap van moeder, zal de rechtbank deze afwijzen. Zonder verdere
toelichting, die ontbreekt, valt niet in te zien op welke grondslag dat deel van de vordering is gebaseerd. Er bestaat ten aanzien van het door moeder zelf gevoerde beheer over haar vermogen tussen de erfgenamen immers geen verantwoordingsplicht. Bovendien heeft de vereffening en verdeling van moeders nalatenschap met haar overlijden op 4 juni 2008 plaatsgevonden.
3: Bij de termijn die aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] wordt verleend voor het nakomen van
vordering 2, zal worden aangesloten bij de termijn die wordt gegeven voor het
afleggen van rekening en verantwoording. Voor het opleggen van een dwangsom
ziet de rechtbank geen aanleiding.
4: Deze vordering heeft, voor zover deze niet overlapt met vordering 2, betrekking
op bankafschriften over de periode voorafgaand aan het overlijden van vader (en
deels ook moeder). In zoverre zal deze vordering worden afgewezen. Zoals
hiervoor al ten aanzien van alleen moeder is overwogen, bestaat er over die
periode, waarin vader en (voor haar overlijden) moeder het beheer voerden over
hun vermogen, tussen de erfgenamen geen verantwoordingsplicht. Bovendien heeft
de vereffening en verdeling van moeders nalatenschap met haar overlijden op
4 juni 2008 plaatsgevonden en vindt de verdeling van vaders nalatenschap plaats met dit vonnis. Ten aanzien van de vereffening van de nalatenschap van vader zal
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie] nog rekening en verantwoording afleggen.
5: Aan de voorwaarde waaronder deze vordering is ingesteld is niet voldaan, dus
wordt aan de beoordeling daarvan niet toegekomen.
6: Deze vordering wordt afgewezen. Zie daartoe de overweging bij vordering
XXVI.

3.De beslissing

De rechtbank
in conventie en in reconventie
3.1.
stelt de verdeling van de tussen partijen bestaande gemeenschap vast als overwogen in rechtsoverwegingen 2.9. tot en met 2.18.,
3.2.
beveelt partijen om voor zover nodig hun medewerking te verlenen aan de levering van de in de verdeling betrokken goederen,
3.3.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
3.4.
bepaalt dat partijen elk gehouden zijn om naar rato van hun aandeel in de nalatenschap te delen in de kosten die verbonden aan de uitvoering van de onder 3.1. vermelde verdeling,
3.5.
veroordeelt [gedaagde in conventie en reconventie] , voor het geval het pand aan de [adres 2] te [woonplaats 2] in het kader van de verdeling van de nalatenschap van [erflater] wordt verkocht aan een derde, om het pand uiterlijk bij feitelijke levering aan deze derde te ontruimen en bezemschoon op te leveren,
3.6.
verklaart voor recht dat de personenauto - merk Peugeot, zoals vermeld op de verklaring van notaris Mathieu van 27 februari 2009 (productie 41 van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] ) - krachtens schenking eigendom is geworden van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] ,
3.7.
verklaart voor recht dat tussen partijen is overeengekomen dat de aanspraak op de nalatenschap van hun ouders ( [erflater] en [erflaatster] ) voor [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] en [gedaagde in conventie en reconventie] 23/64e deel bedraagt en voor [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] 9/32e deel,
3.8.
bepaalt dat aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] uit hoofde van haar hoedanigheid van executeur in de nalatenschap van [erflater] een salaris van € 15.000,00 toekomt,
3.9.
verklaart voor recht dat op de vererving van de nalatenschap van [erflater] het Belgisch erfrecht van toepassing is,
3.10.
verklaart voor recht dat het Nederlands erfrecht van toepassing is op de vererving en de afwikkeling van de nalatenschap van [erflaatster] en op de afwikkeling van de nalatenschap van [erflater] ,
3.11.
veroordeelt [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] om binnen drie maanden na de dag dat dit vonnis onherroepelijk is geworden:
- aan [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] af te geven alle bankafschriften van alle bankrekeningen die behoren tot de nalatenschap van [erflater] alsmede alle door haar in haar hoedanigheid van executeur van die nalatenschap opgemaakte boedelrapporten over de jaren 2009, 2012, 2013, 2018, 2019 en 2020,
- aan [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] en [gedaagde in conventie en reconventie] rekening en verantwoording af te leggen over het door haar in hoedanigheid van executeur in de nalatenschap van [erflater] gevoerde beheer over de goederen van de nalatenschap en het voldoen van de schulden van de nalatenschap die uit die goederen behoren te worden voldaan,
3.12.
compenseert de kosten van deze procedure tussen partijen, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt,
3.13.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. I.M. Etman, mr. J.R. Sijmonsma en mr. B.R.M. de Bruijn en in het openbaar uitgesproken op 30 maart 2022. [39]

Voetnoten

1.Rov. 2.9.4. vonnis 18 januari 2017 en rov. 8.12.4. vonnis 16 juni 2021.
2.Rov. 2.9.6 vonnis 18 januari 2017 en rov. 8.12.2. vonnis 16 juni 2021.
3.Rov. 8.10. vonnis 16 juni 2021
4.€ 13.835,00 + € 35.890,00 + € 10.000,00, rov. 2.33. vonnis 27 mei 2015, rov. 5.6. vonnis 12 september 2018 en rov. 8.15.2 vonnis 16 juni 2021
5.Rov. 8.13.2. vonnis 16 juni 2021.
6.Rov. 8.9. vonnis 16 juni 2021
7.Rov. 8.8. vonnis 16 juni 2021
8.Rov 8.11.3. vonnis 16 juni 2021.
9.Uitgaande van toedeling aan [gedaagde in conventie, eiser in reconventie]
10.Uitgaande van toedeling aan [gedaagde in conventie en reconventie]
11.Deze inbreng is verbeurd
12.Deze inbreng is verbeurd
13.€ 59.683,23 + € 42.763,75, zie ook rov. 2.10. van dit vonnis
14.€ 59.683,23 + € 24.257,74 + € 42.763,75 + € 13.802,00 + € 32.072,81, zie ook rov 2.10. van dit vonnis
15.€ 24.257,74 + € 6.157,98, zie ook rov 2.10. van dit vonnis
16.Rov 8.15.1. en 18.5.3. van het vonnis van 16 juni 2021
17.Zie ook rov 2.16. hierna
18.Zie ook rov 2.16. hierna
19.Rov. 8.15.3.
20.Rov 2.26.
21.Rov. 2.9.16. en 2.32. vonnis 18 januari 2017 en rov. 8.7.1.1. en rov. 8.7.1.2. vonnis 16 juni 2021
22.Rov. 8.7.2.3. vonnis 16 juni 2021
23.Rov. 4.57. vonnis 27 mei 2015 en rov. 2.33. vonnis 18 januari 2017 en rov. 8.7.1.2. vonnis 16 juni 2021
24.Rov 2.37. vonnis 18 januari 2017 en rov. 8.7.1.1. vonnis 16 juni 2021
25.Rov. 4.43. vonnis 27 mei 2015 en rov. 8.7.2.1. vonnis 16 juni 2021
26.Rov. 4.43. vonnis 27 mei 2015 en rov. 2.38. vonnis 18 januari 2017 en rov. 8.7.2.1. vonnis 16 juni 2021
27.Rov. 2.39. vonnis 18 januari 2017
28.Rov. 2.40. vonnis 18 januari 2017
29.Rov. 2.41. vonnis 18 januari 2017
30.Rov. 2.42. vonnis 18 januari 2017
31.Rov. 4.43. vonnis 27 mei 2015 en rov. 2.43 vonnis 18 januari 2017
32.Rov. 4.43. vonnis 27 mei 2015 en rov. 2.43 vonnis 18 januari 2017
33.Rov. 2.44. vonnis 18 januari 2017
34.Zie ook rov. 2.45. vonnis 18 januari 2017
35.Rov. 2.47. vonnis 18 januari 2017
36.Rov. 2.48. vonnis 18 januari 2017
37.Rov. 2.49. vonnis 18 januari 2017
38.Rov. 2.53. vonnis 18 januari 2017
39.type: BdB