Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.De procedure
- de dagvaarding
- de conclusie van antwoord
- de conclusie van repliek.
- de conclusie van dupliek
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
- dagvaarding € 102,15
- griffierecht 507,00
- salaris gemachtigde
Rechtbank Limburg
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Limburg op 16 maart 2022 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid VOOR DE ZAAK B.V. (eisende partij) en een gedaagde partij die in persoon procedeerde. De eisende partij vorderde betaling van openstaande facturen ter hoogte van € 4.387,47, vermeerderd met rente, buitengerechtelijke kosten, proceskosten en nakosten. De gedaagde partij voerde verweer en stelde dat er mondeling was afgesproken dat de kosten niet meer dan € 2.500,00 zouden bedragen en dat de eisende partij had gegarandeerd de zaak te winnen. De kantonrechter oordeelde dat het verweer van de gedaagde partij niet was aangetoond of onderbouwd. De kantonrechter wees de vordering van de eisende partij toe en kende ook de incassokosten toe tot een bedrag van € 658,12. De gedaagde partij werd veroordeeld in de proceskosten, die aan de zijde van de eisende partij werden begroot op € 1.231,15. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders gevorderde werd afgewezen.