Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.[gedaagde 1] ,wonend [adres] ,[postcode] [woonplaats] ,
[gedaagde 2],
wonend [adres] ,
[postcode] [woonplaats] ,
1.De procedure
- de dagvaarding
- de conclusie van antwoord
- de conclusie van repliek
- de conclusie van dupliek.
Rechtbank Limburg
In deze zaak heeft de eisende partij, een vennootschap onder firma, een overeenkomst gesloten met de gedaagden voor het maken van foto’s en een film tijdens hun bruiloft, die oorspronkelijk gepland stond op 15 augustus 2020. De totale prijs voor de diensten was € 2.850,00, waarvan 75% voorafgaand aan de bruiloft en 25% na de bruiloft betaald zou worden. In de overeenkomst waren ook algemene voorwaarden opgenomen, waarin stond dat bij ontbinding van de overeenkomst de wederpartij 50% van de overeengekomen prijs verschuldigd was.
In juni 2020 hebben de gedaagden laten weten de bruiloft te willen verplaatsen naar 3 juli 2021 vanwege de coronamaatregelen. Er is geprobeerd om een regeling te treffen, maar dit is niet gelukt. De eisende partij vorderde vervolgens betaling van € 1.425,00 aan hoofdsom en € 213,75 aan buitengerechtelijke incassokosten, vermeerderd met rente en kosten, op basis van de stelling dat er sprake was van een ontbinding van de overeenkomst.
De kantonrechter heeft geoordeeld dat de gedaagden niet geannuleerd hebben en dat er geen sprake is van een ontbinding zoals bedoeld in de algemene voorwaarden. De vordering van de eisende partij is afgewezen, en deze is veroordeeld in de proceskosten van de gedaagden, die zijn begroot op € 374,00. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.