Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.[verweerder 1] ,
MIRANDA KNOBBE, in haar hoedanigheid van deurwaarder,
[verweerder 4],
1.De procedure
- het verzoekschrift;
- de bij akte van 30 september 2021 toegezonden producties 8, 9 en 10 van FIZ;
- de mondelinge behandeling van 15 december 2021.
2.De feiten
3.Het verzoek en de beoordeling
MvT, Kamerstukken II 2006/07, 31058, 3, p. 53).
MvT, Kamerstukken II 1970/71, 11288, 3, p. 7). Om aan het hiervoor weergegeven belang van [verweerder 4] tegemoet te komen zal de rechtbank bepalen dat aan [verweerder 4] een termijn van twee maanden na de datum van deze beschikking wordt gegund om de aandelen middels een onderhands bod te kunnen verwerven. De acceptatie dan wel afwijzing van een eventueel door [verweerder 4] te doen bod staat ter vrije beoordeling van de deurwaarder. Indien [verweerder 4] binnen deze termijn van twee maanden na de datum van deze beschikking geen althans geen door de deurwaarder geaccepteerd bod heeft uitgebracht, mogen de aandelen openbaar worden verkocht (of onderhands aan een ander dan [verweerder 4] ).