Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.De procedure
- de dagvaarding met producties 1 en 2
- de conclusie van antwoord alsmede de incidentele conclusie houdende exceptie van
- de incidentele conclusie van antwoord.
2.Het geschil
kunnenvoorleggen. Daarnaast stelt zij dat de akte geen rechtsgeldige overeenkomst tot arbitrage bevat omdat het te vaag is opgesteld.
3.3. De beoordeling in het incident
“
vrijwillig en ondubbelzinniggeschieden. Alleen ondubbelzinnige aanknopingspunten voor een afstand van toegang tot de overheidsrechter zijn voldoende voor het oordeel dat de wederpartij die afstand mocht begrijpen en verwachten. Naar het oordeel van de rechtbank blijkt uit art. 7 van onderhavige grafakte niet dat arbitrage exclusief is overeengekomen, nu is overeengekomen dat partijen een eventueel geschil bij wijze van arbitrage
kunnenvoorleggen.
4.De beslissing
22 december 2021voor opgave verhinderdata aan de zijde van beide partijen voor een mondelinge behandeling in de periode 1 februari 2022 tot en met 30 juni 2022.