Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 2 december 2021
in de zaak tussen
[eiser] , te [woonplaats] , eiser
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
.De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 2 december 2021.
Rechtbank Limburg
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Limburg op 2 december 2021, is eiser in beroep gegaan tegen het besluit van de Raad van Bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, dat zijn aanvraag voor een WAZO-uitkering had afgewezen. Het primaire besluit, genomen op 9 november 2020, wees de aanvraag af met als ingangsdatum 28 september 2020. Eiser heeft bezwaar aangetekend, maar dit werd ongegrond verklaard in het bestreden besluit van 13 april 2021. Echter, op 1 juli 2021 heeft verweerder het bestreden besluit gewijzigd en eiser alsnog recht gegeven op de WAZO-uitkering voor de periode van 28 september 2020 tot en met 1 november 2020.
De rechtbank heeft vastgesteld dat door de wijziging van het bestreden besluit door het besluit van 1 juli 2021, het oorspronkelijke bestreden besluit niet meer bestaat. Hierdoor heeft eiser in beginsel geen procesbelang meer bij de uitkomst van het beroep tegen het oorspronkelijke besluit. De rechtbank heeft ook geen andere gronden gevonden waarop eiser nog procesbelang zou hebben. Dit leidde tot de conclusie dat het beroep niet-ontvankelijk is wegens het ontbreken van procesbelang.
De rechtbank heeft verder opgemerkt dat artikel 6:19 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) bepaalt dat een beroep van rechtswege ook betrekking heeft op de wijziging of vervanging van het bestreden besluit, tenzij partijen onvoldoende belang hebben. In dit geval oordeelde de rechtbank dat partijen onvoldoende belang hadden bij een beroep van rechtswege tegen het besluit van 1 juli 2021, omdat met dit besluit volledig aan het beroep van eiser tegemoet was gekomen. Eiser heeft bovendien geen gebruik gemaakt van de gelegenheid om te reageren op het nieuwe besluit. Daarom werd het beroep niet beoordeeld in deze procedure.