ECLI:NL:RBLIM:2021:8983

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
24 november 2021
Publicatiedatum
30 november 2021
Zaaknummer
C/03/249233 / HA ZA 18-207
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Onrechtmatige daad en schadevergoeding na herhaaldelijke bedreigingen en beledigingen

In deze civiele zaak, behandeld door de Rechtbank Limburg, is op 24 november 2021 een vonnis gewezen in een geschil tussen eisers in conventie, [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2], en gedaagde in conventie, [gedaagde in conventie, eiser in reconventie]. De zaak betreft herhaaldelijke bedreigingen en beledigingen door de gedaagde jegens de eisers, die hebben geleid tot psychische schade. De rechtbank heeft vastgesteld dat de gedaagde onrechtmatig heeft gehandeld en heeft de eisers in het gelijk gesteld. De rechtbank heeft de gedaagde veroordeeld tot het betalen van immateriële schadevergoeding van € 6.000,00 en materiële schadevergoeding van € 15.954,81, met een verwijzing naar een schadestaatprocedure voor verdere schadeposten. De rechtbank heeft ook de kosten van de procedure aan de gedaagde opgelegd, die als de in het ongelijk gestelde partij wordt beschouwd. De zaak is complex door de vele incidenten en getuigenverklaringen die zijn ingebracht, en de rechtbank heeft de bewijsvoering van de eisers als overtuigend beoordeeld. De gedaagde heeft afgezien van het leveren van tegenbewijs, waardoor de feiten als vaststaand zijn aangenomen. De rechtbank heeft de zaak aangehouden voor verdere beoordeling van de schadeposten.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Maastricht
zaaknummer / rolnummer: C/03/249233 / HA ZA 18-207
Vonnis van 24 november 2021
in de zaak van

1.[eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] ,

2.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2],
beiden wonende te [woonplaats] ,
eisers in conventie,
verweerders in reconventie,
advocaat mr. H.E.P. van Geelkerken,
tegen
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie],
wonende te [woonplaats] ,
gedaagde in conventie,
eiser in reconventie,
advocaat mr. K.D. Regter.
Partijen zullen hierna (gezamenlijk in mannelijk enkelvoud) [eisers in conventie, verweerders in reconventie] , (afzonderlijk) [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] , en [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het tussenvonnis van 4 september 2019
  • de akte na tussenvonnis van [eisers in conventie, verweerders in reconventie] waaraan gehecht een proces-verbaal van aangifte (PL2300-2015067653-1)
  • de akte uitlating na tussenvonnis van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie]
  • de depotakte van 3 maart 2020 (nr. 03032020/249233/D) met usb-stick van [eisers in conventie, verweerders in reconventie]
  • de akte depot van [eisers in conventie, verweerders in reconventie] met verwijzing naar de depotakte
  • het proces-verbaal van getuigenverhoor van 5 maart 2020
  • het proces-verbaal van getuigenverhoor van 6 maart 2020
  • het proces-verbaal van getuigenverhoor van 11 maart 2020
  • het proces-verbaal van getuigenverhoor van 6 november 2020
  • het proces-verbaal van getuigenverhoor van 18 december 2020
  • de brief van 19 januari 2021 zijdens [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] (afzien van enquête)
  • het proces-verbaal van getuigenverhoor van 8 februari 2021
  • de formulieren B16 van resp. 24 februari 2021 zijdens [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] (afzien van contra-enquête en 3 maart 2021 zijdens [eisers in conventie, verweerders in reconventie] (verzoek concluderen na getuigenverhoren)
  • de conclusie na enquête in con- en reconventie alsmede akte inbrengen stukken en wijziging / vermeerdering van eis zijdens [eisers in conventie, verweerders in reconventie] , waaraan gehecht producties 1 tot en met 4
  • de antwoordconclusie na enquête in conventie en in reconventie zijdens [gedaagde in conventie, eiser in reconventie]
  • de akte inzake 1.5. bewijsopdracht c) zijdens [eisers in conventie, verweerders in reconventie]
  • de antwoordakte zijdens [gedaagde in conventie, eiser in reconventie]
  • het formulier B16 waarbij zijdens [eisers in conventie, verweerders in reconventie] om vonnis is gevraagd.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De verdere beoordeling

in conventie

2.1.
Bij conclusie na enquête in conventie en reconventie alsmede akte inbrengen stukken en wijziging / vermeerdering van eis heeft [eisers in conventie, verweerders in reconventie] zijn eis gewijzigd, veranderd dan wel vermeerderd in die zin dat (ook) wordt gevorderd dat de rechtbank bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
5) [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] veroordeelt om de kosten van het gelegde conservatoire beslag te betalen aan [eisers in conventie, verweerders in reconventie] ad € 639,32,
6) [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] veroordeelt om de kosten van het oproepen van getuigen te betalen aan [eisers in conventie, verweerders in reconventie] ad € 656,58,
7) [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] veroordeelt om de getuigentaxen van de opgeroepen getuigen te betalen aan c.s. ad € 236,70,
8) [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] veroordeelt – voor zover de schade onduidelijk mocht zijn – een zodanig bedrag aan schade (materieel en immaterieel) aan [eisers in conventie, verweerders in reconventie] te betalen als de rechtbank meent te moeten begroten ex artikel 6:97 BW.
2.2.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] heeft hierop bij antwoordconclusie na enquête in conventie en in reconventie verweer gevoerd.
2.3.
Op de stellingen van partijen zal, voor zover van belang, hierna worden ingegaan.
in conventie
Eiswijziging [eisers in conventie, verweerders in reconventie]
2.4.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] is van mening dat de eiswijziging (zie onder 2.1.) ongeclausuleerd is en daarmee het gehele petitum zoals geformuleerd bij dagvaarding en bij wijziging van eis in de conclusie van repliek in conventie zou vervangen. De rechtbank verwerpt deze lezing. Uit niets blijkt immers dat [eisers in conventie, verweerders in reconventie] het eerder gevorderde niet langer handhaaft. Dat een dergelijke handhaving niet expliciet is opgenomen in de eiswijziging in de conclusie na enquête doet hieraan niet af. De rechtbank is verder van oordeel dat de eiswijziging van [eisers in conventie, verweerders in reconventie] niet in strijd is met de goede procesorde zodat deze wordt toegelaten. De rechtbank zal recht doen op de gewijzigde eis.
in conventie en in reconventie
Bewijsopdrachten
2.5.
Bij vonnis van 4 september 2019 heeft de rechtbank [eisers in conventie, verweerders in reconventie] in conventie in beslissing 3.1. opgedragen te bewijzen dat:
a. a)
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] op 3 augustus 2013 rond 18:30 uur:
- [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] uitgescholden heeft voor mongool, debiel en achterlijke,
- gezegd heeft dat hij de hond van [eisers in conventie, verweerders in reconventie] zou vergiftigen dan wel kapot steken en dat hij [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] ten gronde zou richten,
b)
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] op 3 augustus 2013 rond 19.00 uur tegen [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] heeft geroepen:
“ik vergiftig jou en je keuter, ik steek je keuter neer, je zult weten met wie je te maken hebt, ik maak je af, dit gaat je geld kosten, jij zult je hier niet meer veilig voelen.”,
c)
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] op 10 september 2013 [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] in het openbaar beledigd heeft toen hij samen met de wijkagent naar [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] gegaan is,
d)
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] op 23 oktober 2013:
- tegen [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] geroepen heeft: “ben jij dat wijf die die grote bek tegen mij heeft gehad?
Heb nu maar eens een grote bek dan sla ik hem meteen dicht. Door jullie is mijn hond dood. Ik zal nooit ophouden, mijn hele leven niet, ook tegen je man niet ook al stuur je de politie op mijn dak, je bent een smerige stront hoer, je hebt dat grote huis verdiend met je kut.”
- [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] de doorgang versperde, terwijl hij tegelijkertijd deed alsof hij iets uit zijn zak wilde pakken,
e)
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] op 29 november 2013:
- bij [eisers in conventie, verweerders in reconventie] voor de deur stond en [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] vervolgens begon te achtervolgen,
- tegen [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] gezegd heeft: “ik wil jouw kop op een stok” en “jouw vrouw is een lelijke hoer die nog niet door die smerige Marokkanen geneukt wordt”,
f)
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] op 24 maart 2014:
- in de straat bij [eisers in conventie, verweerders in reconventie] stond en zich agressief jegens [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] gedroeg en schreeuwde: “dat gesprek was hout op het vuur. Jullie komen nooit meer van mij af, jullie komen aan het verhuizen, ik maak jullie af.”
- hierbij met zijn handen in zijn zakken liep alsof hij een wapen gereed hield om aan te vallen,
g)
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] op 19 augustus 2014 rond 18.45 uur op provocerende toon riep: “het is jullie niet gelukt hè, maar ik ga met jullie verder, jullie zullen het nog wel merken.”,
h)
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] op 17 september 2014 om 18.30 uur:
- gezegd heeft: “een van ons zal sterven, ik zal dit echter niet zijn”
- geschreeuwd heeft dat niemand hem wat kon maken, ook de politie niet,
i)
[eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] op 29 november 2014 op straat door [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] is uitgemaakt voor:
“vuile pedofiel, kinderverkrachter, wacht maar totdat er geen mensen in de buurt zijn dan
vermoord ik je.”,
j)
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] op 30 november 2014 tijdens het wandelen met de hond lastig gevallen heeft door constant “boeh” te roepen,
k)
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] op 26 december 2014 [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] heeft aangevallen,
l)
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] op 12 april 2015:
- naar [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] riep “Hey vuile pedofiel, je hebt je lul in mijn dochter willen steken”
- naar [eisers in conventie, verweerders in reconventie] geroepen heeft “jij met dat lelijke wijf, daar springt nog geen Marokkaan op”
- op [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] is afgestormd en hem met een multitool in zijn gezicht heeft gestoken.
m)
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] op 17 april 2015:
- [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] naar huis heeft gevolgd, ook toen [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] ging rennen,
- toen [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] bij zijn huis aankwam naar hem schreeuwde: “Ik ga je vermoorden”,
- een foto van [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] heeft genomen,
n)
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] op 16 mei 2015 in de supermarkt te Treebeek [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] lastig heeft gevallen en daar naar [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] riep “hey kindermishandelaar durf je je nog te laten zien, jongen”,
o)
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] op 14 juni 2015 geruime tijd bij de woning van [eisers in conventie, verweerders in reconventie] heeft gestaan en deze heeft staan observeren,
p)
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] op 7 augustus 2015 zonder enige reden of noodzaak ter hoogte van de woning van [eisers in conventie, verweerders in reconventie] heen en weer is gaan lopen,
q)
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] op 8 augustus 2015 rond 19.35 uur [naam buurtgenoot 7] heeft aangesproken en gevraagd heeft of zij op de hoogte is van het feit [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] een pedofiel is,
r)
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] op 8 augustus 2015 rond 19.45 uur:
- zich heeft verstopt in het maïsveld naast de woning van [eisers in conventie, verweerders in reconventie] en dat toen
[eisers in conventie, verweerders in reconventie] met de hond ging wandelen, [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] hem volgde en foto’s van hem
maakte,
- meermaals “ [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] pedofiel” geroepen heeft,
s)
[eisers in conventie, verweerders in reconventie] een angststoornis heeft opgelopen door het gedrag van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] .
Voorts heeft de rechtbank [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] in dat vonnis in beslissing 3.2. toegelaten tegenbewijs te leveren tegen het dwingende bewijs dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] op 12 april 2015 (een keer) tegen het hoofd heeft geslagen.
2.6.
In reconventie heeft de rechtbank in het vonnis van 4 september 2019 onder 3.3. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] opgedragen te bewijzen dat
t)
[eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] op 26 december 2014 [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] enkele malen tegen een auto gegooid heeft, hem op de grond gegooid heeft en enkele malen tegen zijn borst gestompt heeft,
u)
[eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] op 12 april 2015 hem hebben geschopt,
en onder 3.4. [eisers in conventie, verweerders in reconventie] opgedragen te bewijzen dat
v)
er op 12 april 2015 sprake was van een rechtvaardigingsgrond (noodweer) waardoor het onrechtmatige karakter van de door de politierechter bewezen verklaarde gedraging van [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] (mishandeling) vervalt,
w)
er op 12 april 2015 sprake was van een rechtvaardigingsgrond (noodweer) waardoor het onrechtmatige karakter van de door de rechtbank vastgestelde gedraging van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] ( [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] slaan met een riem in het gezicht en [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] samen met [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] in de greppel duwen) vervalt.
Waardering bewijs [eisers in conventie, verweerders in reconventie] in conventie en in reconventie
2.7.
De rechtbank stelt bij de waardering van het bewijs voorop dat in de tussenvonnissen van 20 maart 2019 en 4 september 2019 al een aantal andere incidenten is komen vast te staan:
  • 7 augustus 2013 rond 19.00 uur: [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] heeft voor de deur van [eisers in conventie, verweerders in reconventie] staan tieren en toen het [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] niet lukte om hem te kalmeren is wijkagent [naam wijkagent] ingeschakeld (r.o. 4.19. tussenvonnis 20 maart 2019);
  • 4 september 2013: [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] stond bij [eisers in conventie, verweerders in reconventie] voor de deur en heeft toen scheld- en beledigende woorden geuit (r.o. 4.31. tussenvonnis 20 maart 2019);
  • 23 november 2013 tussen 09.15-09.30 uur: [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] staat en loopt bij de woning van [eisers in conventie, verweerders in reconventie] en roept meermaals “is er wat?” en staat vervolgens geruime tijd naar de woning te staren (r.o. 4.42. tussenvonnis 20 maart 2019);
  • 8 augustus 2015 rond 19.35 uur: [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] is naar de woning van [eisers in conventie, verweerders in reconventie] gekomen en roept meermaals dingen als “pedofiel” (r.o. 4.97. tussenvonnis 20 maart 2019);
  • 10 augustus 2015: [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] heeft [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] beledigd door hem in het openbaar voor pedofiel uit te schelden (r.o. 2.13. tussenvonnis 4 september 2019).
2.8.
De rechtbank stelt verder voorop dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] heeft afgezien van het leveren van tegenbewijs tegen het dwingende bewijs dat hij [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] op 12 april 2015 (een keer) tegen het hoofd heeft geslagen. Dit feit staat daarmee vast.
2.9.
Met betrekking tot het incident op 12 april 2015 stelt de rechtbank verder voorop dat het gerechtshof te ’s-Hertogenbosch in de strafzaak tegen [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] onherroepelijk heeft geoordeeld dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] die dag tegen [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] gezegd heeft dat zij een hoer is althans woorden van gelijke beledigende aard en/of strekking.
2.10.
[eisers in conventie, verweerders in reconventie] heeft bij akte van 3 maart 2020 een usb-stick in het geding gebracht waarop te horen is dat een man [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] uitmaakt voor kindermishandelaar. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] stelt dat [eisers in conventie, verweerders in reconventie] in strijd met art. 2.14 van het Landelijk procesreglement (hierna: Lpr) geen kopie van de usb-stick aan hem verstrekt heeft en dat hij daarom geen kennis genomen heeft van de inhoud. Het geluidsfragment op de usb-stick moet volgens hem om die reden als bewijsmateriaal buiten beschouwing gelaten moet worden. De rechtbank passeert dit verweer. Van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] mag verlangd worden dat als hij constateert dat [eisers in conventie, verweerders in reconventie] verzuimd heeft gevolg te geven aan artikel 2.14 Lpr hij dit meldt aan de advocaat van [eisers in conventie, verweerders in reconventie] zodat dit verzuim hersteld kan worden. Ook had hij het kunnen melden tijdens een van de vele getuigenverhoren die nadien hebben plaatsgevonden al dan niet met het verzoek om het geluidfragment in aanwezigheid van partijen af te spelen. Nu [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] dit nagelaten heeft, ziet de rechtbank geen aanleiding om het geluidsfragment buiten beschouwing te laten.
2.11.
[eisers in conventie, verweerders in reconventie] heeft mevrouw [naam dochter] (dochter van [eisers in conventie, verweerders in reconventie] ), de heer [naam buurtgenoot 1] (buurtgenoot die hond uitliet), mevrouw [naam buurtgenoot 2] (buurtgenoot die hond uitliet), de heer [naam buurtgenoot 3] (buurtgenoot die hond uitliet), mevrouw [naam buurtgenoot 4] (buurtgenoot), de heer [naam buurtgenoot 5] (buurtgenoot die aan het wandelen was), mevrouw [naam buurtgenoot 6] (buurtgenoot), mevrouw [naam buurtgenoot 7] (dochter van buurtgenoten die hond uitliet), de heer [naam buurtgenoot 8] (buurtgenoot), de heer F [naam wijkagent] (wijkagent), mevrouw [naam buurtgenoot 9] (buurtgenoot) als getuigen en [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] (eiser in conventie, verweerder in reconventie) en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] (eiseres in conventie, verweerster in reconventie) als partijgetuigen doen horen.
2.12.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] heeft afgezien van het horen van getuigen in contra-enquête in conventie en in reconventie.
2.13.
De rechtbank is van oordeel dat uit de getuigenverklaringen, die zijn afgelegd in het kader van de aan [eisers in conventie, verweerders in reconventie] gegeven bewijsopdrachten, een consistent beeld naar voren komt, te weten het volgende:
  • het is [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] die keer op keer toenadering zoekt tot [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en/of [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] , daar waar [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en/of [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] pogen een confrontatie met [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] te vermijden door hem te ontwijken en/of van hem weg te lopen (verklaringen [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] , [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] , [naam dochter] , [naam wijkagent] ),
  • [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] richt zich vrijwel altijd schreeuwend, scheldend, tierend, (be)dreigend en/of intimiderend (zowel verbaal als non-verbaal) tot [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en/of [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] , waarbij hij [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] meermaals voor pedo en/of pedofiel uitscheldt en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] meermaals voor hoer of woorden van dergelijke strekking uitscheldt (verklaringen [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] , [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] , [naam dochter] , [naam buurtgenoot 3] , [naam buurtgenoot 6] , [naam buurtgenoot 7] , [naam buurtgenoot 8] , [naam wijkagent] )
  • bij een confrontatie met [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en/of [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] wroet [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] vaak met zijn handen in zijn zakken waarbij hij de indruk wekt iets uit zijn zak te willen halen (verklaringen [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] ) en op 12 april 2015 heeft hij daadwerkelijk iets uit zijn zaak gehaald en daarmee een dreigende beweging richting [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] gemaakt (verklaringen [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] , [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] , [naam dochter] en [naam buurtgenoot 6] ),
  • de verklaringen van [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] (meerdere keren) heeft gedreigd hun hond iets aan te doen, vindt in zijn algemeenheid steun in de verklaring van [naam buurtgenoot 5] , die heeft verklaard dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] tegen hem (ook) heeft gezegd dat hij zijn hond (een puppy) zou doodschoppen en dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] zich in dergelijke bewoordingen ook tegen de toen negenjarige zoon van [naam buurtgenoot 5] heeft uitgelaten,
  • meerdere wijkbewoners hebben bij de toenmalige wijkagent [naam wijkagent] geklaagd over [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] , wiens gedrag als intimiderend werd ervaren. Dit wordt bevestigd door de verklaring van [naam buurtgenoot 5] .
  • de toenmalige wijkagent [naam wijkagent] heeft verklaard dat (i) er sprake was van stelselmatig lastigvallen van het gehele gezin [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] door [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] , (ii) het conflict [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] - [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] “een begrip was” bij de politie en (iii) alle collega’s ervan af wisten. [naam wijkagent] verklaarde voorts dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] nooit op een normale toon sprak, maar altijd aan het schreeuwen was, dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] schuttingstaal / beledigingen gebruikte, dat zijn totale gedrag (taalgebruik, fysiek gedrag, gebruik van armen) intimiderend was en dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] zich door het gedrag van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] niet meer veilig voelde in haar eigen woning. Gelet op de toenmalige functie van [naam wijkagent] hecht de rechtbank aan deze getuigenverklaring in het bijzonder waarde.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] heeft niets ingebracht dat deze verklaringen ontkracht.
2.14.
De rechtbank stelt voorts voorop dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] partijgetuigen zijn. De door hen als getuigen afgelegde verklaringen kunnen daarom alleen bewijs in hun voordeel opleveren, indien aanvullend bewijs voorhanden is dat zodanig sterk is en zulke essentiële punten betreft dat het hun verklaringen voldoende geloofwaardig maakt (art. 164 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, hierna: Rv). Zodanig sterk aanvullend bewijs is naar het oordeel van de rechtbank voorhanden. De getuigenverklaringen van [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] worden immers (zie onder 2.13.) op consistente wijze ondersteund door verklaringen van andere getuigen. Ook stroken hun verklaringen over het gedrag van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] met het gedrag dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] in soortgelijke incidenten heeft laten zien en die vast zijn komen te staan (zie onder 2.7. tot en met 2.9.). De verklaringen van [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] zullen om die reden als bewijs in hun voordeel worden meegewogen.
3.1.
sub a en sub b in conventie (3 augustus 2013)
2.15.
Gelet op hetgeen onder 2.13. en 2.14. staat, bezien in onderling verband met de verklaringen van [naam buurtgenoot 1] (sub a: ziet die dag op afstand dat er ruzie is maar hoort niet woordelijk wat gezegd wordt), [naam buurtgenoot 2] (sub a: ziet die dag op afstand dat twee personen een meningsverschil hebben maar heeft geen herinnering wat er gezegd is), [naam buurtgenoot 5] (sub a en b: [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] zegt op andere momenten tegen [naam buurtgenoot 5] en zijn zoontje dat hij hun hond dood zal schoppen), [naam dochter] (sub a: niet zelf gehoord, maar heeft van [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] gehoord wat er gebeurd was toen hij thuis kwam, sub b: ziet [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] naar hun woning komen en hoort [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] boos om hun hond vragen maar krijgt gesprek inhoudelijk verder niet mee omdat ze toen in de auto is gaan zitten), [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] (verklaart conform bewijsopdracht) en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] (sub a: niet bij aanwezig geweest, hoort [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] bij thuiskomst zeggen dat er “iets verschrikkelijks gebeurd is”, ziet dat haar man behoorlijk onder de indruk is, heeft van [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] toen gehoord wat er gebeurd is, sub b: hoort [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] tieren tegen haar man en vragen naar de hond) alsook met hetgeen in de processen-verbaal van 17 november 2013 staat, is de rechtbank van oordeel dat [eisers in conventie, verweerders in reconventie] is geslaagd te bewijzen dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] heeft uitgescholden en bedreigingen heeft geuit.
3.1.
sub c in conventie (10 september 2013)
2.16.
Gelet op hetgeen onder 2.13. en 2.14. staat, bezien in onderling verband met de verklaringen van [naam wijkagent] (was aanwezig bij gesprek en herinnert zich dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] een grote mond had en dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en hijzelf geïntimideerd werden), [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] (hoort [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] schreeuwen en zeggen “jullie met je dikken huizen, jullie schijten dun en jullie denken dat jullie je alles kunnen permitteren”) en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] (was niet bij gesprek aanwezig, heeft van [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] bij thuiskomst gehoord dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] gescholden had naar hem en woorden van beledigende aard had gesproken) is de rechtbank van oordeel dat [eisers in conventie, verweerders in reconventie] heeft bewezen dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] hem op 10 september 2013 in het openbaar heeft beledigd toen hij samen met de toenmalige wijkagent [naam wijkagent] naar [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] is gegaan. Dat, zoals [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] heeft betoogd, een en ander op zijn perceel heeft plaatsgevonden, reden waarom het volgens hem niet in het openbaar plaatsvond, doet hieraan niet af. Immers, [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] werd ten overstaan van een derde ( [naam wijkagent] ) door [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] beledigd, waarmee de openbaarheid komt vast te staan.
3.1.
sub d in conventie (23 oktober 2013)
2.17.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] heeft (bij antwoordconclusie na enquête) erkend dat is bewezen dat hij “vuile hoer” tegen [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] heeft gezegd. Gelet daarop en op hetgeen onder 2.13. en 2.14. staat, bezien in onderling verband met de verklaringen van [naam buurtgenoot 3] (ziet [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] intimiderend dicht in de buurt van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] , hoort hem naast “vuile hoer” ook andere schuttingtaal naar haar roepen, is bang voor escalatie, vond de situatie bedreigend en was bang dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] iets ging aandoen), [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] (wordt door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] op zijn werk gebeld en hoort dat zij overstuur is, hoort haar vertellen wat er is voorgevallen en omschrijft wat zij toen verteld heeft, waaronder het versperren van de doorgang) en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] (verklaart conform bewijsopdracht) alsook met hetgeen in het proces-verbaal van 15 november 2013 is opgenomen, is de rechtbank van oordeel dat [eisers in conventie, verweerders in reconventie] er in is geslaagd de beledigingen door [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] te bewijzen en dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] op diezelfde dag de doorgang voor [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] versperde en hij bedreigend en intimiderend gedrag naar haar toe vertoonde.
3.1.
sub e en sub f in conventie (29 november 2013 en 24 maart 2014)
2.18.
Gelet op hetgeen onder 2.13. en 2.14. staat, bezien in onderling verband met de verklaringen van [naam buurtgenoot 5] (sub f: ziet twee schelden mensen, hoort dag later van [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] wat de aanleiding was en dat verhaal stemt overeen met incidenten met [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] die hemzelf en zijn zoontje zijn overkomen), [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] alsook met hetgeen in het proces-verbaal van 30 november 2013 staat, is de rechtbank van oordeel dat [eisers in conventie, verweerders in reconventie] er in is geslaagd de betreffende incidenten te bewijzen.
3.1.
sub g, sub h en sub i in conventie (19 augustus 2014, 17 september 2014 en29 november 2014)
2.19.
Gelet op hetgeen onder 2.13. en 2.14. staat, bezien in onderling verband met de verklaringen van [naam buurtgenoot 5] , [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] alsook met hetgeen in het proces-verbaal van 29 december 2014 is neergelegd, is de rechtbank van oordeel dat [eisers in conventie, verweerders in reconventie] is geslaagd de bedreigingen en beledigingen te bewijzen.
3.1.
sub j in conventie (30 november 2014)
2.20.
Gelet op hetgeen onder 2.13. en 2.14. staat, bezien in onderling verband met de verklaringen van [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] (wordt op zijn werk opgebeld door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] die hem huilend vertelt dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] achter haar aan was gelopen en een paar keer “boeh” had geroep wat zij als treiterend en bedreigend had ervaren) en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] (verklaart conform bewijsopdracht en licht nog toe dat er geen andere mensen aanwezig waren waardoor ze weet dat het “boeh” voor haar bedoeld was) is de rechtbank van oordeel dat zij erin zijn geslaagd te bewijzen dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] op 30 november 2014 tijdens het wandelen met de hond heeft lastiggevallen door
boehte roepen.
3.1.
sub k in conventie (26 december 2014)
2.21.
Gelet op hetgeen onder 2.13. en 2.14. staat, bezien in onderling verband met de verklaringen van [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] (verklaart conform bewijsopdracht) en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] (verklaart dat haar man overstuur was toen hij thuiskwam en hoorde hem vertellen dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] op hem afgekomen was en begon te tieren tegen haar man, haar man [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] van zich af had moeten duwen en haar man toen weggerend was naar huis) alsook het proces-verbaal van
29 december 2014, is de rechtbank van oordeel dat zij hebben bewezen dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] heeft aangevallen op 26 december 2014.
3.1.
sub l in conventie, 3.2. in conventie en 3.4. sub v en sub w in reconventie(12 april 2015)
2.22.
Zoals hiervoor al is overwogen (zie ook onder 2.7., 2.9., 2.13. en 2.14.), is de rechtbank van oordeel dat bewezen is dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] meermaals bij verschillende incidenten heeft uitgemaakt voor pedo / pedofiel en dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] beledigende taal jegens [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en/of [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] bezigde als hij hen zag. Ten aanzien van het incident op 12 april 2015 hebben zowel [naam buurtgenoot 6] als [naam dochter] dit in hun afzonderlijke verklaringen bevestigd. Ook uit het proces-verbaal van 18 april 2014 van het verhoor van Den Boer bij de politie blijkt dit. Gelet hierop acht de rechtbank aannemelijk dat de uitlatingen zoals omschreven in bewijsopdracht sub l zijn gedaan door [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] , terwijl [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] hiertegen geen enkel tegenbewijs heeft aangedragen. De rechtbank is dan ook van oordeel dat de eerste twee streepjes van bewijsopdracht sub l zijn bewezen.
2.23.
Verder heeft [naam buurtgenoot 6] verklaard dat ze [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] eerst op zijn rug zag en dat hij zich vervolgens omdraaide waardoor zij hem van voren zag. Ook heeft zij verklaard toen te hebben gezien dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] iets uit zijn broekzak trok, maar dat zij niet kon zien wat dat was. [naam buurtgenoot 6] heeft wel gehoord dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] of [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] toen heeft gezegd “hij heeft een mes”. [naam buurtgenoot 6] verklaarde dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] met wat hij in zijn hand had steeds dreigende bewegingen naar voren in de richting van [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] maakte, maar dat zij vanuit haar positie niet kon zien of [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] geraakt had, omdat zij zich inmiddels weer hadden gedraaid. [naam buurtgenoot 6] zag dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] dicht bij elkaar stonden en dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] ter verdediging wegduwde. [naam buurtgenoot 6] verklaarde voorts te hebben gezien dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] naar beide mannen toeliep en dat zij met haar hand [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] sloeg om hem van [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] af te houden. [naam buurtgenoot 6] verklaarde niet te weten of [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] met de hondenriem heeft geslagen. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] zelf heeft verklaard [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] (in ieder geval één keer) met de hondenriem te hebben geslagen om hem af te weren, hetgeen door de verklaring van [naam dochter] wordt ondersteund. Door het getrek en geduw is [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] bij/in de greppel gevallen. Hij lag op de grond en was snel weer op de been. Daarna is hij, zo verklaarde [naam buurtgenoot 6] , niet geschopt of geslagen door [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] of [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] . [naam buurtgenoot 6] had 112 aan de lijn en gaf ‘live’ verslag van wat zij zag. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] was de agressor en [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] probeerde zich af te weren aldus de verklaring van [naam buurtgenoot 6] . De dochter van [eisers in conventie, verweerders in reconventie] was tijdens het incident in paniek en aan het huilen. Zij liep op een gegeven moment weg en kwam daarna weer terug. De verklaring van [naam buurtgenoot 6] ondersteunt op wezenlijke punten die van [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] , in die zin dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] als agressor optrad en dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] zich tegen [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] verdedigden. Dat in de hectiek van het moment werd getrokken en geduwd en dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] daardoor in de greppel viel, acht de rechtbank aannemelijk. Voorts is uit deze drie verklaringen en de verklaring van [naam dochter] , bezien in onderlinge samenhang, aannemelijk geworden dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] een mes-achtig dan wel multitool-achtig voorwerp uit zijn zak heeft gehaald en daarmee (meer dan eens) uithaalde naar [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] . Vast staat dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] op
12 april 2015 (een keer) tegen het hoofd heeft geslagen (zie r.o. 2.7). Gelet op het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat [eisers in conventie, verweerders in reconventie] is geslaagd in het leveren van bewijs van het derde streepje onder bewijsopdracht sub l.
2.24.
Uit de verklaringen, bezien in hun onderlinge samenhang, komt voorts genoegzaam naar voren dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] de agressor was en dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] zich tegen het agressieve gedrag van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] hebben verdedigd. De rechtbank is dan ook van oordeel dat [eisers in conventie, verweerders in reconventie] erin geslaagd is te bewijzen dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] handelde uit noodweer, hetgeen als rechtvaardigingsgrond geldt. Ook acht de rechtbank het aannemelijk dat het slaan met de hondenriem door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] ter verdediging van het agressieve gedrag van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] was, zodat ook dit als noodweer (rechtvaardigingsgrond) dient te worden gekwalificeerd. Het onrechtmatige karakter van de gedragingen door [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] is daarmee komen te vervallen.
3.1
sub m in conventie (17 april 2015)
2.25.
De enige verklaring ter zake is die van [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] . [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] was hierbij niet aanwezig en kan zich niet herinneren of [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] haar hiervan iets heeft verteld. Gelet op hetgeen onder 2.13. en 2.14. staat, bezien in onderling verband met de verklaring van [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en de eerdere levensbedreigingen aan zijn adres die zijn komen vast te staan (zie bewijsopdrachten sub a, b, e, f, h, i) en het een paar dagen eerder met een mes/multitool-achtig voorwerp uithalen naar [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] (zie bewijsopdracht sub l), acht de rechtbank het aannemelijk dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] naar huis is gevolgd nadat [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] ging rennen en dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] tegen hem heeft geschreeuwd dat hij [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] ging vermoorden. De rechtbank acht dit deel van de bewijsopdracht dan ook bewezen. Uit niets kan echter worden afgeleid dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] toen (ook) een foto van [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] heeft genomen, zodat de rechtbank dit deel niet bewezen acht.
3.1.
sub n in conventie
2.26.
De verklaringen van [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] zijn consistent en worden ondersteund door de geluidsopname die bij akte gedeponeerd is (zie r.o. 2.10.), terwijl [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] hiertegen niets heeft ingebracht. De rechtbank is om die reden van oordeel dat [eisers in conventie, verweerders in reconventie] is geslaagd het hem opgedragen bewijs te leveren.
3.1.
sub o en sub p in conventie (14 juni 2015 en 7 augustus 2015)
2.27.
[eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] hebben beiden verklaard dat [naam 2] hen heeft verteld te hebben gezien dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] op 14 juni 2015 en/of 7 augustus 2015 geruime tijd bij de woning van [eisers in conventie, verweerders in reconventie] heeft gestaan en deze woning heeft geobserveerd. Dit wordt voorts ondersteund door het proces-verbaal van aangifte van 11 augustus 2015 (productie 7 bij dagvaarding). Uit r.o. 2.7. blijkt dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] dergelijk gedrag in het verleden ook al heeft laten zien bij de woning van [eisers in conventie, verweerders in reconventie] Dat Dohmen niet als getuige is opgeroepen, doet hier niet aan af. Hiertegen heeft [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] niets ingebracht, zodat de rechtbank dit bewezen acht.
3.1.
sub q en r in conventie (8 augustus 2015)
2.28.
Zoals hiervoor al is overwogen (zie ook onder 2.7., 2.13. en 2.14. en bewijsopdracht sub l), is de rechtbank van oordeel dat bewezen is dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] al eerder meermaals heeft uitgemaakt voor pedo / pedofiel. Met betrekking tot de incidenten op 8 augustus 2015 wordt dit nog ondersteund door de verklaringen van [naam buurtgenoot 7] (q: hoorde woorden als pedofiel richting de woning van [eisers in conventie, verweerders in reconventie] , r: hoorde hem “pedofiel” roepen) en [naam buurtgenoot 8] (q en r: hoorde toen hij in de tuin zat te eten iemand hard schreeuwen “pedo, [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] , pedofiel” en zag een man weglopen vanaf het huis van [eisers in conventie, verweerders in reconventie] toen hij ging kijken) en door hetgeen in het proces-verbaal van aangifte van 11 augustus 2015 staat. Dit deel acht de rechtbank dan ook bewezen.
2.29.
[naam buurtgenoot 7] heeft verklaard te hebben gezien dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] uit het veld kwam, dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] foto’s stond te maken en dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] van alles riep. Deze verklaring ondersteunt de verklaringen van [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] en is in overeenstemming met hetgeen zij in het proces-verbaal van aangifte van 11 augustus 2015 hebben verklaard. Ook dit deel acht de rechtbank bewezen.
3.1.
sub s in conventie
2.30.
Bij conclusie na enquête heeft [eisers in conventie, verweerders in reconventie] als productie 1 een psychologisch rapport van drs. J.J.A.M. Haartmans (psycholoog bij Pobos B.V., hierna: Haartmans) gedateerd 10 juni 2017 en als productie 2 een rapport gedateerd 9 augustus 2015 in het geding gebracht. In het rapport van 2015 heeft Haartmans [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] beiden gediagnosticeerd met een angststoornis en problemen gebonden aan de sociale omgeving (bedreiging). In het rapport van 2017 heeft Haartmans [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] beiden gediagnosticeerd met een posttraumatische stress-stoornis en problemen gebonden aan de sociale omgeving (bedreiging). Hieruit blijkt (onder meer) dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] langdurig (jarenlang) in behandeling waren bij Haartmans. Hiertegen heeft [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] enkel ingebracht dat de rapportage zonder duiding is overgelegd, hetgeen de rechtbank echter niet volgt. Dat Haartmans, zoals [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] als verweer naar voren brengt, bij geen van de incidenten aanwezig was, hij zich baseert op hetgeen zijn cliënten hem vertellen en dat niet worden geconcludeerd dat zij een angststoornis hebben opgelopen door het gedrag van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] , volgt de rechtbank evenmin, nu uit beide rapporten genoegzaam blijkt dat volgens Haartmans de angsten zijn terug te voeren op incidenten met [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] . Dat Haartmans niet bij de incidenten aanwezig was, doet hieraan niet af.
2.31.
Uit r.o. 2.7. tot en met 2.10., 2.13., 2.14. en de feiten die in dit vonnis vast zijn komen te staan, volgt dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] langdurig op structurele wijze onrechtmatig bejegend zijn door [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] . De intensiteit van de ervaringen die zij hebben opgedaan met [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] wordt bevestigd door verklaringen van [naam wijkagent] , [naam buurtgenoot 5] , [naam buurtgenoot 6] en [naam buurtgenoot 7] . Laatstgenoemde was na een incident met [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] een tijd lang zó bang voor [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] dat zij niet meer alleen haar hond durfde uit te laten en haar vader met haar meeliep. Als onbetwist staat vast dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] slachtofferhulp hebben gehad, dat dit hen onvoldoende heeft geholpen, waarna zij zich hebben gewend tot de huisarts en zij vervolgens onder behandeling zijn geweest van Haartmans. Op grond van dit alles is de rechtbank van oordeel dat aannemelijk is dat de incidenten met [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] een dusdanige impact op [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] hadden, dat zij om die reden een angststoornis hebben ontwikkeld, die uiteindelijk voor hen beiden verder is ontwikkeld in een posttraumatische stress-stoornis. Dit deel acht de rechtbank dan ook bewezen.
in conventie
verklaringen voor recht
2.32.
Gelet op al hetgeen hiervoor is overwogen, is komen vast te staan dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] onrechtmatig heeft gehandeld jegens [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] . De gevorderde verklaringen voor recht (zie onder 3.1. sub 1 en 2 van het vonnis van 20 maart 2019) liggen dan ook voor toewijzing gereed, met dien verstande dat de rechtbank aanleiding ziet aan de sub 2 gevorderde verklaring van recht de woorden “voortvloeiend uit het onrechtmatig handelen van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] ” toe te voegen.
immateriële schadevergoeding, materiele schadevergoeding en verwijzing schadestaatprocedure
immateriële schadevergoeding
2.33.
[eisers in conventie, verweerders in reconventie] vordert € 6.000,00 aan immateriële schadevergoeding (opgebouwd als twee x € 1.500,00 voor [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en twee x € 1.500,00 voor [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] , te weten een keer als slachtoffer zelf en een keer als toeschouwer van het leed toegebracht aan de wederhelft). Zoals hiervoor al is overwogen, is de rechtbank van oordeel dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] zelf allebei slachtoffers zijn van de onrechtmatige gedragingen van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] alsook dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] hun wederhelft hebben zien lijden ten gevolge van die onrechtmatige gedragingen van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] , waardoor zij immateriële schade (geestelijk letsel) hebben geleden. De gevorderde bedragen acht de rechtbank niet onredelijk en zullen worden toegewezen, een en ander te vermeerderen met de wettelijke rente met ingang van de gevorderde en niet betwiste termijn van twee dagen na betekening van het vonnis.
materiële schadevergoeding
2.34.
Onder verwijzing naar productie 11 bij conclusie van repliek in conventie tevens akte overleggen producties alsmede wijziging/vermeerdering van eis heeft [eisers in conventie, verweerders in reconventie] een bedrag van € 15.954,81 aan materiële schadevergoeding gevorderd. Deze kosten hebben betrekking op (i) het door toedoen van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] moeten doen van aangifte bij de politie, (ii) kosten ter zake bemiddeling door de wijkagent en het openbaar ministerie, (iii) kosten ter zake het bezoeken van huisarts en slachtofferhulp, (iv) kosten ter zake de afspraken met de psycholoog, (v) kosten ter zake afspraken met de advocaat, (vi) kosten in het kader van het bezoeken van de strafzitting van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] in hoger beroep, (vii) reiskostenvergoeding
(€ 0,29 x aantal kilometers) en (viii) compensatie van verlofuren.
2.35.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] heeft betwist aansprakelijk te zijn voor de kosten van het eigen risico van de ziektekostenverzekeringen van [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] over 2015, 2016 en 2017. Volgens [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] blijkt uit de door [eisers in conventie, verweerders in reconventie] overgelegde declaratieoverzichten dat er medicatie wordt gebruikt die niets met de hem verweten gedragingen te maken hebben (gehad). De rechtbank volgt [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] hierin niet, nu uit de overgelegde declaratieoverzichten genoegzaam blijkt dat het eigen risico geheel en al verrekend werd met het bedrag van nota’s ingediend door Pobos B.V., dat wil zeggen kosten ter zake behandeling door Haartmans. De overige specificaties op de declaratieoverzichten hoeven om die reden geen verdere bespreking. De rechtbank zal de gevorderde bedragen (€ 375,00 + € 236,70 + € 371,48 + € 375,81 + 228,87 =) € 1.587,86 toewijzen. Declaratieoverzichten over het jaar 2018 heeft de rechtbank niet aangetroffen. Op het moment van instellen van dit deel van de vordering was het augustus 2018. Gelet op het tijdsverloop moet inmiddels duidelijk zijn of de gestelde schade over het jaar 2018 (2 x € 385,000 eigen bijdrage) geleden is en moet deze met stukken onderbouwd kunnen worden. De rechtbank zal [eisers in conventie, verweerders in reconventie] bij akte in de gelegenheid stellen dit deel van de vordering nader te onderbouwen.
2.36.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] betwist dat [eisers in conventie, verweerders in reconventie] het door hem gestelde aantal verlofuren heeft opgenomen alsook dat deze € 25,00 per uur zouden bedragen, te meer omdat niet is gebleken dat een dergelijk uur [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] € 25,00 kost en omdat niet is gebleken dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] in loondienst of anderszins werkzaam is. Het zijn volgens [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] buitensporig veel uren (482) die [eisers in conventie, verweerders in reconventie] stelt te hebben besteed aan 11 besprekingen met hun advocaat, nu dat zou neerkomen op bijna 4 uur per bespreking. Dit is volgens [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] niet geloofwaardig. Ook de consulten bij de psycholoog zouden telkens 4 uur in beslag nemen, hetgeen niet geloofwaardig is volgens [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] . In een jaar tijd (januari 2016 tot januari 2017) claimen [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] per persoon 36 uur in verband met bezoek aan de psycholoog, terwijl zij stellen in dat jaar 9 behandelingen te hebben ondergaan en een consult maximaal een uur kan hebben geduurd. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] betwist dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] elk meer dan maximaal 9 uur aan consulten per jaar hebben gehad.
2.37.
De rechtbank stelt allereerst vast dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] erkent dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] (in elk geval) ieder 9 uur aan consulten bij Haartmans hebben gehad per jaar (2015, 2016 en 2017), dat wil zeggen 18 uur x 3 jaar = 54 uur. Zonder onderbouwing, die [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] niet heeft gegeven, valt echter niet in te zien dat en waarom [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] niet alle in de lijst opgevoerde 29 afspraken met de psycholoog zouden hebben gehad, waarbij de rechtbank heeft betrokken de hiervoor aangehaalde medische rapporten. Dat de zitting bij het Hof geen volle dag heeft geduurd en in de middag plaatsvond, reden waarom volgens [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] geen 8 uur per persoon kan worden geclaimd, volgt de rechtbank evenmin, nu het niet denkbeeldig is dat zij in het kader van die zitting en de reistijd een hele dag hebben uitgetrokken. Wat betreft de overige verlofuren is het verweer van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] tegen de omvang van het aantal uren onvoldoende gemotiveerd. De rechtbank heeft, gelet op de vele incidenten die hebben plaatsgevonden, geen reden om te twijfelen aan de momenten die in producties 11 zijn opgesomd waarin bezoeken zijn gebracht aan de politie, wijkagent, OM, huisarts, slachtofferhulp, gemeente, advocaat en psycholoog. Daarbij geldt dat niet alleen ieder afzonderlijk bezoek tijd heeft gekost, maar dat [eisers in conventie, verweerders in reconventie] per bezoek ook reistijd gehad hebben. De rechtbank gaat dan ook uit van de juistheid van de lijst van productie 11 en zal uitgaan van 482 verlofuren. Echter, [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] hebben niet onderbouwd op grond waarvan zij tot een bedrag van € 25,00 per verlofuur als compensatie zijn gekomen, nog daargelaten dat gesteld noch gebleken is dat ook [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] in loondienst is dan wel werkzaam is, en zo ja tegen welk uurtarief. De rechtbank zal [eisers in conventie, verweerders in reconventie] bij akte in de gelegenheid stellen het bedrag van € 25,00 per verlofuur zowel in het geval van [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] als in het geval van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] nader te onderbouwen.
2.38.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] heeft niet betwist dat voor elke behandeling bij de psycholoog 30 kilometer per persoon is gereisd, hetgeen neerkomst op 60 kilometer x 29 bezoeken = 1.740 kilometers. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] betwist voorts onvoldoende het aantal kilometers dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] volgens de lijst van productie 11 hebben gemaakt: het enkel bloot betwisten van de reisafstand is onvoldoende. Uit het feit dat op de lijst van productie 11 ook een aantal keren 0 kilometers wordt opgesomd, leidt de rechtbank af dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] die specifieke ritten gezamenlijk hebben gemaakt, reden waarom zij geen dubbel aantal kilometers vorderen. De blote betwisting van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] dat de overige afspraken dubbel zouden zijn berekend, volgt de rechtbank dan ook niet. De rechtbank zal om die reden uitgaan van een totaal van 2.824 door [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] gereden kilometers.
2.39.
Volgens
De Letselschade Richtlijn Kilometervergoeding(zie: https://deletselschaderaad.nl/wp-content/uploads/DLRichtlijn-kilometervergoeding-2021.pdf) bedroeg het normbedrag per gereden kilometer met een personenauto € 0,29. Dit bedrag bleef in 2015 en 2016 ongewijzigd. In 2017 is dit bedrag naar beneden bijgesteld naar € 0,26. Het aantal kilometers in 2017 en 2018 bedroeg volgens de lijst van productie 11 824 kilometer. De vóór 2017 afgelegde kilometers komen uit op (2.824 – 824 =) 2.000 kilometers. Gelet hierop zal worden toegewezen (2.000 x € 0,29 = € 580,00) + (824 x € 0,26 = € 214,24) =) € 794,24.
2.40.
Gelet op het aantal incidenten dat voor het plaatsen van de camera heeft plaatsgevonden, acht de rechtbank het aannemelijk dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie sub 1] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie sub 2] in juli 2015 een camera-set hebben gekocht voor € 409,00 (nota Epine, achter productie 11). Uit niets blijkt echter dat en hoeveel de kosten voor het plaatsen daarvan bedroegen. De rechtbank zal dan ook een bedrag van € 409,00 toewijzen. Voor het overige wordt deze post afgewezen.
2.41.
De kosten van de gevorderde inktcartridge en papier zal, in het licht van het verweer van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] , als onvoldoende gesteld worden afgewezen.
2.42.
Anders dan [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] heeft aangevoerd, bestaat er geen rechtsregel waaruit blijkt dat wettelijke rente over de toegewezen materiële schade op zijn vroegst kan ingaan 14 dagen na betekening van een vonnis. Het verzuim is vóór het uitbrengen van de dagvaarding al ingetreden (art. 6:83 sub b BW). De rechtbank zal dan ook in overeenstemming met het gevorderde de wettelijke rente ingaande twee dagen na betekening van het vonnis toewijzen.
verwijzing schadestaatprocedure
2.43.
De rechtbank draagt [eisers in conventie, verweerders in reconventie] op bij akte toe te lichten of en welke andere schadeposten er nog zijn (te verwachten), zodat de rechtbank kan beoordelen of er nog een verwijzing naar de schadestaatprocedure moet plaatsvinden.
2.44.
In afwachting van de akte van [eisers in conventie, verweerders in reconventie] over r.o. 2.35., 2.37. en 2.43., waarop [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] bij antwoordakte zal mogen reageren, houdt de rechtbank iedere verdere beslissing aan.
in reconventie
waardering bewijs [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] in reconventie
2.45.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] heeft afgezien van het horen van getuigen. Ook ander bewijs is niet overgelegd. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] is dan ook niet geslaagd in het leveren van bewijs in het kader van de bewijsopdrachten 3.3. sub t) en sub u). De reconventionele vorderingen zullen daarom bij eindvonnis worden afgewezen.
2.46.
[gedaagde in conventie, eiser in reconventie] zal bij eindvonnis als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de kosten van [eisers in conventie, verweerders in reconventie] , tot op heden begroot op € 956,00 (salaris advocaat, 2 punten x liquidatietarief I). De wettelijke rente over de proceskosten zullen worden toegewezen vanaf 14 dagen na betekening van het vonnis. De nakosten zullen worden toegewezen op de wijze zoals in het eindvonnis zal worden bepaald.
2.47.
In afwachting van de uitkomst van de procedure in conventie zal iedere verdere beslissing in reconventie worden aangehouden.
3. De beslissing
De rechtbank
in conventie
3.1.
verwijst de zaak naar de rol van
22 december 2021voor akte uitlating r.o. 2.35., 2.37. en 2.43. aan de zijde van [eisers in conventie, verweerders in reconventie] ;
3.2.
verstaat dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] vier weken daarna bij antwoordakte mag reageren;
3.3.
houdt iedere verdere beslissing aan;
in reconventie
3.4.
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. I.M. Etman en in het openbaar uitgesproken op 24 november 2021. [1]

Voetnoten

1.type: JC