ECLI:NL:RBLIM:2021:8643

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
28 oktober 2021
Publicatiedatum
17 november 2021
Zaaknummer
9457479 EZ VERZ 21-212
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vaststelling loon vereffenaar en vereffeningskosten in erfrechtelijke procedure

In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Limburg op 28 oktober 2021, is een verzoek ingediend door Manon van Bezouw en Maarten van der Meulen, beiden werkzaam als vereffenaars van de nalatenschap van een overleden persoon. Het verzoek betreft de vaststelling van het loon van de vereffenaar over de periode van 24 juli 2020 tot en met 8 september 2021. De verzoekers hebben een bedrag van € 3.308,88 exclusief btw gevraagd, met een totaal van € 15.916,71 exclusief btw voor het loon van de vereffenaar. De rechtbank heeft de procedure op 16 september 2021 gestart na ontvangst van het verzoekschrift.

De rechtbank heeft de urenspecificatie van de vereffenaars beoordeeld en vastgesteld dat er een wijziging in de urenregistratie van M. van Bezouw was, wat leidde tot een aanpassing van het berekende bedrag. De kantonrechter heeft het salaris van de verzoekers en hun kantoorgenoten vastgesteld op € 4.014,38 inclusief btw. Daarnaast heeft de rechtbank opgemerkt dat de kantoorkosten die in rekening zijn gebracht geen looncomponent zijn en niet onder het Recofa-uurtarief vallen, aangezien deze richtlijnen enkel van toepassing zijn op faillissementen en niet op erfrecht.

De rechtbank heeft de verzoekers ook in de gelegenheid gesteld om binnen twee maanden een uitdelingslijst ter griffie neer te leggen, om de voortgang van de afwikkeling van de nalatenschap te waarborgen. De beslissing van de rechtbank omvatte de afwijzing van het meer of anders verzochte, en benadrukte de noodzaak voor de verzoekers om de rekening en verantwoording aan te passen in het belang van de schuldeisers van de nalatenschap.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Zittingsplaats Maastricht
Burgerlijk recht / Kantonrechter
Zaaknr: 9457479 \ EZ VERZ 21-212
Beschikking van 28 oktober 2021
inzake
MR. MAARTEN VAN DER MEULENen
MANON VAN BEZOUW,
beiden kantoor houdend te 5240 AG Rosmalen,
verzoekers, in hun hoedanigheid van vereffenaar van de nalatenschap van
[erflater]
gemachtigde mr. J. van der Wende.

1.Het verloop van de procedure

1.1.
Op 16 september 2021 is een verzoekschrift met bijlagen ter griffie van deze rechtbank ontvangen.
1.2.
Vervolgens is beschikking bepaald waarvan de uitspraak is gesteld op heden.

2.Het verzoek

2.1.
Verzoekers vragen:
I. het loon van de vereffenaar over de periode 24 juli 2020 tot en met 8 september 2021 vast te stellen op € 3.308,88 exclusief btw / € 4.003,74 inclusief BTW, althans een door de kantonrechter in goede justitie te bepalen bedrag
II. het totale loon van de vereffenaar vast te stellen op:
- Reeds vastgesteld voorschot van € 15.916,71 exclusief btw / € 19.259,21 inclusief btw
- Verzocht aanvullend loon € 3.308,88 exclusief btw / € 4.003,74 inclusief btw
- Totaal € 15.916,71 exclusief btw / € 19.259,21 inclusief btw.

3.De beoordeling

3.1.
Uit de processtukken blijkt het volgende:
- op [overlijdensdatum] is te [overlijdensplaats] [erflater] (verder te noemen: de erflater) laatstelijk wonend te [woonplaats] , overleden
- bij akte van 7 december 2017 hebben de erfgenamen de nalatenschap van de erflater beneficiair aanvaard
- bij beschikking van deze rechtbank van 28 mei 2019 zijn verzoekers tot vereffenaars van de nalatenschap van de erflater benoemd
- bij beschikking van de kantonrechter van 8 oktober 2020 is het voorschot van het loon van de vereffenaars en hun kantoorgenoten over de periode 21 mei 2019 tot en met 23 juli 2020 vastgesteld op € 12.607,83 exclusief btw (zijnde € 15.255,47 inclusief btw)
- de vereffening van de nalatenschap is voltooid en de activa van de nalatenschap, exclusief de vereffeningskosten, bedragen € 28.408,18 (productie 5).
3.2.
Wat het verzoek onder I betreft volgt uit de door verzoekers aangeleverde urenspecificatie dat M. van Bezouw in 2020 geen 0,3 doch 0,4 uren aan de vereffening heeft besteed waardoor het door verzoekers berekende bedrag van € 26,28 zal worden gewijzigd in € 35,04. Met inachtneming hiervan zal en de door verzoekers gevraagde forfaitaire vergoeding van vier uren, zal de kantonrechter het salaris van verzoekers en hun kantoorgenoten vanaf 24 juli 2020 tot en met 8 september 2021 vaststellen op € 4.014,38 inclusief btw.
3.3.
Het verzoek onder II zal worden afgewezen aangezien bij beschikking van 8 oktober 2020 het onder a reeds is vastgesteld en bij deze beschikking het onder b zoals in r.o. 3.2. is overwogen heden, gewijzigd, zal worden vastgesteld.
3.4.
Ten aanzien van de door verzoekers als productie 5 aangeleverde uitdelingslijst merkt de kantonrechter op dat verzoekers € 610,22 en € 160,15 aan kantoorkosten in rekening hebben gebracht. Deze kantoorkosten zijn geen looncomponent en vallen niet onder het Recofa-uurtarief en de daarop van toepassing zijnde factoren als bedoeld in artt. 6.4 en 6.5 van de Recofa-richtlijnen en niet onder de niet gespecifieerde verschotten omdat het bepaalde in art. 6.6 van de Recofa-richtlijnen enkel van toepassing is op faillissementen en niet op erfrecht. Verder dienen de vereffeningskosten vermeerderd te worden de ten onrechte geheven griffierechten voor het deponeren van de boedelbijschrijving. Aangezien dat tweemaal is gebeurd dienen de vereffeningskosten met tweemaal € 79,00 te worden verhoogd. Met inachtneming hiervan en het in r.o. 3.2. berekende bedrag worden verzoekers, met het oog op het bewaken van de belangen van de schuldeisers van deze nalatenschap, er op geattendeerd om de rekening en verantwoording en de nog te deponeren uitdelingslijst aan te passen. De kantonrechter zal, om de voortgang van de afwikkeling van deze nalatenschap te kunnen bewaken verzoekers in de gelegenheid stellen om uiterlijk binnen twee maanden na heden een uitdelingslijst ter griffie van deze rechtbank ter inzage neer te leggen.

4.De beslissing

De kantonrechter
4.1.
stelt het salaris van verzoekers en hun kantoorgenoten vanaf 24 juli 2020 tot en met
8 september 2021 vast op € 4.014,38 inclusief btw,
4.2.
stelt verzoekers in de gelegenheid om uiterlijk binnen twee maanden na heden een uitdelingslijst in deze nalatenschap ter griffie van deze rechtbank ter inzage neer te leggen,
4.3.
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is gegeven door mr. R.P.J. Quaedackers, kantonrechter, en is in aanwezigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken.
type: TY