Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
eiser (in conventie) in het incident,
verweerder in reconventie in de hoofdzaak,
1.[gedaagde in de hoofdzaak, gedaagde in het incident]
gedaagde in het incident,
2.[gedaagde in conventie in de hoofdzaak, gedaagde in conventie in het incident, eiseres in reconventie in de hoofdzaak, eiseres in voorwaardelijke reconventie in het incident] ,
gedaagde in conventie in het incident,
eiseres in voorwaardelijke reconventie in het incident,
1.De procedure
- de dagvaarding met producties,
- de conclusie van antwoord in de hoofdzaak en het incident, van [gedaagde in de hoofdzaak, gedaagde in het incident] ,
- de conclusie van antwoord in het incident ex artikel 223 Rv en van voorwaardelijke eis in reconventie in dat incident, van [gedaagde in conventie in de hoofdzaak, gedaagde in conventie in het incident, eiseres in reconventie in de hoofdzaak, eiseres in voorwaardelijke reconventie in het incident] ,
- de conclusie van antwoord in voorwaardelijke reconventie in het incident ex artikel
- de conclusie van antwoord in conventie en van eis in reconventie in de hoofdzaak, van [gedaagde in conventie in de hoofdzaak, gedaagde in conventie in het incident, eiseres in reconventie in de hoofdzaak, eiseres in voorwaardelijke reconventie in het incident] .
‘(…)HOOFDSTUK 2. LEGATEN1. LegatenIk legateer, af te geven binnen drie maanden na mijn overlijden, aan ieder van mijn kleinkinderen een geldsom ter grootte van een honderd duizend euro (…).2. VerrekeningOp hetgeen mijn kleindochter [naam 1] krachtens legaat uit mijn nalatenschap verkrijgt strekt in mindering hetgeen zij aan mij schuldig is uit hoofde van geldlening(en) die zijn aangegaan in verband met de financiering van haar studie.HOOFDSTUK 3. ERFSTELLING1. Erfstelling
Beschikkingsonbevoegdheid
Toevoegen, in de plaats stellen, vervangen
Boedelbeschrijving
Boedelnotaris
Informatieplicht. rekening en verantwoording
Einde executele en einde beheer
[naam executeur] heeft de benoeming tot afwikkelingsbewindvoerder niet aanvaard. Het afwikkelingsbewind is daarop vervallen.
(prod. 9 dv.), 30 september 2020 (prod. 11 dv.) en 31 maart 2021 (prod. 20 dv.).
€ 75.000,00, verder nog:
Daarnaast is de nalatenschap van moeder zowel aan [eiser (in conventie) in de hoofdzaak, eiser (in conventie) in het incident, verweerder in reconventie in de hoofdzaak, verweerder in voorwaardelijke reconventie in het incident] als aan [gedaagde in conventie in de hoofdzaak, gedaagde in conventie in het incident, eiseres in reconventie in de hoofdzaak, eiseres in voorwaardelijke reconventie in het incident] een bedrag van (ongeveer) € 20.000,00 verschuldigd vanwege door moeder met [gedaagde in conventie in de hoofdzaak, gedaagde in conventie in het incident, eiseres in reconventie in de hoofdzaak, eiseres in voorwaardelijke reconventie in het incident] respectievelijk [eiser (in conventie) in de hoofdzaak, eiser (in conventie) in het incident, verweerder in reconventie in de hoofdzaak, verweerder in voorwaardelijke reconventie in het incident] gesloten schenkingsovereenkomsten.
‘Beste [gedaagde in conventie in de hoofdzaak, gedaagde in conventie in het incident, eiseres in reconventie in de hoofdzaak, eiseres in voorwaardelijke reconventie in het incident] en [eiser (in conventie) in de hoofdzaak, eiser (in conventie) in het incident, verweerder in reconventie in de hoofdzaak, verweerder in voorwaardelijke reconventie in het incident] ,
De vermogensopstelling per 31 maart 2021
Een brief over het stappenplan dat ik ga volgen, als ik niet binnen 1 week een reactie heb
‘Bij deze wil ik jullie graag twee scenario’s voorleggen voor de verdere afwikkeling van de nalatenschap van jullie moeder en om[uit, rechtbank]
de huidige ontstane impassen te geraken.
3.Het geschil
in het incident
€ 287.000,00 ineens voor het geval [gedaagde in de hoofdzaak, gedaagde in het incident] en [gedaagde in conventie in de hoofdzaak, gedaagde in conventie in het incident, eiseres in reconventie in de hoofdzaak, eiseres in voorwaardelijke reconventie in het incident] het gevraagde verbod overtreden;
met veroordeling van [gedaagde in de hoofdzaak, gedaagde in het incident] en [gedaagde in conventie in de hoofdzaak, gedaagde in conventie in het incident, eiseres in reconventie in de hoofdzaak, eiseres in voorwaardelijke reconventie in het incident] in de proceskosten.
ad € 200.00,00 uit te keren. De incidentele vordering is voorwaardelijk ingesteld, namelijk voor het geval de rechtbank de incidentele vorderingen van [eiser (in conventie) in de hoofdzaak, eiser (in conventie) in het incident, verweerder in reconventie in de hoofdzaak, verweerder in voorwaardelijke reconventie in het incident] onder 2. en 3. zal toewijzen.
- dat [eiser (in conventie) in de hoofdzaak, eiser (in conventie) in het incident, verweerder in reconventie in de hoofdzaak, verweerder in voorwaardelijke reconventie in het incident] nimmer de door [gedaagde in de hoofdzaak, gedaagde in het incident] en [gedaagde in conventie in de hoofdzaak, gedaagde in conventie in het incident, eiseres in reconventie in de hoofdzaak, eiseres in voorwaardelijke reconventie in het incident] gepretendeerde schuld zoals in het lijf van de dagvaarding omschreven en zoals opgenomen in de vermogensopstellingen van [gedaagde in de hoofdzaak, gedaagde in het incident] ad (in hoofdsom) € 220.514,00 aan de nalatenschap heeft gehad of heeft, althans niet voor het meerdere boven (in hoofdsom) € 65.000,00;
- dat [eiser (in conventie) in de hoofdzaak, eiser (in conventie) in het incident, verweerder in reconventie in de hoofdzaak, verweerder in voorwaardelijke reconventie in het incident] daarover (dus) ook geen rente ad 3% per jaar verschuldigd is sedert 2007 t/m datum overlijden van moeder ( [overlijdensdatum 2] );
naastde schuld van € 65.000,00 bedraagt, exclusief rente,
met veroordeling van [eiser (in conventie) in de hoofdzaak, eiser (in conventie) in het incident, verweerder in reconventie in de hoofdzaak, verweerder in voorwaardelijke reconventie in het incident] - uitvoerbaar bij voorraad - in de proceskosten.
4.De beoordeling
‘brief over het stappenplan’(zie rov. 2.18.). [eiser (in conventie) in de hoofdzaak, eiser (in conventie) in het incident, verweerder in reconventie in de hoofdzaak, verweerder in voorwaardelijke reconventie in het incident] stelt dienaangaande, samengevat:
(1) dat [gedaagde in de hoofdzaak, gedaagde in het incident] in de genoemde stukken aangeeft dat hij als executeur, al dan niet op basis van de instemming van [eiser (in conventie) in de hoofdzaak, eiser (in conventie) in het incident, verweerder in reconventie in de hoofdzaak, verweerder in voorwaardelijke reconventie in het incident] en [gedaagde in conventie in de hoofdzaak, gedaagde in conventie in het incident, eiseres in reconventie in de hoofdzaak, eiseres in voorwaardelijke reconventie in het incident] , op korte termijn wil overgaan tot handelen (waaronder: het doen van betalingen aan schuldeisers van de nalatenschap, gebruik makend van de gedwongen toerekening van schulden),
(2) dat hij daarbij conform zijn meer recente vermogensopstellingen tot uitgangspunt wil nemen dat [eiser (in conventie) in de hoofdzaak, eiser (in conventie) in het incident, verweerder in reconventie in de hoofdzaak, verweerder in voorwaardelijke reconventie in het incident] een schuld heeft aan de nalatenschap ad € 220.514,00 aan hoofdsom en € 66.488,52 aan rente, en
(3) dat [gedaagde in de hoofdzaak, gedaagde in het incident] daarmee voorbij gaat aan de beargumenteerde opvatting van [eiser (in conventie) in de hoofdzaak, eiser (in conventie) in het incident, verweerder in reconventie in de hoofdzaak, verweerder in voorwaardelijke reconventie in het incident] dat zijn schuld aan de nalatenschap niet meer bedraagt dan (ongeveer) € 20.000,00, te weten: € 65.000,00 aan hoofdsom, dit bedrag te vermeerderen met rente en te verminderen met schenkingen van moeder aan [eiser (in conventie) in de hoofdzaak, eiser (in conventie) in het incident, verweerder in reconventie in de hoofdzaak, verweerder in voorwaardelijke reconventie in het incident] ad (in totaal, ongeveer)
€60.000,00.
(1) dat hij betwijfelt of [eiser (in conventie) in de hoofdzaak, eiser (in conventie) in het incident, verweerder in reconventie in de hoofdzaak, verweerder in voorwaardelijke reconventie in het incident] spoedeisend belang heeft bij de vordering;
(2) dat het verbod zoals gevorderd hoe dan ook te ver gaat, omdat hij als executeur tot taak heeft schulden van de nalatenschap van moeder te voldoen, waarbij van belang is dat inmiddels alleen nog sprake is van schulden aan [gedaagde in conventie in de hoofdzaak, gedaagde in conventie in het incident, eiseres in reconventie in de hoofdzaak, eiseres in voorwaardelijke reconventie in het incident] en [eiser (in conventie) in de hoofdzaak, eiser (in conventie) in het incident, verweerder in reconventie in de hoofdzaak, verweerder in voorwaardelijke reconventie in het incident] en lopende kosten in verband met zijn eigen taak (en die van zijn adviseurs);
(3) dat [eiser (in conventie) in de hoofdzaak, eiser (in conventie) in het incident, verweerder in reconventie in de hoofdzaak, verweerder in voorwaardelijke reconventie in het incident] waarschijnlijk (enkel) doelt op het uitspreken van een verbod om gedurende de onderhavige procedure de schulden van de nalatenschap aan [gedaagde in conventie in de hoofdzaak, gedaagde in conventie in het incident, eiseres in reconventie in de hoofdzaak, eiseres in voorwaardelijke reconventie in het incident] en [eiser (in conventie) in de hoofdzaak, eiser (in conventie) in het incident, verweerder in reconventie in de hoofdzaak, verweerder in voorwaardelijke reconventie in het incident] te voldoen, al dan niet onder verrekening van die schulden met hun (eventuele) schulden aan de nalatenschap;
(4) dat hij voorlopig (en behoudens een andersluidend oordeel van de rechtbank) niet het plan heeft om het onder (3) genoemde te doen, zodat het opleggen van een verbod niet noodzakelijk is.
‘zal (…) overgaan tot de voldoening van de schuldeisers van de nalatenschap’en dat daarbij het ‘vadersdeel’ van [eiser (in conventie) in de hoofdzaak, eiser (in conventie) in het incident, verweerder in reconventie in de hoofdzaak, verweerder in voorwaardelijke reconventie in het incident]
‘uiteraard meteen verrekend moet worden met de schuld die [eiser (in conventie) in de hoofdzaak, eiser (in conventie) in het incident, verweerder in reconventie in de hoofdzaak, verweerder in voorwaardelijke reconventie in het incident] heeft aan de nalatenschap ad € 220.514 + € 66.488,52 = € 287.002,52’.Gesteld noch gebleken is dat [gedaagde in de hoofdzaak, gedaagde in het incident] vóór de betekening van de dagvaarding in de onderhavige zaak [eiser (in conventie) in de hoofdzaak, eiser (in conventie) in het incident, verweerder in reconventie in de hoofdzaak, verweerder in voorwaardelijke reconventie in het incident] heeft bericht dat hij, al dan niet tijdelijk, zal afzien van zijn aankondigingen in de e-mail en in het ‘stappenplan’ zoals hiervoor aangehaald. Het spoedeisend belang van [eiser (in conventie) in de hoofdzaak, eiser (in conventie) in het incident, verweerder in reconventie in de hoofdzaak, verweerder in voorwaardelijke reconventie in het incident] bij de onder 1. gevraagde voorlopige voorziening is daarmee gegeven.
De rechtbank begrijpt echter dat [eiser (in conventie) in de hoofdzaak, eiser (in conventie) in het incident, verweerder in reconventie in de hoofdzaak, verweerder in voorwaardelijke reconventie in het incident] met zijn vordering onder 1. (uitsluitend) wil voorkomen dat - voordat de onderhavige procedure is geëindigd - schulden van de nalatenschap van moeder aan [gedaagde in conventie in de hoofdzaak, gedaagde in conventie in het incident, eiseres in reconventie in de hoofdzaak, eiseres in voorwaardelijke reconventie in het incident] en [eiser (in conventie) in de hoofdzaak, eiser (in conventie) in het incident, verweerder in reconventie in de hoofdzaak, verweerder in voorwaardelijke reconventie in het incident] worden voldaan als daarbij, waar het [eiser (in conventie) in de hoofdzaak, eiser (in conventie) in het incident, verweerder in reconventie in de hoofdzaak, verweerder in voorwaardelijke reconventie in het incident] betreft, verrekening plaatsvindt met een (vermeende) schuld van laatstgenoemde aan de nalatenschap ad (in totaal) € 287.002,52, althans met een schuld hoger dan € 20.000,00.
Aldus opgevat zal de rechtbank de incidentele vordering van [eiser (in conventie) in de hoofdzaak, eiser (in conventie) in het incident, verweerder in reconventie in de hoofdzaak, verweerder in voorwaardelijke reconventie in het incident] onder 1. toewijzen jegens [gedaagde in de hoofdzaak, gedaagde in het incident] . [eiser (in conventie) in de hoofdzaak, eiser (in conventie) in het incident, verweerder in reconventie in de hoofdzaak, verweerder in voorwaardelijke reconventie in het incident] heeft voldoende belang bij deze toewijzing, gelet op de door [gedaagde in de hoofdzaak, gedaagde in het incident] in zijn genoemde e-mail en stappenplan aangekondigde ‘voortvarendheid’. De rechtbank laat daarbij meewegen dat [gedaagde in de hoofdzaak, gedaagde in het incident] in zijn antwoord in het incident weliswaar heeft aangevoerd dat hij voorlopig niet van plan is om de schulden van de nalatenschap aan [gedaagde in conventie in de hoofdzaak, gedaagde in conventie in het incident, eiseres in reconventie in de hoofdzaak, eiseres in voorwaardelijke reconventie in het incident] en [eiser (in conventie) in de hoofdzaak, eiser (in conventie) in het incident, verweerder in reconventie in de hoofdzaak, verweerder in voorwaardelijke reconventie in het incident] te voldoen, maar dat hij niet heeft toegelicht wat hem heeft bewogen tot deze pas op de plaats en, in verband daarmee, hoe lang de pas op de plaats zal duren. De rechtbank laat hierbij verder meewegen dat de argumenten die [eiser (in conventie) in de hoofdzaak, eiser (in conventie) in het incident, verweerder in reconventie in de hoofdzaak, verweerder in voorwaardelijke reconventie in het incident] aanvoert ten betoge dat zijn schuld aan de nalatenschap duidelijk lager is dan het bedrag zoals vermeld op de meer recente vermogensopstellingen van [gedaagde in de hoofdzaak, gedaagde in het incident] van dien aard zijn dat zij een serieus onderzoek verdienen. Daarbij is van belang dat [gedaagde in de hoofdzaak, gedaagde in het incident] in zijn antwoord in de hoofdzaak (onder 1.4) heeft aangevoerd dat (en waarom) hij zijn standpunt inzake de omvang van de schuld van [eiser (in conventie) in de hoofdzaak, eiser (in conventie) in het incident, verweerder in reconventie in de hoofdzaak, verweerder in voorwaardelijke reconventie in het incident] aan de boedel ontleent aan de door moeder opgestelde en ondertekende aangifte successierechten na het overlijden van vader, maar dat uit latere stukken andere bedragen lijken te volgen.
(1) dat hij niet langer inkomen geniet op grond van zijn werk ten behoeve van de B.V. en dat hij niet beschikt over andere inkomsten of (onmiddellijk beschikbaar) vermogen van betekenis, waardoor hij, onder andere, niet in staat is om een eigen auto (in de plaats van de auto van de B.V.) aan te schaffen ;
(2) dat hij zijn schuldeiser [naam 2] wil voldoen, maar niet over de daarvoor vereiste middelen beschikt;
(3) dat [gedaagde in conventie in de hoofdzaak, gedaagde in conventie in het incident, eiseres in reconventie in de hoofdzaak, eiseres in voorwaardelijke reconventie in het incident] en [gedaagde in de hoofdzaak, gedaagde in het incident] alleen willen instemmen met de uitbetaling van een voorschot uit de nalatenschap van moeder als hij, [eiser (in conventie) in de hoofdzaak, eiser (in conventie) in het incident, verweerder in reconventie in de hoofdzaak, verweerder in voorwaardelijke reconventie in het incident] , erkent dat zijn schuld aan de nalatenschap de door [gedaagde in conventie in de hoofdzaak, gedaagde in conventie in het incident, eiseres in reconventie in de hoofdzaak, eiseres in voorwaardelijke reconventie in het incident] gestelde - en door [gedaagde in de hoofdzaak, gedaagde in het incident] in zijn meer recente vermogensopstellingen opgenomen - omvang heeft;
(1) dat hij betwijfelt of [eiser (in conventie) in de hoofdzaak, eiser (in conventie) in het incident, verweerder in reconventie in de hoofdzaak, verweerder in voorwaardelijke reconventie in het incident] spoedeisend belang heeft bij deze vordering, omdat de nalatenschap voldoende liquide middelen heeft om [naam 2] te kunnen voldoen, zodat een executoriale verkoop niet aan de orde is;
(2) dat aan de uitbetaling van een voorschot zoals gevorderd risico’s zijn verbonden, omdat dan geen verrekening plaatsvindt met de vordering van de nalatenschap op de erfgenaam en omdat dan op een later moment kan blijken dat die verrekening niet meer (volledig) mogelijk is;
(3) dat hij aanvankelijk niettemin het voornemen had om een voorschot ad
€ 191.739,47 uit te betalen aan [eiser (in conventie) in de hoofdzaak, eiser (in conventie) in het incident, verweerder in reconventie in de hoofdzaak, verweerder in voorwaardelijke reconventie in het incident] , om daarmee te voorkomen dat [naam 2] tot executie zou overgaan, maar dat hem vervolgens is gebleken dat [gedaagde in conventie in de hoofdzaak, gedaagde in conventie in het incident, eiseres in reconventie in de hoofdzaak, eiseres in voorwaardelijke reconventie in het incident] nadrukkelijk bezwaar maakt tegen de voorgenomen uitbetaling en dat hij, [gedaagde in de hoofdzaak, gedaagde in het incident] , daarom zijn voornemen niet ten uitvoer zal brengen (tenzij de rechtbank anders zal oordelen);
(4) dat de beslaglegging door [naam 2] hoe dan ook betekent dat uit de nalatenschap alleen aan [naam 2] kan worden betaald, en niet, in plaats daarvan, aan [eiser (in conventie) in de hoofdzaak, eiser (in conventie) in het incident, verweerder in reconventie in de hoofdzaak, verweerder in voorwaardelijke reconventie in het incident] .
(1) dat toewijzing van de vordering (en van de vordering onder 2.) alleen mogelijk is als komt vast te staan dat [eiser (in conventie) in de hoofdzaak, eiser (in conventie) in het incident, verweerder in reconventie in de hoofdzaak, verweerder in voorwaardelijke reconventie in het incident] de uitkomst van de hoofdzaak (waaronder ook te begrijpen de zaak met nummer C/03/273072 / HA ZA 20-34, waarin, onder meer, hetzelfde aan de orde komt als in de onderhavige hoofdzaak) niet kan afwachten;
(2) dat aan deze voorwaarde niet wordt voldaan, omdat [naam 2] de uitkomst van de procedure 273072 lijkt te willen afwachten;
(3) dat, afgezien daarvan, aan de belangen van [naam 2] voldoende tegemoet wordt gekomen gelet op het door hem gelegde beslag, zodat de vordering van [naam 2] op [eiser (in conventie) in de hoofdzaak, eiser (in conventie) in het incident, verweerder in reconventie in de hoofdzaak, verweerder in voorwaardelijke reconventie in het incident] geen deugdelijk argument vormt om het voorschot zoals gevorderd uit te keren;
De incidentele vorderingen onder 2. en 3. zullen daarom worden afgewezen.
De rechtbank overweegt dat voor haar vast staat dat in het kader van de beoordeling van de zaak 273072 alle vragen aan de orde zullen komen en zullen worden beantwoord die ook door middel van de vorderingen in de onderhavige (hoofd)zaak aan de orde worden gesteld.
De rechtbank geeft partijen in de onderhavige zaak in overweging, zulks ter bespoediging van de beslechting van de bestaande geschillen en ter besparing van kosten, om de procedure te beëindigen, en om de relevante processtukken, desgewenst, toe te voegen aan het dossier van de zaak 273072.
Met het oog op het voorgaande zal de zaak, nadat de genoemde conclusie van antwoord in reconventie is genomen, niet naar de rol worden verwezen voor opgave verhinderdata met het oog op een nader te bepalen mondelinge behandeling (die niet eerder dan in de tweede helft van 2022 zal kunnen plaatsvinden), maar voor uitlating voortprocederen door alle partijen gelijktijdig.
5. De beslissing