In deze beschikking van de Rechtbank Limburg, zittingsplaats Maastricht, wordt het verzoek van de vereffenaar van de nalatenschap van de erflater behandeld. De vereffenaar vraagt om vaststelling van het vereffenaarsloon en een akkoordverklaring voor de nog te verrichten werkzaamheden. De kantonrechter stelt vast dat de vereffening nog niet is voltooid en beschouwt het verzoek tot vaststelling van het vereffenaarsloon als een verzoek tot vaststelling van een voorschot. De aangeleverde urenspecificatie is niet voldoende gespecificeerd, waardoor de kantonrechter de vereffenaar de gelegenheid biedt om deze te herstructureren. Dit houdt in dat de vereffenaar per medewerker de werkzaamheden per datum moet kunnen overzien en de toepasselijke factoren uit de Recofa-richtlijnen moet onderbouwen.
Daarnaast wordt opgemerkt dat de vereffenaar al een onderzoeksbureau heeft ingeschakeld voor het onderzoek naar de staak in Polen. De kantonrechter geeft aan dat de akkoordverklaring voor de te verrichten werkzaamheden niet zal worden gegeven, omdat de taken van de vereffenaar uit de wet voortvloeien. De kantonrechter geeft de vereffenaar de aanwijzing om binnen drie maanden te rapporteren over de voortgang van het onderzoek naar de staak in Polen en de keuzes die zijn gemaakt met betrekking tot de nalatenschap. De beschikking eindigt met de mededeling dat verdere beslissingen worden aangehouden.