Uitspraak
Rechtbank Limburg
hierna te noemen: [naam 1] of [naam 2] .
Rechtbank Limburg
In deze zaak heeft de Rechtbank Limburg op 12 oktober 2021 uitspraak gedaan in een verzoek van de moeder om het gezamenlijk ouderlijk gezag over haar minderjarige dochter te wijzigen in eenhoofdig gezag. De moeder heeft tevens verzocht om vervangende toestemming voor het indienen van een verzoek tot wijziging van de achternaam van de minderjarige. De rechtbank heeft vastgesteld dat de minderjarige, geboren in België, onder het exclusieve gezag van de moeder valt, zoals eerder door de Belgische rechter is bepaald. De moeder heeft aangevoerd dat er geen contact is geweest tussen de vader en de minderjarige sinds 2016 en dat zij, gezien de omstandigheden, niet in staat is om samen met de vader beslissingen te nemen over de opvoeding van de minderjarige. De rechtbank heeft geoordeeld dat het verzoek om wijziging van het gezamenlijk gezag niet-ontvankelijk is, omdat het exclusieve gezag al aan de moeder is toegekend. Het verzoek tot wijziging van de voornaam van de minderjarige is toegewezen, omdat de moeder een zwaarwichtig belang heeft bij deze wijziging, gezien de traumatische ervaringen die zij heeft gehad in relatie tot de naam van de minderjarige. De rechtbank heeft ook het verzoek tot vervangende toestemming voor de naamswijziging van de minderjarige niet-ontvankelijk verklaard, omdat er geen sprake is van gezamenlijk gezag.