ECLI:NL:RBLIM:2021:7045

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
17 september 2021
Publicatiedatum
15 september 2021
Zaaknummer
03.076215.21
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bedreiging met terroristisch misdrijf van minister-president Rutte

Op 17 september 2021 heeft de politierechter in Maastricht uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die de minister-president van Nederland, Mark Rutte, heeft bedreigd met een terroristisch misdrijf. De zaak kwam aan het licht na een bedreigend bericht dat de verdachte op 29 oktober 2020 via het contactformulier van de rijksoverheid had verzonden. In dit bericht werd de minister-president verweten steun te betuigen aan de Franse president Macron, en werd gedreigd met geweld tegen hem en anderen die deze steun zouden delen. De verdachte stelde dat de minister-president en andere politici gedood moesten worden als zij geen afstand namen van hun uitspraken over de vrijheid van meningsuiting en de belediging van de profeet Mohammed.

De politierechter oordeelde dat de bedreiging van zodanige aard was dat bij de minister-president redelijke vrees kon ontstaan voor zijn leven. De verdachte had zijn boodschap in een context geplaatst waarin recentelijk terroristische aanslagen in Frankrijk hadden plaatsgevonden, wat de ernst van de bedreiging vergrootte. De rechter achtte de bedreiging wettig en overtuigend bewezen, en legde de verdachte een gevangenisstraf op van twee maanden, waarvan één maand voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaar. De rechter benadrukte dat bedreigingen aan het adres van ambtsdragers een ernstige aantasting van de democratie vormen en dat het noodzakelijk is dat zij hun taken kunnen uitvoeren zonder angst voor geweld.

De uitspraak is een belangrijke bevestiging van de rechtsstaat en de bescherming van publieke functionarissen tegen bedreigingen, vooral in een tijd waarin de maatschappelijke spanningen toenemen. De politierechter heeft de verdachte niet alleen gestraft voor zijn daden, maar ook een signaal afgegeven dat dergelijke bedreigingen niet getolereerd worden.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Zittingsplaats Maastricht
Strafrecht
Parketnummer : 03.076215.21
Verstek
Vonnis van de politierechter d.d. 17 september 2021
in de strafzaak tegen
[verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats] (Bosnië en Herzegovina) op [geboortedag] 1998,
wonende te [adres] .

1.Onderzoek van de zaak

De zaak is inhoudelijk behandeld op de zitting van 03 september 2021. Tegen de verdachte is verstek verleend. De officier van justitie heeft zijn standpunt kenbaar gemaakt.

2.De tenlastelegging

De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat de verdachte [slachtoffer] heeft bedreigd met een terroristisch misdrijf.

3.De beoordeling van het bewijs

3.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht het tenlastegelegde wettig en overtuigend bewezen, gelet op de aangifte van [slachtoffer] (hierna: [slachtoffer] ) en het via het contactformulier op www.rijksoverheid.nl door de verdachte aan [slachtoffer] geschreven tekst. De verdachte heeft heel concreet aan [slachtoffer] bericht wat volgens de verdachte met [slachtoffer] moet gebeuren nu deze zijn steun aan de Franse president Macron heeft uitgesproken, namelijk een ter dood veroordeling. Zo niet, dan zou Nederland hetzelfde te wachten staan als Frankrijk.
De verdachte heeft daarbij op datum van zijn schrijven verwezen naar wat er diezelfde dag, 29 oktober 2020, in Nice, Frankrijk, is gebeurd. Op die dag zijn er in Nice drie mensen die in een kerk waren, door een persoon met een mes om het leven gebracht. In de nieuwsberichten hierover die dag werd gesproken over een aanslag in naam van de islam.
3.2
Het oordeel van de politierechter [1]
Bewijsmiddelenoverzicht
Op 2 november 2020 heeft [aangever] (hierna: [aangever] , veiligheidsfunctionaris en daartoe gemachtigd) aangifte gedaan namens [slachtoffer] van bedreiging met een terroristisch misdrijf. [aangever] heeft verklaard, zakelijk weergegeven, dat op 29 oktober 2020 te 21:27 uur een bericht werd verzonden via de website www.rijksoverheid.nl. Dit bericht werd verzonden door een persoon die zich “ [verdachte] ” noemde. Het bericht start met een Arabische tekst. Volgens [aangever] blijkt uit vertaling middels Google dat deze tekst luidt: “In de naam van Allah de Genadevolle”. De overige inhoud van het bedreigende bericht luidde:
"Van [verdachte] naar de nederlandse overheid.
Na aanleiding van de tweet waarin staat:
"The Netherlands stands firmly with France and for the collective values of the
European Union. For the freedom of speech and against extremism and radicalism."
Contacteer ik jullie.
Laat het duidelijk zijn dat er geen verschil is tussen degene die de profeet sail
Allaahu 'alayhi wa sallam uitscheld en degene die de belediger verdedigd, beschermd of
een onderduik adres geeft: ze zijn allemaal hetzelfde, laat staan iemand die openlijk
zijn steun aan macron omtrent dit aankondigd onder het mom van zogenaamde vrijheid van
meningsuiting!! Dat betekend dat ze allemaal gedood moeten worden door de leider. Er
word word geen berouw en geen excuus van ze geaccepteerd. Ze dienen naar de Sharie'ah
rechtbank gebracht te worden waar ze veroordeeld kunnen worden.
Aangezien jullie nu weten dat hun oordeel is, wil ik het volgende zeggen: in nederland
is er geen helaas moslimleider of een ïslaamitische overheid noch een Sharie'ah
rechtbank met een ïslaamitische rechter, dus kunnen we straf niet op hun uitvoeren. Dan
blijft nog over: of [slachtoffer] en [politicus] worden overgeleverd aan moslimlanden om daar volgens
de Sharie'ah veroordeeld te worden en als jullie dat niet willen doen, dan moeten
jullie, de nederlandse overheid, openlijk afstand nemen van de uitlatingen van [slachtoffer] .
Indien jullie dat niet doen, dan zijn jullie hetzelfde als [slachtoffer] en [politicus] .
Moslimlanden hebben niet met jullie verdragen gesloten zodat jullie de profeet sail
Allaahu 'alayhi wa sallam beledigen, maar zodat er tijdelijk geen oorlog is.
Indien jullie dit negeren en niet de uitlatingen van [slachtoffer] (wie het hoofd van de
nederlandse overheid is aangezien hij minister-president is en zelfs meer macht heeft
dan [Koning der Nederlanden] ) afkeuren en openlijk afstand van nemen, dan zijn jullie hetzelfde
als hij.
Wat gevolgen kan hebben voor de banden die de nederlandse overheid heeft met moslims in
het binnenland en met moslimlanden die zich buiten nederland bevinden.
Weet dat zwijgen terwijl men instaat is om iets af te keuren een teken is van
tevredenheid. Het feit dat [politicus] van tijd tot tijd de Islaam en de profeet sail Allaahu
'alayhi wa sallam beledigde is heel erg en onacceptabel, maar dat [slachtoffer] (het hoofd van
de overheid) nu zijn steun betuigd aan macron is een indicatie in welke koers de
nederlandse staat vaart als het aankomt op het beledigen van de profeet sail Allaahu
'alayhi wa sallam.
Ik hoop dat jullie openlijk de uitlatingen van [slachtoffer] en [politicus] zullen afkeuren in shaa
Allaah en er afstand van zullen nemen. En indien jullie dat niet doen heeft dit
gevolgen voor de banden tussen de nederlandse overheid en de moslims in nederland en de
nederlandse overheid en de moslimlanden buiten nederland en zal ik in shaa Allaah doen
wat ik kan om duidelijk te maken aan de mensen dat nederland dan net zoals frankrijk is
waardoor nederland hetzelfe als frankrijk behandeld dient te worden.
Ik wilde dit in de ochtend typen voor de gebeurtenis in nice (wat een erge en laffe
gebeurtenis was maar mag ons zeker niet niet afleiden van dit belangrijke onderwerp
welke de rede was dat ik jullie contacteerde), maar het is nu geworden in de nacht van
vrijdag 13 Rabie' ul-Awwal, het jaar 1442 van de Hidjrah.
[plaats] , nederland."
[aangever] heeft voorts verklaard dat de Engelstalige tekst
"The Netherlands stands firmly with France and for the collective values of the European Union. For the freedom of speech and against extremism and radicalism."in het door [verdachte] verzonden bericht vermoedelijk verwijst naar een op maandag 26 oktober 2020 te 12:35 uur door [slachtoffer] in zijn hoedanigheid als minister-president op Twitter geplaatste tweet vanaf zijn persoonlijke, werkgerelateerde twitter-account [account] . [aangever] heeft dienaangaande verklaard dat Frankrijk de afgelopen weken is opgeschrikt door meerdere terroristische misdrijven, waaronder de onthoofding van de Franse docent Samuel Paty naar aanleiding van het tonen van enkele spotprenten c.q. cartoons van de Islamitische profeet Mohammed gedurende zijn les over vrijheid van meningsuiting. De Franse president E. Macron heeft in de openbaarheid te kennen gegeven dat het maken, verspreiden en tonen van spotprenten c.q. cartoons valt onder vrijheid van meningsuiting. [slachtoffer] heeft als minister-president in voornoemde Engelstalige tekst, maar ook in interviews in de openbaarheid te kennen gegeven dat hij achter Frankrijk staat en staat voor de collectieve waarden van de Europese Unie, voor de vrijheid van meningsuiting en tegen extremisme en radicalisme.
[aangever] heeft verklaard dat de minister-president zich ernstig bedreigd voelt door het feit dat deze persoon aangeeft een ieder die openlijk zijn steun aanbiedt aan de Franse president
E. Macron, gedood moet worden. De verzender van het bedreigende bericht geeft in zijn bericht aan dat de Nederlandse overheid afstand moet doen van de uitspraken van de minister-president, maar ook van de uitspraken van [politicus] , die zich eveneens in het openbaar heeft uitgelaten over de terroristische aanslagen in Frankrijk, over de vrijheid van meningsuiting en over het maken, plaatsen en verspreiden van spotprenten c.q. cartoons van de islamitische profeet Mohammed. Met het feit dat deze persoon zegt dat Nederland hetzelfde als Frankrijk behandeld dient te worden, zegt deze persoon volgens [aangever] indirect dat hij vindt dat er ook in Nederland terroristische aanslagen plaats dienen te vinden, als de Nederlandse overheid geen afstand doet van de uitspraken van minister-president [slachtoffer] en [politicus] . De minister-president is volgens [aangever] bang dat deze persoon, hem dan wel de burgers van Nederland door middel van een terroristisch misdrijf om het leven wil brengen, dan wel dat deze persoon anderen hiertoe aanzet. [2]
De verdachte heeft op 9 november 2020 bij de politie verklaard, zakelijk weergegeven, dat hij naar aanleiding van het twitterbericht van [slachtoffer] op 26 oktober 2020 contact heeft opgenomen met de rijksoverheid. Hij stuurde zijn bericht om de steunbetuiging die [slachtoffer] naar president Macron had gestuurd af te keuren, omdat Macron aanspoort om in de praktijk de Islam te beledigen. Iemand die de profeet beledigt of iemand die de belediger daarin steunt, verdient volgens de verdachte de doodstraf. Volgens de verdachte is [slachtoffer] schuldig aan het steun geven aan iemand die heeft aangespoord de profeet te beledigen. Aanslagen zijn verboden in de Koran en volgens de verdachte mag alleen de leider iemand doden die Allah beledigt met een slag op de nek met een zwaard. De verdachte stelt dat [slachtoffer] daartoe aan een land moet worden overgeleverd waar hij wel bestraft zal worden. De verdachte heeft tenslotte verklaard dat hij aan alle mensen duidelijk wil maken dat Nederland hetzelfde als Frankrijk behandeld moet worden door alle moslims die hij kent daarvan te overtuigen. [3]
Overwegingen van de politierechter
De vraag die de politierechter zal moeten beantwoorden is of er sprake is van een bedreiging met een terroristisch misdrijf, zoals primair tenlastegelegd aan de verdachte.
Volgens vaste jurisprudentie van de Hoge Raad is voor een veroordeling ter zake bedreiging vereist -kort gezegd- dat de bedreiging van dien aard is en onder zodanige omstandigheden is geschied dat bij de bedreigde redelijke vrees kon ontstaan dat het misdrijf waarmee werd gedreigd ook zou worden gepleegd. Vereist is daarnaast dat de bedreigde daadwerkelijk op de hoogte is geraakt van de bedreiging. Het opzet van de verdachte moet daarbij op beide voornoemde aspecten zijn gericht. Bij de vraag of er sprake is van een terroristisch misdrijf gaat het erom dat bij de bedreigde in redelijkheid de vrees kon ontstaan dat het misdrijf waarmee wordt gedreigd een terroristisch misdrijf is en dat dit misdrijf ook zou worden uitgevoerd.
De politierechter oordeelt als volgt. Aangever heeft in zijn aangifte verklaard dat hij zich bedreigd voelde door de verdachte. De geuite bedreiging -die in de kern erop neerkomt dat aangever zou moeten worden gedood na berechting door een sharia rechtbank en anders zouden er in Nederland dezelfde gebeurtenissen moeten plaatsvinden als in Frankrijk- is dermate ernstig en van zulk een vreselijke aard dat ervan uitgegaan dient te worden dat bij aangever daardoor redelijke vrees kon ontstaan dat het misdrijf waarmee werd gedreigd ook zou worden gepleegd. Bij dit oordeel betrekt de politierechter ook de omstandigheden waaronder deze bedreiging is geuit. De verdachte heeft zijn bericht aan de aangever immers gericht in een periode waarin net (op 17 oktober 2020) in Frankrijk een leraar op gruwelijke wijze om het leven werd gebracht door een man, respectievelijk op de dag (te weten
29 oktober 2020) dat vervolgens in Nice een drie mensen in een kerk op gruwelijke wijze werden omgebracht door een man. Die gebeurtenissen zijn in het internationale nieuws geweest, alsook het gegeven dat ze werden aangemerkt als aanslagen, uitgevoerd door solisten die stelden dit te doen in naam van de islam. Door het voorgaande had de aangever alle reden om voor zijn leven te vrezen. De politierechter betrekt hierbij nadrukkelijk dat de verdachte weliswaar achteraf bij de politie verklaart dat een berechting van aangever moet plaatsvinden volgens de sharia maar hij is duidelijk over wat het oordeel zou moeten zijn en hoe dit uitgevoerd moet worden en hij dreigt bij wijze van dubbele bodem ook nog met gevolgen die op dat moment elders, in Frankrijk, daadwerkelijk plaatsvinden voor het geval niet tot een dergelijk oordeel gekomen kan worden.
Verder is de politierechter van oordeel dat door dit soort bedreigingen te uiten de conclusie niet anders kan zijn dan dat de verdachte willens en wetens die redelijke vrees heeft willen aanwakkeren bij de aangever dat zijn leven in gevaar is. Door deze bedreiging te verzenden via het contactformulier op de website van de rijksoverheid, heeft de verdachte bovendien gewild dat de aangever op de hoogte zou raken daarvan. Immers, het kan niet anders dan dat de verdachte wist dat een plaatsing van een dergelijk bericht op de website van de rijksoverheid zou leiden tot een kennisname ervan – al dan niet via derden – door aangever, het hoofd van die rijksoverheid.
Ten slotte is naar het oordeel van de politierechter sprake van het dreigen met een terroristisch misdrijf. Hierbij heeft de politierechter -naast hetgeen bepaald is in artikel
83 van het Wetboek van Strafrecht- gelet op de aard van de bedreigingen en de omstandigheden waaronder deze zijn gedaan: de verdachte heeft immers, in een periode waarin meerdere terroristiche aanslagen plaatsvonden om gestelde redenen zoals ook door verdachte opgeworpen, op een niet mis te verstane wijze aangegeven dat de premier van Nederland gedood zou moeten worden.
Gelet op het voorgaande acht de politierechter het aan de verdachte tenlastegelegde bedreiging met een terroristisch misdrijf wettig en overtuigend bewezen.
3.3
De bewezenverklaring
De politierechter acht bewezen dat de verdachte
op 29 oktober 2020 in Nederland, [slachtoffer] heeft bedreigd met een terroristisch misdrijf, immers heeft hij verdachte, opzettelijk op het contactformulier onder meer de volgende tekst geplaatst:
“Van [verdachte] naar de nederlandse overheid.
Na aanleiding van de tweet waarin staat:
"The Netherlands stands firmly with France and for the collective values of the
European Union. For the freedom of speech and against extremism and
radicalism."
Contacteer ik jullie.
Laat het duidelijk zijn dat er geen verschil is tussen degene die de profeet sall
Allaahu 'alayhi wa sallam uitscheld en degene die de belediger verdedigd,
beschermd of een onderduik adres geeft: ze zijn allemaal hetzelfde, laat staan
iemand die openlijk zijn steun aan macron omtrent dit aankondigd onder het mom
van zogenaamde vrijheid van meningsuiting!! Dat betekend dat ze allemaal gedood
moeten worden door de leider. Er word word geen berouw en geen excuus van ze
geaccepteerd. Ze dienen naar de Sharie'ah rechtbank gebracht te worden waar ze
veroordeeld kunnen worden.
Aangezien jullie nu weten dat hun oordeel is, wil ik het volgende zeggen: in
nederland is er geen helaas moslimleider of een Islaamitische overheid noch een
Sharie'ah rechtbank met een Islaamitische rechter, dus kunnen we straf niet op hun
uitvoeren. Dan blijft nog over: of [slachtoffer] en [politicus] worden overgeleverd aan
moslimlanden om daar volgens de Sharie'ah veroordeeld te worden en als jullie dat
niet willen doen, dan moeten jullie, de nederlandse overheid, openlijk afstand
nemen van de uitlatingen van [slachtoffer] . Indien jullie dat niet doen, dan zijn jullie
hetzelfde als [slachtoffer] en [politicus] .
Moslimlanden hebben niet met jullie verdragen gesloten zodat jullie de profeet sall
Allaahu 'alayhi wa sallam beledigen, maar zodat er tijdelijk geen oorlog is.
Indien jullie dit negeren en niet de uitlatingen van [slachtoffer] (wie het hoofd van de
nederlandse overheid is aangezien hij minister-president is en zelfs meer macht
heeft dan [Koning der Nederlanden] ) afkeuren en openlijk afstand van nemen, dan zijn jullie
hetzelfde als hij.
Wat gevolgen kan hebben voor de banden die de nederlandse overheid heeft met
moslims in het binnenland en met moslimlanden die zich buiten nederland
bevinden.
Weet dat zwijgen terwijl men instaat is om iets af te keuren een teken is van
tevredenheid. Het feit dat [politicus] van tijd tot tijd de Islaam en de profeet sall Allaahu
'alayhi wa sallam beledigde is heel erg en onacceptabel, maar dat [slachtoffer] (het hoofd
van de overheid) nu zijn steun betuigd aan macron is een indicatie in welke koers
de nederlandse staat vaart als het aankomt op het beledigen van de profeet sall
Allaahu 'alayhi wa sallam.
Ik hoop dat jullie openlijk de uitlatingen van [slachtoffer] en [politicus] zullen afkeuren in shaa
Allaah en er afstand van zullen nemen. En indien jullie dat niet doen heeft dit
gevolgen voor de banden tussen de nederlandse overheid en de moslims in
nederland en de nederlandse overheid en de moslimlanden buiten nederland en zal
ik in shaa Allaah doen wat ik kan om duidelijk te maken aan de mensen dat
nederland dan net zoals frankrijk is waardoor nederland hetzelfe als frankrijk
behandeld dient te worden.
Ik wilde dit in de ochtend typen voor de gebeurtenis in nice (wat een erge en laffe
gebeurtenis was maar mag ons zeker niet niet afleiden van dit belangrijke
onderwerp welke de rede was dat ik jullie contacteerde), maar het is nu geworden in
de nacht van vrijdag 13 Rabie' ul-Awwal, het jaar 1442 van de Hidjrah.
[plaats] , nederland.”
De politierechter acht niet bewezen hetgeen meer of anders is ten laste gelegd. De verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert het volgende strafbare feit op:
bedreiging met een terroristisch misdrijf
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het feit uitsluiten.

5.De strafbaarheid van de verdachte

De verdachte is strafbaar, omdat geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die zijn strafbaarheid uitsluiten.

6.De straf en/of de maatregel

6.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd aan de verdachte op te leggen een gevangenisstraf van 2 maanden waarvan 1 maand voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaren.
6.2
Het oordeel van de politierechter
Bij de bepaling van de op te leggen straf is gelet op de aard en ernst van hetgeen bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder het bewezenverklaarde is begaan en op de persoon van de verdachte, zoals een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan een bedreiging van de minister-president van Nederland via een bericht op de website van de rijksoverheid. Bedreiging van volksvertegenwoordigers en ook van bewindspersonen vormt een aantasting van onze democratie. Ambtsdragers moeten hun taken kunnen uitvoeren zonder te hoeven vrezen voor hun persoonlijke veiligheid. Wat het strafbare gedraging van de verdachte nog kwalijker maakt is het feit dat verdachte de minister-president van Nederland heeft bedreigd, kennelijk in verband met diens uitoefening van zijn publieke functie.
De politierechter rekent de verdachte zwaar aan dat hij minister-president van Nederland heeft bedreigd en dat hij op die manier de Nederlandse democratie heeft gepoogd te ondermijnen. Dit heeft dan ook, wat betreft de hoogte van de straf, een strafverzwarend effect.
Eveneens in strafverzwarende zin werkt het feit dat de verdachte op geen enkel moment verantwoordelijkheid heeft genomen voor zijn handelen.
De aard en ernst van de bedreiging, het feit dat de bedreigde de minister-president van Nederland betreft en ook omwille van in die hoedanigheid gedane uitlatingen is bedreigd en de omstandigheden waaronder deze bedreiging werd geuit maken dat een gevangenisstraf passend en geboden is. Daarbij is wel een voorwaardelijk deel op zijn plaats. De politierechter heeft hierbij enerzijds meegewogen het blanco strafblad van verdachte maar anderzijds de lichtvaardigheid waarmee de verdachte dit feit heeft gepleegd en de bagatelliserende houding die hij heeft getoond tijdens het verhoor bij de politie. Dit maakt dat de kans dat de verdachte dit soort feiten weer zal plegen allerminst ondenkbaar is. Een voorwaardelijke gevangenisstraf met een lange proeftijd is dan de spreekwoordelijke stok achter de deur om verdachte te weerhouden dit soort feiten weer te plegen. Nu verdachte niet ter zitting is verschenen en uit het dossiers evenmin het tegendeel is op te maken ziet de politierechter geen omstandigheden kenbaar gemaakt die aan oplegging van een gevangenisstraf in de weg staan.
Gelet op het voorgaande zal de politierechter aan de verdachte opleggen een gevangenisstraf voor de duur van 2 maanden waarvan 1 voorwaardelijk, met een proeftijd van 3 jaar.

7.De wettelijke voorschriften

De beslissing berust op de artikelen 14a, 14b, 14c, 285 van het Wetboek van Strafrecht, zoals deze artikelen luidden ten tijde van het bewezenverklaarde.

8.De beslissing

De politierechter:
Bewezenverklaring
  • verklaart het tenlastegelegde bewezen zoals hierboven onder
  • spreekt de verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
Strafbaarheid
  • verklaart dat het bewezenverklaarde het strafbare feit oplevert zoals hierboven onder
  • verklaart de verdachte strafbaar;
Straf
  • veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf van 2 maanden, waarvan 1 maand voorwaardelijk, met een proeftijd van 3 jaren;
  • bepaalt dat de straf niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, omdat de veroordeelde voor het einde van een proeftijd van 3 jaren zich aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Dit vonnis is gewezen door mr. R.A.M.M. Gijselaers, politierechter, in tegenwoordigheid van mr. I.K. Bakker, griffier, en uitgesproken ter openbare zitting van 17 september 2021,
zijnde de griffier buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
BIJLAGE I: De tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat
hij op of omstreeks 29 oktober 2020 in de gemeente Nederweert en/of de gemeente
Den Haag, in elk geval in Nederland, [slachtoffer] heeft bedreigd met een terroristisch
misdrijf, in elk geval met enig misdrijf tegen het leven gericht, althans met zware
mishandeling, immers heeft hij verdachte, opzettelijk op het contactformulier
onder meer de volgende tekst geplaatst:
“Van [verdachte] naar de nederlandse overheid.
Na aanleiding van de tweet waarin staat:
"The Netherlands stands firmly with France and for the collective values of the
European Union. For the freedom of speech and against extremism and
radicalism."
Contacteer ik jullie.
Laat het duidelijk zijn dat er geen verschil is tussen degene die de profeet sall
Allaahu 'alayhi wa sallam uitscheld en degene die de belediger verdedigd,
beschermd of een onderduik adres geeft: ze zijn allemaal hetzelfde, laat staan
iemand die openlijk zijn steun aan macron omtrent dit aankondigd onder het mom
van zogenaamde vrijheid van meningsuiting!! Dat betekend dat ze allemaal gedood
moeten worden door de leider. Er word word geen berouw en geen excuus van ze
geaccepteerd. Ze dienen naar de Sharie'ah rechtbank gebracht te worden waar ze
veroordeeld kunnen worden.
Aangezien jullie nu weten dat hun oordeel is, wil ik het volgende zeggen: in
nederland is er geen helaas moslimleider of een Islaamitische overheid noch een
Sharie'ah rechtbank met een Islaamitische rechter, dus kunnen we straf niet op hun
uitvoeren. Dan blijft nog over: of [slachtoffer] en [politicus] worden overgeleverd aan
moslimlanden om daar volgens de Sharie'ah veroordeeld te worden en als jullie dat
niet willen doen, dan moeten jullie, de nederlandse overheid, openlijk afstand
nemen van de uitlatingen van [slachtoffer] . Indien jullie dat niet doen, dan zijn jullie
hetzelfde als [slachtoffer] en [politicus] .
Moslimlanden hebben niet met jullie verdragen gesloten zodat jullie de profeet sall
Allaahu 'alayhi wa sallam beledigen, maar zodat er tijdelijk geen oorlog is.
Indien jullie dit negeren en niet de uitlatingen van [slachtoffer] (wie het hoofd van de
nederlandse overheid is aangezien hij minister-president is en zelfs meer macht
heeft dan [Koning der Nederlanden] ) afkeuren en openlijk afstand van nemen, dan zijn jullie
hetzelfde als hij.
Wat gevolgen kan hebben voor de banden die de nederlandse overheid heeft met
moslims in het binnenland en met moslimlanden die zich buiten nederland
bevinden.
Weet dat zwijgen terwijl men instaat is om iets af te keuren een teken is van
tevredenheid. Het feit dat [politicus] van tijd tot tijd de Islaam en de profeet sall Allaahu
'alayhi wa sallam beledigde is heel erg en onacceptabel, maar dat [slachtoffer] (het hoofd
van de overheid) nu zijn steun betuigd aan macron is een indicatie in welke koers
de nederlandse staat vaart als het aankomt op het beledigen van de profeet sall
Allaahu 'alayhi wa sallam.
Ik hoop dat jullie openlijk de uitlatingen van [slachtoffer] en [politicus] zullen afkeuren in shaa
Allaah en er afstand van zullen nemen. En indien jullie dat niet doen heeft dit
gevolgen voor de banden tussen de nederlandse overheid en de moslims in
nederland en de nederlandse overheid en de moslimlanden buiten nederland en zal
ik in shaa Allaah doen wat ik kan om duidelijk te maken aan de mensen dat
nederland dan net zoals frankrijk is waardoor nederland hetzelfe als frankrijk
behandeld dient te worden.
Ik wilde dit in de ochtend typen voor de gebeurtenis in nice (wat een erge en laffe
gebeurtenis was maar mag ons zeker niet niet afleiden van dit belangrijke
onderwerp welke de rede was dat ik jullie contacteerde), maar het is nu geworden in
de nacht van vrijdag 13 Rabie' ul-Awwal, het jaar 1442 van de Hidjrah.
[plaats] , nederland.” , althans woorden van die aard en/of strekking
( art 285 lid 2 Wetboek van Strafrecht, art 285 lid 4 Wetboek van Strafrecht )

Voetnoten

1.Waar hierna wordt verwezen naar paginanummers, wordt - tenzij anders vermeld - gedoeld op paginanummers uit het proces-verbaal van politie Eenheid Limburg, Dienst Regionale Recherche, proces-verbaalnummer 2020178636, gesloten d.d. 19 januari 2021, doorgenummerd van pagina 1 tot en met pagina 60.
2.Proces-verbaal van aangifte door [aangever] namens [slachtoffer] d.d. 2 november 2020, pagina 5 tot en met 9.
3.Proces-verbaal van verhoor [verdachte] d.d. 9 november 2020, pagina 23 tot en met 31.