Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.De procedure
- de dagvaarding
- de conclusie van antwoord in conventie, tevens conclusie van eis in reconventie
- de rolbeslissing waarbij een mondelinge behandeling is bepaald
- de conclusie van antwoord in reconventie
- de akte houdende vermeerdering en vermindering van eis in conventie
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling op 15 april 2021, waarbij namens [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] een pleitnota is overgelegd.
2.De feiten
- geen sprake is van een arbeidsovereenkomst omdat [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] een stagiair is,
- de opleidingskosten op grond van een afspraak tussen [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] en [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] door [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] zijn voorgeschoten en dat [eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie] dit aan [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] terugbetaalt.
- aan de vereisten uit de stageovereenkomst is voldaan en daarmee de stageovereenkomst per de datum van het examen is komen te eindigen.
3.Het geschil
4.De beoordeling
na afloopvan het loontijdvak dient te geschieden. Van een contractueel tussen partijen overeengekomen afwijkend betaalmoment is niets gebleken. De vordering zal daarom aldus worden toegewezen dat [gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie] zal worden veroordeeld tot betaling van de wettelijke rente over het loon van september en oktober 2020 met ingang van de vierde werkdag van de daaropvolgende maanden tot de dag van betaling.
- dagvaarding € 100,89
- griffierecht € 83,00
- salaris gemachtigde
(2 punten x tarief € 498,00) salaris gemachtigde.
5.De beslissing
- € 124,00 aan salaris gemachtigde,
- te vermeerderen, indien betekening van het vonnis heeft plaatsgevonden, met de explootkosten van betekening van het vonnis,