3.4De bewezenverklaring
De rechtbank acht bewezen dat de verdachte
Ten aanzien van feit 1:
in de periode van 1 maart 2020 tot en met 10 juni 2020 in de gemeente Kerkrade, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 27,7 kilogram van een materiaal bevattende heroïne en ongeveer 2 kilogram van een materiaal bevattende cocaïne, zijnde heroïne en cocaïne middelen als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I;
Ten aanzien van feit 2:
in de periode van 1 maart 2020 tot en met 10 juni 2020 in de gemeente Kerkrade, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, een wapen van categorie II onder 2, te weten:
- een pistool, merk Beretta, kaliber .22 LR en
en wapens van categorie III, onder 1, te weten:
- een pistool, merk Colt, type Goldcup Trophy, kaliber .45 (met twee patroonmagazijnen, waarvan een geladen) en
- een pistool, merk Colt, type M45A1, kaliber .45 (met twee patroonmagazijnen, waarvan een geladen) en
- een pistool, merk CZ, type Scorpion (met demper en twee patroonmagazijnen, waarvan een geladen) en
- een pistool, merk CZ, type P-10S (met twee patroonmagazijnen) en
- een pistool, merk Glock, type 17, kaliber 9x19 (met een patroonmagazijn) en
- een pistool, merk Gock, type 17 (met een geladen patroonmagazijn) en
- een pistool, merk Glock, type 19 (met een patroonmagazijn) en
- een pistool, merk Glock, type 20 (met een patroonmagazijn) en
- een revolver, merk Ruger, type RG100 en
- een pistool, merk Sig Sauer, type 1911 (met twee ongeladen patroonmagazijnen) en
- een pistool, merk Sig Sauer, type P320 (met twee ongeladen patroonmagazijnen);
zijnde vuurwapens voorhanden heeft gehad;
Ten aanzien van feit 3:
in de periode van 1 maart 2020 tot en met 10 juni 2020 in de gemeente Kerkrade, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, te weten het opzettelijk bewerken, verkopen, afleveren van hoeveelheden, van materialen bevattende heroïne en cocaïne, zijnde heroïne en cocaïne middelen vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I, voor te bereiden en/of te bevorderen
- vier jerrycans, gevuld met aceton en
- 17,7 kilogram van een materiaal bevattende tetramisole hydrochloride/levamisol en
- drie jerrycans, gevuld met ethyl aceton en
- een jerrycan, gevuld met een mengsel van ethyl aceton en aceton en
- een sealapparaat en
- een pers en
- een drukpers en
- een (grote) hoeveelheid verpakkingsmateriaal,
voorhanden heeft gehad, waarvan verdachte en zijn mededaders wisten of ernstige redenen hadden te vermoeden dat die bestemd waren tot het plegen van dat feit;
De rechtbank acht niet bewezen hetgeen meer of anders is ten laste gelegd. De verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.