Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.Onderzoek van de zaak
- 29, 30 en 31 maart 2021,
- 6, 7, 13, 14, 19, 21, 26 en 28 april 2021,
- 3, 4, 25, 26, 27 en 28 mei 2021,
- en op 9 juli 2021 is het onderzoek gesloten.
Rechtbank Limburg
Op 9 juli 2021 heeft de Rechtbank Limburg, zittingsplaats Maastricht, uitspraak gedaan in de strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het witwassen van een totaalbedrag van 213.845,62 euro. De verdachte, geboren in 1951 en woonachtig in Roermond, werd bijgestaan door haar advocaat mr. L.P.H. Hameleers. De zaak is inhoudelijk behandeld op verschillende zittingen, waarbij de verdachte op 26 mei 2021 aanwezig was en haar raadsman op meerdere dagen. Het Openbaar Ministerie had gerekwireerd tot bewezenverklaring van het witwassen, terwijl de verdediging pleitte voor vrijspraak, stellende dat de verdachte geen rol had gespeeld in het witwassen.
Het onderzoek, dat begon in april 2014 onder de naam 'Kievit', richtte zich aanvankelijk op een andere verdachte en vermeende drugsdelicten, maar breidde zich uit naar de motorclub Bandidos en leidde tot verdenkingen van diverse misdrijven, waaronder witwassen. De rechtbank oordeelde dat er onvoldoende bewijs was dat de verdachte wetenschap had van de criminele herkomst van de geldbedragen. De rechtbank overwoog dat, hoewel er grote contante bedragen op de bankrekeningen van de verdachte waren gestort, de omstandigheden van de zaak, waaronder het faillissement van haar echtgenoot en de gangbare praktijk binnen hun huishouden, het bewijs voor wetenschap of redelijk vermoeden van misdrijf onvoldoende maakten.
Uiteindelijk sprak de rechtbank de verdachte vrij van alle beschuldigingen, omdat er geen wettig en overtuigend bewijs was dat zij zich schuldig had gemaakt aan het witwassen van de genoemde geldbedragen. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit drie rechters, en is openbaar uitgesproken op de zitting van 9 juli 2021.