ECLI:NL:RBLIM:2021:5533

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
9 juli 2021
Publicatiedatum
12 juli 2021
Zaaknummer
03/702614-15
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling in strafzaak tegen verdachte wegens medeplichtigheid aan diefstal en hennepteelt, vrijspraak van deelname aan criminele organisatie

Op 9 juli 2021 heeft de Rechtbank Limburg in Maastricht uitspraak gedaan in de strafzaak tegen verdachte [verdachte 8], die werd beschuldigd van medeplichtigheid aan diefstal van een Mercedes-Benz Viano en het telen van hennepplanten. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte op 6 november 2014 samen met medeverdachten betrokken was bij de diefstal van de bus, waarbij hij op de uitkijk stond. De rechtbank oordeelde dat er onvoldoende bewijs was voor deelname aan een criminele organisatie, en sprak de verdachte daarvan vrij. De verdachte werd wel schuldig bevonden aan medeplichtigheid aan de diefstal door middel van een valse sleutel en het telen van 26 hennepplanten. De rechtbank legde een voorwaardelijke gevangenisstraf van 2 maanden op, met een proeftijd van één jaar, en hield rekening met de schending van de redelijke termijn in de procedure, die meer dan zes jaar had geduurd. De uitspraak is gedaan in het kader van het onderzoek 'Kievit', dat zich richtte op de activiteiten van de motorclub Bandidos en andere verdachten.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Zittingsplaats Maastricht
Strafrecht
Parketnummer: 03/702614-15
Tegenspraak
Vonnis van de meervoudige kamer d.d. 9 juli 2021
in de strafzaak tegen
[verdachte 8] ,
geboren te [geboortedatum] 1986,
niet ingeschreven in de Basis Registratie Personen.
De verdachte wordt bijgestaan door mr. L.P.H. Hameleers, advocaat kantoorhoudende te Roermond.

1.Onderzoek van de zaak

De zaak is inhoudelijk behandeld op de zittingen van:
  • 29, 30 en 31 maart 2021,
  • 6, 7, 13, 14, 19, 21, 26 en 28 april 2021,
  • 3, 4, 25, 26, 27 en 28 mei 2021,
  • en op 9 juli 2021 is het onderzoek gesloten.
De verdachte is op 29 en 31 maart 2021 verschenen en zijn raadsman is op meerdere dagen verschenen. Het Openbaar Ministerie en de verdediging hebben hun standpunten kenbaar gemaakt.

2.De tenlastelegging

De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht. De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat de verdachte, al dan niet samen met (een) ander(en):
  • heeft deelgenomen aan een criminele organisatie bestaande uit de leden van MC Bandidos (chapter Sittard);
  • een bus (Mercedes Viano) – al dan niet met bedreiging/geweld – heeft gestolen, dan wel daaraan medeplichtig is geweest;
  • 30 hennepplanten heeft geteeld.

3.De beoordeling van het bewijs

3.1
Inleiding
In april 2014 startte de politie Limburg onderzoek ‘Kievit’. Dit onderzoek richtte zich in aanvang op [verdachte 1] en vermeende drugsdelicten. Later breidde het zich uit naar het Sittardse chapter van de motorclub Bandidos. Dat resulteerde in verdenkingen van onder meer drugsdelicten, afpersingen en/of diefstallen met geweld, openlijke geweldpleging en wapenbezit. Nader financieel onderzoek leidde bovendien tot verdenkingen van witwassen, ook tegen familieleden van leden van de Bandidos.
Het opsporingsonderzoek heeft geresulteerd in een omvangrijk dossier, dat bestaat uit onder meer ruim 20 afzonderlijke zaakdossiers. Uiteindelijk zijn 25 verdachten vervolgd door het Openbaar Ministerie.
Een deel van de vermeende strafbare feiten is aan verdachte ten laste gelegd. De rechtbank zal hieronder per ten laste gelegd feit aangeven of zij dit bewezen acht. Ten behoeve van de overzichtelijkheid zal de rechtbank ook per feit aangeven indien daar tot (partiële) vrijspraak wordt gekomen.
3.2
Het standpunt van het Openbaar Ministerie
Het Openbaar Ministerie heeft gerekwireerd tot:
  • bewezenverklaring van deelname aan een criminele organisatie (feit 1);
  • vrijspraak van diefstal met geweld van de bus van [slachtoffer 1] (feit 2 primair) en bewezenverklaring van het medeplegen van die diefstal (feit 2 subsidiair);
  • bewezenverklaring van het telen van 26 hennepplanten (feit 3).
3.3
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft zich op het standpunt gesteld dat:
  • zaakdossier 5 (afpersing [slachtoffer 5] ) buiten beschouwing dient te blijven als gevolg van een schending van het recht op een eerlijk proces;
  • de verdachte vrijgesproken moet worden van deelname aan een criminele organisatie (feit 1) nu het dossier bewijs ontbeert voor een crimineel oogmerk bij de Bandidos MC, dan wel dat de verdachte daarvan geen wetenschap had;
  • de verdachte vrijgesproken moet worden van (gekwalificeerde) diefstal van de bus van [slachtoffer 1] en de medeplichtigheid daaraan (feit 2), omdat hij daarbij geen wezenlijke bijdrage heeft gehad;
  • de verdachte 26 hennepplanten heeft geteeld (feit 3).
De standpunten van het Openbaar Ministerie en de verdediging zullen, voor zover van belang, bij de beoordeling van het bewijs nader worden weergegeven dan wel impliciet worden besproken.
3.4
De overwegingen en het oordeel van de rechtbank
Voor de leesbaarheid heeft de rechtbank de inhoud van wettige bewijsmiddelen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden, in bijlage II opgenomen.
3.4.1
Criminele organisatie (ZD 1 / feit 1)
De rechtbank acht niet bewezen dat de verdachte heeft deelgenomen aan een criminele organisatie. Daartoe overweegt zij als volgt.
Van deelneming aan een organisatie als bedoeld in artikel 140 Sr kan slechts dan sprake zijn, indien de verdachte behoort tot het samenwerkingsverband en een aandeel heeft in, dan wel ondersteunt, gedragingen die strekken tot of rechtstreeks verband houden met de verwezenlijking van het in dat artikel bedoelde oogmerk.
Aan de hand van het dossier en het onderzoek ter terechtzitting kan worden vastgesteld dat sprake was van een op bedreiging en openlijke geweldpleging (jegens Hells Angels en daar aan gelieerde clubs) gericht samenwerkingsverband, bestaande uit de MC Bandidos chapter Sittard.
Het criminele oogmerk van de organisatie kwam in het bijzonder tot uiting in de navolgende gebeurtenissen: een zogenaamde klopjacht op Hells Angels op 24 januari 2015, de openlijke geweldpleging bij de [naam café 1] op 7 mei 2015 en een daaropvolgende mogelijke provocatie van de Hells Angels bij het aan de Hells Angels gelieerde café/restaurant [naam café 2] diezelfde avond/nacht. Daarnaast zijn er allerlei andere door de politie opgetekende incidenten waaruit de animositeit tussen Bandidos en Hells Angels blijkt.
De verdachte was bij geen van deze gebeurtenissen aanwezig. Ook op andere wijze blijkt niet van betrokkenheid bij bedreigende en gewelddadige bedoelingen van de MC Bandidos chapter Sittard jegens de Hells Angels. De rechtbank stelt daarom vast dat de verdachte niet daadwerkelijk een aandeel heeft gehad in, dan wel gedragingen heeft ondersteund die (mede) strekten tot of rechtstreeks verband hielden met de verwezenlijking van het binnen die organisatie bestaande oogmerk van bedreiging of openlijke geweldpleging.
Dat betekent dat niet is bewezen dat de verdachte heeft deelgenomen aan een organisatie als bedoeld in artikel 140 van het Wetboek van Strafrecht en dat de rechtbank de verdachte daarvan zal vrijspreken.
3.4.2
Diefstal Mercedes Viano (ZD 2 / feit 2)
De verdachte wordt verweten dat hij samen met anderen – al dan niet met geweld of bedreiging met geweld – een Mercedes-Benz bus heeft gestolen dan wel dat hij daaraan medeplichtig is geweest.
Diefstal
De rechtbank stelt op basis van de in bijlage II opgenomen bewijsmiddelen het volgende vast.
Op 6 november 2014 vanaf 11.22 uur zijn [verdachte 1] , [verdachte 7] en [verdachte 3] in de auto van [verdachte 1] op weg naar Echt, alwaar zij om 11.42 uur [verdachte 8] oppikken en uiteindelijk arriveren in ‘sHertogenbosch. Aldaar aangekomen staat de auto tussen 14.59 uur en 15.25 uur stationair op de [adres 1] te ’s-Hertogenbosch, zijnde het woonadres van [slachtoffer 1] . Uit de OVC-gesprekken blijkt dat [verdachte 7] en [verdachte 8] in de auto zijn achtergebleven en dat [verdachte 1] en [verdachte 3] naar [slachtoffer 1] zijn gegaan. In een OVC-gesprek geeft [verdachte 3] aan dat [verdachte 1] de sleutel van de bus heeft gepakt. Om 15.22 uur stapt [verdachte 1] weer in de auto en zegt dat ‘hij’ de boodschap heeft gesnapt. [verdachte 1] wil zo snel mogelijk weg uit de buurt. Tevens kan uit de OVC-gesprekken worden afgeleid dat [verdachte 3] samen met [verdachte 8] met de Mercedes-bus is weggereden.
Hoewel het dossier aanwijzingen bevat dat [slachtoffer 1] gebruiker was van de weggenomen bus en [betrokkene 1] zich richting de verdachten lijkt op te werpen als eigenaar, kan de rechtbank op basis van het dossier niet met zekerheid vaststellen wie als de daadwerkelijk eigenaar van de betreffende Mercedes bus gezien dient te worden. Wel kan worden bewezenverklaard dat deze in ieder geval toebehoorde aan een ander dan verdachte en/of zijn medeverdachten.
Op basis van de weergegeven bewijsmiddelen kan worden vastgesteld dat de Mercedes-bus met het oogmerk van wederrechtelijk toe-eigening is weggenomen. De rechtbank leidt dit niet alleen af uit de mededeling van [betrokkene 1] die een half uur na het vertrek uit ’s-Hertogenbosch contact opneemt met de vraag waarom ze zijn bus hebben meegenomen, maar ook uit de OVC-gesprekken die onderweg in de auto hebben plaatsgevonden. Zo zegt [verdachte 7] dat hij een pistool en pepperspray bij zich heeft, wordt besproken dat degene naar wie zij op weg zijn hen niet kent en dus ook niet weet dat hij moet wegrennen. Eenmaal op de plaats van bestemming aangekomen zegt [verdachte 1] dat ze die Vito gelijk meenemen en zegt hij tegen [verdachte 7] en [verdachte 8] dat zij in de auto stand-by moeten blijven en hij de sleutel op de auto laat staan. Al wachtend bespreken [verdachte 8] en [verdachte 7] dat ‘hij’ misschien andere mensen heeft gebeld en dat het goed is dat het lang duurt, hetgeen [verdachte 8] bevestigt en zegt: ‘De Vito mee en dat is het toch goed’. Tenslotte zegt [verdachte 1] bij terugkomst dat ‘hij’ de boodschap heeft gesnapt en hij wil zo snel mogelijk uit de buurt weg.
De rechtbank leidt uit vorenstaande omstandigheden af dat geen sprake is geweest van een vriendelijk gesprek en van het vrijwillig afstaan van de Mercedes-bus. Met het Openbaar Ministerie en de verdediging is de rechtbank echter van oordeel dat niet kan worden vastgesteld of dit met geweld of bedreiging van geweld gepaard is gegaan. Op basis van het dossier kan immers niet worden vastgesteld wat er zich tussen [verdachte 1] , [verdachte 3] en [slachtoffer 1] heeft afgespeeld. Voorts is het enkel ongevraagd benaderen van [slachtoffer 1] onvoldoende om tot een diefstal met geweld te komen. De verdachten dienen derhalve te worden vrijgesproken van dit deel van de tenlastelegging.
Medeplegen?
De volgende vraag die de rechtbank dient te beantwoorden is welke rol de verschillende verdachten bij die diefstal hebben gehad en of ze zijn aan te merken als medepleger.
[verdachte 3] en [verdachte 1]
[verdachte 3] en [verdachte 1] zijn blijkens de OVC-gesprekken bij een woning (van vermoedelijk [slachtoffer 1] ) aan de deur gegaan, waarbij [verdachte 1] de sleutel van de Mercedes-bus heeft gepakt. Vervolgens is [verdachte 3] met de Mercedes-bus weggereden.
Op grond van het voorgaande oordeelt de rechtbank dat sprake is geweest van een nauwe en bewuste samenwerking tussen [verdachte 3] en [verdachte 1] die in de kern bestaat uit een gezamenlijke uitvoering. Daarmee acht de rechtbank het tenlastegelegde medeplegen bewezen.
[verdachte 7] en [verdachte 8]
[verdachte 7] en [verdachte 8] zijn niet naar de woning van [slachtoffer 1] gegaan, maar zijn – in opdracht van [verdachte 1] – in de auto achtergebleven, kennelijk met het doel om stand-by te blijven. De sleutel wordt daarbij op de auto gelaten. Al wachtende bespreken [verdachte 7] en [verdachte 8] dat [slachtoffer 1] misschien wel andere personen heeft gebeld en dat ze het wel zien als er anderen komen. [verdachte 7] heeft onderweg al aangegeven dat hij een pistool en pepperspray heeft meegenomen.
De rechtbank leidt uit vorenstaande af dat [verdachte 7] en [verdachte 8] kennelijk (ingeval van [verdachte 7] : bewapend met pepperspray en een pistool) op de uitkijk stonden en stand-by waren voor het geval er iets mis zou gaan en zij [verdachte 1] en [verdachte 3] in dat geval getalsmatig zouden kunnen versterken. Tevens waren zij op de hoogte van het feit dat er een Viano-bus moest worden meegenomen.
De rechtbank acht echter – anders dan de officier van justitie – deze handelingen onvoldoende om te komen tot de voor medeplegen vereiste nauwe en bewuste samenwerking. Er is immers geen sprake van een gezamenlijk uitvoering en de bijdrage van verdachte aan de tenlastegelegde diefstal is naar het oordeel van de rechtbank van onvoldoende gewicht. De rechtbank spreekt verdachte dan ook vrij van het onder 2 primair en subsidiair ten laste gelegde feit.
Wel is de rechtbank van oordeel dat verdachte met zijn handelingen behulpzaam is geweest bij de uitvoering van deze diefstal en daarop ook opzet heeft gehad. De rechtbank komt daarmee tot een bewezenverklaring van de onder 2 meest subsidiair ten laste gelegde medeplichtigheid aan diefstal met een valse sleutel.
Conclusie
De rechtbank verklaart aldus bewezen dat verdachte op 6 november 2014 te ‘s-Hertogenbosch [verdachte 3] en [verdachte 1] opzettelijk behulpzaam is geweest bij de diefstal van een Mercedes-bus middels een onbevoegd gebruikte sleutel (feit 2 meest subsidiair).
Verdachte wordt vrijgesproken van het onder 2 primair, subsidiair en meer subsidiair ten laste gelegde.
3.4.3
Hennepteelt in Roermond (ZD 10D / feit 3)
De rechtbank acht op grond van de in bijlage II opgenomen bewijsmiddelen bewezen dat de verdachte 26 hennepplanten heeft geteeld. Daartoe overweegt de rechtbank als volgt.
Verdachte heeft een bekennende verklaring afgelegd voor zover het betreft de teelt van 26 hennepplanten. Ten laste gelegd zijn echter 30 planten, net zoals vermeld in het eindproces-verbaal. Ter terechtzitting heeft de raadsman een afschrift overgelegd, naar de rechtbank begrijpt uit een inmiddels achterhaald zogenaamd voorgeleidings- of raadkamerproces-verbaal, waarin werd gerelateerd dat sprake zou zijn van 26 hennepplanten. Bij redelijke twijfel zal de rechtbank in het voordeel van de verdachte dus uitgaan van die 26 hennepplanten.
3.5
De bewezenverklaring
De rechtbank acht ten laste van de verdachte bewezen dat:
feit 2 meest subsidiair:
[verdachte 1] en [verdachte 3] op 6 november 2014 in de gemeente 's-Hertogenbosch, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening hebben weggenomen een bus (Mercedes Benz Viano, gekentekend [nummer] ), toebehorende aan een ander dan aan die [verdachte 1] of die [verdachte 3] , waarbij die [verdachte 1] en die [verdachte 3] het weg te nemen goed onder hun bereik hebben gebracht door middel van een valse sleutel, te weten een onbevoegd gebruikte sleutel van die auto, bij het plegen van welk misdrijf verdachte opzettelijk behulpzaam is geweest door op 6 november 2014 in de gemeente 'sHertogenbosch op de uitkijk te staan teneinde bij onraad te waarschuwen en in een auto stand-by te staan voor die [verdachte 1] en [verdachte 3] en/of die [verdachte 1] en [verdachte 3] getalsmatig te versterken;
feit 3:
hij op 27 mei 2015 in de gemeente Roermond opzettelijk heeft geteeld, een hoeveelheid van 26 hennepplanten, zijnde hennep een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II.
De rechtbank acht niet bewezen hetgeen meer of anders is ten laste gelegd. De verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert de volgende strafbare feiten op:
feit 2 meest subsidiair:medeplichtigheid aan diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van valse sleutels;
feit 3:opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 3 onder B van de Opiumwet gegeven verbod.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.

5.De strafbaarheid van de verdachte

De verdachte is strafbaar, omdat geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die zijn strafbaarheid uitsluiten.

6.De straf

6.1
De vordering van het Openbaar Ministerie
Het Openbaar Ministerie heeft gerekwireerd tot oplegging van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 17 maanden met aftrek van voorarrest.
6.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft verzocht om oplegging van een deels voorwaardelijke gevangenisstraf, waarvan het onvoorwaardelijke deel van gelijke duur is als het voorarrest.
6.3
Het oordeel van de rechtbank
Bij de bepaling van de op te leggen straf heeft de rechtbank gelet op de aard en ernst van hetgeen bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder het bewezenverklaarde is begaan en op de persoon van de verdachte, zoals een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen.
In het bijzonder heeft de rechtbank het volgende in aanmerking genomen.
De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan:
  • medeplichtigheid aan het medeplegen van de diefstal van een Mercedes-Benz Viano;
  • het telen van 26 hennepplanten.
De verdachte is medeplichtig geweest aan de diefstal van Mercedes-Benz Viano. Daartoe is men gezamenlijk in een auto naar Den Bosch gereden. Medeverdachten zijn naar de bezitter van die bus gegaan, hebben de sleutel gepakt en zijn met de bus weggereden. De verdachte was onderwijl stand-by in aanwezigheid van medeverdachte [verdachte 7] die naar eigen zeggen voorzien was van een pistool en pepperspray. Ook was hij waakzaam op de komst van mogelijk door het slachtoffer ingeseinde hulptroepen
Daarnaast heeft de verdachte in zijn woning/kamer 26 hennepplanten geteeld. Ook al was dit volgens de verdachte enkel voor eigen gebruik: hennep is schadelijk voor de gezondheid, zorgt voor overlast en gaat vaak gepaard met andere vormen van criminaliteit.
Beiden feiten tezamen rechtvaardigen naar het oordeel van de rechtbank in beginsel een gevangenisstraf.
De verdachte was voorheen niet veroordeeld voor soortgelijke feiten. Wel is hij nadien veroordeeld voor diverse en ook soortgelijke feiten. Anderzijds wijst de rechtbank pas vandaag vonnis, ruim zes jaren na de aanhouding op 27 mei 2015, terwijl dit tijdsverloop niet aan de verdachte te wijten is. Zulks is een schending van de redelijke termijn. Daarom zal de rechtbank volstaan met een voorwaardelijke straf.
De rechtbank zal [verdachte 8] veroordelen tot een
voorwaardelijke gevangenisstraf van 2 maanden met een proeftijd van één jaar.

7.Het beslag

Het Openbaar Ministerie heeft bij gelegenheid van requisitoir een beslaglijst d.d. 10 februari 2021 overgelegd en een standpunt ingenomen over het beslag. Bij nadere controle door het Openbaar Ministerie bleek echter dat het beslag in de zaak tegen de verdachte al afgewikkeld was, waardoor thans geen beslissing van de rechtbank meer nodig is.

8.De wettelijke voorschriften

De beslissing berust op de artikelen:
  • 14a, 14b, 14c, 48, 57, 63, 311 van het Wetboek van Strafrecht;
  • 3, 11 van de Opiumwet;
zoals deze artikelen luidden ten tijde van het bewezenverklaarde.

9.De beslissing

De rechtbank:
Vrijspraak
- spreekt de verdachte vrij van feit 1 en feit 2 primair, subsidiair en meer subsidiair;
Bewezenverklaring
  • verklaart de feiten 2 meest subsidiair en 3 bewezen zoals hierboven onder 3.5 is omschreven;
  • spreekt de verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
Strafbaarheid
  • verklaart dat het bewezenverklaarde de strafbare feiten oplevert zoals hierboven onder 4 is omschreven;
  • verklaart de verdachte strafbaar;
Straf
  • veroordeelt de verdachte voor de feiten 2 meest subsidiair en 3 tot een
  • beveelt dat de tijd die door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van deze gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
  • bepaalt dat de straf niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, omdat de veroordeelde voor het einde van een proeftijd van 1 jaar zich aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Dit vonnis is gewezen door mr. L.P. Bosma, voorzitter, mr. M.J.A.G. van Baal en mr. L. Feuth, rechters, in tegenwoordigheid van mr. H.M.E. de Beukelaer en mr. O.A.G. Corten, griffiers, en uitgesproken ter openbare zitting van 9 juli 2021.
BIJLAGE I: De tenlastelegging
Aan de verdachte is - na wijziging van de tenlastelegging - ten laste gelegd dat:
1.
hij in of omstreeks de periode van 1 januari 2014 tot en met 27 mei 2015 in
de gemeente Echt-Susteren en/of de gemeente Sittard-Geleen en/of de gemeente
Roermond en/of de gemeente Valkenswaard en/of de gemeente Heerlen en/of de
gemeente Kerkrade en/of de gemeente Schinnen, in elk geval in Nederland en/of
te Borgloon (B), in elk geval in België en/of
te Selfkant en/of te Alsdorf, in elk geval in Duitsland,
heeft deelgenomen aan een organisatie, bestaande uit een samenwerkingsverband
van natuurlijke personen, te weten de leden van MC Bandidos (chapter Sittard)
en/of een samenwerkingsverband bestaande uit (onder meer) de volgende
personen: [verdachte 6] en/of [verdachte 1] en/of [verdachte 7] en/of [verdachte 10]
en/of [verdachte 5] en/of [verdachte 2] en/of [verdachte 3]
en/of [verdachte 4] en/of [verdachte 9] en/of [verdachte 13] en/of [verdachte 14]
en/of [verdachte 11] en/of [verdachte 12] en/of [verdachte 15]
en/of [verdachte 17] en/of [verdachte 20] en/of [verdachte 21] en/of [verdachte 22]
en/of [verdachte 16] , welke organisatie tot oogmerk had het plegen van
misdrijven te weten:
- afpersing (art. 317 Sr) en/of
- diefstal met geweld (art. 312 Sr) en/of
- bedreiging (art. 285 Sr) en/of
- openlijk geweld (art. 141 Sr) en/of
- verboden wapenbezit (art. 26 WWM);
(zaak 1)
2.
hij op of omstreeks 6 november 2014 in de gemeente 's-Hertogenbosch, tezamen
en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van
wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen (een) sleutel(s) en/of een bus
(Mercedes Benz 639 Viano Cdi, gekentekend [nummer] ), in elk geval enig
goed, geheel of ten dele toebehorende aan [betrokkene 1] en/of [slachtoffer 1] , in
elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn
medeverdachte(n),
welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van/door geweld
en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 1] , gepleegd met het oogmerk om die
diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping
op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn medeverdachte(n) hetzij de vlucht
mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
immers heeft/ hebben verdachte en/of zijn medeverdachten (-zakelijk
weergegeven-)
- die [slachtoffer 1] ongevraagd benaderd en/of
- een intimiderende sfeer gecreëerd en/of
- met stemverheffing (tegen die [slachtoffer 1] ) gepraat en/of
- laten blijken dat ze van (een) motorclub (Bandidos) zijn, in elk geval was
voor die [slachtoffer 1] duidelijk dat hij te maken had met een of meer personen van
(een) motorclub (Bandidos) en/of de indruk laten ontstaan dat er geweld
gebruikt zou worden;
(zaak 2)
subsidiair, althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of
zou kunnen leiden, dat:
hij op of omstreeks 6 november 2014 in de gemeente 's-Hertogenbosch, tezamen
en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van
wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een bus (Mercedes Benz 639
Viano Cdi, gekentekend [nummer] ), in elk geval enig
goed, geheel of ten dele toebehorende aan [betrokkene 1] en/of [slachtoffer 1] , in
elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte
en/of zijn medeverdachte(n), waarbij verdachte en/of zijn medeverdachte(n)
zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of
de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht
door middel van een valse sleutel te weten een onbevoegd gebruikte sleutel van
die auto;
meer subsidiair, althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling
mocht of zou kunnen leiden, dat:
[verdachte 1] en/of [verdachte 3] op of omstreeks 6 november 2014 in de gemeente
's-Hertogenbosch, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening
heeft/hebben
weggenomen (een) sleutel(s) en/of een bus (Mercedes Benz 639 Viano Cdi,
gekentekend [nummer] ), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende
aan [betrokkene 1] en/of [slachtoffer 1] , in elk geval aan een ander of anderen dan
aan die [verdachte 1] en/of die [verdachte 3] en/of zijn medeverdachte(n), welke diefstal
werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd
van/door geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 1] , gepleegd met het
oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om
bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn medeverdachte(n)
hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te
verzekeren,
immers heeft/ hebben die [verdachte 1] en/of [verdachte 3] (-zakelijk weergegeven-)
- die [slachtoffer 1] ongevraagd benaderd en/of
- een intimiderende sfeer gecreëerd en/of
- met stemverheffing (tegen die [slachtoffer 1] ) gepraat en/of
- laten blijken dat ze van (een) motorclub (Bandidos) zijn, in elk geval was
voor die [slachtoffer 1] duidelijk dat hij te maken had met een of meer personen van
(een) motorclub (Bandidos) en/of de indruk laten ontstaan dat er geweld
gebruikt kon/zou gaan worden
bij en/of tot het plegen van welk misdrijf verdachte opzettelijk behulpzaam is
geweest en/of opzettelijk gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen heeft
verschaft door
op of omstreeks 6 november 2014 in de gemeente 's-Hertogenbosch voorzien van
pepperspray en/of een pistool, althans voorzien van (een) wapen(s) met die
[verdachte 1] en/of [verdachte 3] mee te gaan naar de afspraaklocatie met die [slachtoffer 1] en/of
op de uitkijk te staan teneinde bij onraad te waarschuwen en/of in een auto
stand-by te staan voor die [verdachte 1] en/of [verdachte 3] en/of getalsmatig die [verdachte 1]
en/of [verdachte 3] te versterken;
meest subsidiair, althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling
mocht of zou kunnen leiden, dat:
[verdachte 1] en/of [verdachte 3] op of omstreeks 6 november 2014 in de gemeente
's-Hertogenbosch, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening
heeft/hebben
weggenomen een bus (Mercedes Benz 639 Viano Cdi, gekentekend [nummer] ), in elk
geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [betrokkene 1] en/of [slachtoffer 1]
, in elk geval aan een ander of anderen dan aan die [verdachte 1] en/of die
[verdachte 3]
en/of zijn medeverdachte(n), waarbij die [verdachte 1] en/of die [verdachte 3] en/of zijn
medeverdachte(n) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben
verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik
heeft/hebben gebracht door middel van valse sleutel te weten een onbevoegd
gebruikte sleutel van die auto,
bij en/of tot het plegen van welk misdrijf verdachte opzettelijk behulpzaam is
geweest en/of opzettelijk gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen heeft
verschaft door
op of omstreeks 6 november 2014 in de gemeente 's-Hertogenbosch
voorzien van pepperspray en/of een pistool, althans voorzien van (een)
wapen(s) met die [verdachte 1] en/of [verdachte 3] mee te gaan naar de afspraaklocatie
met die [slachtoffer 1] en/of op de uitkijk te staan teneinde bij onraad te waarschuwen
en/of in een auto stand-by te staan voor die [verdachte 1] en/of [verdachte 3] en/of
getalsmatig die [verdachte 1] en/of [verdachte 3] te versterken;
3.
hij op of omstreeks 27 mei 2015 in de gemeente Roermond opzettelijk
heeft geteeld en/of bereid en/of bewerkt en/of verwerkt,
in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad, een hoeveelheid van ongeveer 30
hennepplanten, in elk geval een hoeveelheid van meer dan 30 gram hennep,
zijnde hennep een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II,
dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
(zaak 10d).
BIJLAGE II: De bewijsmiddelen
Zaakdossier 2: Afpersing [slachtoffer 1] [1]
Op 6 november 2014 zijn in de Opel Vectra van [verdachte 1] onder meer de volgende
OVC-gesprekkenopgenomen:
Om 11.22 uur (sessienummer 4052) [2]
[verdachte 1] praat met NN-persoon buiten de auto. Vervolgens openen de portieren, [verdachte 1] stapt in en zegt dat het fris aan het worden is tegen [verdachte 3] . Vervolgens stapt ook [verdachte 7] in, die wordt begroet door [verdachte 1] in de auto.
Om 11.27 uur (sessienummer 4052) [3]
[verdachte 1] , [verdachte 3] en [verdachte 7] zitten nog steeds in de auto. [verdachte 1] zegt dat hij in Born de autoweg kan afgaan en hier weer erop, dat is het makkelijkste voor hem. [verdachte 3] zegt .. ntv ...
Ja zegt [verdachte 1] , die staat in Echt te wachten.
Wanneer de auto om 11.42 volgens het peilbaken op de [adres 2] te Echt is, stapt een onbekende man in (sessienummer 4056). [4]
Gesprek over hoeveel een ticket naar Thailand kost.
[verdachte 1] zegt dat ze vanmiddag hier een beetje gas moeten geven.
Dan kunnen we direct boeken zegt [verdachte 7] .
Om 11.52 uur (sessienummer 4058) [5]
[verdachte 7] zegt: Ik heb pepperspray en pistool meegenomen he!
Om 13.36 uur (sessienummer 4070) [6]
[verdachte 1] zegt tegen [verdachte 3] dat het beter is dat ze van hieruit de autoweg nemen naar IJsselstein en als ze terugkomen gaan ze langs Den Bosch en dan gaan ze langs.
Het mooie is, zegt [verdachte 1] , die ‘Albino’ die kent ons niet, heeft ons nog nooit gezien ..... .
Dat is altijd goed, zegt [verdachte 7] . Dan weet hij ook niet voor wie hij weg moet rennen .....
Ja dat bedoel ik, zegt [verdachte 1] , die kent ons niet, daar kun je gewoon heen lopen die rent niet
weg die kent ons niet.. ....
Om 14.57 uur (sessienummer 4084) [7]
[verdachte 1] zegt dat het beste is als hij en vermoedelijk [verdachte 3] uitstappen en [verdachte 7] en [bijnaam verdachte 8] blijven zitten anders komt hij niet naar buiten. [verdachte 3] geeft aan waar ze naar toe moeten rijden. [verdachte 3] zegt dat zijn Vito er staat en dat ze beter achterom kunnen parkeren. [verdachte 1] zegt dat ze die Vito gelijk meenemen.
De politie heeft onderzoek gedaan naar bijnamen hadden en concludeerde dat [bijnaam verdachte 8] een bijnaam is van de verdachte [verdachte 8] . [8]
Blijkens de gegevens van het
peilbakenaangebracht in de auto Opel Vectra van [verdachte 1] is dit voertuig op donderdag 6 november 2014 van 14.59 tot 15.25 uur stationair op de [adres 1] te 's-Hertogenbosch [9] . Dit betreft het GBA adres van [slachtoffer 1] . [10]
Om 14.59 uur (sessienummer 4085) [11]
De motor wordt afgezet. [verdachte 7] vraagt of hij moet blijven zitten. Ja, zegt [verdachte 1] , blijf maar stand-by en ik laat de sleutel op de auto staan. [verdachte 1] en [verdachte 3] stappen uit. [bijnaam verdachte 8] en [verdachte 7] blijven in de auto.
Om 15.04 uur (sessienummer 4086) [12]
[bijnaam verdachte 8] en [verdachte 7] hebben het erover dat het wel lang geduurd heeft voordat de persoon open deed en dat het wel geregeld zal zijn. [bijnaam verdachte 8] zegt dat hij misschien andere mensen heeft gebeld. We zien het wel als andere mensen komen, zegt [verdachte 7] .
Om 15.09 uur ( sessienummer 4088) [13]
[verdachte 7] zegt dat het lang duurt en dat dat goed is. Jazeker, zegt [bijnaam verdachte 8] . De Vito mee dan is het toch goed. [bijnaam verdachte 8] vraagt of die ‘meneer’ bij hun gezeten heeft. Neen zegt [verdachte 7] .
Om 15.22 uur (sessienummer 4091) [14]
[verdachte 1] (vermoedelijk alleen) stapt weer in de auto en zegt dat ‘hij’ de boodschap heeft gesnapt. Rijgeluiden.
Om 15.26 uur (sessienummer 4091) [15]
[verdachte 1] wil zo snel mogelijk weg uit deze buurt en ze gaan een bakje pakken op de autoweg. [verdachte 7] vraagt of ze hem ergens binnen moeten zetten. [verdachte 1] zegt zich aan het bedenken waar we hem kunnen neerzetten. [verdachte 7] geeft aan dat ze die bij hem achterom kunnen zetten.
Om 15.27 uur (sessienummer 4092) [16]
[verdachte 3] roept dan ‘ik moet tanken hij is helemaal leeg’. [verdachte 1] en [verdachte 7] lachen.
Om 15.30 uur (sessienummer 4093) [17]
[verdachte 7] zegt dat hij nog een plekje heeft waar hij hem binnen kan zetten. Oké zegt [verdachte 1] .
Om 15.39 uur (sessienummer 4093) [18]
Blijkt dat [bijnaam verdachte 8] bij [verdachte 3] in de auto zit, want [verdachte 1] dacht hem te zijn vergeten. [verdachte 1] zegt bij Nederweert te stoppen voor een bakkie en dan spreken we verder af .. ntv... met de bus .... ntv.
Om 15.59 uur ontvangt [verdachte 3] een
sms-berichtvan [gsm nummer] op naam van [bedrijf betrokkene 1] te Roermond, inhoudende: ‘Hallo, ik hoor net van [slachtoffer 1] dat jullie mijn bus hebben meegenomen, maar zo werkt dat niet jongens’. [19]
Op 6 november 2014 om18.42 uur (sessienummer 418) [20] vindt er een
telefoongesprekplaats tussen [verdachte 3] en [betrokkene 1] , gebruiker telefoonaansluiting [gsm nummer] , onder andere inhoudende:
[betrokkene 1] zegt: ‘Luister, ik ga niet zomaar overal naar toe rijden of weet ik veel wat (…) daar gaat het niet om maar het gaat zich er om ik weet niet waarom jullie mijn bus meenemen bij [slachtoffer 1] ’.
[verdachte 3] zegt: ‘Nou dan moet je dat aan hem vragen dan kan hij jou dat precies uitleggen’.
(…)
[betrokkene 1] zegt: ‘Ik kan ook naar de politie gaan en zeggen dat jullie mijn bus hebben gestolen, is ook geen probleem’.
[verdachte 3] zegt: ‘Zodra [slachtoffer 1] ons/mij de papieren geeft wat afgesproken is krijgt hij die terug’.
Op 3 december 2014 worden er door een nummer dat niet op naam staat twee sms-en verstuurd naar een nummer in gebruik bij [verdachte 3] met de volgende inhoud: [21]
heb aangiften gedaan van afpersen en diefstal van die bus door een motorclub uit Limburg heb geen namen en clubnaam genoemd dus kijk maar wat je met die bus doet.
Op 17 maart 2015 in de auto van [verdachte 3] het volgende
OVC-gesprekmet [verdachte 12] opgenomen:
Om 23.03 uur (sessienummer 2737) [22]
[verdachte 3] zegt: Ja daar heb ik toen toch met [verdachte 1] die bus afgepakt.
[verdachte 12] vraagt: weetje die te vinden?
[verdachte 3] zegt: Op een gegeven moment kreeg ik een berichtje dat hij aangifte gedaan had.
Om 23.11 uur (sessienummer 2738) [23]
[verdachte 12] : Wat is er met die bus gebeurd? Verkocht?
[verdachte 3] : Weet ik niet. Ik denk het wel. Die hebben ze volgens mij ergens in de sloop geduwd. [verdachte 7] zou dat geregeld hebben.
[verdachte 12] : Maar jullie hadden die papieren toch?
[verdachte 3] : Nee…
[verdachte 12] : Jullie gaan een bus meenemen zonder papieren?
[verdachte 3] : Heeft [verdachte 1] gedaan. Ja… [verdachte 1] pakte gewoon de sleutel.
Om 23.13 uur (sessienummer 2739) [24]
[verdachte 3] zegt: hij zou gewoon terugkrijgen als hij de eerste tien had betaald.
[verdachte 12] zegt: als hij aangifte had gedaan had je daar zeker al wat van gehoord.
(…)
[verdachte 12] zegt: Waar wil je aangifte van doen als je zelf fout bezig ben?
[verdachte 3] zegt: daarom had hij het op een afpersing gegooid.
Om 23.19 uur (sessienummer 2740) [25]
[verdachte 12] vraagt: Toen jullie die afspraak hadden met die ene gast, hadden jullie die vast of is die naar een afspraak gekomen?
[verdachte 3] zegt: Die hadden wij vast, daar zijn we aan de deur gegaan.
[verdachte 12] vraagt: was [betrokkene 1] daarbij?
[verdachte 3] zegt: Die zat in de auto he. Weet je wat het is, wij waren eerst naar Amsterdam geweest voor een verhaal, toen zei [verdachte 1] …
Op 14 april 2015 wordt in de auto van [verdachte 3] een OV-gesprek (sessienummer 4121) [26] opgenomen. [verdachte 3] vertelt dat [betrokkene 1] altijd een grijze Vito heeft gereden en dat deze aangifte heeft gedaan van afpersing van de motorclub.
De
politieheeft ook onderzoek gedaan naar welke auto het betreft en komt op basis van een verklaring van [betrokkene 1] d.d. 22 januari 2012 dat hij een grijze Mercedes Vivano heeft (opmerking rechtbank: bedoeld zal zijn Viano) , een OVC-gesprek op 14 april 2015 van [verdachte 3] en het aantreffen van [slachtoffer 1] bij een verkeerscontrole van 23 augustus 2014 in deze auto, tot de conclusie dat het een Mercedes Benz Viano met het kenteken [nummer] betreft. [27] Uit nader onderzoek blijkt dat de kleur van deze auto briljant-zilver metallic is. Voorts wordt gerelateerd dat de Mercedes-Benz type Viano en de Mercedes-Benz type Vito uiterlijk identiek zijn, doch het interieur verschillend is. [28]
Verdachte [verdachte 8] heeft ter terechtzitting van 29 maart 2021 verklaard dat het best kan dat hij op 6 november 2014 aanwezig was in de auto van [verdachte 1] .
Zaakdossier 10D: Opiumwet [verdachte 8] [29]
Tijdens de actiedag van het onderzoek Kievit op 27 mei 2015 vond een
doorzoekingplaats in de kamer van [verdachte 8] op het adres [adres 3] te Roermond. Aldaar werd een in werking zijnde hennepkwekerij aangetroffen in een growtent van ongeveer 3 x 1,5 meter. [30]
De
verdachte[verdachte 8] verklaarde ter terechtzitting van 31 maart 2021 – zakelijk weergegeven – onder meer het volgende:
De op 27 mei 2015 in mijn kamer aangetroffen hennepkwekerij in een growtent was van mij. Volgens mij waren dit ongeveer 26 planten.

Voetnoten

1.Waar in deze paragraaf wordt verwezen naar paginanummers, wordt - tenzij anders vermeld - gedoeld op paginanummers uit het proces-verbaal van politie eenheid Limburg, dienst regionale recherche, afdeling Generiek, team opsporing, proces-verbaalnummer 2015093950-Z02, zaakdossier 2 van het onderzoek Kievit (met onderzoeksnummer 2451114005), gesloten d.d. 2 juni 2016, doorgenummerd van pagina 1 tot en met pagina 135.
2.Relaas proces-verbaal zaakdossier 2 d.d. 2 juni 2016, pg. 22 van zaakdossier 2.
3.Relaas proces-verbaal zaakdossier 2 d.d. 2 juni 2016, pg. 22-23 van zaakdossier 2.
4.Relaas proces-verbaal zaakdossier 2 d.d. 2 juni 2016, pg. 23 van zaakdossier 2.
5.Relaas proces-verbaal zaakdossier 2 d.d. 2 juni 2016, pg. 23 van zaakdossier 2.
6.Relaas proces-verbaal zaakdossier 2 d.d. 2 juni 2016, pg. 24 van zaakdossier 2.
7.Relaas proces-verbaal zaakdossier 2 d.d.2 juni 2016, pg. 24 van zaakdossier 2.
8.Proces-verbaal bevindingen Bijnamen d.d. 20 januari 2016, pg. 39-45 van persoonsdossier 02 ( [verdachte 1] ).
9.Relaas proces-verbaal zaakdossier 2 d.d. 2 juni 2016, pg. 15 van zaakdossier 2.
10.Relaas proces-verbaal zaakdossier 2 d.d. 2 juni 2016, pg. 7 van zaakdossier 2.
11.Relaas proces-verbaal zaakdossier 2 d.d.2 juni 2016, pg. 25 van zaakdossier 2.
12.Relaas proces-verbaal zaakdossier 2 d.d.2 juni 2016, pg. 25 van zaakdossier 2.
13.Relaas proces-verbaal zaakdossier 2 d.d.2 juni 2016, pg. 25 van zaakdossier 2.
14.Relaas proces-verbaal zaakdossier 2 d.d.2 juni 2016, pg. 25 van zaakdossier 2.
15.Relaas proces-verbaal zaakdossier 2 d.d.2 juni 2016, pg. 25 van zaakdossier 2.
16.Relaas proces-verbaal zaakdossier 2 d.d.2 juni 2016, pg. 26 van zaakdossier 2.
17.Relaas proces-verbaal zaakdossier 2 d.d.2 juni 2016, pg. 26 van zaakdossier 2.
18.Relaas proces-verbaal zaakdossier 2 d.d.2 juni 2016, pg. 26 van zaakdossier 2.
19.Relaas proces-verbaal zaakdossier 2 d.d.2 juni 2016, pg. 27 van zaakdossier 2.
20.Relaas proces-verbaal zaakdossier 2 d.d. 2 juni 2016, pg. 30-31 van zaakdossier 2.
21.Relaas proces-verbaal zaakdossier 2 d.d.2 juni 2016, pg 41 van zaakdossier 2.
22.Relaas proces-verbaal zaakdossier 2 d.d. 2 juni 2016, pg 54 van zaakdossier 2.
23.Relaas proces-verbaal zaakdossier 2 d.d. 2 juni 2016, pg 56 van zaakdossier 2.
24.Relaas proces-verbaal zaakdossier 2 d.d. 2 juni 2016, pg 57 van zaakdossier 2.
25.Relaas proces-verbaal zaakdossier 2 d.d. 2 juni 2016, pg 57 van zaakdossier 2.
26.Relaas proces-verbaal zaakdossier 2 d.d. 2 juni 2016, pg 60 van zaakdossier 2.
27.Relaas proces-verbaal zaakdossier 2 d.d. 2 juni 2016, pg. 63-67 van zaakdossier 2.
28.Proces-verbaal bevindingen d.d. 1 december 2015, pg. 74 van zaakdossier 2.
29.Waar in deze paragraaf wordt verwezen naar paginanummers, wordt - tenzij anders vermeld - gedoeld op paginanummers uit het proces-verbaal van politie eenheid Limburg, dienst regionale recherche, afdeling Generiek, team opsporing, proces-verbaalnummer 2015093950-Z10D, zaakdossier 10D van het onderzoek Kievit (met onderzoeksnummer 2451114005), gesloten d.d. 17 juni 2016, doorgenummerd van pagina 1 tot en met pagina 66.
30.Proces-verbaal aantreffen hennepkwekerij d.d. 27 mei 2015, pg. 19-22 van zaakdossier 10D.