ECLI:NL:RBLIM:2021:4990
Rechtbank Limburg
- Rekestprocedure
- Rechtspraak.nl
Beklag tegen beslag van biggen wegens overtreding van de Wet Dieren
Op 22 juni 2021 heeft de Rechtbank Limburg in Maastricht uitspraak gedaan in een rekestprocedure betreffende een beklag tegen de inbeslagname van twee biggen. De klager, geboren in 1964 en woonachtig in Nijmegen, had op 7 maart 2021 de biggen in beslag laten nemen door de politie wegens overtreding van de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) en de Wet Dieren. De klager betwistte de beschuldigingen van mishandeling en verwaarlozing van de biggen en verzocht om teruggave van de dieren. De rechtbank heeft de zaak behandeld in een openbare raadkamer op 8 juni 2021, waarbij de klager, zijn advocaat en de officier van justitie aanwezig waren.
De rechtbank oordeelde dat het niet hoogst onwaarschijnlijk was dat de strafrechter later tot een veroordeling zou komen voor overtreding van de Wet Dieren, en dat de inbeslaggenomen biggen verbeurd verklaard zouden kunnen worden. De officier van justitie voerde aan dat het belang van de strafvordering zich verzet tegen teruggave van de biggen, omdat er al een dagvaarding was uitgebracht en de klager in een soortgelijke zaak betrokken was. De rechtbank concludeerde dat het strafvorderlijk belang zich verzet tegen opheffing van het beslag en verklaarde het beklag ongegrond.
De beslissing werd genomen door mr. A.P.A. Bisscheroux, in aanwezigheid van griffier D.C.H.B. Slenter, en werd openbaar uitgesproken. Tegen deze beslissing staat beroep in cassatie open bij de Hoge Raad, binnen veertien dagen na betekening van de beschikking.