Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.De procedure
- de dagvaarding van 23 september 2019 met 24 producties;
- de conclusie van antwoord met 8 producties;
- de dagbepaling van de comparitie na antwoord;
- het proces-verbaal van comparitie van 11 september 2020 met aangehechte foto’s;
- de akte van MCB met productie 25;
- de antwoordakte van [gedaagde] ;
- de akte van MCB met productie 26 tot en met 26J;
- de antwoordakte van [gedaagde] .
2.De feiten
28 april 2017 (productie 11 bij dagvaarding).
“(…) Indien verkoper in verband met niet-tijdige betaling (buiten)gerechtelijke maatregelen dient te nemen, waaronder begrepen het sturen van een enkele aanmaning, komen alle daaruit voortvloeiende kosten voor rekening van koper, welke geacht worden tenminste 15% te bedragen van de openstaande vordering met een minimum van 150 Euro.”
3.Het geschil
4.De beoordeling
afspraakdat over en weer zou worden verrekend.
5.De beslissing
14 juli 2021voor uitlating door [gedaagde] of zij bewijs wil leveren door het overleggen van bewijsstukken, door het horen van getuigen en / of door een ander bewijsmiddel,
bewijsstukkenwil overleggen, die stukken direct in het geding moet brengen,
getuigenwil laten horen, de getuigen en de verhinderdagen van de partijen en hun advocaten in de maanden februari tot en met mei 2022 direct moet opgeven, waarna dag en uur van het getuigenverhoor zullen worden bepaald,
alle partijenuiterlijk twee weken voor het eerste getuigenverhoor
alle beschikbare bewijsstukkenaan de rechtbank en de wederpartij moeten toesturen,