Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.Het verloop van de procedure
- de dagvaarding met producties 1 tot en met 15;
- het herstelexploot nieuwe dag- en tijdsbepaling;
- de bij schrijven van 11 maart 2021 namens [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] in het geding gebrachte productie 16;
- de bij schrijven van 15 maart 2021 namens [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] in het geding gebrachte productie 17;
- de bij schrijven van 16 maart 2021 namens [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] in het geding gebrachte productie 18;
- de bij schrijven van 27 mei 2021 namens [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] in het geding gebrachte producties 19 tot en met 21;
- de conclusie van antwoord tevens eis in reconventie met producties 1 tot en met 7;
- de mondelinge behandeling, gehouden op 1 juni 2021;
- de pleitnota van de zijde van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] ;
- de pleitnota van de zijde van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] .
2.De feiten
[handelsnaam 3]”, “
[handelsnaam 4]” en – vanaf 1 juli 2020 – “
[handelsnaam 5]”
.Volgens diezelfde inschrijving omvatten de werkzaamheden van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] de bemiddeling bij handel, huur of verhuur van onroerend goed.
[handelsnaam 6]” en “
[handelsnaam 7]”.
[handelsnaam 6]” en “
[handelsnaam 7]”.
[handelsnaam 8]”, “
[handelsnaam 1]”, “
[handelsnaam 9]” en “
[handelsnaam 2]” Op 1 maart 2020 heeft [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] de domeinnaam “ [website 2] ” geregistreerd en op 1 september 2020 de naam “ [website 3] ”
3.Het geschil
i. de woordcombinatie “ [handelsnaam 1] ” als handelsnaam en/of als bestanddeel van zijn handelsnaam;
ii. de handelsnaam “ [handelsnaam 1] ”, “ [handelsnaam 8] ” en/of “ [handelsnaam 2] ”; en/of
iii. van iedere handelsnaam die slechts in geringe mate afwijkt van de handelsnaam “ [handelsnaam 3] ”;
- de woordcombinatie “ [handelsnaam 1] ” en “Wonen” en/of “Woningmakelaar” en/of “Woningmakelaars”
- iedere handelsnaam die slechts in geringe mate afwijkt van de handelsnaam “ [handelsnaam 1] ”;
4.De beoordeling
In conventie en reconventie
aard van beide ondernemingen.”Tot 2015 behoorde het ontplooien van makelaarsactiviteiten naar de eigen stelling van [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] niet tot zijn ondernemingsactiviteiten; voordien verrichte [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] enkel activiteiten op gebieden waarop [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] niet actief was en nog steeds niet is. Pas in 2015 heeft [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] makelaarsactiviteiten aan zijn werkzaamheden toegevoegd en toen ook pas, kon het (mogelijke) gevaar van verwarring bij het publiek in verband met de aard van de ondernemingen ontstaan. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] heeft echter onvoldoende onderbouwd dat en waarom de vorderingen van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] , gerekend vanaf dat moment, zouden zijn verjaard.
activiteitwordt aangeduid en in het tweede geval
degenedie die activiteit uitoefent, zodat een handelsnaam waarin daaraan enkel de naam “ [handelsnaam 1] ” is toegevoegd, verwarrend kan zijn. Dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] als onderdeel van zijn handelsnaam niet de aanduiding “makelaardij” gebruikt, zoals hij stelt, wordt ook weersproken door de verklaring van Funda. Deze organisatie heeft namelijk verklaard dat [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] bij haar geregistreerd staat als “ [handelsnaam 8] ”.
14.387,14;
5.De beslissing
- de handelsnaam “ [handelsnaam 1] ”, “ [handelsnaam 8] ” en/of “ [handelsnaam 2] ”; en/of
- van iedere handelsnaam die slechts in geringe mate afwijkt van de handelsnaam “ [handelsnaam 3] ”;