3.1.[eiser] vordert in kort geding na wijziging van eis - samengevat:
1. [gedaagde] te veroordelen om binnen veertien dagen na dagtekening vonnis, althans binnen twee dagen na betekening van het vonnis, haar volledige medewerking te verlenen aan de verkoop en levering van de woning aan [adres] te [woonplaats 3] door makelaar [naam makelaar] te [vestigingsplaats] voor een bedrag ad € 179.000,-, althans een bedrag dat de makelaar als redelijk acht;
2. [gedaagde] te verplichten het advies van makelaar [naam makelaar] over de laat en biedprijs op te volgen in de breedste zin van het woord; hieronder vallen onder meer de biedingen die op de woning worden gedaan en het ondertekenen van de koopovereenkomst;
3. [gedaagde] te verplichten ermee in te stemmen dat de leveringsakte wordt opgesteld conform hetgeen in de koopovereenkomst is opgenomen, alsmede [gedaagde] te bevelen medewerking te verlenen aan het ondertekenen van de leveringsakte door deze in persoon te ondertekenen en in te stemmen met de benoeming van een notaris door [eiser] , althans een notaris naar keuze van de voorzieningenrechter;
4. te bepalen dat indien [gedaagde] niet op het eerste verzoek van [eiser] haar medewerking verleent, dit vonnis op grond van art. 3:300 lid 2 BW in de plaats zal treden voor een door de notaris op te stellen akte van verdeling en levering met betrekking tot de woning [adres]
te [woonplaats 3] voor zover het betreft het verlenen van toestemming door [gedaagde] ;
5. [eiser] primair te machtigen tot het te gelde maken van de woning [adres] te [woonplaats 3] welke machtiging expliciet dient in te houden dat makelaar [naam makelaar] de vraag- en laatprijs bepaalt, dat [eiser] de koopovereenkomst kan en mag sluiten ter zake de verkoop van de
woning [adres] te [woonplaats 3] , dat [eiser] de woning [adres] te [woonplaats 3] aan koper(s) kan en mag leveren ten overstaan van een door [eiser] aan te wijzen notaris;
6. [gedaagde] te verplichten haar aandeel van de verwachtte restschuld op de rekening van de notaris te voldoen voor de aflossing van de hypotheek bij Hypotrust te Rotterdam op de woning [adres] te [woonplaats 3] ;
7. te bepalen dat [gedaagde] een dwangsom verbeurt van € 500,00 voor iedere dag of een dagdeel dat [gedaagde] in gebreke blijft aan de veroordeling van het in deze te wijzen vonnis te voldoen, tot een maximum van € 30.000,-;
8. [gedaagde] te veroordelen in kosten van dit geding, te vermeerderen met de nakosten.