ECLI:NL:RBLIM:2021:3388

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
14 april 2021
Publicatiedatum
19 april 2021
Zaaknummer
C/03/287671 / HA ZA 21-50
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis inzake inzage in hypothecaire documenten na echtscheiding

In deze zaak, die voor de Rechtbank Limburg is behandeld, betreft het een geschil tussen twee partijen die in Turkije zijn gehuwd en later zijn gescheiden. De eiser in conventie, vertegenwoordigd door advocaat mr. N. Kloth, vordert vervangende toestemming voor de verkoop van een onroerende zaak die deel uitmaakt van de huwelijksgoederengemeenschap. De gedaagde in conventie, vertegenwoordigd door advocaat mr. M. Akça-Altun, heeft een tegenvordering ingesteld en betwist de rechtsgeldigheid van het echtscheidingsconvenant, waarin afspraken zijn gemaakt over de woning.

De rechtbank heeft vastgesteld dat de partijen op 27 september 2002 in gemeenschap van goederen zijn gehuwd en op 24 januari 2008 zijn gescheiden. De onroerende zaak in kwestie is aan de eiser in conventie toegewezen, maar de gedaagde in conventie vordert inzage in documenten met betrekking tot de hypothecaire lening en de verkoop van de woning. De rechtbank oordeelt dat de gedaagde voldoende belang heeft bij inzage in deze documenten, aangezien zij hypothecair debiteur is en aansprakelijk blijft voor eventuele restschulden.

De rechtbank heeft de vordering van de gedaagde toegewezen en de eiser in conventie veroordeeld in de kosten van het incident. De zaak is verwezen naar de rol van 26 mei 2021 voor verdere behandeling in reconventie. Dit vonnis is uitgesproken op 14 april 2021.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Maastricht
zaaknummer: C/03/287671 / HA ZA 21-50
Vonnis in incident van 14 april 2021
in de zaak van
[eiser in conventie, verweerder in reconventie en in het incident],
wonend te [woonplaats 1] ,
eiser in conventie, verweerder in reconventie en in het incident,
advocaat mr. N. Kloth;
tegen:
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie en in het incident],
gedaagde in conventie, eiseres in reconventie en in het incident,
wonende te [woonplaats 2] ,
advocaat mr. M. Akça-Altun.

1.Het verloop van de procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding met vijf producties;
  • de conclusie van antwoord tevens inhoudende eis in reconventie alsmede een vordering op grond van art. 843a Rv (exhibitieplicht) met drie producties;
  • de conclusie van antwoord in incident met productie zes.
1.2.
Ten slotte is bij vervroeging vonnis bepaald in het incident.

2.De vaststaande feiten

2.1
De rechtbank gaat bij de beoordeling van de incidentele vordering uit van de volgende feiten:
a. Partijen zijn op 27 september 2002 in Turkije in gemeenschap van goederen gehuwd en van echt gescheiden in Turkije bij uitspraak van 24 januari 2008.
b. Tot de gemeenschap behoorde de onroerende zaak te [woonplaats 1] aan het adres [adres] (hierna de woning). Partijen zijn hoofdelijk aansprakelijk ter zake de op de woning rustende hypothecaire lening.
c. Het tussen partijen gesloten echtscheidingsconvenant houdt onder meer in (productie 4 dagvaarding in bijgevoegde vertaling):

[eiser in conventie, verweerder in reconventie en in het incident] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie en in het incident] hebben op onderstaande voorwaarde besloten tot scheiden. (…)
4. Het vrijstaande hoekhuis met hypotheek in Nederland (…) zal aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie en in het incident] worden gegeven en werd door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie en in het incident] zonder enige verzoek/recht te eisen aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie en in het incident] geleverd. (…)”.

3.Het geschil

In de hoofdzaak
In conventie
3.1
[eiser in conventie, verweerder in reconventie en in het incident] vordert dat de rechtbank hij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
[eiser in conventie, verweerder in reconventie en in het incident] vervangende toestemming verleent voor de verkoop en overdracht van de onroerende zaak te [woonplaats 1] aan het adres [adres] via een door [eiser in conventie, verweerder in reconventie en in het incident] te bepalen makelaar, waarbij onder verkoop moet worden begrepen het laten vaststellen van een vraag- en laatprijs door de makelaar en het tekenen van een koopcontract door partijen
- te bepalen dat dit vonnis op grond van artikel 3:300 lid 2 BW mede in de plaats zal treden van de door de notaris op te stellen akte van levering met betrekking tot voornoemde onroerende zaak, voor zover het betreft het verlenen van toestemming van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie en in het incident] tot levering;
- [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie en in het incident] veroordeelt in de kosten van deze procedure
[eiser in conventie, verweerder in reconventie en in het incident] stelt hiertoe dat partijen inmiddels zijn gescheiden en dat de woning deel uitmaakt van de te scheiden huwelijksgoederengemeenschap en dat partijen omtrent de woning zijn overeengekomen dat deze aan hem zal worden overgedragen.
In reconventie
3.2
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie en in het incident] vordert dat de rechtbank bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, voor zover de wet zulks toelaat:
1. Voor recht verklaart dat het tussen partijen gesloten echtscheidingsconvenant, voor zover dat (zoals de rechtbank “de” leest) betrekking heeft op de echtelijke woning, staande en
gelegen te [woonplaats 1] aan de [adres] , rechtsgeldig is vernietigd op grond van artikel 3:44 lid 1 jo lid 4 BW;
(als II is vermeld de hierna opgenomen vordering in het incident);
III. bepaalt dat de positieve opbrengst van de verkoop van voornoemde woning, na aftrek van de hypothecaire geldlening en eventuele verkoopkosten, bij helfte tussen partijen wordt verdeeld;
IV. bepaalt dat de waarde van de verzekeringen bij helfte tussen partijen wordt verdeeld;
V. bepaalt dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie en in het incident] wordt ontslagen uit de hoofdelijke aansprakelijkheid met betrekking tot de hypothecaire geldlening;
VI. [eiser in conventie, verweerder in reconventie en in het incident] veroordeelt in de kosten van dit geding.
Zij voert hiertoe aan dat het echtscheidingsconvenant door haar is gesloten onder ontoelaatbare druk (huiselijk geweld) van [eiser in conventie, verweerder in reconventie en in het incident] en dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie en in het incident] daarbij misbruik van omstandigheden heeft gemaakt.
In het incident
3.3
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie en in het incident] vordert in het incident dat de rechtbank bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, voor zover de wet zulks toelaat:
bepaalt dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie en in het incident] op grond van artikel 843a Rv alle stukken betreffende de hypothecaire geldlening (incl. de actuele waarde van de hypotheekschuld), alle verzekeringen die aan de hypotheek zijn gekoppeld met de waarde hiervan en de onderhandse verkoopovereenkomst (inclusief de overdrachtsprijs) dient te overleggen;
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie en in het incident] voert hiertoe aan dat de woning ook op haar naam staat en dat zij daarom in het kader van de scheiding en deling belang heeft bij inzage in de genoemde stukken.
3.4
[eiser in conventie, verweerder in reconventie en in het incident] meent dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie en in het incident] geen belang heeft bij de onderhandse verkoopovereenkomst omdat partijen bij op 24 januari 2008 gesloten echtscheidingsconvenant hebben afgesproken dat de woning aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie en in het incident] zal worden gegeven. Zij heeft geen belang bij dat stuk. Het is hem wat de andere stukken betreft niet duidelijk waarom [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie en in het incident] die niet zelf bij de bank/hypotheekhouder opvraagt.

4.De beoordeling

In het incident

4.1
De twee verweren van [eiser in conventie, verweerder in reconventie en in het incident] treffen geen doel. Alleen al zolang [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie en in het incident] hypothecair debiteur is ter zake de lening, heeft zij er voldoende belang bij om te weten tegen welk bedrag de woning wordt verkocht. Voor een eventuele restschuld blijft zij immers tegenover de (ex-)hypotheekhouder ook aansprakelijk. De eventuele afspraak tussen partijen dat de woning aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie en in het incident] zal worden gegeven, maakt niet dat de hypothecair crediteur zich voor een restschuld niet zou kunnen verhalen op het vermogen van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie en in het incident] .
Het feit dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie en in het incident] een deel van de gevraagde stukken ook bij een ander kan vragen, maakt niet dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie en in het incident] die stukken desgevraagd niet hoeft te verstrekken. De voormalige huwelijksband tussen partijen maakt dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie en in het incident] terecht allereerst de inzage vordert bij haar ex-echtgenoot.
4.2
Gelet op het voorgaande wordt de vordering toegewezen met veroordeling van [eiser in conventie, verweerder in reconventie en in het incident] als de in het ongelijk gestelde partij in de kosten van het incident. De op niets gegronde weigering van [eiser in conventie, verweerder in reconventie en in het incident] om inzage in de betreffende stukken te geven, maakt dat de proceskosten niet worden gecompenseerd. De rechtbank zal ambtshalve bepalen binnen welke termijn [eiser in conventie, verweerder in reconventie en in het incident] de inzage moet verstrekken en dat een kopie van de betreffende stukken volstaat.
In de hoofdzaak
4.3
De zaak wordt verwezen naar de rol van 26 mei 2021 voor conclusie van antwoord in reconventie en opgave verhinderdata voor de bij deze gelaste mondelinge behandeling voor de periode 1 november 2021 tot en met 31 maart 2022;
4.4
Iedere verdere beslissing zal worden aangehouden.

5.De beslissing

De rechtbank:
in het incident
5.1
bepaalt dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie en in het incident] binnen vier weken na betekening van dit vonnis aan hem op grond van artikel 843a Rv alle stukken (in kopie) betreffende de hypothecaire geldlening (incl. de actuele waarde van de hypotheekschuld), alle verzekeringen die aan de hypotheek zijn gekoppeld met de waarde hiervan en de onderhandse verkoopovereenkomst (inclusief de overdrachtsprijs) dient te overleggen;
5.2
veroordeelt [eiser in conventie, verweerder in reconventie en in het incident] in de kosten van het incident, aan de zijde van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie en in het incident] tot op heden begroot op € 563,-;
5.3
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
5.4
wijst af het meer of anders gevorderde;
in de hoofdzaak
5.5
verwijst de zaak naar de rol van
26 mei 2021voor:
- conclusie van antwoord in reconventie zijdens [eiser in conventie, verweerder in reconventie en in het incident] ;
- opgave verhinderdata voor de bij deze gelaste mondelinge behandeling voor de periode 1 november 2021 tot en met 31 maart 2022 zijdens beide partijen;
5.6
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.R. Sijmonsma, rechter, en in het openbaar uitgesproken op 14 april 2021.