ECLI:NL:RBLIM:2021:2549

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
24 maart 2021
Publicatiedatum
24 maart 2021
Zaaknummer
8958774/AZ/21-4 24032021
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontbinding arbeidsovereenkomst wegens verwijtbaar handelen van werknemer in drukkerij

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Limburg op 24 maart 2021 uitspraak gedaan in een ontbindingsverzoek van Moduli Print B.V. tegen haar werknemer, [gedaagde]. De werknemer, werkzaam als drukker, had tijdens een nachtdienst een aantal rollen bedrukt, maar later werd ontdekt dat een door hem bedrukte rol in stukken was verknipt teruggevonden. De werknemer heeft geen openheid van zaken gegeven over deze situatie, wat de kantonrechter als verwijtbaar gedrag heeft gekwalificeerd. Hoewel de kantonrechter erkende dat de werknemer een fout had gemaakt, was er geen sprake van ernstige verwijtbaarheid, omdat niet kon worden aangetoond dat de werknemer opzet had om zijn collega te benadelen. De kantonrechter heeft de arbeidsovereenkomst ontbonden, maar heeft bepaald dat de werknemer recht heeft op een transitievergoeding. De kantonrechter oordeelde dat de werknemer niet ernstig verwijtbaar had gehandeld, omdat er geen bewijs was dat hij opzettelijk zijn collega wilde schaden. De ontbinding van de arbeidsovereenkomst gaat in per 1 mei 2021, en de werknemer wordt veroordeeld in de proceskosten.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Roermond
Zaaknummer: 8958774 \ AZ VERZ 21-4
Beschikking van de kantonrechter van 24 maart 2021
in de zaak van:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid MODULI PRINT B.V.,
gevestigd te Beegden,
werkgever
gemachtigde mr. F.J. van Wijk,
verzoekende partij in het verzoek,
tegen:
[gedaagde],
wonend [adres] ,
[plaats] ,
werknemer
gemachtigde mr. M.A.H.H. Ceelen,
verwerende partij in het verzoek.
Partijen zullen hierna Moduli Print en [gedaagde] worden genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het op 6 januari 2021 ter griffie ontvangen verzoekschrift
- het verweerschrift
- de nader ingezonden producties aan de zijde van Moduli Print
- de mondelinge behandeling d.d. 24 februari 2021
- de namens Moduli Print overgelegde pleitnota
1.2.
Daarna is beschikking bepaald.

2.De feiten

2.1.
[gedaagde] , geboren op [geboortedatum] 1961, is op 14 september 2015 bij Moduli Print in dienst getreden en vervult thans de functie van Offsetrotatieformulierdrukker tegen een loon van € 2.954,12 bruto per maand, exclusief vakantiebijslag, ploegentoeslag en overige emolumenten. Op de arbeidsovereenkomst is de cao voor Grafimedia van toepassing.
2.2.
Moduli Print is een gespecialiseerde drukkerij en legt zich toe op het printen van formulieren. Een deel van de werkzaamheden betreft het bedrukken van ingekochte rollen en deze voorzien van perforatieranden.
2.3.
De procedure voor het correct bedrukken van die rollen, is vastgelegd in het proceshandboek van Moduli Print. De procedure houdt, samengevat weergegeven het volgende in.
2.3.1.
Alvorens te starten met de werkzaamheden dient de drukker de drukpers op de juist wijze in te stellen. Nadat dit is gebeurd, dient de drukker te controleren aan de hand van de orderzak, een drukmodel of een door de klant gewenste proefdruk, of de instellingen juist zijn. De proefdruk dient ter beoordeling te worden voorgelegd aan een collega-drukker en deze controleert of er eventueel correcties nodig zijn. Indien blijkt dat de modeldruk of proefdruk overeenkomt met de eisen van de orderzak en/of het model van de klant, dan geeft die collega-drukker toestemming voor het bedrukken van de rollen. De collega-drukker tekent dit aan op een kwaliteitscontrolekaart door daarop een controleparaaf te plaatsen.
2.3.2.
Tijdens het bedrukken dient de drukker, conform het proceshandboek, de uitvoering te monitoren door te controleren of de kwaliteit van de bedrukking is gewaarborgd. Als de rol is bedrukt, wordt deze gekenmerkt door met een stift een pijl te tekenen in de afwikkelrichting. Iedere drukker krijgt voor de aanvang van de dienst een eigen kleur stift.
2.3.3.
De drukker vult vervolgens de kwaliteitscontrolekaart verder in en geeft daarbij aan welke rolnummers door hem in welke dienst zijn bedrukt en hoeveel formulieren zijn bedrukt. Als het bedrukken helemaal is voltooid, noteert de drukker het geproduceerd aantal formulieren, de productiedatum en eventuele bijzonderheden op de orderzak. De orderzak wordt samen met de kwaliteitscontrolekaart, de drukmodellen en/of proefdruk, ingeleverd bij de bedrijfsleider.
2.3.4.
Indien blijkt dat de bedrukte rollen afwijkingen bevatten, dient de drukker de bedrijfsleider hierover te informeren. Producten die niet conform de normen zijn geproduceerd, dienen door de machinevoerder geblokkeerd te worden.
2.4.
[gedaagde] heeft dit handboek met voornoemde procesbeschrijving in 2015 en 2018 ontvangen.
2.5.
Op 8 april 2019 is [gedaagde] door zijn leidinggevende, [naam leidinggevende] , erop aangesproken dat [gedaagde] op 5 april 2019 een drietal rollen onjuist heeft bedrukt.
2.6.
Van 3 tot 5 november 2020 is bij Moduli Print gewerkt aan een order van Drescher Full-Servie Versand GmbH (hierna: Drescher). Het betrof een order waarbij 26 rollen moesten worden bewerkt, op speciaal daarvoor aangeschaft papier, namelijk Mondi DNS HSi CF Inkjet FSCmix.
De rollen zijn in vier shifts en door drie drukkers bewerkt:
  • dienst 1: 3 november 2020 van 14.15 tot 22.15 door [naam collega 1] , rol 1 tot en met 4
  • dienst 2: 3 november 2020 van 22.15 tot 06.15 door [gedaagde] , rol 5 tot en met 12
  • dienst 3: 4 november 2020 van 06.15 tot 14.15 door [naam collega 2] , rol 13 tot en met 20
  • dienst 4: 4 november 2020 van 22.15 tot 06.15 door [gedaagde] , rol 21 tot en met 26
2.7.
[naam collega 2] heeft op 4 november 2020 de door hem bedrukte rollen gemarkeerd met een rode pijl. [gedaagde] heeft de rollen die hij heeft bedrukt gemarkeerd met een blauwe pijl.
2.8.
Op 5 november 2020 is geconstateerd dat er van de order van Drescher in plaats van 26 slechts 25 rollen in het magazijn aanwezig waren. [gedaagde] heeft desgevraagd per Whatsapp laten weten dat de rollen die hij bedrukt had in het magazijn heeft gezet en dat het aantal bedrukte rollen juist was. Door [naam leidinggevende] is in het magazijn echter vastgesteld dat rolnummer 14 leek te ontbreken. In een container is het rol- en kernetiket van rolnummer 14 aangetroffen. In een andere perscontainer werd vervolgens een in stukken gesneden rol aangetroffen die bij de order van Drescher hoorde. Uit de wikkels van de rol bleek dat het ging om rolnummer 23. Bij bestudering van de wikkels, was te zien dat het perforeren van de rol niet op de juiste wijze was verricht zodat op verschillende plaatsen zogenoemde pinfeedresten waren achtergebleven. De rol met rolnummer 23 die in het magazijn stond, was voorzien van twee pijlen, een rode en een blauwe pijl.
2.9.
Op 9 november 2020 heeft tussen [naam leidinggevende] en [gedaagde] een gesprek plaatsgevonden over voornoemde constateringen. [gedaagde] gaf aan niets te maken te hebben met de in stukken gesneden rolnummer 23 of de weggegooide rol- en kernetiket horende bij rolnummer 14. Hij kon ook geen verklaring geven voor de situatie.
2.10.
[gedaagde] is per 11 november 2020 op non-actief gesteld, in afwachting van een nader door Moduli Print uit te voeren onderzoek naar de gebeurtenissen met betrekking tot de order van Drescher.
2.11.
Op 24 november 2020 heeft wederom een gesprek plaatsgevonden in aanwezigheid van [naam leidinggevende] , de directeur van Moduli Print en [gedaagde] . [gedaagde] is wederom gevraagd naar de ontbrekende rol en naar een verklaring waarom een door hem bedrukte rol in stukken gesneden in een container is gevonden. [gedaagde] had hier geen verklaring voor en evenmin kon hij verklaren waarom op rol 23 twee pijlen waren getekend.
2.12.
Moduli Print heeft vervolgens dit ontbindingsverzoek ingediend.

3.Het geschil

3.1.
Moduli Print verzoekt de tussen haar en [gedaagde] bestaande arbeidsovereenkomst te ontbinden op grond van artikel 7:671b lid 1, onderdeel b, in verbinding met artikel 7:669 lid 3, onderdeel e Burgerlijk Wetboek (hierna: BW), primair zonder inachtneming van de opzegtermijn en zonder toekenning van een transitievergoeding en subsidiair met inachtneming van de opzegtermijn en toekenning van de transitievergoeding maar zonder toekenning van een billijke vergoeding.
3.2.
[gedaagde] voert verweer.
3.3.
Op de stellingen van partijen zal hierna, voor zover van belang, nader worden ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
De kantonrechter stelt allereerst vast dat niet is gebleken dat het onderhavige verzoek verband houdt met een opzegverbod als bedoeld in artikel 7:670, leden 1 tot en met 4 en 10 van het BW, of enig ander verbod tot opzegging van de arbeidsovereenkomst. Weliswaar heeft [gedaagde] zich op 24 november 2020 ziekgemeld, maar gebleken is dat er geen sprake was van arbeidsongeschiktheid. Derhalve komt de kantonrechter toe aan een inhoudelijke beoordeling van het verzoek.
4.2.
De kantonrechter stelt bij de beoordeling voorop dat uit artikel 7:669 lid 1 BW in verbinding met artikel 7:671b lid 1 BW volgt dat de arbeidsovereenkomst alleen kan worden ontbonden indien daar een redelijke grond voor is en herplaatsing van [gedaagde] binnen een redelijke termijn niet mogelijk is of niet in de rede ligt. In artikel 7:669 lid 3 BW is nader omschreven wat onder een redelijke grond moet worden verstaan. Bij regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 23 april 2015 (Stcrt. 2015/12685) zijn daarvoor nadere regels gesteld (Ontslagregeling).
4.3.
Moduli Print verzoekt ontbinding van de arbeidsovereenkomst op grond van artikel 7:669 lid 3 onderdeel e BW en stelt ter onderbouwing van het verzoek dat duidelijk is dat [gedaagde] de rol met nummer 23 onjuist heeft bewerkt en dat hij vervolgens heeft geprobeerd dit te verbergen.
Uit het niet juist bewerken van de rol, blijkt dat [gedaagde] zich niet heeft gehouden aan de procedure zoals beschreven in het proceshandboek. Hij heeft een fout gemaakt. Vervolgens heeft hij de situatie vele malen erger gemaakt door dat niet te melden bij zijn leidinggevende en de fout te proberen te verhullen. Dat heeft hij gedaan door een rol te nemen die door een collega was bewerkt, namelijk de rol met nummer 14 uit de ‘run’ van [naam collega 2] , daarop ‘zijn’ rolnummer 23 te plaatsen alsmede een pijl met ‘zijn’ kleur, blauw, en de eigen rol met nummer 23 te vernietigen. Met deze handelswijze tracht [gedaagde] de schuld op een collega af te wentelen, hetgeen Moduli Print hem zeer kwalijk neemt. Het handelen in strijd met het proceshandboek alsmede het op deze wijze verbergen van zijn fout acht Moduli Print ernstig verwijtbaar.
4.4.
[gedaagde] ontkent en betwist dat hij rolnummer 23 verkeerd heeft bewerkt en dat feit op de hiervoor beschreven wijze heeft geprobeerd te verhullen. [gedaagde] meent Moduli Print nalaat om een gedegen onderzoek te verrichten naar alternatieve oorzaken voor het ontbreken van een rol.
Zo heeft Moduli Print er geen acht op geslagen dat op de Kwaliteitscontrolekaarten alle rollen een (tweede) collegiale controleparaaf hebben gekregen, hetgeen er op wijst dat alle 26 rollen vooraf zijn gecontroleerd. Ook na afloop van de drukwerkzaamheden is op de Kwaliteitscontrolekaart een ‘v’ voor afgevinkt geplaatst. Dit afvinken gebeurt door de magazijn chef of door [naam collega 3] en gebeurt alleen als de order gereed is en akkoord is bevonden. Duidelijk blijkt uit de controlekaart dat er is afgevinkt zodat geen andere conclusie kan worden getrokken dat op 5 november 2011 alle 26 rollen van de Drescher-order aanwezig waren.
Wat betreft de stelling dat [gedaagde] de rolnummers van rollen 14 en 23 met elkaar zou hebben verwisseld, merkt [gedaagde] op dat niet blijkt dat op de oorspronkelijke rol 14 een rode pijl stond. Op de overgelegde foto blijkt het om een zwarte pijl te gaan en bovendien staat die pijl op de zijkant van de rol hetgeen een volstrekt onlogische plek is. Niet is onderzocht hoe dit kan worden verklaard. Ook wijst [gedaagde] erop dat niet volcontinue aan de order is gewerkt. Mogelijk dat in de tijd dat niet aan de order is gewerkt, iets met de rollen is gebeurd, maar Moduli Print laat na dit te onderzoeken. Tot slot stelt [gedaagde] dat een rol ruim 400 kilo weegt en het haast onmogelijk is om een dergelijke rol ongezien te versnijden. Er waren tijdens de bewuste nachtdienst van 4 november 2020 meerdere drukkers aan het werk. Het zou dan ook onmogelijk zijn om ongezien een dergelijke rol te versnijden en elders weg te gooien.
4.5.
De kantonrechter stelt voorop dat ook bij een ontbindingsverzoek de bewijsregels van toepassing zijn en dat aan een ontbindingsverzoek ten grondslag liggende feiten en omstandigheden moeten zijn gesteld en, bij voldoende gemotiveerde betwisting door de werknemer, moeten worden bewezen. Het gaat er dan niet om dat te bewijzen feiten en omstandigheden onomstotelijk vast staan, maar die feiten en omstandigheden moeten wel voldoende aannemelijk worden. Zie in dit verband een beschikking van de Hoge Raad, d.d. 16 februari 2018 (ECLI:NL:HR:2018:182).
4.6.
In deze zaak staat vast, althans dit is niet gemotiveerd betwist, dat rolnummer 14 behorende bij de Drescher-order door [naam collega 2] is bewerkt tijdens zijn dienst van 4 november 2020. Deze dienst heeft plaatsgevonden voorafgaand aan de dienst van [gedaagde] . Deze rol is ook afgevinkt op de kwaliteitskaart. Bovendien is niet betwist dat [naam collega 2] in die dienst met een rode stift heeft gewerkt.
Verder staat vast dat rolnummer 21 tot en met 26, dus ook de litigieuze rol nummer 23 behorende bij de Drescher-order, door [gedaagde] zijn bewerkt. [gedaagde] heeft die dienst met een blauwe stift gewerkt. Ook is vastgesteld dat rolnummer 23 is versnipperd/ versneden en dat hier bewerkingsfouten op zijn aangetroffen. Tot slot stelt de kantonrechter vast dat niet is weersproken dat het rol- en kernetiket van rolnummer 14 is verwijderd en is teruggevonden in een afvalcontainer en dat de rol- en etiketnummer van rol 23 op de oorspronkelijke rol 14 zijn geplaatst.
4.7.
De kantonrechter is van oordeel dat door Moduli Print voldoende aannemelijk is gemaakt dat [gedaagde] een fout heeft gemaakt. ‘Zijn’ rol 23 is immers met bewerkingsfouten teruggevonden. [gedaagde] heeft niet uitgelegd hoe iemand anders rol 23 uit zijn ‘run’ foutief zou hebben kunnen bewerken.
De enig logische verklaring is vervolgens dat rol 23 is vervangen door rol 14 uit de ‘run’ van [naam collega 2] . Waarom iemand anders dan [gedaagde] dat zou doen is evenmin overtuigend verklaard.
Dat zowel de rollen 14 en 23 op de kwaliteitskaart zijn afgevinkt zegt in dit verband niets. Rol 14 is immers eerst door [naam collega 2] op correcte wijze bewerkt en dus afgevinkt en daarna is rol 14, maar nu door [gedaagde] vernummerd naar rol 23, nogmaals afgevinkt op de kwaliteitskaart van [gedaagde] .
Dat er per saldo één rol te weinig staat in het magazijn komt op deze wijze ook niet aan het ligt bij het bestuderen van de kwaliteitskaart. Dat valt pas op als de fysiek in het magazijn aanwezige rollen worden geteld.
4.8.
Het maken van een fout is menselijk en dat verwijt Moduli Print [gedaagde] niet. Het verwijt dat [gedaagde] wordt gemaakt is dat hij niet heeft gehandeld conform het proceshandboek en zijn fout niet heeft gemeld maar heeft getracht om die fout te verhullen. Daarbij wordt de schuld in de schoenen van een collega geschoven omdat bij een eerste controle zal blijken dat rol 14, bewerkt door [naam collega 2] , ontbreekt. [gedaagde] heeft geen openheid van zaken gegeven, ook niet nadat hij hiernaar was gevraagd. Met Moduli Print is de kantonrechter van oordeel dat dit een zodanig verwijtbare handeling betreft dat van Moduli Print niet kan worden verlangd de arbeidsovereenkomst te laten voortduren.
4.9. Anders dan Moduli Print heeft betoogd, is de kantonrechter niet van oordeel dat het handelen van [gedaagde] als
ernstigverwijtbaar moet worden gekwalificeerd. Daarbij is van doorslaggevend belang dat de kantonrechter niet de overtuiging heeft gekregen dat [gedaagde]
de opzetheeft gehad om zijn collega te benadelen. Het ligt meer voor de hand dat [gedaagde] , tegen de achtergrond van hem gemaakte verwijten in het verleden, deze fout heeft willen verbergen. Niet dat hij er op uit was om een collega te beschadigen. Zou [gedaagde] wel zijn collega willens en wetens hebben willen beschadigen, dan zou de kantonrechter dat als ernstig verwijtbaar hebben beschouwd maar zoals gezegd, daarvan is niet gebleken.
4.10.
Gelet op het voorgaande is de kantonrechter van oordeel dat de door Moduli Print naar voren gebrachte feiten en omstandigheden een redelijke grond opleveren voor ontbinding, zoals bedoeld in artikel 7:669 lid 3, onderdeel e BW. Het is de kantonrechter verder gebleken dat herplaatsing van [gedaagde] binnen een redelijke termijn, al dan niet met behulp van scholing, in een andere passende functie niet mogelijk is en evenmin in de rede ligt.
4.11.
De conclusie is dat de kantonrechter het verzoek van Moduli Print Print zal toewijzen en dat de arbeidsovereenkomst met toepassing van artikel 7:671b lid 8, onderdeel a, BW zal worden ontbonden met ingang van 1 mei 2021. Dat is de datum waarop de arbeidsovereenkomst bij regelmatige opzegging zou zijn geëindigd, verminderd met de duur van deze procedure, een en ander met behoud van een termijn van ten minste één maand.
4.12.
Moduli Print Print heeft verzocht om bij de ontbinding van de arbeidsovereenkomst geen transitievergoeding aan [gedaagde] toe te kennen. Dit deel van het verzoek wordt afgewezen Uit artikel 7:673 lid 1 BW volgt dat Moduli Print Print aan [gedaagde] een transitievergoeding verschuldigd is indien - kort gezegd - de arbeidsovereenkomst op verzoek van Moduli Print is ontbonden. Aan deze voorwaarde is voldaan. Enkel als sprake is van ernstig verwijtbaar handelen, geldt ingevolge artikel 7:673 lid 7 onderdeel c dat geen transitievergoeding is verschuldigd. Nu reeds hiervoor is geoordeeld dat van ernstige verwijtbaarheid geen sprake is, is Moduli Print gehouden aan [gedaagde] de wettelijke transitievergoeding te voldoen. Nu echter geen verzoek tot toekenning is ingediend, volstaat de kantonrechter met deze enkele vaststelling.
4.13.
[gedaagde] zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de proceskosten. De kosten aan de zijde van Moduli Print worden tot op heden begroot op:
- griffierecht € 126,00
- salaris gemachtigde
€ 720,00Totaal € 846,00

5.De beslissing

De kantonrechter
5.1.
ontbindt de arbeidsovereenkomst tussen partijen met ingang van 1 mei 2021,
5.2.
stelt vast dat Moduli Print de wettelijke transitievergoeding aan [gedaagde] is verschuldigd,
5.3.
veroordeelt [gedaagde] in de proceskosten, aan de zijde van Moduli Print tot op heden begroot op € 846,00,
5.4.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
5.5.
wijst het meer of anders verzochte af.
Deze beschikking is gegeven door mr. R.A.J. van Leeuwen en in het openbaar uitgesproken.
type: SM
coll: