Uitspraak
Rechtbank Limburg
1.Het verdere verloop van de procedure
28 januari 2021;
Rechtbank Limburg
In deze zaak heeft de Rechtbank Limburg op 28 januari 2021 een beschikking gegeven inzake de beëindiging van het gezamenlijk gezag van de ouders over hun minderjarige kind. De moeder, bijgestaan door haar advocaat mr. J.E.A.H. Verstraelen, verzocht de rechtbank om het gezamenlijk gezag te beëindigen, omdat de vader sinds juli 2019 geen contact meer had gehad met de moeder of het kind en volledig onbereikbaar was. De vader, die in Roemenië woont, had in eerdere e-mails aangegeven afstand te doen van het gezag, maar was niet aanwezig bij de mondelinge behandeling. De rechtbank oordeelde dat de vader voldoende op de hoogte was van de procedure en de inhoud van het verzoek, ondanks zijn afwezigheid.
De rechtbank heeft vastgesteld dat er sprake is van een wijziging van omstandigheden, aangezien de vader zijn rol als gezaghebbende ouder niet vervulde en de moeder feitelijk alleen het gezag uitoefende. De rechtbank benadrukte dat gezamenlijke gezagsuitoefening het uitgangspunt is, maar dat in dit geval de omstandigheden het noodzakelijk maakten om het gezag te wijzigen. De rechtbank heeft het verzoek van de moeder toegewezen en bepaald dat zij voortaan alleen het gezag over de minderjarige uitoefent. Tevens is de griffier opgedragen om een afschrift van de beschikking naar het centrale gezagsregister te sturen.