Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.De procedure
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
- dagvaarding € 105,09
- griffierecht 124,00
- salaris gemachtigde 0
Rechtbank Limburg
In deze zaak vordert de apotheek, vertegenwoordigd door E.A.P. van Lith, betaling van een bedrag van € 70,82 van gedaagde, die in persoon procedeert. De vordering is gebaseerd op een koopovereenkomst voor medicijnen die aan gedaagde zijn verstrekt, maar niet zijn betaald. Gedaagde heeft het medicijn Paroxetine ontvangen, maar verzocht om het merkmedicijn van Sandoz, dat hij eerder gebruikte. De apotheek heeft hem geïnformeerd dat dit medicijn niet vergoed werd door de zorgverzekeraar. Gedaagde heeft de facturen van de apotheek, ter waarde van € 22,22, niet voldaan en is door de apotheek aangemaand tot betaling. Gedaagde stelt dat er een medische noodzaak is voor het merkmedicijn en dat dit volledig vergoed wordt door zijn zorgverzekering. De kantonrechter oordeelt dat gedaagde niet heeft betwist dat de apotheek de medicijnen heeft verstrekt en dat hij gehouden is de kosten te betalen. De kantonrechter wijst de vordering van de apotheek toe, inclusief wettelijke rente en buitengerechtelijke kosten, en veroordeelt gedaagde in de proceskosten. Het vonnis is uitgesproken op 25 november 2020.