Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.Onderzoek van de zaak
2.De tenlastelegging
3.De beoordeling van het bewijs
financieel jaarverslag van 2018 genaamd "Realisatie [Naam politieke partij] 2018", valselijk heeft
opgemaakt door voornoemd geschrift op te maken en hierin te vermelden dat er op
4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van de verdachte
6.De straf
7.De benadeelde partij en de schadevergoedingsmaatregel
8.De wettelijke voorschriften
9.De beslissing
- verklaart het tenlastegelegde bewezen zoals hierboven onder 3.4 is omschreven;
- spreekt de verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
- verklaart dat het bewezenverklaarde de strafbare feiten oplevert zoals hierboven onder 4. is omschreven;
- verklaart de verdachte strafbaar;
- veroordeelt de verdachte tot
- bepaalt dat de straf niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, omdat de veroordeelde voor het einde van een proeftijd van 3 jaren zich aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt dan wel de hierna te noemen bijzondere voorwaarden niet heeft nageleefd;
- stelt de volgende bijzondere voorwaarden, waaraan de veroordeelde gedurende de proeftijd heeft te voldoen:
- geeft aan de reclassering de opdracht als bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden;
- voorwaarden daarbij zijn dat de veroordeelde gedurende de proeftijd:
- veroordeelt de verdachte voor tot
- beveelt dat indien de veroordeelde de taakstraf niet naar behoren verricht, vervangende hechtenis zal worden toegepast van 60 dagen;
- wijst de vordering van benadeelde partij de politieke partij [Naam politieke partij] , gevestigd te Stein toe en veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij een bedrag van € 27.445, 51 te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 27 september 2019 tot aan de dag van de volledige voldoening;
- veroordeelt de verdachte in de kosten door de benadeelde partij in het kader van deze procedure gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, begroot tot heden op nihil;
- bepaalt dat, indien volledig verhaal niet mogelijk blijkt, gijzeling kan worden toegepast voor de duur van 172 dagen, met dien verstande dat de gijzeling de betalingsverplichting niet opheft;
- bepaalt dat, in zoverre de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat, de verplichting tot betaling aan de politieke partij [Naam politieke partij] in zoverre komt te vervallen en andersom dat, in zoverre de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de politieke partij [Naam politieke partij] , de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.