Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.De procedure
2.De beoordeling
- explootkosten € 332,83
- griffierecht € 304,00
- salaris gemachtigde
- dagvaarding € 102,95
- griffierecht € 0,00
- salaris gemachtigde €
Rechtbank Limburg
In deze civiele procedure, behandeld door de kantonrechter van de Rechtbank Limburg op 28 oktober 2020, is eiseres, vertegenwoordigd door Vaessen Gerechtsdeurwaarders B.V., in een zaak tegen gedaagde partij, die in persoon procedeerde, een vordering tot betaling van beslagkosten aanhangig gemaakt. De gedaagde partij heeft na het verkrijgen van uitstel niet meer gereageerd op de dagvaarding, waardoor de vordering van de eiseres als niet weersproken vaststaat. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de vordering met betrekking tot de beslagkosten, conform artikel 706 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, toewijsbaar is. De beslagkosten zijn begroot op een totaalbedrag van € 846,83, bestaande uit explootkosten, griffierecht en salaris van de gemachtigde.
De kantonrechter heeft in zijn beslissing gedaagde partij veroordeeld om aan eiseres een bedrag van € 2.968,13 te betalen, vermeerderd met wettelijke rente over een deel van dit bedrag vanaf 14 augustus 2020. Daarnaast is gedaagde partij veroordeeld in de beslagkosten en de kosten van de procedure, die aan de zijde van eiseres zijn begroot op € 312,95. Het meer of anders gevorderde is afgewezen. Dit vonnis is openbaar uitgesproken door mr. R.H.J. Otto.