In deze zaak vordert de man de afgifte van goederen die op een lijst van "ontbrekende goederen" staan, waaronder Albelli fotoalbums. De man en de vrouw zijn ex-echtgenoten en hebben eerder in een echtscheidingsprocedure over deze goederen gediscussieerd. De rechtbank heeft op 8 november 2018 in een beschikking bepaald dat de inboedel, inclusief de fotoalbums, aan de man kan worden toebedeeld zonder dat de waarde ervan met de vrouw hoeft te worden verrekend. De vrouw heeft echter betwist dat de fotoalbums nog in haar bezit zijn, en de man heeft in hoger beroep geen bewijs kunnen leveren dat de albums bij de vrouw zijn.
De kantonrechter oordeelt dat de vordering van de man afstuit op artikel 236 Rv, dat bepaalt dat beslissingen die in kracht van gewijsde zijn gegaan, bindend zijn in een ander geding tussen dezelfde partijen. Aangezien er al eerder over de afgifte van de fotoalbums is beslist, kan deze kwestie niet opnieuw ter discussie worden gesteld. De kantonrechter wijst de vorderingen van de man af en veroordeelt hem in de proceskosten, die aan de zijde van de vrouw op nihil worden begroot.