Uitspraak
RECHTBANK limburg
[naam] , te [woonplaats] , verzoeker
de burgemeester van de gemeente Sittard-Geleen, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
.De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 16 september 2020.
Rechtbank Limburg
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Limburg op 16 september 2020 uitspraak gedaan over een verzoek om voorlopige voorziening in het kader van een bestuursrechtelijke procedure. Verzoeker, de bewoner van een woning, had bezwaar gemaakt tegen een besluit van de burgemeester van Sittard-Geleen, dat hem gelastte de woning te sluiten voor de duur van drie maanden op basis van de Opiumwet. Dit besluit volgde op een melding van de brandweer, die in de woning goederen had aangetroffen die duiden op de aanwezigheid van een hennepplantage. Verzoeker ontkende dat er een hennepplantage in zijn woning was en voerde aan dat de aangetroffen hennepresten niet waren onderzocht, waardoor de conclusie dat er hennep aanwezig was, onterecht was.
De voorzieningenrechter overwoog dat de bestuurlijke rapportage niet voldoende bewijs bood voor de aanwezigheid van hennep, omdat er geen MMC-test was uitgevoerd en er onduidelijkheid bestond over de hoeveelheid en locatie van de aangetroffen hennep. Bovendien was er geen bewijs dat de aangetroffen goederen daadwerkelijk duidden op een hennepplantage. De voorzieningenrechter concludeerde dat verzoekers bezwaar tegen de bevoegdheid van de burgemeester een redelijke kans van slagen had en besloot het verzoek om voorlopige voorziening toe te wijzen. Het primaire besluit werd geschorst tot zes weken na de beslissing op bezwaar, en de burgemeester werd opgedragen het griffierecht en de proceskosten van verzoeker te vergoeden.
Deze uitspraak benadrukt het belang van voldoende bewijs in bestuursrechtelijke procedures, vooral in zaken die betrekking hebben op de Opiumwet. De voorzieningenrechter nam in overweging dat de belangen van verzoeker, die onder andere een ggz-indicatie had en niet in staat was om een hennepplantage op te zetten, ook meegewogen moesten worden in de beslissing.