Op 1 juli 2020 heeft de Rechtbank Limburg in Maastricht een vonnis gewezen in een civiele zaak tussen Metroprop BV en Stichting tot Behoud van de Monumenten Laurentius en Petronella als eiseressen, en de Gemeente Heerlen en Weller Vastgoed Ontwikkeling BV als gedaagden. De zaak betreft een incidentele vordering ex artikel 843a Rv, waarbij de eiseressen inzage vorderen in de Ontwikkelings- en Realisatieovereenkomst Maankwartier Heerlen en de Uitwerkingsovereenkomst. De rechtbank heeft vastgesteld dat de eiseressen gegronde redenen hebben om aan te nemen dat de door Weller betaalde som voor het onderopstalrecht te hoog is, en dat er mogelijk sprake is van illegale staatssteun. Echter, de rechtbank oordeelt dat de vordering niet kan worden toegewezen, omdat de eiseressen onvoldoende concrete feiten hebben aangedragen die hun vordering onderbouwen. De rechtbank wijst de vordering af en veroordeelt de eiseressen in de kosten van het incident, begroot op € 543,- aan de zijde van zowel de Gemeente als Weller. De zaak wordt verwezen naar de rol van 15 juli 2020 voor verdere behandeling in de hoofdzaak.