Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.De verdere procedure
- het tussenvonnis van 21 augustus 2019;
- de conclusie van antwoord in reconventie;
- het proces-verbaal van comparitie van 19 december 2019;
- de door beide partijen genomen aktes omtrent voort procederen.
2.De feiten
Uit de meetresultaten kan worden opgemaakt dat ventilator 1 maatgevend is voor de geluidniveaus in de woning. Gesteld kan worden dat het in bedrijf zijn van ventilator 1 resulteert in een forse overschrijding van de maximale grenswaarden uit het Activiteitenbesluit van 11 dB in de dagperiode, 16 dB in de avondperiode en 21 dB in de nachtperiode. Afhankelijk van de bedrijfstijd zal ook ten aanzien van de langtijdgemiddelde beoordelingsniveaus sprake zijn van een (forse) overschrijding.
Bij de overkapping in de achtertuin ruik ik 10 minuten een geur/stank waar. Geur waarneming van 0 t/m 10 valt overlast tussen 6 en 7.
De ventilators zijn door dhr. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] stil gezet waardoor de rook en geur met de windrichting mee waait die over de woning en tuin van de klager dhr. en mevr. [gedaagde in conventie, eiser in reconventie] . woning trekt. Op verschillende plaatsen bij de overkapping en in de achtertuin ruik ik gedurende 10 minuten een geur/stank waar. Geur waarneming van 0 t/m 10 valt overlast tussen 6 en 7.”
3.Het geschil in conventie en in reconventie
4.De beoordeling
De eigenaar van een erf mag niet in een mate of op een wijze die volgens artikel 162 van Boek 6 onrechtmatig is, aan eigenaars van andere erven hinder toebrengen zoals door het verspreiden van rumoer, trillingen, stank, rook of gassen, door het onthouden van licht of lucht of door het ontnemen van steun.”