Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
STICHTING IN DE ROODEN LEEUW,
1.De procedure
- de dagvaarding van 4 december 2019 met 10 producties
- de door [eiseres] nagezonden productie 11
- de door de Stichting ingezonden producties 1 tot en met 8
- de mondelinge behandeling op 9 januari 2020
- de pleitnota van de Stichting.
2.De feiten
[naam 1] , [naam 2] en [naam 3] aanwezig. Deze advocaat heeft [eiseres] meegedeeld dat zij, nu zij was voorgedragen voor ontslag, geen stemrecht had. [eiseres] en [naam 4] hebben die stelling bestreden en de vergadering verlaten. De op de vergadering overgebleven personen hebben gestemd, namelijk vóór het ontslag van [eiseres] . Op 30 oktober 2019 heeft de Kamer van Koophandel [eiseres] bericht dat in het register van de Kamer van Koophandel geregistreerd is dat zij per 29 oktober 2019 uitgetreden is als bestuurder.
3.Het geschil
4.De beoordeling
980,00