In deze zaak heeft de Rechtbank Limburg op 21 oktober 2019 een vonnis gewezen in een kort geding tussen Bronsheim Beheer B.V. en een gedaagde partij, die een bedrijfsruimte en appartement huurde. Bronsheim vorderde ontruiming van het gehuurde en betaling van een huurachterstand van € 16.520,00, vermeerderd met rente en buitengerechtelijke kosten. De gedaagde partij betwistte de vorderingen en stelde dat de huurachterstand minder dan drie maanden bedroeg, maar de kantonrechter oordeelde dat de gedaagde in verzuim was en de huurachterstand meer dan drie maanden bedroeg. De kantonrechter wees de vorderingen van Bronsheim toe, inclusief de ontruimingstermijn van veertien dagen na betekening van het vonnis. Tevens werd de gedaagde veroordeeld tot betaling van de huurachterstand, buitengerechtelijke incassokosten en proceskosten. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard.