ECLI:NL:RBLIM:2019:8166

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
27 augustus 2019
Publicatiedatum
9 september 2019
Zaaknummer
03/095661-19
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Gevangenisstraf en geldboete opgelegd voor drugshandel en wapenbezit na doorzoeking woning

In deze strafzaak, behandeld door de Rechtbank Limburg op 27 augustus 2019, is de verdachte, geboren in 1988 en verblijvende in P.I. de Geerhorst, aangeklaagd voor het opzettelijk aanwezig hebben van een aanzienlijke hoeveelheid verdovende middelen, een vuurwapen en valse bankbiljetten. De zaak kwam aan het licht na een doorzoeking van de woning van de medeverdachte, waar de politie op 5 februari 2019 onder andere 6,840 kilogram MDMA en 11,487 kilogram amfetamine aantrof. De verdachte werd bijgestaan door zijn advocaat, mr. P.W. Szymkowiak, en de zaak werd inhoudelijk behandeld op 13 augustus 2019.

De rechtbank oordeelde dat de verdachte wetenschap had van de aanwezigheid van de drugs in de woning van zijn moeder, mede op basis van getuigenverklaringen en app-berichten. De verdachte ontkende echter dat de drugs van hem waren en voerde aan dat anderen toegang hadden tot de woning. De rechtbank achtte de verklaringen van de officier van justitie overtuigend en oordeelde dat de verdachte verantwoordelijk was voor de aangetroffen verdovende middelen.

Naast de drugs werd ook een revolver met bijbehorende munitie aangetroffen in een viskoffer, onder valse bankbiljetten. De rechtbank oordeelde dat de verdachte ook wetenschap had van het wapen en de munitie, aangezien deze onder het valse geld lagen dat hij zelf had opgeborgen. De verdachte werd uiteindelijk veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier jaar en een geldboete van € 15.000, waarbij de rechtbank de ernst van de feiten en de betrokkenheid van de verdachte bij de criminele activiteiten zwaar meeweegt.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Zittingsplaats Maastricht
Strafrecht
Parketnummer: 03.095661.19
Tegenspraak
Vonnis van de meervoudige kamer d.d. 27 augustus 2019
in de strafzaak tegen
[verdachte] ,
geboren te [geboortegegevens] 1988,
verblijvende in P.I. de Geerhorst, Op de Geer 1, Sittard.
De verdachte wordt bijgestaan door mr. P.W. Szymkowiak, advocaat kantoorhoudende te Maastricht.

1.Onderzoek van de zaak

De zaak is inhoudelijk behandeld op de zitting van 13 augustus 2019. De verdachte en zijn raadsman zijn verschenen. De officier van justitie en de verdediging hebben hun standpunten kenbaar gemaakt.

2.De tenlastelegging

De gewijzigde tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er na wijziging, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat de verdachte:
Feit 1:samen met anderen opzettelijk 6,840 kilogram MDMA en 12,227 kilogram amfetamine aanwezig heeft gehad;
Feit 2:samen met anderen een (zes-schots)revolver, merk Rossi, kaliber .22 LR, met serienummer A961258, voorhanden heeft gehad;
Feit 3: samen met anderen munitie van categorie II en categorie III van de Wet wapens en munitie voorhanden heeft gehad;
Feit 4: samen met anderen opzettelijk 1965 valse bankbiljetten van 50 euro voorhanden heeft gehad.

3.De beoordeling van het bewijs

3.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot bewezenverklaring van alle tenlastegelegde feiten. De officier van justitie acht de verklaring van de verdachte over feit 1, inhoudende dat de aangetroffen verdovende middelen niet van hem zijn, onaannemelijk. Getuige [naam getuige] heeft bij de politie verklaard dat de verdovende middelen van de verdachte zijn en medeverdachte [naam medeverdachte] heeft ten tijde van de doorzoeking tegen de rechter-commissaris verklaard dat er verdovende middelen van haar zoon in haar woning kunnen liggen. De officier van justitie wijst ook op de app-berichten van de verdachte: als hij hoort dat er ‘plaatsen zijn geopend’, antwoordt hij ‘ik ben de zak’. De verdachte heeft bovendien verklaard dat hij wist van het bestaan van de verstopplekken in de woning van zijn moeder. De officier van justitie is om deze redenen van mening dat de verdachte, in elk geval samen met zijn moeder, verantwoordelijk is voor alle, in de woning van zijn moeder aangetroffen verdovende middelen.
Ten aanzien van feit 3 vordert de officier van justitie vrijspraak voor het voorhanden hebben van de 9mm patronen die in de slaapkamer van medeverdachte [naam medeverdachte] zijn aangetroffen. Niet is gebleken dat de verdachte hiervan enige wetenschap had. Ten aanzien van de overige munitie onder feit 3 en het vuurwapen onder feit 2 geldt dat deze zijn aangetroffen in de viskoffer, onder het daarin door de verdachte bewaarde valse geld. Het is niet aannemelijk geworden dat dit daar door een ander dan de verdachte zou zijn neergelegd.
Ten aanzien van feit 4 verwijst de officier van justitie naar de bekentenis van de verdachte en diens vingerafdruk op een van de valse bankbiljetten.
3.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft ten aanzien van de feiten 1, 2 en 3 vrijspraak bepleit.
Ten aanzien van feit 1 heeft de raadsman erop gewezen dat er verschillende mensen toegang hadden tot de woning van medeverdachte [naam medeverdachte] . Medeverdachte [naam medeverdachte] heeft ontkend dat de drugs van haarzelf zijn, maar heeft niet verklaard van wie dan wel. Hoewel het bloed van de verdachte is aangetroffen in een handschoen in de kelder en de politie heeft gerelateerd dat het motief van die handschoen vermoedelijk op de sealmachine zit, is hiervoor geen forensisch bewijs geleverd. Bovendien is niet duidelijk wanneer dit zou zijn gebeurd. De raadsman wijst er voorts op dat àls de rechtbank al een direct verband tussen de handschoenen en de drugs in de kelder zou aannemen, daarmee niet is bewezen dat er een link tussen de verdachte en àlle aangetroffen drugs in de woning van medeverdachte [naam medeverdachte] bestaat. Evenmin kan worden bewezen dat de verdachte wetenschap had van de in de garage aangetroffen drugs.
Ten aanzien van feit 2 heeft de raadsman aangevoerd dat er geen enkel bewijs is dat het aangetroffen vuurwapen van de verdachte is, of zelfs maar dat hij hiervan weet had. Niet is gebleken dat het vuurwapen al in de viskoffer lag, toen de verdachte het valse geld daarin legde. Nu niet kan worden bewezen dat de verdachte wetenschap had van dit vuurwapen, moet de verdachte van feit 2 worden vrijgesproken. Hetzelfde geldt voor de aangetroffen 6mm-patronen.
Voor wat betreft de overige munitie onder feit 3 heeft de raadsman bepleit dat deze op geen enkele wijze kan worden gelinkt aan de verdachte.
Ten aanzien van feit 4 heeft de raadsman zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
3.3
Het oordeel van de rechtbank [1]
Redengevende feiten en omstandigheden feit 1
Op 5 februari 2019 heeft politie de woning van medeverdachte [naam medeverdachte] , gelegen op het adres [adres] te Heerlen, doorzocht. Tijdens deze doorzoeking heeft de politie onder meer de navolgende verdovende middelen aangetroffen:
Achter het kleine kelderraam:
  • Partij 1.1: 1 gesealde verpakking gevuld met een witte pasta poeder substantie. Positief getest middels MMC test op de harddrug: amfetamine. Netto hoeveelheid: 1.000 gram (goednummer 1162977).
  • Partij 1.2: 1 gesealde verpakking gevuld met een witte pasta poeder substantie. Positief getest middels MMC test op de harddrug: amfetamine. Netto hoeveelheid: 1.000 gram (goednummer 1163305).
  • Partij 1.3: 1 gesealde verpakking gevuld met een witte pasta poeder substantie. Positief getest middels MMC test op de harddrug: amfetamine. Netto hoeveelheid: 730 gram (goednummer 1163307).
  • Partij 1.4: 1 gesealde verpakking gevuld met een witte pasta poeder substantie. Positief getest middels MMC test op de harddrug: amfetamine. Netto hoeveelheid: 1.000 gram (goednummer 1163315).
In de kelderruimte op de vloer:
  • Partij 10.1: 1 gesealde verpakking gevuld met een witte pasta poeder substantie. Positief getest middels MMC test op de harddrug: amfetamine. Netto hoeveelheid: 440 gram (goednummer 1162985).
  • Partij 10.2: 1 gesealde verpakking gevuld met een witte pasta poeder substantie. Positief getest middels MMC test op de harddrug: amfetamine. Netto hoeveelheid: 1.020 gram (goednummer 1163549).
  • Partij 10.3: 1 gesealde verpakking gevuld met een witte pasta poeder substantie. Positief getest middels MMC test op de harddrug: amfetamine. Netto hoeveelheid: 1.010 gram (goednummer 1163552).
  • Partij 10.4: 1 gesealde verpakking gevuld met een witte pasta poeder substantie. Positief getest middels MMC test op de harddrug: amfetamine. Netto hoeveelheid: 780 gram (goednummer 11623553).
  • Partij 10.5: 1 gesealde verpakking gevuld met een witte pasta poeder substantie. Positief getest middels MMC test op de harddrug: amfetamine. Netto hoeveelheid: 1.010 gram (goednummer 1163554).
In de woonkamer in doosje van bijzettafel:
  • Partij 8.1: 1 gripzakje gevuld met amfetamine tabletten, wit, Philip Plein logo. Netto hoeveelheid: 28,6 gram (goednummer 1162979). Positief getest middels MMC test op de harddrug amfetamine.
  • Partij 8:2: 1 gripzakje gevuld met XTC tabletten, oranje, Moncler logo. Netto hoeveelheid: 18,12 gram (goednummer 1163542). Positief getest middels MMC test op de harddrug MDMA.
In de hal, verborgen ruimte verwerkt in traptrede begane grond:
  • Partij 9.1: 1 sealzak gevuld met XTC tabletten, geel, Barcelona logo. Netto hoeveelheid: 152 gram (goednummer 1162982). Positief getest middels MMC test op de harddrug MDMA.
  • Partij 9.2: 1 sealzak gevuld met XTC tabletten, groen, Farao logo. Netto hoeveelheid: 1530 gram (goednummer 1163545). Positief getest middels MMC test op de harddrug MDMA.
  • Partij 9.3: 1 sealzak gevuld met XTC tabletten, groen, Farao logo. Netto hoeveelheid: 2850 gram (goednummer 1163546). Positief getest middels MMC test op de harddrug MDMA.
  • Partij 9.4: 1 sealzak gevuld met XTC tabletten, oranje, Moncler logo. Netto hoeveelheid: 2290 gram (goednummer 1163547). Positief getest middels MMC test op de harddrug MDMA.
In de toiletruimte, verborgen ruimte in ingebouwde wandspiegelkast:
  • Partij 4.1: 1 sealzak gevuld met amfetamine tabletten, wit, Philip Plein logo. Netto hoeveelheid: 28,09 gram (goednummer 1162973). Positief getest middels MMC test op de harddrug amfetamine.
  • Partij 4.2: 1 sealzak gevuld met amfetamine tabletten, wit, Philip Plein logo. Netto hoeveelheid: 30,22 gram (goednummer 1163519). Positief getest middels MMC test op de harddrug amfetamine.
  • Partij 4.3: 1 sealzak gevuld met amfetamine tabletten, wit, Philip Plein logo. Netto hoeveelheid: 24,21 gram (goednummer 1163531). Positief getest middels MMC test op de harddrug amfetamine.
  • Partij 4.4: 1 sealzak gevuld met amfetamine tabletten, wit, Philip Plein logo. Netto hoeveelheid: 56,53 gram (goednummer 1163532). Positief getest middels MMC test op de harddrug amfetamine.
  • Partij 4.5: 1 sealzak gevuld met amfetamine tabletten, wit, Philip Plein logo. Netto hoeveelheid: 600 gram (goednummer 1163533). Positief getest middels MMC test op de harddrug amfetamine.
  • Partij 4.6: 1 sealzak gevuld met amfetamine tabletten, wit, Philip Plein logo. Netto hoeveelheid: 620 gram (goednummer 1163534). Positief getest middels MMC test op de harddrug amfetamine.
  • Partij 4.7: 1 sealzak gevuld met amfetamine tabletten, wit, Philip Plein logo. Netto hoeveelheid: 350 gram (goednummer 1163535). Positief getest middels MMC test op de harddrug amfetamine.
  • Partij 4.8: 1 sealzak gevuld met amfetamine tabletten, wit, Philip Plein logo. Netto hoeveelheid: 790 gram (goednummer 1163538). Positief getest middels MMC test op de harddrug amfetamine.
  • Partij 4.9: 1 sealzak gevuld met amfetamine tabletten, wit, Philip Plein logo. Netto hoeveelheid: 310 gram (goednummer 1163539). Positief getest middels MMC test op de harddrug amfetamine.
In de bijkeuken ijskast:
-
Partij 7: 1 sealzak gevuld met amfetamine pasta in ijskast. Positief getest middels MMC test op de harddrug amfetamine. Netto hoeveelheid: 660 gram (goednummer 1162980). [2]
Deze partijen verdovende middelen werden inbeslaggenomen en onderworpen aan MMC-kleurreactietesten, waarvan de uitslag in bovenstaand overzicht staat gerelateerd. [3] De inbeslaggenomen verdovende middelen zijn onderzocht door het politielaboratorium, dat de uitslagen van de hierboven opgenomen MMC-testen heeft bevestigd. [4]
In totaal is ongeveer 11,487 kilo amfetamine en 6,840 kilo MDMA aangetroffen in de woning van medeverdachte [naam medeverdachte] .
Voorafgaand aan de doorzoeking in de woning [adres] te Heerlen heeft de rechter-commissaris aan de bewoonster, zijnde medeverdachte [naam medeverdachte] , gevraagd naar de aanwezigheid van grote cashgeldbedragen, verdovende middelen en/of vuurwapens. Hierop heeft medeverdachte [naam medeverdachte] aan de rechter-commissaris te kennen gegeven: “Mijn zoon komt nog wel eens hier en heeft hier wel eens wat liggen”, of woorden van gelijke strekking. [5]
Getuige [naam getuige] heeft op 5 februari 2019 bij de politie verklaard, zakelijk weergegeven, dat zij een goede vriendin is van [naam medeverdachte] [
rechtbank: medeverdachte [naam medeverdachte]], woonachtig op [adres] te Heerlen. De week daarvoor had [naam medeverdachte] tegen haar gezegd dat haar zoon [naam 1] [
rechtbank: verdachte] drugspillen had liggen onder de trap en op de wc onder een plateau in haar woning. [naam getuige] was die week ook een andere dag bij [naam medeverdachte] en zij zag toen in de hal wit poeder op de grond liggen. [naam medeverdachte] zei tegen haar dat dit van [naam 1] was en dat hij in de kelder bezig was geweest. [6]
Tijdens de doorzoeking heeft de politie in de kelder een sealmachine aangetroffen waarop een afdruk van een motief van een handschoen zichtbaar was. In een rek lag een paar gele handschoenen waarvan het profiel op het oog hetzelfde was als de afdruk op de sealmachine. Bij het opbergrek stond een gele draagtas op de grond. In deze draagtas bevonden zich onder andere nieuwe en gebruikte vacumeerzakken en witte handschoenen. De witte handschoenen werden veiliggesteld voor DNA onderzoek (goednummers 1163541, 1163543 en 1163544). [7] De handschoenen zijn in beslag genomen. [8] Onderzoek door het NFI heeft uitgewezen dat het aan de binnenzijde van de handpalmzijde van het paar gele handschoenen en aan de binnenzijde van de linker witte handschoen aangetroffen DNA met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid van de verdachte is. [9]
De politie heeft de telefoon van de verdachte in beslag genomen en onderzocht. Op de telefoon van de verdachte werd een groot aantal appgesprekken aangetroffen, waaronder het navolgende gesprek tussen de verdachte (in het gesprek aangeduid als ‘ [verdachte] ’) en [naam 2] , op 5 februari 2019:
[verdachte] om 13:33:08 Iemand heeft me verraden sjat […]
[naam 2] om 13:34:46 Dat meen je niet!
[verdachte] om 13:34:35 Jaa
[naam 2] om 13:34:46 Oh wat erg
[verdachte] om 13:34:53 Zijn nu overal invallen aan het doen […]
[verdachte] om 18:56:13 Maar me vader is bij moeder geweest
[verdachte] om 18:56:19 Bij haar thuis
[naam 2] om 18:56:48 Ja sjat
[verdachte] om 18:57:36 Plaatsen zijn open gemaakt
[naam 2] om 18:58:07 Wat bedoel je daarmee sjat
[verdachte] om 18:58:51 Dat ik de zak ben […] [10]
Ter terechtzitting heeft de verdachte verklaard, dat hij toegang tot de woning van zijn moeder had en daar 1 à 2 keer per week langskwam. Tevens heeft hij verklaard dat hij wist van de verborgen ruimtes in de woning van zijn moeder. [11]
Gelet op het bewijsmiddelenoverzicht is de rechtbank van oordeel dat de in de woning van medeverdachte [naam medeverdachte] aangetroffen harddrugs (in totaal 11,487 kilo amfetamine en 6,840 kilo MDMA) toebehoorden aan de verdachte.
Bewijsoverwegingen
De verdachte heeft ontkend dat deze drugs van hem zijn. De rechtbank is echter van oordeel dat uit de verklaring van [naam getuige] , de mededeling van medeverdachte [naam medeverdachte] aan de rechter-commissaris, het aangetroffen DNA-materiaal van de verdachte en diens app-berichten aan zijn vriendin, volgt dat verdachte wetenschap had van, en beschikkingsmacht had over de verdovende middelen in de woning van zijn moeder. Hij had toegang tot de woning en wist van de verborgen ruimtes in die woning. Uit de opmerkingen tijdens het app-gesprek met zijn vriendin kan de rechtbank niets anders begrijpen dan dat de verdachte doelt op de verdovende middelen in de verborgen ruimtes. De verdachte heeft ter zitting verklaard dat hij “de zak” was omdat hij dacht dat de politie het valse geld had aangetroffen. Hij heeft echter ook verklaard dat het valse geld altijd op zolder heeft gelegen en heeft de rechtbank niet kunnen uitleggen waarom hij dan “de zak” was als “de plaatsen” zijn opengemaakt.
Om deze reden acht de rechtbank het tenlastegelegde feit 1 wettig en overtuigend bewezen. Voor zover het de in de woning aangetroffen hoeveelheden van 11,487 kilo amfetamine en 6,840 kilo MDMA betreft.
Partiële vrijspraak 740 gram amfetamine
De rechtbank zal de verdachte vrijspreken van het opzettelijk aanwezig hebben van 740 gram amfetamine die aangetroffen werd in de garage achter de woning van zijn moeder. De garage staat los van de woning, moet met een andere sleutel worden geopend en ook anderen, van wie in het dossier kennelijk drugsgerelateerde app-berichten zitten, hadden toegang tot deze garage. Ten aanzien van deze hoeveelheid aangetroffen drugs houdt de rechtbank er rekening mee dat deze aan een ander dan de verdachte toebehoorde.
Redengevende feiten en omstandigheden feit 2 en feit 3
Het vuurwapen met daarin 6 kogelpatronen
Tijdens de doorzoeking op 5 februari 2019 van de woning van medeverdachte [naam medeverdachte] op het adres [adres] te Heerlen heeft de politie op de zolder, in een viskoffer, een revolver, .22 kaliber gevonden (goednummer 1162915) waarin 6 patronen (goednummer 1162926). [12] Blijkens de fotomap van de politie werd het wapen aangetroffen onderin de viskoffer, onder een blauw doekje, met daarbovenop het valse geld. [13]
Het wapen en de munitie zijn vervolgens in beslag genomen. [14]
Uit onderzoek volgt dat het inbeslaggenomen vuurwapen (goednummer 1162915) een zesschotsrevolver betrof met het kaliber .22 long rifle, merk Rossi en serienummer A961258. Het betreft een vuurwapen in de zin van artikel 1, onder 3, gelet op artikel 2 lid 1 categorie III sub 1 van de Wet wapens en munitie. De inbeslaggenomen munitie (goednummer 1162926) betreft 6 kogelpatronen van kaliber .22 long rifle. Deze patronen zijn geschikt om te worden verschoten met de inbeslaggenomen revolver. Derhalve is dit munitie in de zin van artikel 1 lid 4 van de Wet wapens en munitie, gelet op artikel 2, lid 2, categorie III van de Wet wapens en munitie. [15]
Bewijsoverweging
De verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat hij in de viskoffer op zolder stapels valse bankbiljetten heeft gelegd. [16] Volgens de verdachte heeft hij toen niet gezien dat er een vuurwapen in de viskoffer lag.
De rechtbank overweegt als volgt. De medeverdachte [naam medeverdachte] heeft verklaard dat zij niet wist dat er een vuurwapen op haar zolder lag. Het vuurwapen en de zes bijbehorende patronen zijn aangetroffen in de viskoffer, en wel direct onder het valse geld waarvan de verdachte heeft toegegeven dat hij dit in de viskoffer heeft gelegd (zie hierna onder feit 4). Nu het vuurwapen en de munitie ónder dit valse geld lagen, acht de rechtbank het bewezen dat de verdachte minstgenomen wetenschap had van de aanwezigheid daarvan in de viskoffer. Hij moet dit immers gezien hebben toen hij het valse geld daarin legde. Het scenario dat het geladen vuurwapen op enig moment door een onbekend gebleven derde in de viskoffer is gelegd nádat de verdachte daarin het valse geld heeft opgeborgen, is niet aannemelijk geworden. Alles overwegende acht de rechtbank feit 2 wettig en overtuigend bewezen, alsook feit 3, doch uitsluitend voor zover dit laatste betrekking heeft op de zes kogelpatronen met kaliber .22.
Partiële vrijspraak 125 kaliber 9 mm kogelpatronen
In een kast op de slaapkamer van medeverdachte [naam medeverdachte] zijn door de politie (113+2+2+10=) 125 kogelpatronen van het kaliber 9 mm aangetroffen. Niet kan worden bewezen dat de verdachte wetenschap had van de aanwezigheid van deze munitie, zodat hij in zoverre moet worden vrijgesproken.
Vrijspraak medeplegen
Het dossier bevat geen bewijs voor het aan de verdachte onder deze feiten ten laste gelegde medeplegen, zodat de verdachte in zoverre moet worden vrijgesproken
Bewijsmiddelen feit 4
Nu de verdachte dit feit heeft bekend en door of namens hem geen vrijspraak is bepleit, volstaat de rechtbank met een opsomming van de bewijsmiddelen, te weten:
- de bekennende verklaring van de verdachte; [17]
- de bevindingen van de politie tijdens de doorzoeking van de woning op het adres [adres] te Heerlen; [18]
- de kennisgeving van inbeslagname van 1965 biljetten van 50 euro; [19]
- de verklaring van valsheid van de bankbiljetten door het team Identiteitsfraude van de gemeente Amsterdam. [20]
Vrijspraak medeplegen
Het dossier bevat geen bewijs voor het aan de verdachte onder dit feit ten laste gelegde medeplegen, zodat de verdachte in zoverre moet worden vrijgesproken.
3.4
De bewezenverklaring
De rechtbank acht bewezen dat de verdachte
1.
op 5 februari 2019 in de gemeente Heerlen tezamen en in vereniging met een ander opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer
- 6,840 kilogram MDMA en
- 11,487 kilogram amfetamine,
zijnde MDMA en amfetamine middelen als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I;
2.
op 5 februari 2019 in de gemeente Heerlen, een wapen van categorie III, onder 1 van de Wet wapens en munitie, te weten een (zes-schots)revolver, merk Rossi, kaliber .22 LR, voorzien van serienummer A961258, zijnde een vuurwapen in de vorm van een revolver, voorhanden heeft gehad;
3.
op 5 februari 2019 in de gemeente Heerlen, munitie van categorie III van de Wet Wapens en Munitie, te weten:
- 6 kogelpatronen, kaliber .22RL
voorhanden heeft gehad;
4.
op 5 februari 2019 in de gemeente Heerlen, opzettelijk 1965 bankbiljetten van Euro 50,-, waarvan de valsheid hem, toen hij deze ontving bekend was met het oogmerk om deze als echt en onvervalst uit te geven en/of te doen uitgeven, in voorraad heeft gehad.
De rechtbank acht niet bewezen hetgeen meer of anders is ten laste gelegd. De verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert de volgende strafbare feiten op:
Ten aanzien van feit 1:
medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder C van de Opiumwet gegeven verbod, meermalen gepleegd
Ten aanzien van feit 2:
handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie en het feit begaan met betrekking tot een vuurwapen van categorie III
Ten aanzien van feit 3:
handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie, meermalen gepleegd
Ten aanzien van feit 4:
bankbiljetten waarvan de valsheid hem, toen hij ze ontving, bekend was, met het oogmerk om ze als echt en onvervalst uit te geven of te doen uitgeven, in voorraad hebben
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.

5.De strafbaarheid van de verdachte

De verdachte is strafbaar, omdat geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die zijn strafbaarheid uitsluiten.

6.De straf

6.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd aan de verdachte een onvoorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen voor de duur van vier jaren, met aftrek van voorarrest, en een geldboete van € 15.000. De officier van justitie heeft bij de formulering van haar strafeis rekening gehouden met de richtlijnen van het Openbaar Ministerie, die het vorderen van een forse gevangenisstraf voorschrijven, en met het reclasseringsadvies omtrent de persoon van de verdachte. Daaruit volgt dat de verdachte geen werk, woning, uitkering of inkomen heeft, terwijl hij wel langdurig op vakantie gaat en auto’s koopt. Om deze reden acht de officier van justitie tevens de oplegging van een geldboete geboden. In het reclasseringsadvies ziet de officier van justitie geen strafmatigende omstandigheden. De officier van justitie rekent het de verdachte ten slotte aan dat hij misbruik heeft gemaakt van zijn moeder.
6.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft bepleit dat een bewezenverklaring van alle feiten met het oog op de door de rechtspraak gehanteerde oriëntatiepunten
tot een gevangenisstraf van hooguit 36 maanden mag leiden. De raadsman heeft erop gewezen dat de reclassering een voorwaardelijk strafdeel wenselijk acht om de verdachte te ondersteunen bij het vinden van werk en het volgen van een cognitieve vaardigheidstraining. Voorts is niet gebleken dat de verdachte de spil van een eventuele organisatie vormt achter de opslag van de verdovende middelen. Ten slotte heeft de raadsman aangevoerd dat de oplegging van een geldboete niet passend en ook niet wenselijk is, omdat deze verdachte alleen maar verder in de problemen zal brengen en mogelijk zal aanzetten tot het plegen van nieuwe strafbare feiten.
6.3
Het oordeel van de rechtbank
Bij de bepaling van de op te leggen straf is gelet op de aard en ernst van hetgeen bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder het bewezenverklaarde is begaan en op de persoon van de verdachte, zoals een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen.
De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het medeplegen van het aanwezig hebben van een grote hoeveelheid harddrugs. Daarnaast heeft hij een geladen vuurwapen met daarin zes kogelpatronen voorhanden gehad. Ten slotte heeft de verdachte bijna tweeduizend valse bankbiljetten van 50 euro in voorraad gehad, met de bedoeling om deze als echt uit te geven.
Gelet op de hoeveelheid aangetroffen verdovende middelen kan het niet anders zijn dan dat de verdachte die voorhanden heeft gehad met het oogmerk deze te verhandelen of de handel erin te faciliteren. Het is algemeen bekend dat synthetische drugs grote gezondheidsrisico’s met zich brengen voor de gebruikers ervan. Het gebruik van deze drugs kan leiden tot geestelijke of lichamelijke verslaving en, bij overdosis, zelfs tot de dood van de gebruiker. Daarnaast wordt het chemisch afval dat ontstaat bij de productie vrijwel altijd illegaal gedumpt, waardoor het milieu zware schade ondervindt en in de regel zal veel geld, tijd en energie geïnvesteerd moet worden om deze negatieve gevolgen voor het milieu zoveel mogelijk ongedaan te maken. Bovendien legt het opsporen, ontmantelen en vervolgen van de producenten van synthetische drugs een fors beslag op het opsporingsapparaat, als gevolg waarvan de opsporing van andere misdrijven in het gedrang kan komen. Daarnaast gaat in de handel in synthetische drugs veel geld om, wat de samenleving ondermijnt en wordt ter bescherming van de criminele financiële belangen vuurwapengeweld niet geschuwd met alle gevaar van dien.
Kortom, de productie van en handel in synthetische drugs heeft op meerdere niveaus van de maatschappij een forse negatieve invloed. Aan al deze negatieve effecten heeft de verdachte een bijdrage geleverd door een grote hoeveelheid van deze verdovende middelen in de woning van zijn moeder op te slaan. Dat hij op deze wijze zijn moeder heeft betrokken bij zijn criminele praktijken, rekent de rechtbank de verdachte zwaar aan.
De rechtbank rekent het de verdachte bovendien zeer aan dat hij voor bijna 100.000 euro aan valse bankbiljetten voorhanden had, met de bedoeling om dit uit te geven. Dergelijk handelen is naar het oordeel van de rechtbank zeer verwerpelijk, nu hiermee het vertrouwen in het betalingsverkeer, meer specifiek in chartaal geld, ernstig wordt geschaad. Dit geldt te meer nu het in het onderhavige geval een groot geldbedrag betreft. Het betalingsverkeer is gebaseerd op het vertrouwen dat aan bankbiljetten een bepaalde waarde wordt toegekend. Door het uitgeven van valse bankbiljetten wordt dit principe ondermijnd/aangetast. Daarnaast wordt ook de ontvanger van het nagemaakte geld gedupeerd wanneer dit als betaalmiddel wordt ingezet. De ontvanger levert immers goederen of diensten voor een stukje papier zonder waarde.
Ten slotte heeft de verdachte een vuurwapen met scherpe munitie voorhanden gehad. In het licht van hetgeen ook werd aangetroffen, de verdovende middelen en het valse geld, houdt de rechtbank er rekening mee dat de verdachte dit wapen voorhanden heeft gehad om zijn positie in een crimineel circuit te handhaven. In ieder geval heeft de rechtbank niet de indruk gekregen dat de verdachte dit vuurwapen voorhanden heeft gehad uit hoofde van een hobby of liefhebberij. Wat de reden ook zij voor het hebben van het wapen, het ongecontroleerd wapenbezit is in onze maatschappij niet te tolereren. Het vormt een onaanvaardbaar risico voor de veiligheid van anderen.
Gelet op de ernst van de feiten acht de rechtbank de oplegging van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van jaren passend en geboden. De verdachte is in het buitenland tweemaal eerder veroordeeld ter zake van overtreding van de Opiumwet. Om deze reden ziet de rechtbank geen aanleiding voor de oplegging van een voorwaardelijk strafdeel. Ook in het reclasseringsadvies ziet de rechtbank geen strafmatigende omstandigheden.
Alles overwegende is de rechtbank van oordeel dat de oplegging van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 4 jaar, met aftrek van het voorarrest, is aangewezen. Ten slotte noopt de aard en ernst van de feiten de rechtbank ook tot het opleggen van een geldboete. Er is geen enkel ander motief voor het voorhanden hebben van de verdovende middelen en het valse geld aannemelijk geworden, dan het uit zijn op geldelijk gewin. Verdachte moet ervan doordrongen worden dat de wijze waarop hij het geldelijk gewin wilde realiseren ontoelaatbaar is. De rechtbank zal, conform de eis, een boete opleggen van 15.000 euro, subsidiair 110 dagen hechtenis.

7.De wettelijke voorschriften

De beslissing berust op de artikelen 23, 24c, 47, 57 en 209 van het Wetboek van Strafrecht, de artikelen 2 en 10 Opiumwet en de artikelen 26 en 55 van de Wet wapens en munitie, zoals deze artikelen luidden ten tijde van het bewezenverklaarde.

8.De beslissing

De rechtbank:
Bewezenverklaring
  • verklaart het tenlastegelegde bewezen zoals hierboven onder
  • spreekt de verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
Strafbaarheid
  • verklaart dat het bewezenverklaarde de strafbare feiten oplevert zoals hierboven onder
  • verklaart de verdachte strafbaar;
Straffen
  • veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf van 4 jaren;
  • beveelt dat de tijd die door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van deze gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
  • veroordeelt de verdachte tot een geldboete van € 15.000,-;
  • beveelt dat, indien noch volledige betaling noch volledig verhaal volgt, vervangende hechtenis zal worden toegepast van 110 dagen.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.M. Schutte, voorzitter, mr. M.B. Bax en
mr. K.G. Witteman, rechters, in tegenwoordigheid van mr. I.K. Bakker, griffier, en uitgesproken ter openbare zitting van 27 augustus 2019.
Buiten staat
mr. K.G. Witteman en mr. I.K. Bakker zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
BIJLAGE I: De tenlastelegging (na wijziging)
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat
1.
hij op of omstreeks 5 februari 2019 in de gemeente Heerlen, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk
aanwezig heeft gehad (ongeveer)
- 6,840 kilogram MDMA en/of
- 12,227 kilogram amfetamine,
zijnde MDMA en/of amfetamine (een) middel(en) als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
2.
hij op of omstreeks 5 februari 2019 in de gemeente Heerlen, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, een wapen van categorie III, onder 1 van de Wet wapens en munitie, te weten een (zes-schots)revolver, merk Rossi, kaliber .22 LR, voorzien van serienummer A961258, zijnde een vuurwapen in de vorm van een geweer, revolver en/of pistool, voorhanden heeft gehad;
3.
hij op of omstreeks 5 februari 2019 in de gemeente Heerlen, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, munitie van categorie II van de Wet Wapens en Munitie, te weten:
- 113 kogelpatronen (hollowpoint), kaliber 9 mm Luger en/of
- 2 kogelpatronen (hollowpoint, kaliber 9 mm Parabellum,
en/of categorie III van de Wet Wapens en Munitie, te weten:
- 6 kogelpatronen, kaliber .22RL en/of
- 10 kogelpatronen, kaliber 9 mm Luger,
voorhanden heeft gehad;
4.
hij op of omstreeks 5 februari 2019 in de gemeente Heerlen, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk
1965 bankbiljetten van Euro 50,-, dat/die zij, verdachte, en/of haar mededader(s) zelf heeft/hebben nagemaakt en/of vervalst en/of waarvan de valsheid en/of vervalsing haar/hem/hen, toen hij deze ontving(en) bekend was
met het oogmerk om deze als echt en onvervalst uit te geven en/of te doen uitgeven, in voorraad heeft/hebben gehad;
RECHTBANK LIMBURG
Zittingsplaats Maastricht
Strafrecht
Parketnummer: 03.095661.19
Proces-verbaal van de openbare zitting van 27 augustus 2019 in de zaak tegen:
[verdachte] ,
geboren te [geboortegegevens] 1988,
verblijvende te P.I. de Geerhorst, Op de Geer 1, 6135 KN Sittard.
De verdachte wordt bijgestaan door mr. P.W. Szymkowiak, advocaat kantoorhoudende te Maastricht.
Tegenwoordig:
mr. , rechter,
mr. , officier van justitie,
, griffier.
De rechter doet de zaak uitroepen.
De verdachte is niet in de zittingzaal aanwezig. Ter terechtzitting van 13 augustus 2019 heeft hij afstand gedaan van zijn recht in persoon bij de uitspraak aanwezig te zijn.
De rechter spreekt het vonnis uit.
Dit proces-verbaal is vastgesteld en ondertekend door de rechter en de griffier.

Voetnoten

1.Waar hierna wordt verwezen naar paginanummers, wordt - tenzij anders vermeld - gedoeld op paginanummers uit het proces-verbaal van politie Eenheid Limburg, District Parkstad-Limburg, basisteam Heerlen, proces-verbaalnummer PL2300-2019016480-92, gesloten d.d. 30 juni 2019, doorgenummerd van pagina 1 tot en met pagina 351.
2.Proces-verbaal van doorzoeking woning [adres] Heerlen d.d. 6 februari 2019, pagina 95 tot en met 102.
3.Proces-verbaal onderzoek verdovende middelen van inbeslaggenomen harddrugs woning [adres] Heerlen d.d. 7 februari 2019, pagina 159 tot en met 161.
4.Rapport politielaboratorium d.d. 25 april 2019, pagina 310 en 311.
5.Proces-verbaal van doorzoeking woning [adres] Heerlen d.d. 6 februari 2019, pagina 95 tot en met 102.
6.Proces-verbaal van verhoor getuige [naam getuige] d.d. 5 februari 2019, pagina 87 en 88.
7.Proces-verbaal forensisch onderzoek woning ( [adres] Heerlen) d.d. 23 april 2019, pagina 143 tot en met 145.
8.Kennisgeving van inbeslagneming d.d. 5 februari 2019, pagina 261 en 262.
9.Proces-verbaal vooronderzoek lab d.d. 26 februari 2019, pagina 250 tot en met 252.
10.Proces-verbaal van bevindingen GSM d.d. 2 juni 2019, pagina 342 tot en met 345, 397, 404.
11.De verklaring van de verdachte, zoals afgelegd ter terechtzitting van
12.Proces-verbaal van doorzoeking woning [adres] Heerlen d.d. 6 februari 2019, pagina 95 tot en met 102.
13.Fotomap, behorende bij proces-verbaal van doorzoeking woning [adres] Heerlen d.d. 6 februari 2019, pagina 132 en 133.
14.Kennisgeving van inbeslagneming d.d. 5 februari 2019, pagina 280 en 281; kennisgeving van inbeslagneming d.d. 5 februari 2019, pagina 282.
15.Proces-verbaal relaterende een onderzoek aan één revolver en munitie d.d. 7 februari 2019, pagina 204 tot en met 207.
16.De verklaring van de verdachte, afgelegd ter terechtzitting van 13 augustus 2019.
17.De verklaring van de verdachte, zoals afgelegd ter terechtzitting van 13 augustus 2019.
18.Proces-verbaal van doorzoeking d.d. 6 februari 2019, pagina 95 tot en met 102.
19.Kennisgeving van inbeslagneming d.d. 23 maart 2019, pagina 308 en 309;
20.Verklaring van valsheid d.d. 15 maart 2019, pagina 219 tot en met 229.