Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
eiseres, verder te noemen de vrouw of de moeder,
advocaat mr. R.P.F. Rober, gevestigd te Hoensbroek, gemeente Heerlen (toevoeging);
gedaagde, verder te noemen “de GI”,
verschenen bij monde van [vertegenwoordigster GI] , ter zitting bijgestaan door [naam gedragswetenschapper] (gedragswetenschapper bij de GI).
1.Het verloop van de procedure
2.De feiten
- in een cyclus van vier weken: het eerste weekend bij de vader zal verblijven en het derde weekend bij de moeder;
- in de oneven jaren gedurende de eerste helft van alle vakanties bij de moeder zal verblijven en de tweede helft van alle vakanties bij de vader zal verblijven, met uitzondering van de carnavalsvakantie die in onderling overleg tussen de ouders en onder regie van de GI, zolang de ondertoezichtstelling duurt, zal worden verdeeld;
- in de even jaren gedurende de eerste helft van alle vakanties bij de vader zal verblijven en de tweede helft van alle vakanties bij de moeder zal verblijven, met uitzondering van de carnavalsvakantie die in onderling overleg tussen de ouders en onder regie van de GI, zolang de ondertoezichtstelling duurt, zal worden verdeeld;
- waarbij ten aanzien van de vakantieregeling in goed onderling overleg tussen de ouders onder regie van de GI van die regeling kan worden afgeweken;”
-de zorgregeling tussen de vrouw en [minderjarige] voor wat betreft de frequentie, duur en locatie door de GI wordt bepaald;