Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.[gedaagde sub 1 in conventie, eiser in reconventie] ,
[gedaagde sub 2 in conventie, eiser in reconventie],
1.De procedure
- de dagvaarding van 4 juli 2018 met producties,
- de conclusie van antwoord in conventie, tevens conclusie van eis in reconventie met producties,
- de conclusie van antwoord in reconventie, tevens akte houdende wijziging van eis met
- de akte uitlating vermeerdering van eis van [gedaagden sub 1 en 2 in conventie, eisers in reconventie] ,
- de akte overlegging nadere producties van Invorderingsbedrijf B.V. c.s. van 2 april 2019,
- de akte overlegging nadere producties van 3 april 2019 van [gedaagden sub 1 en 2 in conventie, eisers in reconventie] ,
- de akte overlegging productie van 5 april 2019 van [gedaagden sub 1 en 2 in conventie, eisers in reconventie] ,
- het proces-verbaal van comparitie van 17 april 2019.
2.De feiten
3.Het geschil
in conventie
Primair:voor recht verklaart dat [gedaagden sub 1 en 2 in conventie, eisers in reconventie] op juiste gronden de vernietiging hebben ingeroepen van de in 2014 met Invorderingsbedrijf B.V./Invorderingsbedrijf B.V. c.s. gesloten incasso-overeenkomst en uit dien hoofde [gedaagden sub 1 en 2 in conventie, eisers in reconventie] hoofdelijk, althans de nog nader vast te stellen aan te spreken rechtsperso(o)n(en) te veroordelen tot:
4.De beoordeling
omdat gelet op het belang van de zaak de kans groot is dat de baten de investering ruimschoots overschrijden. [gedaagden sub 1 en 2 in conventie, eisers in reconventie] heeft vervolgens besloten tot dagvaarding over te gaan. Vast staat dat de vordering die [gedaagden sub 1 en 2 in conventie, eisers in reconventie] op zijn debiteur had slechts € 629
inclusiefbtw, derhalve slechts € 519,84 exclusief btw bedroeg. Dit terwijl de door Invorderingsbedrijf te verwachten te maken kosten, op het moment dat werd gedagvaard, dit bedrag reeds oversteeg. De te verwachten kosten bedroegen op dat moment immers al € 697,97 inclusief btw. Verder was ten tijde van het uitbrengen van de dagvaarding voor Invorderingsbedrijf reeds duidelijk, althans had duidelijk moeten zijn, dat die kosten lopende de procedure jegens de debiteur van [bedrijfsnaam gedaagde sub 2 in conventie, eiser in reconventie] hoe dan ook nog verder zouden stijgen. Op 9 april 2016 heeft Invorderingsbedrijf immers een bedrag van € 477,81 bij [bedrijfsnaam gedaagde sub 2 in conventie, eiser in reconventie] in rekening gebracht ter zake van ‘uren declaratie’, waarvan blijkens de urenspecificatie 1/3 deel (€ 111,-) zag op de kosten lopende de procedure jegens de debiteur van [gedaagde sub 2 in conventie, eiser in reconventie] . Verder ziet die factuur op, eveneens ten tijde van het uitbrengen van de dagvaarding reeds voorzienbare, kantoorkosten (6% over € 111,- is € 6,66), portokosten i.v.m. aanbrengen dagvaarding (€ 12,40) en informatiekosten Handelsregister (€ 29,50). Derhalve was ten tijde van het uitbrengen van de dagvaarding duidelijk dat een bedrag van (circa) € 159,56 nog eens bovenop het bedrag van € 697,97 zou komen, zodat het totaalbedrag aan voorzienbare kosten reeds op dat moment € 857,53 beliep. Aldus overstegen de te verwachten kosten ruimschoots het bedrag dat [bedrijfsnaam gedaagde sub 2 in conventie, eiser in reconventie] van zijn debiteur te vorderen had.
- Invorderingsbedrijf heeft [gedaagden sub 1 en 2 in conventie, eisers in reconventie] er expliciet op gewezen dat de kans groot is dat de baten de investering ruimschoots zullen overschrijden,
- Aan [gedaagden sub 1 en 2 in conventie, eisers in reconventie] is voor het uitbrengen van de dagvaarding geen totaalplaatje van te verwachten kosten voorgehouden; bij brief van 8 mei 2014 maakte Invorderingsbedrijf immers slechts melding van een bedrag van € 697,97 aan kosten, terwijl een bedrag van € 857,53 voorzienbaar was. Dat de vordering, zoals Invorderingsbedrijf B.V. c.s. aanvoert, door de debiteur niet werd betwist, de debiteur van [gedaagde sub 2 in conventie, eiser in reconventie] hoofdelijk aansprakelijk is en de debiteur van [gedaagden sub 1 en 2 in conventie, eisers in reconventie] relatief jong is (zodat nog twintig jaar lang kon worden geïncasseerd), doet naar het oordeel van de rechtbank niet af aan voornoemde verhouding tussen de te verwachten te maken kosten en de vordering op de debiteur,
- Door [gedaagden sub 1 en 2 in conventie, eisers in reconventie] is met correspondentie onderbouwd (productie G4 bij conclusie van antwoord in conventie, tevens eis in reconventie, onder andere de berichten van 19 november 2014, 2 mei 2016 en 11 mei 2016) dat [gedaagde sub 2 in conventie, eiser in reconventie] lopende het incassotraject Invorderingsbedrijf meermaals heeft verzocht opheldering te verschaffen over het door Invorderingsbedrijf nog te verwachten door hem te ontvangen bedrag. Door [gedaagden sub 1 en 2 in conventie, eisers in reconventie] is onbetwist aangevoerd dat Invorderingsbedrijf niet op die berichten heeft gereageerd.
- [gedaagden sub 1 en 2 in conventie, eisers in reconventie] is er door Invorderingsbedrijf niet uitdrukkelijk op gewezen dat het nog maar de vraag is of de vordering op zijn debiteur én de gemaakte volledig kosten bij de debiteur geïncasseerd kunnen worden. De stelling van Invorderingbedrijf B.V. c.s. dat [gedaagden sub 1 en 2 in conventie, eisers in reconventie] zich dit als ondernemer met een administratiekantoor zelf had moeten realiseren, doet niet af aan de zorgplicht die op Invorderingsbedrijf als degene die de opdracht tot incasso heeft aangenomen rust.
Mocht u ook gedupeerd zijn doe dan aangifte en neem contact met mij op!In deze berichten roept zij aldus slechts personen die (ook) slechte ervaringen hebben gehad met Invorderingsbedrijf op tot het doen van aangifte bij de politie.