In deze zaak gaat het om een geschil tussen een werkneemster, werkzaam als kassamedewerker bij Budé Bouwmarkt, en haar werkgever. De werkneemster heeft op 5 februari 2019 haar eigen klantenkaart gescand bij aankopen van klanten die geen klantenkaart hadden, waardoor zij onterecht voordeelcoupons heeft verkregen. Deze coupons heeft zij later ingewisseld voor korting op producten. De werkgever heeft haar op 12 februari 2019 op staande voet ontslagen wegens diefstal en fraude. De werkneemster verzoekt de opzegging van haar arbeidsovereenkomst te vernietigen en stelt dat het ontslag onterecht is, onder andere omdat zij zwanger is en onder druk stond om het scanningspercentage te halen.
De kantonrechter heeft de vordering van de werkneemster afgewezen. De rechter oordeelt dat de werkneemster in strijd heeft gehandeld met het huishoudelijk reglement van Budé, waarin staat dat de klantenkaart strikt persoonlijk is. De werkneemster heeft niet kunnen aantonen dat zij onder druk stond om haar eigen kaart te gebruiken en haar stelling dat zij zich niet realiseerde dat zij iets fout deed, werd verworpen. De kantonrechter concludeert dat de handelwijze van de werkneemster een dringende reden oplevert voor ontslag op staande voet. Bovendien weegt het belang van Budé om fraude tegen te gaan zwaarder dan de persoonlijke omstandigheden van de werkneemster.
De rechter heeft de werkneemster ook veroordeeld tot betaling van de proceskosten aan de zijde van Budé, die zijn begroot op € 600,00. De beschikking is gegeven door mr. R.H.J. Otto en is in het openbaar uitgesproken op 10 mei 2019.